Antwoorden op vragen PvdA over de aangekondigde stakingen in het voortgezet onderwijs

publicatie datum 18 november 2008
Kamer Tweede Kamer
bevraagde ministerie Onderwijs, Cultuur en Wetenschap i
beantwoordende ministerie Onderwijs, Cultuur en Wetenschap i
kamerleden M. (Marianne) Besselink i
partijen Partij van de Arbeid i

493

Vragen van het lid Besselink (PvdA) aan minister van Onderwijs Cultuur en Wetenschap over

de

aangekondigde stakingen in het voortgezet onderwijs.

(Ingezonden

16 oktober 2008)

1 Heeft u kennisgenomen van de aankondiging dat leraren in het voortgezet onderwijs eind oktober gaan staken als gevolg van het afketsen van een akkoord tussen bonden en werkgevers over de werkdruk in het onderwijs?

2 Hoe beoordeelt u vanuit uw positie deze aangekondigde stakingen?

3 Welke rol ziet voor uzelf weggelegd in dit proces, waarbij het van belang is dat partijen zo snel mogelijk tot elkaar komen om de voorliggende plannen voor het investeren in de leraren en het verminderen van de werkdruk mogelijk te maken?

4 Kunt u aangeven wat deze aangekondigde staking concreet gaat betekenen voor de uitvoering van het «convenant leerkracht van Nederland» waarin u samen met de bonden afspraken heeft gemaakt voor de verbetering van de positie van de leraar?

Antwoord

Antwoord van minister Plasterk (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap). (Ontvangen 28 oktober 2008)

1 Ja.

2 De VO-raad als werkgeversorganisatie, en de vakbonden zijn verantwoordelijk voor het maken van cao-afspraken en het daaraan voorafgaande onderhandelingsproces. Het past mij daarom niet om lopende het cao-proces een oordeel te geven over het gerezen cao-conflict en de aangekondigde acties. Wel betreur ik het zeer dat deze partijen tot nu toe geen kans hebben gezien om dit conflict tot een oplossing te brengen.

3 Gezien de in mijn antwoord op vraag 2 geschetste verantwoordelijkheidsverdeling tussen de overheid en de sociale partners kan en wil ik niet interveniëren in het cao-proces. Wel zal ik de sociale partners aanspreken op hun verantwoordelijkheid gezien het belang van goede arbeidsvoorwaarden voor het werven en behouden van voldoende gekwalificeerd personeel.

4 De aangekondigde acties staan los van de uitvoering van het Convenant LeerKracht van Nederland; de convenantsafspraken zijn geen onderdeel van het cao-conflict. Voor zover de uitvoering van het convenant dit vereist, kunnen tussen de VO-raad en de vakbonden hierover afzonderlijke afspraken worden gemaakt. Ik zal dit binnenkort bespreken met de betrokken partijen.