Antwoorden op vragen PVV over anti-homogeweld

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2007–2008

Aanhangsel van de Handelingen

Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

213

Vragen van de leden De Roon en Wilders (beiden PVV) aan de ministers van Justitie en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over anti-homogeweld.(Ingezonden 25 juli 2007)

1

Hebt u kennisgenomen van de berichtgeving dat wederom homo’s in Amsterdam ernstig zijn mishandeld om reden van hun

seksuele geaardheid?¹

2

Deelt u de mening dat het toenemende anti-homogeweld nu noodzaakt tot het nemen van kordate en effectieve maatregelen die verder gaan dan de mededeling «dat aan het onderzoek prioriteit wordt gegeven»? Bent u bereid om, tezamen met het COC en de reclassering, actief op zoek te gaan naar plekken waar de daders van dit soort geweld een taakstraf temidden van en ten dienste van de homo-gemeenschap kunnen verrichten?

3

Hebt u al met de politie overlegd over herkenbare registratie van geweld tegen homo’s? Zo ja, wat zijn daarvan de resultaten? Zo neen, bent u bereid dat overleg nu met de meeste spoed te gaan voeren en de Kamer over de uitkomsten daarvan te informeren?

4

Wilt u de Kamer voor de behandeling van de Justitiebegroting dit najaar informeren over de wijze waarop de rechterlijke macht omgaat met de verhoogde strafeisen van het openbaar ministerie (OM) met betrekking tot anti-homogeweld? Wilt u het OM opdragen daarvan een registratie bij te houden?²

¹   http://www.nu.nl/news/1168210/13/rss/ Jongeren_belagen_opnieuw_homo%27s.html

²  http://www.nu.nl/news/1153699/10/ OM_wil_zwaardere_straffen_tegen_ homogeweld.html

Antwoord

Antwoord van minister Hirsch Ballin (Justitie), mede namens de ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. (Ontvangen 10 oktober 2007)

1 Ja.

2

Ik ben met politie en openbaar ministerie, van mening dat anti-homogeweld vanzelfsprekend serieus genomen moet worden en dat al het nodige gedaan moet worden om te komen tot een daadwerkelijke en zo effectief mogelijke aanpak. Dat is ook het geval. Zo heeft het Openbaar Ministerie in Perspectief op 2010 aangegeven, samen met politie en andere partners, een sterker accent te

leggen op de strafrechtelijke aanpak van delicten met een discriminatoire achtergrond. Naar aanleiding van de recente mishandelingen in Amsterdam is het Openbaar Ministerie thans ook in gesprek met het COC.

Openbaar Ministerie en reclassering onderzoeken momenteel de mogelijkheden voor een specifieke taakstraf met betrekking tot geweld met een discriminatoire achtergrond tegen homoseksuelen. In zijn algemeenheid geldt dat de bevoegdheid tot het opleggen van een taakstraf, al dan niet in combinatie met andere straffen als een vrijheidsstraf of een geldboete, is voorbehouden aan de rechter. Indien de rechter een werkstraf oplegt, worden de aard en de locatie van de werkzaamheden bepaald door de reclassering. De reclassering is daarbij afhankelijk van beschikbare werkplekken. Daarbij geldt onder meer dat het werk zoveel mogelijk een publiek doel moet dienen en dat de werkzaamheden op de projectplaats zinvol en in voldoende mate aanwezig dienen te zijn. Uiteraard vindt hierover afstemming plaats tussen openbaar ministerie en reclassering.

3

De minister van Binnenlandse Zaken

en Koninkrijksrelaties heeft op

6 september met de Raad van

Hoofdcommissarissen overlegd over

herkenbare registratie van homofoob

KVR29647 2060721960 0708tkkvr213 ISSN 0921 - 7398 Sdu Uitgevers ’s-Gravenhage 2007

Tweede Kamer, vergaderjaar 2007–2008, Aanhangsel

453

geweld. Afgesproken is dat in het nieuwe bedrijfsprocessensysteem dat voor alle politiekorpsen zal gelden, een code discriminatie opgenomen wordt. Hierdoor kan bij alle commune delicten met een discriminatoire achtergrond (zoals homofoob geweld) geregistreerd worden dat het om discriminatie gaat. Dit nieuwe landelijke systeem wordt nu gefaseerd uitgerold. De eindrealisatie is voorzien in 2009. Verder is afgesproken dat de politie jaarlijks een landelijk overzicht van homofobe geweldsdelicten aanlevert. Mocht een overzicht over 2007 nog niet mogelijk zijn, dan wordt een overzicht over de eerste helft van 2008 geleverd.

4

Omdat op dit moment een specifieke registratie ontbreekt, kan ik de gevraagde informatie nu niet verschaffen. In het nieuwe bedrijfsprocessensysteem van het OM, GPS, zal het mogelijk zijn om voor elk delict de maatschappelijke classificatie aan te geven. Per delict kan deze worden gespecificeerd. Voor discriminatie kan dan onder andere worden aangegeven op welke grond is gediscrimineerd. De grond «homoseksuele gerichtheid» zal naast andere gronden als ras, geslacht, godsdienst of levensovertuiging etc. als maatschappelijke classificatie worden opgenomen. Daarnaast kunnen in GPS de strafeis en het vonnis geregistreerd worden. Een vergelijking van de strafeisen met strafvonnissen is dan mogelijk. Of informatie gegenereerd kan worden, specifiek met betrekking tot anti-homogeweld, hangt af van het feitencomplex waar de eis en het vonnis betrekking op hebben en de mate van motivering van de eis en het vonnis. GPS zal naar verwachting vanaf eind 2007 gefaseerd binnen het OM worden uitgerold. Voor nieuwe zaken zal dus in de toekomst een antwoord op de hier gestelde vraag kunnen worden gegeven.

Tweede Kamer, vergaderjaar 2007–2008, Aanhangsel                               454