Antwoorden op vragen SP over een prijsvraag van Talpa TV B.V (2040512340)

publicatie datum 1 juni 2005
Kamer Tweede Kamer
bevraagde ministerie Justitie i
beantwoordende ministerie Justitie i
kamerleden J.M.A.M. (Jan) de Wit i
partijen Socialistische Partij i

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2004–2005

Aanhangsel van de Handelingen

Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

1720

Vragen van het lid De Wit (SP) aan de minister van Justitie over een prijsvraag van Talpa TV B.V. (Ingezonden 8 april 2005)

1

Bent u op de hoogte van de prijsvraag die Talpa TV BV heeft uitgeschreven?1

2

Is het u bekend dat de deelnemer – via sms – aan deze prijsvraag tevens toestemming geeft zijn telefoonnummer in een bestand op te nemen en Talpa machtigt inlichtingen te verzamelen die zij nodig vindt voor de organisatie van de prijsvraag en de uitreiking van de prijzen en ten slotte de deelnemer op de hoogte gaat houden van producten en diensten, niet alleen van Talpa TV B.V. maar ook van haar adverteerders, sponsors en «zorgvuldig geselecteerde bedrijven»?1

3

Wat vindt u ervan dat een deelnemer aan deze prijsvraag, wil hij geen toezending van de informatie als bedoeld in vraag 2, aan Talpa TV B.V. een brief moeten schrijven waarin hij dit kenbaar maakt? Is dit geoorloofd? Wordt het de deelnemer op deze wijze niet te moeilijk gemaakt zich van deze ongevraagde informatie te bevrijden?

Welke mogelijkheden ziet u om hiertegen op te treden?

1 www.medialog.nl, 26 maart jl.

Antwoord

Antwoord van minister Donner (Justitie). (Ontvangen 25mei 2005)

1 Ja.

2 Ja.

3

Artikel 41 van de Wet bescherming persoonsgegevens geeft betrokkenen het recht van verzet. Dat wil zeggen dat een betrokkene te allen tijde verzet kan aantekenen tegen het gebruik van zijn of haar persoonsgegegevens ten behoeve van direct marketing bij de daarvoor verantwoordelijke. Artikel 11.7, eerste lid, van de Telecommunicatiewet bepaalt dat het gebruik van automatische oproepsystemen zonder menselijke tussenkomst, faxen en elektronische berichten voor het versturen van reclame aan abonnees uitsluitend is toegestaan als de abonnee daarvoor voorafgaand toestemming heeft verleend. Het tweede lid van dit artikel bepaalt dat een ieder die elektronische contactgegevens voor elektronische berichten heeft verkregen in het kader van de verkoop van zijn product of dienst deze mag gebruiken voor het versturen van reclame met betrekking tot eigen gelijksoortige producten of diensten, mits bij de verkrijging van de contactgegevens aan de klant duidelijk en uitdrukkelijk de gelegenheid is geboden om kosteloos en op gemakkelijke wijze verzet aan te tekenen tegen het gebruik van die elektronische contactgegevens. Afhankelijk van het gebruikte communicatiemiddel zal de betrokkene voorafgaande toestemming moeten verlenen of achteraf verzet kunnen aantekenen.

4

Met klachten over de naleving van de Wet bescherming persoonsgegevens en de Telecommunicatiewet kan de betrokkene terecht bij het College bescherming persoonsgegevens respectievelijk de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit.

KVR23095 2040512340 0405tkkvr1720 ISSN 0921 - 7398 Sdu Uitgevers ’s-Gravenhage 2005

Tweede Kamer, vergaderjaar 2004–2005, Aanhangsel

3667

4