Artikel 135: Uitoefening gezag en macht van Staten
Het gezag en de macht van de Staten worden door de wet geregeld met inachtneming van de voorschriften in de volgende artikelen dezer afdeling vervat.
1815
De wijze waarop het gezag en de magt, aan de provinciale Staten bij en ten gevolge van deze Grondwet gegeven, wordt geoefend wordt geregeld bij zoodanige reglementen, als door de Staten der Provinciën gemaakt en door den Koning goedgekeurd worden.
1887
Het gezag en de magt van de Staten worden door de wet geregeld met inachtneming van de voorschriften in de volgende artikelen dezer afdeeling vervat.
1983
-
1.De wet regelt de inrichting van provincies en gemeenten, alsmede de samenstelling en bevoegdheid van hun besturen.
-
2.De wet regelt het toezicht op deze besturen.
-
3.Besluiten van deze besturen kunnen slechts aan voorafgaand toezicht worden onderworpen in bij of krachtens de wet te bepalen gevallen.
-
4.Vernietiging van besluiten van deze besturen kan alleen geschieden bij koninklijk besluit wegens strijd met het recht of het algemeen belang.
-
5.De wet regelt de voorzieningen bij in gebreke blijven ten aanzien van regeling en bestuur, gevorderd krachtens artikel 124 i, tweede lid. Bij de wet kunnen met afwijking van de artikelen 125 i en 127 i voorzieningen worden getroffen voor het geval het bestuur van een provincie of een gemeente zijn taken grovelijk verwaarloost.
-
6.De wet bepaalt welke belastingen door de besturen van provincies en gemeenten kunnen worden geheven en regelt hun financiële verhouding tot het rijk.