Fundamentele bezwaren Raad van State bij wetsvoorstel 'met één stem meer keus'
DEN HAAG (PDC i) - De Raad van State i plaatst fundamentele kanttekeningen bij een wetsvoorstel dat het kiesstelsel moet vernieuwen. Via het voorstel Met één stem meer keus zou een kiezer kunnen stemmen op een kieslijst, zonder voorkeursstem, of op een specifieke kandidaat van die lijst. De Raad van State stelt echter dat de probleemanalyse bij het voorstel tekort schiet, dat er sprake is van een ongelijke weging van stemmen, dat het versplintering in de hand werkt, en dat de gevolgen voor lokale overheden niet doordacht zijn. Dat blijkt uit het advies bij dit wetsvoorstel, dat vandaag openbaar werd gemaakt.
De regering volgt bij de analyse achter het wetsvoorstel de Staatscommissie parlementair stelsel i, die in haar eindrapport stelde dat voor 30% van de kiezers geen partij voorhanden is die hun inhoudelijke standpunten weerspiegelt. De Raad van State stelt dat, als dit al het geval is, het wetsvoorstel daar geen oplossing voor biedt.
Bovendien stelt de Raad van State dat de ongelijke weging van stemmen (de lijststem tegenover de kandidaatstem) op gespannen voet staat met artikel 4 van de Grondwet i, dat bepaalt dat iedere stem hetzelfde stemgewicht heeft. Daarnaast werkt het voorstel versplintering in de hand doordat het persoonlijke mandaat van parlementariërs versterkt wordt. Zij zullen in het parlement sneller een eigen koers varen. Daarmee komt volgens de Raad van State het functioneren van het parlement in gevaar.
Het advies van de Raad van State dateert al van 9 september 2021, maar is op 16 juni 2022 openbaar gemaakt. Het advies was nog niet gepubliceerd, maar onder verwijzing naar de nieuwe Wet open overheid (Woo) maakt de Raad van State dit advies nu zelf openbaar. Het wetsvoorstel is nog niet bij de Tweede Kamer ingediend door de regering.
Bron: Raad van State