Conclusies van de Raad over de Overeenkomst van Parijs en de voorbereiding van de UNFCCC-bijeenkomsten

Met dank overgenomen van Raad van de Europese Unie (Raad) i, gepubliceerd op vrijdag 13 oktober 2017.

De Raad heeft conclusies aangenomen over de Overeenkomst van Parijs en de voorbereiding van de UNFCCC-bijeenkomsten (Bonn, 6-17 november 2017):

"DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Mondiale actie in het kader van de Overeenkomst van Parijs

  • 1. 
    ONDERSTREEPT het cruciale belang van een op regels gebaseerde wereldorde met multilateralisme als basisbeginsel en de Verenigde Naties als kern voor een vreedzame en duurzame wereld;
  • 2. 
    IS VERHEUGD over de snelle inwerkingtreding van de Overeenkomst van Parijs, waaruit de vastbeslotenheid van de internationale gemeenschap blijkt om het hoofd te bieden aan de gezamenlijke uitdaging die de klimaatverandering vormt; BENADRUKT dat de Overeenkomst van Parijs onomkeerbaar is en dat de volledige integriteit en uitvoering ervan cruciaal is voor de veiligheid en welvaart van de hele planeet; BEKLEMTOONT het duidelijke signaal ervan aan regeringen, subnationale overheden, het maatschappelijk middenveld, het bedrijfsleven en de particuliere sector met betrekking tot de koers van de mondiale maatregelen inzake klimaatverandering;
  • 3. 
    ONDERKENT met ernstige bezorgdheid de toenemende intensiteit en/of frequentie van extreme weersverschijnselen die tal van dodelijke slachtoffers en grootschalige ontheemding van bevolkingsgroepen hebben veroorzaakt, de bestaansmiddelen en de gezondheid van miljoenen mensen wereldwijd schade hebben berokkend, en tot miljarden euro's aan schade aan infrastructuur en ecosystemen hebben geleid; WIJST EROP dat uit wetenschappelijk onderzoek naar voren komt dat klimaatverandering bijdraagt tot de toegenomen intensiteit en/of frequentie van deze extreme weersverschijnselen; NEEMT met bezorgdheid KENNIS van de recente bevindingen van de Arctische Raad dat het noordpoolgebied meer dan twee keer zo snel opwarmt als het mondiale gemiddelde, hetgeen ernstige mondiale gevolgen met zich meebrengt;
  • 4. 
    BEKLEMTOONT dat de deelname en bijdrage van elk land essentieel is voor het versterken van het mondiale antwoord op de dreiging van de klimaatverandering en voor het verwezenlijken van de langetermijndoelstellingen van de Overeenkomst van Parijs in de context van duurzame ontwikkeling, de uitbanning van armoede, voedselzekerheid, gendergelijkheid, de eerbiediging van de rechten van de mens, de eerbiediging van de rechten van inheemse volkeren en lokale gemeenschappen, en de bescherming van de biodiversiteit; BETUIGT zijn solidariteit met de mensen die het meest kwetsbaar zijn voor de nadelige effecten van klimaatverandering;
  • 5. 
    BEVESTIGT de meest recentelijk door de Europese Raad van juni 2017 en de Raad Buitenlandse Zaken van 19 juni geuite vastbeslotenheid van de Europese Unie om de Overeenkomst van Parijs onverkort uit te voeren; BEKLEMTOONT het essentiële belang van de Overeenkomst van Parijs als het mondiale instrument voor het versterken van de collectieve actie ter bestrijding van klimaatverandering, hetgeen tot de mondiale veiligheid bijdraagt en de omschakeling naar lage broeikasgasemissies en duurzame en klimaatveerkrachtige economieën en samenlevingen versnelt;
  • 6. 
    HERHAALT dat de EU het voortouw zal blijven nemen bij de wereldwijde inspanningen ter bestrijding van klimaatverandering en er onverminderd aan hecht met alle partijen te blijven samenwerken aan de uitvoering van de Overeenkomst van Parijs, de bestaande partnerschappen te verstevigen, te streven naar nieuwe allianties met onze internationale partners en samen te werken met diverse actoren die hun steun voor de Overeenkomst van Parijs hebben betuigd en die ambitieuze klimaatactie ondernemen; VRAAGT alle partners de dynamiek in de richting van succesvolle resultaten in stand te houden tijdens CoP23, CoP24 en daarna;
  • 7. 
    IS VERHEUGD dat de Overeenkomst van Parijs door 166 partijen, waaronder alle EU-lidstaten, is geratificeerd; SPOORT alle andere landen AAN de Overeenkomst zo spoedig mogelijk te ratificeren; HERHAALT zijn krachtige steun voor de inclusieve aanpak die garandeert dat alle partijen kunnen deelnemen en ten volle kunnen bijdragen aan het operationeel maken en uitvoeren van de Overeenkomst van Parijs;

Bevorderen van de uitvoering van de Overeenkomst van Parijs

  • 8. 
    BEVESTIGT de vastbeslotenheid van de EU om door te gaan met de uitvoering van haar klimaatbeleid, in overeenstemming met het beleidskader voor klimaat en energie 2030 van de Europese Unie, dat de Europese Raad in oktober 2014 is overeengekomen; IS INGENOMEN MET de vorderingen bij de uitvoering van de nationaal bepaalde bijdrage (NDC) van de EU en haar lidstaten voor het verwezenlijken van de doelstelling inzake een vermindering van de eigen broeikasgasemissies met ten minste 40% in 2030 ten opzichte van 1990; ONDERKENT het belang van de langetermijndoelstellingen en van de vijfjaarlijkse beoordelingscycli voor de uitvoering van de Overeenkomst van Parijs;
  • 9. 
    ONDERSTREEPT dat de EU op schema ligt om in 2020 haar streefcijfer van 20% voor de vermindering van broeikasgasemissies ten opzichte van 1990 te halen; HERHAALT dat de EU en haar lidstaten hun verplichtingen in het kader van de tweede verbintenisperiode van het Protocol van Kyoto reeds hebben vervuld en volgens recente gegevens hun doelstelling voor 2020 waarschijnlijk zullen overtreffen, terwijl de economie is gegroeid;
  • 10. 
    DRINGT er bij alle landen op AAN door te gaan met de voorbereidingen en de uitvoering van hun nationaal bepaalde bijdragen (NDC's), en, waar passend, van de door de landen gestuurde processen voor de planning van adaptatie; MERKT OP dat de inspanningen en de acties van de G20-landen, die verantwoordelijk zijn voor ongeveer 80% van de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen, van cruciaal belang zijn; HERBEVESTIGT het vaste voornemen van de EU en haar lidstaten om door te gaan met het delen van ervaringen met de partnerlanden en hen te ondersteunen bij de ontwikkeling en uitvoering van hun NDC's, in de context van emissiearme en klimaatveerkrachtige ontwikkeling, en het koppelen van NDC's aan nationale ontwikkelingsstrategieën te bevorderen, onder meer door middel van initiatieven zoals het NDC-partnerschap; ERKENT de inspanningen van de minst ontwikkelde landen en kleine eilandstaten in ontwikkeling;
  • 11. 
    WIJST OP de toenemende bijdragen die voortvloeien uit multilaterale samenwerking in het kader van het Raamverdrag en vrijwillige en gezamenlijke maatregelen in het kader van het mondiaal klimaatactieplan (GCAA) voor het verwezenlijken van de doelstellingen van de Overeenkomst van Parijs; WAARDEERT de huidige en aangekondigde inspanningen en beloften van subnationale overheden, het bedrijfsleven, het maatschappelijk middenveld en andere niet-overheidsactoren ter bevordering van klimaatactie; VERZOEKT om verdere inspanningen op dit gebied; IS INGENOMEN MET het werk van de 'kampioenen' van het mondiaal klimaatactieplan; MOEDIGT hun inspanningen AAN om tot een goed begrip te komen van de vooruitgang en de resultaten van de initiatieven en de coalities in het kader van het mondiaal klimaatactieplan; en STEUNT hun benadering van het partnerschap van Marrakesh voor mondiale klimaatactie;
  • 12. 
    ONDERSTREEPT de cruciale rol van de IPCC bij het aanleveren van de wetenschappelijke input voor de werkzaamheden in het kader van het UNFCCC en de belangrijkste wetenschappelijke basis voor de uitvoering van de Overeenkomst van Parijs; KIJKT UIT NAAR het speciale verslag van de IPCC over de gevolgen van de opwarming van de aarde met 1,5°C ten opzichte van de pre-industriële niveaus en de daarmee verband houdende mondiale broeikasgasemissietrajecten; IS VAN OORDEEL dat het speciale 1,5°C-verslag een waardevolle bron van informatie zal zijn voor de besprekingen volgend jaar in het kader van de faciliterende dialoog 2018;
  • 13. 
    WIJST op het belang van ontwikkelingsstrategieën voor lage broeikasgasemissies op lange termijn als beleidsinstrument voor het uitwerken van betrouwbare trajecten, en de beleidswijzigingen op lange termijn die nodig zijn om de doelstellingen van de Overeenkomst van Parijs te verwezenlijken; en MOEDIGT de ontwikkeling ervan AAN; IS VERHEUGD over het initiatief van de Europese Commissie en de lidstaten om een diepgaande analyse op te stellen van de milieu-, economische en maatschappelijke gevolgen van trajecten die sporen met de temperatuurdoelstellingen voor de lange termijn van de Overeenkomst van Parijs, met het doel het politieke debat in de EU informatief te ondersteunen in het vooruitzicht van de overeenkomstig punt 35 van Besluit 1/CP21 te formuleren EU-strategie;
  • 14. 
    HERINNERT ERAAN dat een ambitieus klimaatbeleid een strategische prioriteit is in de diplomatieke dialogen van de EU en haar lidstaten om de samenwerking te intensiveren en gezamenlijke acties met partnerlanden te verwezenlijken in overeenstemming met het actieplan voor klimaatdiplomatie 2016 en de conclusies van de Raad van maart 2017 over de klimaat- en de energiediplomatie van de EU;
  • 15. 
    HERINNERT AAN de conclusies van de Raad van 10 oktober 2017 inzake klimaatfinanciering]; [WIJST EROP dat de EU en haar lidstaten vastbesloten zijn de beschikbaarstelling van internationale klimaatfinanciering verder op te schalen, als onderdeel van de collectieve doelstelling van de ontwikkelde landen om uiterlijk in 2020 en tot 2025 gezamenlijk 100 miljard USD per jaar voor mitigatie- en adaptatiedoeleinden bijeen te brengen uit een groot aantal verschillende bronnen, instrumenten en kanalen; HERHAALT dat publieke klimaatfinanciering een belangrijke rol zal blijven spelen; WIJST EROP dat de EU en haar lidstaten de grootste verstrekker van publieke klimaatfinanciering zijn en onderstreept dat in de toekomst een breder scala van contribuanten moet deelnemen;
  • 16. 
    HERHAALT zijn oproep aan alle partijen om de algemene balans zodanig op te maken dat deze de belangrijkste component vormt van een bredere ambitiecyclus die als informatieve basis en stimulans zal dienen voor processen om geleidelijk aan ambitieuzere maatregelen te nemen, zowel op nationaal vlak als gezamenlijk; IS VAN OORDEEL dat de GST zou moeten leiden tot een gedeeld begrip van het algehele effect van de bijdragen van de partijen en van wat gezamenlijk moet worden gedaan om het doel van de Overeenkomst van Parijs en haar langetermijndoelstellingen te verwezenlijken en met het oog op concrete kansen voor klimaatactie; BENADRUKT dat gestreefd moet worden naar gemeenschappelijke termijnen voor de NDC’s van alle partijen;

Doelstellingen van CoP23

  • 17. 
    WAARDEERT het unieke leiderschap van Fiji als eerste kleine eilandstaat die voorzitter is van een CoP; BEVESTIGT zijn steun voor Fiji's aantredende voorzitterschap van de CoP/CMP/CMA bij zijn initiatieven in de aanloop naar en tijdens de CoP23 met het oog op een succesvolle bijeenkomst;
  • 18. 
    IS INGENOMEN met de inclusieve en transparante raadplegingen die zijn gehouden door het huidige en het aanstaande Marokkaanse en Fijische CoP-voorzitterschap in mei 2017 over de organisatie van de faciliterende dialoog 2018, het eerste belangrijke politieke moment na Parijs waarop de partijen de balans zullen opmaken van hun gezamenlijke inspanningen ter verwezenlijking van de doelstelling van artikel 4, lid 1, van de Overeenkomst van Parijs; NEEMT ER NOTA VAN dat de resultaten van de faciliterende dialoog worden meegenomen in de voorbereiding van de NDC’s overeenkomstig punt 20 van Besluit 1/CP.21; BENADRUKT dat het belangrijk is tijdens CoP23 voldoende duidelijkheid te verschaffen over hoe de faciliterende dialoog 2018 zal worden gevoerd; OVERWEEGT de actieve deelname van de EU en de lidstaten aan de faciliterende dialoog 2018;
  • 19. 
    ZIET UIT NAAR een constructieve bijeenkomst van de 'kampioenen' van het mondiaal klimaatactieplan op hoog niveau tijdens CoP23, en naar een versterkte rol van niet-overheidsactoren;
  • 20. 
    ERKENT de vorderingen betreffende het werkprogramma van Parijs die door CoP22 in Marrakesh en de vergaderingen van de hulporganen in Bonn in mei 2017 zijn gemaakt; ONDERSTREEPT dat CoP23 in Bonn aanzienlijke vooruitgang zou moeten boeken in de vorm van ontwerpbesluiten of tekstuele aanpassingen ten aanzien van alle daarvoor aangewezen punten van het werkprogramma van Parijs met het oog op het garanderen van de aanneming van de besluiten tijdens CoP24; IS VOORSTANDER VAN evenwichtige vorderingen met de voorbereiding van de uitvoering van alle bepalingen van de overeenkomst, waaronder mitigatie, adaptatie, uitvoeringsmiddelen en het transparantiekader, als elementaire basis voor de doeltreffendheid van de Overeenkomst van Parijs;
  • 21. 
    KIJKT ERNAAR UIT om op productieve wijze met andere partijen samen te werken in de aanloop naar en tijdens CoP24 in Katowice in Polen in 2018, met het oog op een succesvol resultaat in het kader van het overeengekomen werkprogramma ter voorbereiding van de uitvoering van de Overeenkomst van Parijs;

Andere processen

  • 22. 
    BENADRUKT het belang van het streven naar een coherentere coördinatie en synergieën tussen de Overeenkomst van Parijs, de Agenda 2030 voor duurzame ontwikkeling, het kader van Sendai voor rampenrisicovermindering, en andere Rio-overeenkomsten en relevante UN-strategieën; MERKT OP dat deze multilaterale instrumenten hebben aangetoond dat alle lidstaten van de VN in partnerschap moeten en kunnen samenwerken bij het aanpakken van mondiale vraagstukken - klimaatverandering, duurzame ontwikkeling en inspanningen om rampenrisico's te verminderen en te beheren - en bij het uitbannen van armoede;
  • 23. 
    IS INGENOMEN MET de aanneming, tijdens de 28e bijeenkomst van de partijen, van de wijziging van Kigali van het Protocol van Montreal betreffende stoffen die de ozonlaag afbreken, met het oog op de uitfasering van fluorkoolwaterstoffen (HFK's ), en HERINNERT aan de vaststelling door de Raad van het besluit om, namens de EU, de wijziging van Kigali van het Protocol van Montreal te sluiten; IS VERHEUGD dat de nationale bekrachtigingsprocedure voor de wijziging van Kigali in een aantal lidstaten reeds is ingezet en in sommige reeds is afgerond; SPOORT andere lidstaten AAN hun nationale bekrachtigingsprocedures te voltooien, en andere partijen de wijziging van Kigali zo spoedig mogelijk te ratificeren, met het oog op de inwerkingtreding van de wijziging van Kigali op 1 januari 2019;
  • 24. 
    IS INGENOMEN MET de overeenkomst van de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie (ICAO) betreffende de regeling voor koolstofcompensatie en -reductie voor de internationale luchtvaart (Carbon Offsetting and Reduction Scheme for International Aviation - CORSIA) en kijkt uit naar de afronding van de werkingsregels en de tijdige uitvoering ervan; BENADRUKT de noodzaak van milieu-integriteit, onder meer door het voorkomen van dubbeltellingen; VERZOEKT alle partijen deel te nemen aan de vrijwillige fase van CORSIA;
  • 25. 
    VERZOEKT de Internationale Maritieme Organisatie (IMO) nog meer vaart te zetten achter haar inspanningen ter vermindering van de uitstoot van broeikasgassen in de maritieme sector en in april 2018 een ambitieuze initiële IMO-strategie inzake vermindering van broeikasgasemissies van schepen vast te stellen, met inbegrip van verdere maatregelen in overeenstemming met de IMO-routekaart en de temperatuurdoelstellingen op lange termijn van de Overeenkomst van Parijs.

Naar de bladzijde "Vergaderingen" Download als PDF