Memorie van toelichting - Wijziging van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschappen (VIII) voor het jaar 1997 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) - Hoofdinhoud

Deze memorie van toelichting i is onder nr. 2 toegevoegd aan wetsvoorstel 25778 - Wijziging begroting Onderwijs Cultuur en Wetenschappen 1997 (Najaarsnota).

Officiële titel	Wijziging van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschappen (VIII) voor het jaar 1997 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota); Memorie van toelichting
Document­datum	01-12-1997
Publicatie­datum	12-03-2009
Nummer	KST25974
Kenmerk	25778, nr. 2
Van	Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (OCW)
Originele document in PDF

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 1997–1998

25 778

Wijziging van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (VIII) voor het jaar 1997 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)

Nr. 2

MEMORIE VAN TOELICHTING

ALGEMEEN DEEL Inleiding

De opbouw van deze memorie van toelichting is als volgt:

• 1. 

  Aansluiting met de Najaarsnota

• 2. 

  Algemene toelichting op de mutaties

• 3. 

  Nadere toelichting op de mutaties

• 4. 

  Ontwikkelingen per beleidsterrein

• 5. 

  Artikelsgewijze toelichting

Wanneer in het algemeen deel en de artikelsgewijze toelichting wordt gesproken over de ontwerpbegroting 1997, de eerste suppletoire begroting 1997 en de ontwerpbegroting 1998 wordt verwezen naar de memorie van toelichting bij:

– de ontwerpbegroting 1997: kamerstukken II 1996/1997 25 000 VIII, nr. 2. – de eerste suppletoire begroting 1997: kamerstukken II 1996/1997

25 371, nr. 2. – de ontwerpbegroting 1998: kamerstukken II 1997/1998 25 600 VIII, nr. 2.

• 1. 

  Aansluiting met de Najaarsnota

Met dit wetsvoorstel wordt voorgesteld de begroting van de uitgaven en de verplichtingen voor het jaar 1997 te verlagen met respectievelijk f 257,4

miljoen en f 538,3 miljoen en de ontvangsten te verhogen met f 108,3

miljoen. De mutaties die tot deze wijzigingen leiden, zijn in de Najaarsnota opgenomen.

De aansluiting tussen de mutaties in de Najaarsnota en dit wetsvoorstel is als volgt:

Van begroting 1997 naar tweede suppletoire begroting 1997 (bedragen x f 1 miljoen)

• 2. 

  Algemene toelichting

De mutaties die in deze suppletoire begroting zijn verwerkt, zijn als volgt verdeeld over autonome, beleidsmatige en technische mutaties:

Bedragen x f 1 mln

Autonome en beleidsmatige mutaties

De autonome (mee- en tegenvallers) en beleidsmatige mutaties volgen de regels budgetdiscipline. Dit houdt in dat deze mutaties in evenwicht moeten zijn, behoudens een generale bijdrage van het kabinet aan de begroting of van de begroting aan het kabinet.

Het saldo van de autonome mutaties is een tegenvaller van f 7,3 miljoen

(f 74,6 miljoen –/– f 67,3 miljoen), terwijl de beleidsmatige mutaties per saldo (– f 281,3 miljoen + f 105,3 miljoen) leiden tot een verlaging met

f 176 miljoen.

Het saldo van de autonome en beleidsmatige mutaties in deze tabel is dan in totaal – f 168,7 miljoen. Met dit bedrag is de begroting dus per saldo verlaagd.

De redenen hiervoor zijn de volgende:

Bedragen x f 1 mln

Uitgaven

Correctie eindejaarsmarge 1996 Eindejaarsmarge 1997

Ontvangsten

Kasschuif

• - 

  32,8 290,9

155,0

Totaal

168,7

Eindejaarsmarge 1996–f32,8 miljoen

Bij Miljoenennota 1998 is de definitieve eindejaarsmarge 1996 bepaald. Ten opzichte van de stand bij de Voorjaarsnota betekent dit een achteruitgang van de eindejaarsmarge met f 32,8 miljoen.

Eindejaarsmarge 1997–f290,9 miljoen

Het uitgavenritme voor de volgende bestedingen wordt naar beneden aangepast:

– de koopkrachtreparatie in de sector onderwijs en wetenschappen met f 192,9 miljoen;

– de informatie- en communicatietechnologie met f 30 miljoen;

– de steunmaatregelen in de sector beroepsonderwijs en volwasseneneducatie met f 23 miljoen;

– de uitgaven in het kader van de dekking van de profielen tweede fase voortgezet onderwijs en enkele kleinere posten met f 45 miljoen.

Dit is een voorlopige inventarisatie. De definitieve eindejaarsmarge wordt pas bepaald bij de Slotwet 1997, en de besluitvorming over de aanwending hiervan geschiedt bij Voorjaarsnota 1998.

Kasschuiff155,0 miljoen

De kasschuif is het gevolg van het uitstellen van 1997 naar 1998 van de verkoop van het Nederlands Omroepproductie Bedrijf (NOB).

Alle overige hierna genoemde autonome en beleidsmatige posten bij de uitgaven en ontvangsten dienen elkaar in evenwicht te houden. In de tabel hieronder zijn de autonome en beleidsmatige posten groter dan f 10 miljoen uitgesplitst in mee- en tegenvallers.

¹  Uitgavenverhogingen en ontvangstenverlagingen.

²  Uitgavenverlagingen en ontvangstenverhogingen.

• 3. 

  Nadere toelichting op de mutaties Tegenvallers/beleidsmatige verhogingen

Afrekeningenf13,7 miljoen

Op basis van nadere analyses van de nabetalingen en ontvangsten die de afgelopen jaren zijn gerealiseerd is het afrekenbudget bijgesteld met f 13,7

miljoen.

Tegenvallers zijn er bij de nabetalingen huisvestingskosten primair- en voortgezet onderwijs met een saldo van f 11,6 miljoen en nabetalingen in het primair onderwijs met een saldo van f 7,7 miljoen. Daartegenover staat onder andere een meevaller in het voortgezet onderwijs van f 5,0 miljoen.

Leerlingenkenmerkenf44,5 miljoen

Binnen de totalen van de onderwijsdeelname is er jaarlijks sprake van

(leerling)bewegingen, die bij ongewijzigd beleid leiden tot autonome budgettaire effecten. Deze effecten leiden in het primair onderwijs tot een bijstelling van het budget voor 1997 met f 7,4 miljoen.

Daarnaast is f 0,4 miljoen toegekend voor de personele en materiële uitgaven van het experiment «Almere».

Voorts zijn de uitgaven voor de studentencohorten die niet onder de prestatiebeurs vallen f 36,7 miljoen hoger dan aanvankelijk geraamd.

Leerlingenvolumef86,2 miljoen

Op grond van de ontwikkelingen van het aantal leerlingen in het primair onderwijs is de raming aangepast, hetgeen resulteert in een verhoging van de begroting van f 28,0 miljoen, terwijl voor het voortgezet onderwijs de begroting wordt verlaagd met f 17,9 miljoen.

Voor het beleidsterrein studiefinanciering wordt de begroting verhoogd met f 57,3 miljoen in verband met een lager aandeel van de prestatiebeurs-studenten in het totaal van de studiefinancieringsgerechtigden. Hier treedt het effect op dat de verschuiving van relevante naar niet-relevante uitgaven kleiner is dan aanvankelijk geraamd en er per saldo een tegenvaller op de relevante uitgaven ontstaat. Tevens is uit de realisatie 1996 gebleken, dat het aantal lesgeldplichtigen ongeveer 10 000 lager is uitgekomen dan verwacht. Voor 1997 leidt het lagere aantal lesgeldplichtigen tot een daling in de ontvangsten van circa f 10,8 miljoen. Tenslotte wordt de begroting verhoogd met een bedrag van f 8,0 miljoen als gevolg van een tekort bij de benodigde middelen voor asielzoekers.

Deurwaarderskostenf10,2 miljoen

De incassowerkzaamheden van deurwaarders zijn aan de apparaatskosten van de Informatie Beheer Groep toegevoegd.

Deze waren tot nu toe geraamd bij de programma-uitgaven op beleidsterrein 25. Bij uitsplitsing van de budgetten bleek een ramingstegenvaller van f 10,2 miljoen.

Profiel tweede fasef19,2 miljoen

Voor de invoering van Profiel tweede fase in het voortgezet onderwijs is over de jaren 1997 en 1998 f 50,0 miljoen extra beschikbaar gesteld. Voor 1997 betekent dit een herschikking van f 19,2 miljoen.

Apparaatskosten USZOf32,3 miljoen

Voor de vergoeding van de invoeringskosten USZO en voor extra werkzaamheden die de uitvoering van de wachtgeld- en suppletieregeling met zich meebrengen is het budget voor 1997 verhoogd met f 32,3 miljoen.

Uitgaven regionale televisief40,0 miljoen

Deze mutatie is het gevolg van het in de begroting opnemen van de uitgaven voor regionale publieke televisie. Deze uitgaven zijn binnen het mediabudget opgevangen.

Per saldo tegenvaller STER-opbrengsten/omroepbijdragenf27,9 miljoen

De STER-opbrengsten vallen naar verwachting f 60 miljoen lager uit en de afdrachten van de Dienst Omroepbijdragen daarentegen f 29 miljoen hoger. Daarnaast zijn er enkele kleine meevallers.

Meevallers/beleidsmatige verlagingen

Formatief55,4 miljoen

In het primair onderwijs is sprake van een meevaller van per saldo f 16,5 miljoen. De belangrijkste oorzaak is de hogere vacatureruimte dan geraamd. Hierdoor wordt de begroting verlaagd met een bedrag van f 16,0 miljoen.

In het voortgezet onderwijs is sprake van een meevaller op de uitgaven voor aanvullende formatie van f 27,3 miljoen en een meevaller op de herbezettingsregeling adv/bapo van f 11,6 miljoen.

Uitgaven studiefinancieringf40,4 miljoen

Op grond van de voorlopige inzichten in de begrotingsuitvoering 1997 wordt rekening gehouden met meevallende uitgaven van f 40,4 miljoen.

Ontvangsten studiefinancieringf67,8 miljoen

Een meevaller van f 67,8 miljoen ligt op het terrein van studiefinancieringsbeleid. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door een forse toename van de terugbetalingen op dat gedeelte van de studieleningen dat relevant is voor het beleidsmatig financieringstekort.

Gemiddelde personeelslastenf10,0 miljoen

Onder deze noemer hebben zich een aantal mee- en tegenvallers voorgedaan, die per saldo tot f 10,0 miljoen meevallers hebben geleid. In het primair onderwijs is sprake van een meevaller van f 26,4 miljoen op de gemiddelde personeelslasten. Dit wordt voor een bedrag van f 9,2 miljoen veroorzaakt doordat er veel jonge leerkrachten instromen in het onderwijs, waardoor de gemiddelde personeelslasten lager uitvallen dan geraamd. Daarnaast zijn er enkele kasverschuivingen tussen 1997 en 1998 van in totaal f 17,2 miljoen, doordat afdrachten niet in december 1997 plaatsvinden maar in januari 1998.

De begroting wordt met f 2,1 miljoen verhoogd voor het voortgezet onderwijs in verband met extra uitgaven voor de ziektekosten onderwijs-en onderzoekpersoneel.

Tenslotte wordt de begroting verhoogd met een bedrag voor loonbijstelling van f 14,3 miljoen in verband met het ontstaan van een tekort bij de uitdeling van de overhevelingstoeslag 1996.

Wachtgeldenf16,0 miljoen

De wachtgeldraming voor het voortgezet onderwijs is verlaagd met f 16,0 miljoen.

Nulindexering 1997/1998f18,2 miljoen

De nulindexering is een gevolg van de beslissing om de meeste uitgaven op het gebied van de media niet te indexeren in de jaren 1997 en 1998.

Onttrekking algemene omroepreservef49,7 miljoen

Een lagere onttrekking aan de algemene omroepreserve als gevolg van het niet indexeren van de uitgaven in 1997.

Technische mutaties – f 197,1 miljoen

De technische mutaties zijn voor het totaal van de rijksuitgaven budgettair neutraal. Het saldo van de technische mutaties (uitgaven minus ontvangsten) bedraagt – f 197,1 miljoen. De belangrijkste posten worden gevormd door een verlaging van de begroting met f 311,3 miljoen wegens het lagere beroep van studenten op studieleningen en f 74,8 miljoen wegens het met één jaar uitstellen van de decentralisatie van de ziektekostenverzekering voor overheidspersoneel (zvo). De begroting is verhoogd uit de aanvullende post met f 178,0 miljoen loonbijstelling voor de koopkrachtreparatie van het onderwijspersoneel, met f 10,2 miljoen door een bijstelling van de raming van het aantal asielzoekers en met f 25,2 miljoen in verband met het bijstellen van de raming voor 1997 van de ontvangsten op niet-relevante studieleningen.

De uitgaven en de ontvangsten nemen toe met f 161,3 miljoen, doordat voortaan de terugontvangsten van ten onrechte uitbetaalde studiefinanciering als ontvangsten worden verantwoord in plaats van deze in mindering te brengen op de uitgaven.

Door het principe van het zogenaamde bruto boeken te volgen, wordt het administratieve proces vereenvoudigd, waardoor de uitkomsten ook eerder kunnen worden vastgesteld.

Verplichtingen mutaties – f 345,5 miljoen

Op alle beleidsterreinen waar de verplichtingen worden aangegaan in het jaar voorafgaande aan de betaling, is sprake van een dubbele verplichtingenverhoging voor loon- en prijsbijstellingen, namelijk voor het lopende jaar en volgend jaar.

Dit geldt met name voor de beleidsterreinen primair onderwijs, beroepsonderwijs- en volwasseneneducatie, hoger beroepsonderwijs, wetenschappelijk onderwijs en onderzoek- en wetenschapsbeleid. Daartegenover is er sprake van een verplichtingenverlaging met f 1,5 miljard op het beleidsterrein cultuur. De garantie-overeenkomst met het Nationaal Restauratiefonds heeft in 1996 tot een eenmalige garantieverplichting geleid van maximaal f 1,5 miljard met een in principe onbeperkte looptijd. Ten onrechte werd de overeenkomst vertaald in een telkenjare aan te gane verplichting.

• 4. 

  Ontwikkelingen per beleidsterrein

Beleidsterrein 17 Ministerie algemeen

Opbouw verplichtingen-, uitgaven- en ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

De apparaatskosten van het departement worden ten opzichte van de vastgestelde eerste suppletoire begroting 1997 met een bedrag van f 63,0 miljoen verhoogd. De geraamde ontvangsten worden met een bedrag van f 0,7 miljoen verhoogd.

Aan de apparaatskosten van de Informatie Beheer Groep is toegevoegd de incasso werkzaamheden van deurwaarders (f 10,2 miljoen) en de organisatie van de examendiensten voor het beroepsonderwijs en volwasseneneducatie (f 5,7 miljoen). Voor de uitvoeringskosten van beleidswijzigingen, met name op het terrein van de studiefinanciering, is een bedrag van f 7,5 miljoen overgeboekt. Een bedrag van f 1,1 miljoen is overgeboekt naar de Centrale Financiën Instellingen (Cƒi) voor de uitvoering van de Integrale PersoneelsTelling Onderwijspersoneel. Ten behoeve van de projectkosten van de projecten «Een leven lang leren» en het «Toekomstdebat studiefinanciering» is het budget met f 1,8 miljoen verhoogd.

Nieuw op dit beleidsterrein is de verantwoording van de apparaatsuitgaven voor het Vervangingsfonds inclusief de bedrijfsgezondheidszorg van f 28,3 miljoen. Deze uitgaven werden voorheen verantwoord op artikel 19.01 van het voortgezet onderwijs.

Beleidsterrein 18 Primair onderwijs

Opbouw verplichtingen-, uitgaven- en ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Beleidsterrein 18

Verplichtingen

Uitgaven

Ontvangsten

Stand na 2e suppletoire begroting 1997

10 894 042

9 765 848

47 840

Voor het primair onderwijs is sprake van een stijging van de uitgaven ten opzichte van de eerste suppletoire begroting 1997 van f 198,2 miljoen. De verplichtingen stijgen met f 254,1 miljoen. De geraamde ontvangsten nemen toe met f 9,0 miljoen.

De grootste uitgaven- en verplichtingenverhogingen doen zich voor op artikel 18.01 (Personele uitgaven) met een saldo van f 162,6 miljoen. De grootste mutatie op artikel 18.01 betreft de bijstelling uit de aanvullende posten, waarvoor een bedrag is opgenomen van f 140,0 miljoen. Verder zijn de middelen voor het Vervangingsfonds bijgesteld met f 27,0 miljoen.

Op artikel 18.02 materiële uitgaven heeft de grootste uitgavenstijging ook betrekking op een bijstelling uit de aanvullende posten. Dit betreft een verhoging met f 25,1 miljoen voor prijsbijstellingen.

Door het actualiseren van het bestedingsplan heeft op artikel 18.05 (Overige uitgaven) een verplichtingenmutatie plaatsgevonden van f 19,6 miljoen.

Enkele andere belangrijke posten zijn:

– Formatie:

De verwachting is dat de vacatureruimte groter is dan geraamd, vandaar dat deze post met f 16,5 miljoen wordt verlaagd.

– Gemiddelde personeelslasten:

Deze wordt neerwaarts bijgesteld met f 26,4 miljoen. – Leerlingenvolume:

Op grond van de ontwikkeling van het aantal leerlingen is de raming verhoogd met f 22,1 miljoen.

Beleidsterrein 19 Voortgezet onderwijs

Opbouw verplichtingen-, uitgaven- en ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Beleidsterrein 19

Verplichtingen

Uitgaven

Ontvangsten

Stand na 2e suppletoire begroting 1997

7 124 233

7 066 423

24 000

Voor het voortgezet onderwijs is sprake van een stijging van de uitgaven van f 19,0 miljoen ten opzichte van de 1e suppletoire begroting 1997. De totale verplichtingenmutatie bedraagt voor dezelfde periode f 3,9 miljoen. Het ontvangstenartikel wordt met f 4,7 miljoen verhoogd.

De technische mutaties bestaan voor een belangrijk deel uit bijstellingen uit de aanvullende posten. Naast de prijscompensatie van f 13,1 miljoen, de btw-compensatie van f 0,8 miljoen en een bijstelling van de wachtgelduitgaven van f 48,0 miljoen, gaat het hier om loonbijstellingen als gevolg van de cao 1996–1998 en een bijstelling van de zkoo en pseudo-premies van in totaal f 67,6 miljoen. Voorts is voor de asielzoekers f 3,9 miljoen toegevoegd. Voor een toelichting op de bijstelling uit aanvullende posten wordt kortheidshalve verwezen naar beleidsterrein 26. De overige technische mutaties betreffen voornamelijk diverse overboekingen van en naar andere beleidsterreinen.

Van de autonome mutaties gaat het bij de verhogingen om een bijstelling van de uitgaven aan het Vervangingsfonds van f 8,1 miljoen en een aanpassing van de uitgaven voor de zkoo van f 2,1 miljoen.

Van de autonome mutaties gaat het bij de verlagingen om het volgende: Het effect van de meest recente leerlingtelling leidt tot een verlaging met – f 17,9 miljoen. Voorts is er sprake van meevallende kosten in de personele uitgaven van – f 10,0 miljoen; overigens is deze meevaller aangewend voor Profiel tweede fase. Daarnaast heeft zich een meevaller voorgedaan op de uitgaven van de aanvullende formatie voor een bedrag van – f 27,3 miljoen en de herbezettingsregeling adv/bapo voor een bedrag van – f 11,6 miljoen. Ten slotte is een neerwaartse bijstelling van het afrekenbudget met f 2,0 miljoen verwerkt.

De beleidsmatige uitgavenmutaties (per saldo in totaal voor 1997 – f 28,0 miljoen) hebben betrekking op het extra beschikbaar stellen van f 50,0 miljoen voor de invoering van Profiel tweede fase en het via een kasschuif over de jaren 1997, 1998 en 1999 in overeenstemming brengen van het beschikbare budget met de verwachte uitgaven per jaar (1997 f 10,0 miljoen en 1998 f 40,0 miljoen).

De wachtgeldraming voor 1997 is vastgesteld op het realisatieniveau 1996 in het kader van de recente akkoorden over «De jaren tellen».

Dit leidt tot een verlaging van de wachtgelduitgaven met f 16,0 miljoen.

De stand van de verplichtingen is verhoogd met f 3,9 miljoen als gevolg van de doorwerking van de hiervoor genoemde kasmutaties en een bijstelling van de verwachte stand in de verplichtingenadministratie 1997; deze laatste aanpassing heeft overigens geen invloed op de kasuitgaven.

Beleidsterrein 20 Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie

Opbouw verplichtingen-, uitgaven- en ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

In de oorspronkelijk vastgestelde begroting 1997 werden voor het beleidsterrein beroepsonderwijs en volwasseneneducatie uitgaven verwacht voor een bedrag van f 3 965,6 miljoen. De oorspronkelijke verplichtingenraming bedroeg f 4 061,9 miljoen.

De totale uitgavenmutatie 2e suppletoire begroting 1997 bedraagt f 55,7 miljoen, hetgeen neerkomt op 1,4% van de oorspronkelijk vastgestelde begroting. Hiervan is f 81,7 miljoen van technische aard. De beleidsmatige mutatie bedraagt – f 26,0 miljoen. De verplichtingenraming stijgt met f 923,6 miljoen. Dit is 23% van de oorspronkelijk vastgestelde verplichtingenraming. De verplichtingenmutaties zijn hoofdzakelijk technisch en autonoom van aard. De bijstelling van de verplichtingenraming is aanzienlijk hoger dan de bijstelling van de uitgavenraming. Dit komt omdat de verplichtingenraming ook is bijgesteld voor de uit de mutaties voortvloeiende kasgevolgen in 1998 (zie artikel 20.01).

De mutaties op de uitgaven zijn als volgt onder te verdelen:

Technische mutaties                                                                      f81,7 miljoen

Beleidsmatige mutaties                                                             –f26,0 miljoen

De technische mutaties bestaan hoofdzakelijk uit een bijstelling uit de aanvullende posten voor verwerking van de salarismaatregelen. De beleidsmatige mutatie betreft voornamelijk de middelen voor huisvestingsknelpunten, welke in 1998 tot besteding zullen komen in plaats van in 1997.

Beleidsterrein 21 Hoger beroepsonderwijs

Opbouw verplichtingen-, uitgaven- en ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

De totale uitgaven- en verplichtingenmutaties voor het beleidsterrein hoger beroepsonderwijs in deze 2e suppletoire begroting 1997 bedragen respectievelijk f 74,6 miljoen en f 264,9 miljoen. Het ontvangstenbudget is met f 0,5 miljoen verhoogd.

De uitgavenmutaties bestaan nagenoeg geheel uit technische mutaties. Tweederde deel hiervan ofwel f 47,6 miljoen heeft betrekking op bijstellingen uit de aanvullende posten (loonbijstelling als gevolg van de cao 1996–1998, de bijstelling in verband met de pseudo-premies, zkoo en de prijscompensatie). Deze bijstellingen zijn voornamelijk verwerkt op de artikelen 21.01 en 21.05.

Het resterende deel van f 26,5 miljoen betreft interne overboekingen. De belangrijkste hiervan is de overboeking van f 26,0 miljoen voor de financiering van de projecten voor de integratie van informatie- en communicatietechnologie in de lerarenopleidingen, die in het kader van het beleidsplan «Investeren in voorsprong» worden gestart (zie artikel 21.04).

Het totaal van de verplichtingenmutaties wijkt substantieel af van de uitgavenmutaties. Dit wordt veroorzaakt doordat:

– in 1997, conform de regelgeving, de (hogere) kasuitgaven 1998 worden verplicht (zie artikel 21.01 en 21.05) en

– de verplichtingenraming is aangepast in verband met de meerjarigheid van projectenverplichtingen. Deze verplichtingen hebben betrekking op de informatie- en communicatietechnologie in de lerarenopleidingen (ict), de internationalisering, het studeerbaarheidsfonds en de projectgelden HBO-Raad (zie artikel 21.04).

Bij de ontvangsten is slechts sprake van een technische mutatie van f 0,5 miljoen in verband met een desaldering.

Beleidsterrein 22 Wetenschappelijk onderwijs

Opbouw verplichtingen-, uitgaven- en ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

De totale uitgavenmutatie op het beleidsterrein wetenschappelijk onderwijs bedraagt f 91,6 miljoen, waarvan f 96,6 miljoen technisch en – f 5,0 miljoen autonoom van aard is.

De technische mutaties van in totaal f 96,6 miljoen bestaan voornamelijk uit bijstellingen uit de aanvullende posten met een totaal van f 89,5

miljoen.

Dit betreft diverse algemene salarismaatregelen en prijsbijstelling voor deze sector.

Zie ook de toelichting bij artikel 22.01 (Universiteiten) en de toelichting op de artikelen 26.06 (Loonbijstelling) en 26.07 (Prijsbijstelling).

Het overige deel van de technische mutaties met een totaal van f 7,1

miljoen betreft een aantal overboekingen in verband met de internationale onderwijsinstellingen ten laste van het ministerie van Buitenlandse Zaken en Ontwikkelingssamenwerking (f 3,1 miljoen) en een aantal interne bijstellingen, zowel binnen beleidsterrein 22 als binnen het ministerie van

Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (f 4,0 miljoen).

De autonome mutatie van – f 5,0 miljoen houdt verband met de verwachte onderuitputting van het op artikel 22.04 geraamde budget voor uitkeringen na ontslag voor de zogeheten overige instellingen van wetenschappelijk onderwijs.

De verplichtingen nemen meer toe dan de uitgaven, omdat in de loop van het jaar toegekende loonen prijsbijstellingen zowel voor het lopende jaar als voor het jaar daarop, in 1997 worden verplicht. De afwijkende, beleidsmatige verplichtingenmutatie van f 13,2 miljoen heeft betrekking op meerjarige internationaliseringsprogramma’s waarvan de verplichtingen zijn aangegaan in 1997, alsmede de kaseffecten 1997 van verplichtingen vóór 1997.

Beleidsterrein 23 Onderzoek en wetenschapsbeleid

Opbouw verplichtingen-, uitgaven- en ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Voor het onderzoek- en wetenschapsbeleid is sprake van een stijging van de uitgaven met f 25,8 miljoen. Dit betreft met name technische mutaties van rechtspositionele aard en prijsbijstellingen (f 20,1 miljoen) en desalderingen in het kader van post-WAGGS en prijsbijstelling voor TNO (f 3,7 miljoen).

De stijging van het verplichtingenniveau met f 73,8 miljoen betreft met name verhogingen als gevolg van stijgingen van het uitgavenniveau in 1998 (f 63,8 miljoen) en een verplichtingenverschuiving naar 1997 door het vastleggen van de bijdrage aan het Eurandom met kasjaren 1998 t/m 2002 van f 10,0 miljoen. Deze mutatie heeft geen kasgevolgen voor latere jaren.

De ontvangsten stijgen met f 4,4 miljoen als gevolg van desalderingen, zoals opgenomen in de stijging van het uitgavenniveau.

Beleidsterrein 24 Huisvesting

Opbouw verplichtingen-, uitgaven- en ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Hoewel de huisvestingsverantwoordelijkheid voor het primair onderwijs, het voortgezet onderwijs, het beroepsonderwijs en de volwasseneneducatie met ingang van 1997 is gedecentraliseerd, blijven de nabetalingen in verband met het afrekenen van 1996 en voorgaande jaren en de afwikkeling van ingestelde bezwaren/beroepen inzake deze vergoedingsjaren echter nog onder de verantwoordelijkheid van OCenW vallen. De thans opgenomen wijzigingen hebben betrekking op de uitvoering van deze verantwoordelijkheid.

De extra ontvangsten betreffen in hoofdzaak afwikkelingen van verkopen onroerend goed voortgezet onderwijs, beroepsonderwijs en volwasseneneducatie.

Beleidsterrein 25 Studiefinancieringsbeleid

Opbouw verplichtingen-, uitgaven- en ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

De voorgestelde verlaging van de uitgavenbegroting studiefinanciering bedraagt – f 51,9 miljoen.

Deze mutaties hebben voor – f 102,5 miljoen een technisch karakter, voor + f 53,6 miljoen een autonoom karakter, en zijn voor – f 3 miljoen beleidsmatig van aard.

De technische posten hangen op de eerste plaats samen met een bijstelling van de uitgaven met + f 20,8 miljoen als gevolg van prijsontwikkeling. Daarnaast leidt het gecombineerd effect van de ontwikkeling dat studenten minder lenen dan in eerdere instantie was geraamd en de compensatie van studenten die als gevolg van beëindiging van de medeverzekering in het ziekenfonds nu een particuliere ziektekostenverzekering af moeten sluiten tot een mutatie van – f 284,6 miljoen. Tenslotte vindt een desaldering plaats als gevolg van het brutoboeken van uitgaven en ontvangsten op achterstallig lager recht (f 161,3 miljoen). Het technische karakter van deze mutaties is op de eerste plaats gelegen in het feit dat er een overboeking uit de aanvullende post van Financiën naar de OCenW begroting plaatsvindt, ten tweede in het feit dat leningen niet relevant zijn voor het beleidsmatige financieringstekort en ten derde in het feit dat een desaldering van uitgaven en ontvangsten plaatsvindt.

Autonome ontwikkelingen leiden tot een tegenvaller van f 53,6 miljoen. De belangrijkste oorzaak hiervoor is een lager uitwonendenpercentage voor prestatiebeurscohorten en lagere aantallen prestatiebeurs studenten. Hierdoor is de verschuiving van relevante naar niet-relevante uitgaven lager dan aanvankelijk geraamd.

Tenslotte leidt een overboeking van de incassokosten uit het deurwaarderstraject naar de apparaatskosten van de IB-Groep tot een verlaging van de uitgavenraming met f 3,0 miljoen.

Voorgesteld wordt de ontvangstenraming voor het beleidsterrein studiefinanciering te verhogen met f 247,2 miljoen. Deze forse verhoging wordt voor het grootste deel verklaard door de technische mutaties. Enerzijds betreft dit een desaldering van f 161,3 miljoen als gevolg van het bruto boeken van uitgaven en ontvangsten op achterstallig lager recht. Anderzijds betreft dit hogere ontvangsten vanwege aflossingen op studieleningen die vanaf 1992 zijn verstrekt. Het technische karakter van deze laatste mutatie is gelegen in het feit dat deze ontvangsten niet relevant zijn voor het beleidsmatige financieringstekort. Verder leiden autonome ontwikkelingen in met name de termijnontvangsten op langlopende schulden tot een mutatie van f 60,7 miljoen.

Beleidsterrein 26 Overige programma-uitgaven

Opbouw verplichtingen-, uitgaven- en ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Beleidsterrein 26

Verplichtingen

Uitgaven

Ontvangsten

Stand na 2e suppletoire begroting 1997

161 201

168 249

11 261

De totale uitgaven- en verplichtingenmutatie bedraagt – f 729,0 miljoen en voor de ontvangsten f 3,0 miljoen.

De voornaamste mutaties betreffen:

– de verdeling van de loonbijstelling van f 334,7 miljoen over de beleidsterreinen ter verwerkingen van de CAO 1996–1998.

– de verdeling van de prijsbijstelling f 150,7 miljoen over de beleidsterreinen;

– de toewijzing van de centraal getroffen reservering van f 91 miljoen aan de sectoren die deelnemen aan het Participatiefonds ter effectuering van de voedingsafspraken met dit fonds.

Beleidsterrein 27 Cultuur

Opbouw verplichtingen-, uitgaven- en ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Voor het beleidsterrein cultuur is sprake van een daling van de uitgaven ten opzichte van de eerste suppletoire begroting 1997 van circa f 5,4 miljoen. De verplichtingenraming wordt met f 1,5 miljard verlaagd. De begroting van de ontvangsten is met circa f 183,0 miljoen verlaagd.

De technische posten bestaan vooral uit een bijstelling uit de aanvullende post van de rijksbegroting. Dit betreft het actualiseren van het loon- en prijsniveau (f 25,7 miljoen).

Het totaal aan externe overboekingen bedraagt – f 10,7 miljoen; deze negatieve bijstelling wordt voornamelijk veroorzaakt door overboekingen naar het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer ten behoeve van het Energie Efficiency Programma Rijkshuisvesting, het Deltaplan Cultuurbeheer en voor de nieuwbouw en de eerste inrichtingskosten van het Nederlands Instituut voor Scheeps-archeologie te Lelystad.

De desalderingsmutatie (– f 49,8 miljoen) is voor een belangrijk deel het gevolg van het feit dat er in 1997 minder uitgaven worden voorzien dan eerder geraamd. Het betreft het budget landelijke omroep dat dit jaar naar verwachting f 29,6 miljoen lager zal worden vastgesteld dan eerder geraamd (zie voor een toelichting artikel 27.04 Media). Verder zal dit jaar naar verwachting f 12,4 miljoen minder nodig zijn uit hoofde van de zogeheten matching-bijdrage ten behoeve van regionale publieke televisie.

Bij Cultuurbeheer vindt een verhoging plaats van f 10,0 miljoen als gevolg van meer ontvangsten bij de Rijksdienst Oudheidkundig Bodemonderzoek in verband met werkzaamheden voor derden. De corresponderende ontvangstenartikelen zijn met eenzelfde bedrag bijgesteld. De interne overboekingen van f 9,5 miljoen zijn mutaties binnen OCenW. Daarnaast is er sprake van een bijstelling van de verplichtingen met f 1,5 miljard. De garantie-overeenkomst met het Nationaal Restauratiefonds heeft in 1996 tot een eenmalige garantieverplichting geleid van maximaal f 1,5 miljard met een in principe onbeperkte looptijd. Ten onrechte werd de overeenkomst vertaald in een telkenjare aan te gane verplichting.

De beleidsmatige mutaties op het totaal van het beleidsterrein Cultuur bedragen f 20,1 miljoen. Deze worden grotendeels veroorzaakt door de nulindexering 1997/1998 bij de media (– f 18,2 miljoen); daarnaast vindt een verhoging plaats van f 40,0 miljoen, omdat de uitgaven voor regionale publieke televisie in de begroting opgenomen zijn.

De bijstelling van de verplichtingenruimte wordt veroorzaakt door de in 1996 aangegane meerjarige verplichtingen in het kader van de Cultuurnota 1997–2000. Deze mutatie heeft geen gevolgen voor de kasuitgaven.

De belangrijkste ontvangstenmutaties vinden plaats op het terrein van de media: door de combinatie van een lagere onttrekking aan de algemene omroepreserve en lagere STER-opbrengsten wordt het ontvangstenartikel verminderd met f 39 miljoen.

Verder vindt een verlaging van f 155,0 miljoen plaats als gevolg van het uitstel van de verkoop van het Nederlands Omroepproductie Bedrijf

(NOB).

• 5. 

  Artikelsgewijze toelichting

Artikel 17.06 Personeel en materieel ministerie

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)

Verplichtingen

Uitgaven

• 1. 

  Technische mutaties

• a. 

  Bijstelling uit aanvullende posten

• b. 

  Overboekingen (extern)

• c. 

  Overboekingen (intern)

• 2. 

  Beleidsmatige mutaties

• a. 

  Projecten SF/LL

• b. 

  Uitvoeringstoetsen

Totaal

35 195

35 823

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

De bijstelling uit de aanvullende posten is voor de loon- en prijsbijstellingen 1997.

1.b

Het betreft hier de structurele overboeking van het ministerie van Binnenlandse Zaken van het aandeel in de beheerskosten in het zogenaamde IPA-systeem; het salarissysteem van de rijksoverheid.

1.c

De voornaamste overboeking is die van de apparaatskosten van het Vervangingsfonds, inclusief de bedrijfsgezondheidszorg, van f 28,3 miljoen van artikel 19.01 van het voortgezet onderwijs naar dit artikel. Van de overige programma-uitgaven is een bedrag van f 1,1 miljoen overgeboekt voor de uitvoering van de Integrale PersoneelsTelling Onderwijspersoneel (IPTO) door de Centrale Financiën Instellingen (Cƒi). Voorts hebben een aantal kleinere herschikkingen plaatsgevonden voor een totaal bedrag van f 0,6 miljoen. Het betreft een overboeking naar het primair onderwijs voor de scholenbouwprijs, en overboekingen naar de Centrale Financiën Instellingen (Cƒi) voor de werkzaamheden op het terrein van de jaarrekeningen en het project versterking leerlingwezen op het terrein van beroepsonderwijs en volwasseneneducatie en een dataverzameling voor het wetenschappelijk onderwijs.

2.a

Verhoging ten behoeve van de projectkosten van de projecten «Een leven lang leren» en het «Toekomstdebat studiefinanciering».

2.b

Verhoging ten behoeve van de invoeringskosten van beleidswijzigingen bij het agentschap Centrale Financiën Instellingen (Cƒi).

Artikel 17.07 Personeel en materieel IB-Groep

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)

Verplichtingen

Uitgaven

• 1. 

  Technische mutaties

• a. 

  Bijstelling uit aanvullende posten

• b. 

  Overboekingen (intern)

• 2. 

  Beleidsmatige mutaties

• a. 

  Deurwaarderskosten

Totaal

26 023

26 023

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

De bijstelling uit de aanvullende posten is voor loon- en prijsbijstellingen

1997.

1.b

Uit de projectgelden is in totaal f 7,5 miljoen overgeboekt voor de invoerings- en uitvoeringskosten van beleidswijzigingen. Deze hebben voornamelijk betrekking op de wijzigingen op het terrein van de studiefinanciering. Van het beleidsterrein beroepsonderwijs en de volwasseneneducatie is f 5,7 miljoen overgeboekt voor de organisatie van de examendiensten.

2.a

Dit jaar zijn de incassowerkzaamheden van deurwaarders aan de apparaatskosten van de Informatie Beheer Groep toegevoegd. Daarbij is een ramingstegenvaller opgetreden van f 10,2 miljoen.

Artikel 17.08 Personeel en materieel Inspectie van het onderwijs

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Artikel 17.08

Verplichtingen

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 1997

Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1997

Mutaties in 1e suppletoire begroting 1997

Nieuwe mutaties

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

De bijstelling uit de aanvullende posten is voor de loon- en prijsbijstellingen 1997.

Artikel 17.09 Personeel en materieel adviesraden

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Artikel 17.09

Verplichtingen

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 1997

Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1997

Mutaties in 1e suppletoire begroting 1997

Nieuwe mutaties

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

De bijstelling uit de aanvullende posten is voor de loon- en prijsbijstellingen 1997.

1.b

Als uitvloeisel van de behandeling van de instellingswet van de Onderwijsraad in het najaar van 1996, is in het parlement toegezegd de Raad met vier extra leden uit te breiden. Deze uitbreiding is ten laste gegaan van artikel 17.06 (Personeel en materieel ministerie).

Artikel 17.01 Ontvangsten van algemene aard

Opbouw ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Artikel 17.01

Ontvangsten

Stand ontwerpbegroting 1997

Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1997

Mutaties in 1e suppletoire begroting 1997

Nieuwe mutaties

2 005

2 005

• - 

  755

685

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

Het positieve bedrijfsresultaat 1996 van het agentschap Centrale Financiën

Instellingen (Cƒi) komt voor dit bedrag ten goede aan het departement.

Artikel 18.01 Personele uitgaven

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Artikel 18.01

Verplichtingen

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 1997

Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1997

Mutaties in 1e suppletoire begroting 1997

Nieuwe mutaties

• 1. 

  Technische mutaties

• a. 

  Bijstelling uit aanvullende posten

• b. 

  Overboekingen (intern)

• 2. 

  Autonome mutaties

• a. 

  Afrekeningen

• b. 

  Diversen

• c. 

  Formatie

• d. 

  Gemiddelde personeelslasten

• e. 

  Leerlingenkenmerken

• f. 

  Leerlingenvolume

• 3. 

  Beleidsmatige mutaties

• a. 

  OALT

• b. 

  Toerusting en Bereikbaarheid

Totaal

162 641

162 641

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

De bijstelling heeft voor f 116,4 miljoen betrekking op bijstellingen voor salarismaatregelen. Voor een toelichting wordt kortheidshalve verwezen naar beleidsterrein 26.

Voor f 18,0 miljoen heeft de bijstelling uit de aanvullende posten betrekking op een bijstelling van het wachtgeldbudget. Naar aanleiding van de resultaten van het onderzoek «de jaren tellen» en de raming van het Nederlands Interdisciplinair Demografisch Instituut (NIDI) is dit budget opgehoogd.

Verder wordt de mutatie die opgenomen is onder «bijstelling uit de aanvullende posten» veroorzaakt door een bijstelling van de raming van het aantal asielzoekers van f 5,9 miljoen.

1.b

De overboekingen binnen het beleidsterrein van het primair onderwijs betreffen met name enige correcties op eerdere loon- en prijsbijstellingen.

Overboekingen met het beleidsterrein voortgezet onderwijs:

– OALT

Ten behoeve van de omzetting van het OALT-beleid in het beleid «moderne vreemde talen»in het voortgezet onderwijs wordt uit de opbrengst van de aanscherping van het gewicht 1.25 structureel f 1,5 miljoen naar beleidsterrein 19 (voortgezet onderwijs) overgeboekt. Voor het kalenderjaar 1997 bedraagt de overboeking f 0,5 miljoen, bestemd voor de periode vanaf 1 augustus 1997.

– NOB

Van beleidsterrein 19 (voortgezet onderwijs) is voor de stichting Nederlands Onderwijs in het Buitenland (NOB) een bedrag van f 0,6

miljoen per jaar overgeboekt naar artikel 18.01 voor de subsidiëring van Nederlands voortgezet onderwijs in het buitenland. Voor het kalenderjaar 1997 bedraagt de overboeking f 0,2 miljoen (ingangsdatum 1-8-1997).

2.a

Op basis van nadere analyses van de nabetalingen en ontvangsten die de afgelopen jaren zijn gerealiseerd is het afrekenbudget bijgesteld met f 7,0

miljoen.

2.b

– Reservering Vervangingsfonds (f 27,0 miljoen)

In 1997 heeft een autonome verhoging plaatsgevonden ter grootte van f 27,0 miljoen in verband met een noodzakelijke reservering voor de risico’s op de liquiditeit van het Vervangingsfonds.

– OETC (– f 2,5 miljoen)

Dit betreft een op grond van de nieuwe leerlingraming berekende bijstelling naar het (vergelijkbare) niveau dat per 1-8-1998 in het kader van «Onderwijs in allochtone levende talen» aan de gemeenten wordt vergoed.

– Opbrengst T&B-tranches tot en met 1995 (f 8,1 miljoen)

Zoals in de slotwet 1996 is gemeld, is een deel van de herbesteding van het budget «opbrengst T&B» in 1996 niet tot besteding gekomen. Met deze bijstelling komt dit budget beschikbaar in 1997 en wordt gebruikt voor de dekking van (een deel van) de groepsgrootteverkleining.

2.c

– Nascholing (– f 2,0 miljoen)

Voor nascholing is in 1997 f 58,3 miljoen beschikbaar. De regelingen voor het schooljaar 1996/1997 en 1997/1998 zijn reeds gepubliceerd en vertonen voor 1997 een overschot van circa f 2,0 miljoen.

– Groepsgrootte (– f 2,6 miljoen)

Voor de uitgaven die samenhangen met het beleid om de groepsgrootte in de onderbouw te verkleinen is met ingang van 1-8-1997 een structureel bedrag van f 270,0 miljoen uitgetrokken. Dit bedrag is meerjarig een constante reeks, terwijl de uitgaven van de groepsgrootteverkleining langzaam oplopen (ten gevolge van een stijgend leerlingaantal). De mutatie in 1997 maakt deel uit van een verschuiving tussen de jaren 1997 tot en met 2002 en zorgt er voor dat kosten en beschikbaar budget per jaar met elkaar in evenwicht komen.

– Formatie (f 4,0 miljoen)

Deze post betreft diverse kleinere bijstellingen op onderdelen van de formatie voor het primair onderwijs.

– Vacatureruimte BaO (– f 16,0 miljoen)

De uitvoering van de begroting laat een grotere vacatureruimte zien dan geraamd. Hiervoor is een mutatie van – f 16,0 miljoen verwerkt.

2.d

Deze mutatie omvat een aantal componenten met betrekking tot de hoogte van de gemiddelde personeelslasten ten behoeve van het primair onderwijs.

Het betreft een bijstelling van de gemiddelde personele lasten (GPL) met

– f 9,2 miljoen. Deze bijstelling wordt veroorzaakt doordat er veel jonge leerkrachten instromen in het onderwijs, waardoor de gemiddelde personele lasten lager uitvallen dan geraamd.

Daarnaast zijn er enkele kasverschuivingen tussen de kalenderjaren 1997

en 1998, doordat eerder in de raming onvoldoende rekening was gehouden met het feit dat de afdrachten werkgeverslasten over december

1997 pas plaatsvinden in januari 1998. Hiervan is sprake bij ziektekosten onderwijs en onderzoekpersoneel (– f 9,9 miljoen), loonheffing/FAOP en ABP-premies (– f 6,0 miljoen) en als gevolg van de aanvulling op de cao van 0,75% per 1 april 1997 (– f 1,3 miljoen).

2.e

Binnen de totalen van de onderwijsdeelname is er jaarlijks sprake van (leerling)bewegingen die bij ongewijzigd beleid leiden tot autonome budgettaire effecten. Deze effecten leiden tot een bijstelling van het budget voor 1997 met f 7,4 miljoen. Dat deze budgettaire effecten voorkomen, hangt onder andere samen met de niet-lineaire systematiek voor formatietoekenning in het basisonderwijs. Een andere verdeling van het aantal leerlingen over de scholen dan geraamd leidt tot dergelijke aanpassingen.

Daarnaast is f 0,3 miljoen toegekend voor de personele uitgaven van het experiment «Almere». De doelstelling van het experiment «Almere» is realisatie van geïntegreerd onderwijs voor zintuiglijk, lichamelijk en verstandelijk gehandicapte kinderen, waarbij ook de voorziening voor gedragsgestoorde leerlingen aan de orde is.

2.f

Op grond van de ontwikkeling van het aantal leerlingen is de raming aangepast. Een toelichting op de ontwikkeling van het aantal leerlingen (de autonome leerlingontwikkeling en de ontwikkeling van het aantal wachtenden) is gegeven in paragraaf 3 horizontale toelichting bij beleidsterrein 18 van de rijksbegroting 1998. Het betreft een bijstelling van het budget met f 9,6 miljoen voor de autonome leerlingontwikkeling en een bijstelling in verband met het aantal wachtenden van f 2,7 miljoen. Op basis van de autonome leerlingontwikkeling is tevens op basis van de bevolkingsprognose een nadere analyse uitgevoerd met betrekking tot het budget ten behoeve van de groei gedurende het schooljaar. Deze analyse heeft geleid tot een bijstelling van dit budget met f 9,8 miljoen.

3.a

De overdracht van de uitvoering van het beleid «Onderwijs in allochtone levende talen» naar de gemeenten is met één jaar uitgesteld (van 1 augustus 1997 naar 1 augustus 1998). Met de overdracht was een extra bedrag van f 10,0 miljoen gemoeid. Nu deze uitgaven zich niet voordoen is de begroting voor 1997 met – f 4,2 miljoen en de begroting voor 1998 met – f 5,8 miljoen bijgesteld. Dit budget is ingezet voor een deel van de dekking van «Profiel tweede fase» van beleidsterrein 19 (voortgezet onderwijs).

3.b

Ten gevolge van onder meer de personele garanties van de scholen die betrokken zijn bij de fusies in de T&B (Toerusting en bereikbaarheid) tranche 1996, zijn de herbestedingen op het personele vlak in eerste instantie groter dan de opbrengsten op het personele vlak. Deze meerkosten van f 1,7 miljoen worden aan artikel 18.01 toegevoegd. Daar tegenover staat dat eenzelfde bedrag in mindering wordt gebracht op de gerealiseerde materiële opbrengst T&B tranche 1996 (zie ook artikel 18.02).

Artikel 18.02 Materiële uitgaven

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Artikel 18.02

Verplichtingen

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 1997

Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1997

Mutaties in 1e suppletoire begroting 1997

Nieuwe mutaties

• 1. 

  Technische mutaties

• a. 

  Bijstelling uit aanvullende posten

• b. 

  Overboekingen (intern)

• 2. 

  Autonome mutaties

• a. 

  Afrekeningen

• b. 

  Leerlingenkenmerken

• c. 

  Leerlingenvolume

• d. 

  Materiële kenmerken

• e. 

  Prijsbijstelling

• 3. 

  Beleidsmatige mutaties

• a. 

  Toerusting en Bereikbaarheid

Totaal

70 877

34 438

Conform de systematiek op dit artikel is in de verplichtingenstand de doorwerking van de kasmutaties in 1998 verdisconteerd.

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

Dit betreft de prijscompensatie 1997 voor de materiële instandhouding primair onderwijs afkomstig van het centrale artikel 26.07 (Prijsbijstelling).

1.b

Binnen het beleidsterrein van het primair onderwijs betreffen de overboekingen met name enige correcties op eerdere verdelingen van loon- en prijsbijstelling.

2.a

Op basis van de nabetalingen en ontvangsten die de afgelopen jaren zijn gerealiseerd, is het afrekenbudget verhoogd met f 9,7 miljoen.

Zie hiervoor ook de toelichting bij artikel u18.01 (Personele uitgaven) en artikel o18.01 (Ontvangsten primair onderwijs).

2.b

Dit betreft de materiële component van de kosten van het experiment

«Almere».

Op artikel 18.01 (Personele uitgaven) zijn de personele kosten van dit experiment opgenomen.

Zie voor de doelstelling van het experiment de toelichting op artikel 18.01

ad 2.e.

2.c

Dit zijn de materiële kosten van het aantal wachtende asielzoekers die in de Referentieraming 1997 zijn opgenomen.

2.d

Deze post bestaat uit mutaties in verband met:

– beroepen (f 3,9 miljoen);

Dit betreft de structurele doorwerking van het gerealiseerde kasbeslag van de afgewikkelde Londoberoepen uit 1996. Het budgettaire beslag van de beroepen zal jaarlijks in het kader van de begroting worden bezien.

– afbouwregeling dislocaties (f 0,8 miljoen);

Dit betreft een verhoging van het budget «afbouwregeling dislocaties» in 1997 op basis van reeds aangegane verplichtingen voor 1997.

– ramingstechnische correctie Londostelsel (– f 8,0 miljoen);

In 1997 vindt de materiële bekostiging voor het eerst plaats door middel van het vereenvoudigd Londostelsel (Velo). De bijstelling betreft het verschil tussen het berekende verplichtingenniveau volgens het oude Londostelsel en het geraamde verplichtingenniveau volgens Velo.

2.e

De prijsbijstelling is het gevolg van een klein verschil tussen het vastgestelde prijspeil 1997 op grond van de MEV1997 voor 1997 en de uitdeling (zie 1.a) op grond van de CEP1997 bij Voorjaarsnota.

3.a

Kortheidshalve wordt verwezen naar de toelichting bij punt 3.b van artikel

18.01 (Personele uitgaven).

Artikel 18.03 Onderwijsverzorging

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

Dit betreft een bijstelling uit de aanvullende posten in het kader van de verwerking van de prijscompensatie 1997.

1.d

Dit betreft de volgende overboekingen naar artikel 18.03:

– de toedeling van de op artikel 18.01 uitgedeelde loonbijstelling van

f 0,5 miljoen uit de aanvullende posten; – de toedeling van de op artikel 18.01 uitgedeelde gelden van f 0,6

miljoen uit de aanvullende posten ten behoeve van wachtgeldopslag.

Artikel 18.05 Overige uitgaven

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

• 1. 

  Technische mutaties

• a. 

  Bijstelling uit aanvullende posten

• b. 

  Overboekingen (intern)

• 2. 

  Autonome mutaties

• a. 

  Diversen

Totaal

19 070

456

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

Dit betreft een bijstelling uit de aanvullende posten in het kader van de verwerking van de prijscompensatie 1997.

1.b

Dit betreft de volgende overboekingen naar artikel 18.05:

– de toedeling van de op artikel 18.01 uitgedeelde loonbijstelling van

f 0,3 miljoen uit de aanvullende posten; – de toedeling van het op artikel 26.09 geparkeerde emancipatiebudget van f 0,8 miljoen; – de overheveling van het op artikel 17.06 staande budget van f 0,1

miljoen voor de scholenbouwprijs. en de volgende overboekingen van artikel 18.05: – de projectmiddelen voor Cultuur en school van – f 1,5 miljoen zijn overgeboekt naar beleidsterrein 27 Cultuur; – de middelen voor internationale activiteiten voor Suriname, Marokko en Turkije van – f 0,4 miljoen zijn overgeboekt naar artikel 26.05

(Internationale betrekkingen); – voor een 3-jarige samenwerkingsovereenkomst tussen een school in

Rotterdam en op Saba heeft een overboeking plaatsgevonden van

– f 25 000,– naar artikel 26.05 met een verplichting van – f 75 000,–.

2.a

De verplichtingenstand van artikel 18.05 is met een correctie van f 12,2 miljoen, zonder kasgevolgen, op de stand van de bestedingen 1997 gebracht. Er was geen rekening gehouden met o.a: toekenningen 1997–1998 aan de zogenaamde WRR-gemeente in het kader van de overeenkomst «onderwijsbeleid allochtonen» van f 8,5 miljoen voor 1998, de opfriscursus herintreders 1997–1998 van f 0,9 miljoen voor 1998 en diverse kleinere correcties.

Daarnaast hebben, eveneens zonder kasgevolgen, voor de volgende activiteiten mutaties in de verplichtingen plaatsgevonden:

– voor het predikaat rookvrije school en een daaraan verbonden prijs is f 0,3 miljoen verplicht om f 0,1 miljoen per jaar te besteden in 1998 t/m 2000;

– de installatie en de bekostiging van de stuurgroep beleidsgericht onderzoek primair onderwijs (bopo) vergt voor de periode 1998 t/m 2000 f 2,0 miljoen per jaar. Dit heeft geleid tot een verplichtingenmutatie van f 6,0 miljoen in 1997;

– in 1997 zijn twee projecten gestart in het kader van de nota «Groepsgrootte en kwaliteit», te weten: «Tussendoelen en leerlijnen met betrekking tot Nederlandse taal», alsmede voor rekenen en wiskunde. Hiervoor zijn verplichtingen voor 1998 van f 0,5 miljoen aangegaan;

– ten behoeve van het Gehrels Instituut is de jaarlijkse subsidie van het nog zittende personeel van f 250 000,– voor 1998 vastgelegd;

– vanaf 1991 loopt het project «instroom Surinaamse onderwijsgevenden» (iso). Dit project beoogt de bevordering van instroom van allochtonen. Via een urgentie-opleiding kunnen Surinaamse leerkrachten, die reeds een bewijs van bevoegdheid in Suriname hebben behaald, bevoegd worden gemaakt voor het Nederlandse basisonderwijs. Continuering van dit project leidt tot een mutatie van f 0,1 miljoen voor 1998;

– ten behoeve van de begeleidingscursus management primair onderwijs is een verplichting van f 57 000,– aangegaan;

– een aantal kleinere verplichtingen van in totaal f 0,1 miljoen met betalingen in 1998, zoals de scholenbouwprijs en een conferentie beroepsprofiel van de onderwijsbegeleider.

Artikel 18.01 Ontvangsten primair onderwijs

Opbouw ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

Op basis van nabetalingen en ontvangsten die de laatste jaren zijn gerealiseerd is deze mutatie van f 9,0 miljoen opgenomen als onderdeel van het geheel van nabetalingen en ontvangsten. Zie hiervoor ook de toelichting bij punt 2.a van artikel u18.01 en u18.02.

Artikel 19.01 Personele uitgaven

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Artikel 19.01

Verplichtingen

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 1997

Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1997

Mutaties in 1e suppletoire begroting 1997

Nieuwe mutaties

• 1. 

  Technische mutaties

• a. 

  Bijstelling uit aanvullende posten

• b. 

  Desalderingen

• c. 

  Overboekingen (intern)

• 2. 

  Autonome mutaties

• a. 

  Afrekeningen

• b. 

  Diversen

• c. 

  Formatie

• d. 

  Gemiddelde personeelslasten

• e. 

  Leerlingen volume

• 3. 

  Beleidsmatige mutaties

• a. 

  Bijstelling verplichtingen

• b. 

  Diversen

• c. 

  Kasschuif profiel 2e fase

• d. 

  Profiel 2e fase

• e. 

  Wachtgelden

102 476

119 524

1  000

• - 

  18 048

-57 619

• - 

  2 000

• - 

  1 905

• - 

  38 916

2  100 -16 898

• - 

  66 245

• - 

  75 245

• - 

  25 000

50 000 -16 000

99 476

119 524

1  000 -21 048

-57 619

• - 

  2 000

• - 

  1 905

• - 

  38 916

2  100 -16 898

• - 

  28 000

• - 

  22 000

• - 

  31 200 41 200

-16 000

Totaal

-21388

13 857

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

De bijstelling uit de aanvullende posten bestaat uit de volgende onderdelen: – de loonbijstelling als gevolg van de cao 1996/1998, bijstelling zkoo en pseudo-premies van in totaal f 67,6 miljoen; – bijstelling van de autonome wachtgeldraming 1997 met f 48,0 miljoen naar aanleiding van de tegenvallende wachtgeldontwikkeling; – bijstelling van de middelen voor asielzoekers met f 3,9 miljoen.

1.b

Op grond van de realisatie 1996 is de raming van zowel de nabetalingen als de terugontvangsten verhoogd met f 1,0 miljoen.

1.c

De overboekingen betreffen een herschikking binnen het beleidsterrein van de budgetten van de loonbijstelling van – f 4,5 miljoen als gevolg van de cao 1996–1998 en de opslag Participatiefonds van – f 4,7 miljoen. Daarnaast is er ten behoeve van de extra middelen voor Profiel tweede fase een bedrag van f 17,0 miljoen afkomstig van artikel 19.02 (Materiële uitgaven) naar dit artikel overgeboekt. Tenslotte heeft een overboeking plaatsgevonden van f 28,8 miljoen naar beleidsterrein 17, omdat beleidsterrein 17 de apparaats- en uitvoeringskosten van het Vervangingsfonds, de bedrijfsgezondheidszorg en CEVO/COB onder zijn beheer heeft.

2.a

Op grond van de gerealiseerde uitgaven bij afrekeningen in de eerste drie kwartalen van 1997 is het afrekenbudget met f 2,0 miljoen verlaagd.

2.b

De uitgaven aan het Vervangingsfonds zijn f 8,1 miljoen hoger dan geraamd. Daarnaast is er sprake van meevallende kosten in de personele uitgaven van – f 10,0 miljoen. Deze meevaller wordt overigens aangewend voor Profiel tweede fase (zie 3.d).

2.c

Deze mutatie is het gevolg van een meevaller op de uitgaven voor aanvullende formatie van – f 27,3 miljoen en een meevaller op de herbezettingsregeling adv/bapo van – f 11,6 miljoen.

2.d

De uitgaven voor de zkoo zijn in 1997 met f 2,1 miljoen bijgesteld.

2.e

De bijstelling van het aantal leerlingen per september 1996 leidt tot een verlaging van de begroting met f 16,9 miljoen.

3.a

Op grond van de laatste inzichten in de verplichtingenadministatie heeft een bijstelling plaatsgevonden van – f 75,2 miljoen; hieraan zijn geen kasgevolgen verbonden. Bij enkele bestedingscategorieën wijkt het kasritme af van het geraamde kalenderjaarpatroon.

3.b

Door een verschuiving in geplande projectmatige uitgaven is in 1997 een bedrag van f 5,0 miljoen vrijgemaakt. Dit bedrag zal worden aangewend voor de extra middelen voor Profiel tweede fase. Het restant van de mutatie (f 17,0 miljoen) heeft eveneens betrekking op Profiel tweede fase en moet in samenhang bezien worden met de onder 1.c overgehevelde middelen voor Profiel tweede fase. Deze boekingen hebben een technisch karakter en zijn per saldo nul.

Zie voor Profiel tweede fase onder 3.d.

3.c

Voor de invoering van Profiel tweede fase is f 50,0 miljoen extra beschikbaar gesteld. Een kasschuif is noodzakelijk om de beschikbare budgetten (zie 3.d) per jaar in overeenstemming te brengen met de verwachte uitgaven per jaar (1997 f 10,0 miljoen en 1998 f 40,0 miljoen).

3.d

Door middel van deze mutatie worden de extra middelen voor de invoering van Profiel tweede fase zichtbaar gemaakt. Beschikbaar is f 41,2 miljoen in 1997 en f 8,8 miljoen in latere jaren. Na verwerking van de kasschuif (zie 3.c) resteert een bedrag van f 10,0 miljoen voor de verwachte uitgaven in 1997.

3.e

De wachtgelduitgaven zijn verlaagd met f 16,0 miljoen, omdat de raming in het kader van de recente akkoorden over «De jaren tellen» vastgesteld is op het realisatieniveau 1996.

Artikel 19.02 Materiële uitgaven

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

• 1. 

  Technische mutaties

• a. 

  Bijstelling uit aanvullende posten

• b. 

  Desalderingen

• c. 

  Overboekingen (intern)

• 2. 

  Autonome mutaties

• a. 

  Leerlingen volume

• 3. 

  Beleidsmatige mutaties

• a. 

  Bijstelling verplichtingen

Totaal

7 289

1 822

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

De bijstelling uit de aanvullende posten betreft de prijscompensatie 1997 van f 12,1 miljoen en f 0,8 miljoen btw-compensatie. De btw-compensatie is nodig, omdat na de verzelfstandiging van de dienstencentra voor studie- en beroepskeuzebegeleiding, deze centra btw verschuldigd zijn en doorberekenen aan de scholen.

1.b

Op grond van de realisatie 1996 is de raming van zowel de nabetalingen als de terugontvangsten verhoogd met f 0,7 miljoen.

1.c

De overboekingen betreffen een herschikking van de budgetten binnen dit beleidsterrein:

– van artikel 19.01 (Personele uitgaven) de loonbijstelling van f 2,6

miljoen als gevolg van de cao 1996–1998; – naar artikel 19.01 (Personele uitgaven) f 17,0 miljoen in verband met extra middelen voor Profiel tweede fase.

2.a

Het gaat hier om het effect van de leerlingtelling per september 1996. Dit leidt tot een verlaging met f 1,0 miljoen.

3.a

Op grond van de laatste inzichten in de verplichtingenadministatie heeft een bijstelling plaatsgevonden van f 9,1 miljoen; hieraan zijn geen kasgevolgen verbonden. De verplichtingen voor de materiële uitgaven in de jaren 1998 t/m 2000 inzake de overgangsregeling normering m², waarvan de circulaire in 1996 was verschenen, blijken bij de uitvoering daadwerkelijk in 1997 te zijn aangegaan in plaats van in 1996.

Artikel 19.03 Onderwijsverzorging

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Artikel 19.03

Verplichtingen

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 1997

Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1997

Mutaties in 1e suppletoire begroting 1997

• 1. 

  Technische mutaties

• a. 

  Bijstelling uit aanvullende posten

• b. 

  Overboekingen (intern)

• 2. 

  Beleidsmatige mutaties

• a. 

  Bijstelling verplichtingen

102 421

102 421

102 421

102 421

Totaal

16 464

6 867

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

De bijstelling uit de aanvullende posten betreft de prijscompensatie 1997

van f 0,6 miljoen.

1.b

De overboekingen betreffen een herschikking van de budgetten binnen dit beleidsterrein:

– van artikel 19.01 (Personele uitgaven) f 1,0 miljoen voor de loonbijstelling als gevolg van de cao 1996–1998 en de opslag Participatiefonds voor de wov-instellingen van f 4,7 miljoen;

– van beleidsterrein 24 f 0,7 miljoen voor de huisvesting van het Instituut voor de leerplanontwikkeling (SLO).

2.a

Op grond van de laatste inzichten in de verplichtingenadministatie heeft een bijstelling plaatsgevonden van f 9,6 miljoen; hieraan zijn geen kasgevolgen verbonden.

Artikel 19.05 Overige uitgaven

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Artikel 19.05

Verplichtingen

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 1997

Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1997

Mutaties in 1e suppletoire begroting 1997

Nieuwe mutaties

Stand na 2e suppletoire begroting 1997

54 776

57 559

Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)

Verplichtingen

Uitgaven

• 1. 

  Technische mutaties

• a. 

  Bijstelling uit aanvullende posten

• b. 

  Overboekingen (extern)

• c. 

  Overboekingen (intern)

• 2. 

  Beleidsmatige mutaties

• a. 

  Bijstelling verplichtingen

Totaal

1 552

142

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

De bijstelling uit de aanvullende posten bestaat uit de loonbijstelling en de prijscompensatie 1997 van f 0,4 miljoen.

1.b

Naar het ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij is f 2,0

miljoen overgeboekt voor natuur- en milieu-educatie.

1.c

Het betreft hier de volgende overboekingen:

– van artikel 19.01 loonbijstelling als gevolg van de cao 1996–1998 f 1,0

miljoen in 1997; – van beleidsterrein 18 f 0,5 miljoen voor de omzetting van het eigen taal onderwijs in moderne vreemde talen onderwijs; – naar beleidsterrein 18 f 0,3 miljoen voor onderwijs in de Nederlandse taal en cultuur aan leerlingen van het voortgezet onderwijs in het buitenland; – van beleidsterrein 26 f 1,5 miljoen voor projecten emancipatie; – van beleidsterrein 23 f 0,5 miljoen voor onderzoekstaken; – naar beleidsterrein 27 f 1,5 miljoen voor het project «Cultuur en school».

2.a

Op grond van de laatste inzichten in de verplichtingenadministatie heeft een bijstelling plaatsgevonden van f 1,4 miljoen; hieraan zijn geen kasgevolgen verbonden.

Artikel 19.01 Ontvangsten voortgezet onderwijs

Opbouw ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)

Ontvangsten

• 1. 

  Technische mutaties

• a. 

  Desalderingen

• 2. 

  Autonome mutaties

• a. 

  Afrekeningen

1 700

1 700

3 000

3 000

Totaal

4 700

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

Op grond van de realisatie 1996 is de raming van zowel de terugontvangsten als de nabetalingen verhoogd met f 1,7 miljoen (zie de uitgavenartikelen 19.01 en 19.02).

2.a

Op grond van de gerealiseerde ontvangsten bij afrekeningen in de eerste drie kwartalen 1997 zijn de ontvangsten met f 3,0 miljoen verhoogd.

Artikel 20.01 Personele en Materiële uitgaven

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

• 1. 

  Technische mutaties

• a. 

  Bijstelling uit aanvullende posten

• b. 

  Overboekingen (intern)

• 2. 

  Autonome mutaties

• a. 

  Diversen

• b. 

  Formatie

• c. 

  Leerlingen volume

• 3. 

  Beleidsmatige mutaties

• a. 

  Besparingsverliezen

• b. 

  Huisvestingsmiddelen

• c. 

  Steunmaatregelen BVE-instellingen

23 000

Totaal

775 780

23 050

Toelichting op de nieuwe mutaties

Algemene toelichting op de verplichtingenraming

De bijstellingen op de verplichtingen- en uitgavenraming wijken van elkaar af, omdat voor dit artikel de verplichtingenraming 1997 ook is bijgesteld voor de uit de mutaties voortvloeiende kasgevolgen in 1998.

1.a

De bijstelling uit de aanvullende posten bestaat met name uit een stijging van de loonkosten als gevolg van algemene salarismaatregelen in 1997. Deze bijstelling bedraagt f 63,1 miljoen. Voor een verdere toelichting op deze bijstellingen wordt verwezen naar beleidsterrein 26 (Overige programma-uitgaven). Daarnaast heeft een prijsbijstelling plaatsgevonden van f 16,6 miljoen.

1.b

De overboekingen betreffen grotendeels middelen voor huisvesting. Overgeboekt zijn de exploitatievergoeding voor huisvestingskosten van f 49,5 miljoen, de middelen voor knelpunten van f 13,4 miljoen en de prijscompensatie voor huisvesting van f 8,0 miljoen. Daarnaast is een bedrag van f 9,2 miljoen, dat betrekking heeft op een bijdrage aan het traject «Jeugd en veiligheid» van het ministerie van Binnenlandse Zaken, overgeboekt van artikel 20.03 naar artikel 20.01. De overige overboekingen hebben betrekking op de tijdelijke compensatie aan onderwijsinstellingen, omdat de adviesbureaus voor ondersteuning en beroep onder het btw-regime vallen (f 2,6 miljoen) en een overboeking van f 5,9 miljoen apparaatskosten voor de examens en een aantal overige activiteiten naar beleidsterrein 17.

2.a

Deze mutatie betreft verplichtingen die voortvloeien uit kasgevolgen in

1998.

2.b

Deze mutatie betreft de onderuitputting op de bapo-regeling.

2.c

De mutatie voor leerlingenvolume betreft het saldo van een daling in het aantal deelnemers ten opzichte van eerdere ramingen in het middelbaar beroepsonderwijs in 1997 en een bijstelling voor asielzoekers.

3.a

De besparingsverliezen zijn een gevolg van de vertraagde invoering van het onderwijsnummer.

3.b

Deze beleidsmatige mutatie betreft de verhoging van het huisvestingsbudget met f 15,0 miljoen om de positie van de instellingen op het terrein van huisvesting te verbeteren (zie artikel 20.04 Huisvesting).

3.c

Voor de tijdelijke regeling steunmaatregelen financiële positie en financieel management bve-instellingen is een budget beschikbaar van f 30,0 miljoen. De datum voor het indienen van aanvragen sluit per oktober 1997. Een zorgvuldige beoordeling van de aanvragen vereist een accountantsverklaring en een onderzoek door de inspectie. Dit kost enige tijd, pas in 1998 zullen de resterende projecten die voldoen aan de criteria, gehonoreerd worden.

Artikel 20.03 Overige uitgaven

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

Deze overboekingen betreffen bijstellingen uit de aanvullende posten voor algemene salarismaatregelen en prijsbijstelling.

1.b

Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft in 1997 f 3,0 miljoen overgeboekt voor de verlenging van de tijdelijke regionale melden coördinatiefunctie in 1998.

1.c

Deze overboekingen betreffen enerzijds de middelen voor de emancipatie (f 1,7 miljoen) en anderzijds de boeking van middelen op artikel 20.01 voor «Jeugd en veiligheid» (f 9,2 miljoen) en voor de tijdelijke compensatie aan instellingen voor de btw-heffing door de adviesbureaus voor opleiding en beroep (f 2,6 miljoen).

2.a

Deze mutatie wordt veroorzaakt door wijzigingen in het ritme van verplichtingen ten opzichte van de raming. Deze wijzigingen hebben geen gevolgen voor de uitgaven.

3.a

Deze beleidsmatige mutatie betreft de verlenging van de tijdelijke regeling regionale meld- en coördinatiefunctie naar 1998. Omdat de verlenging van deze tijdelijke regeling regionale meld- en coördinatiefunctie betrekking heeft op 1998 zal het bedrag f 3 miljoen dan worden aangewend.

Artikel 20.04 Huisvesting

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

• 1. 

  Technische mutaties

• a. 

  Overboekingen (intern)

• 2. 

  Beleidsmatige mutaties

• a. 

  Huisvestingsmiddelen

Totaal

144 186

85 939

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

Deze mutatie betreft de overboekingen voor de exploitatievergoeding voor huisvestingskosten van f 49,5 miljoen, de middelen voor knelpunten van f 13,4 miljoen en de prijscompensatie voor huisvesting van f 8,0 miljoen.

2.a

Het budget voor huisvesting is met f 15,0 miljoen verhoogd om de positie van de instellingen op het terrein van huisvesting te verbeteren.

Artikel 21.01 Personele en materiële uitgaven

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Artikel 21.01

Verplichtingen

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 1997

Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1997

Mutaties in 1e suppletoire begroting 1997

Nieuwe mutaties

• 1. 

  Technische mutaties

• a. 

  Bijstelling uit aanvullende posten

• b. 

  Overboekingen (intern)

• 2. 

  Beleidsmatige mutaties

• a. 

  Norm. exploitatievergoeding

Totaal

107 360

27 982

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

De bijstelling uit de aanvullende posten betreft de loonbijstelling als gevolg van de cao 1996–1998, de bijstelling in verband met de pseudo-premies, zkoo en de prijscompensatie 1997.

Voor de toelichting hierop wordt verwezen naar beleidsterrein 26. De verplichtingenmutatie wijkt af van de uitgavenmutatie omdat in 1997, conform de regelgeving, de (hogere) kasuitgaven 1998 worden verplicht.

1.b

Op grond van het geraamde uitgavenniveau voor wachtgelders die zijn ingestroomd vóór 1 juli 1996 (zie artikel 21.03), dient er op grond van de budgetafspraken in het wachtgeldakkoord een bedrag van f 8,0 miljoen te worden gecompenseerd ten laste van de exploitatievergoeding.

2.a

In de 1e suppletoire begroting 1997 is een mutatie verwerkt van – f 518 000,– in verband met een nog te dekken tekort op de wachtgelduitgaven over 1996. Dit had een bedrag moeten zijn van – f 487 000,–. De in deze suppletoire begroting opgenomen beleidsmatige verhoging van f 31 000,– corrigeert dit verschil.

Artikel 21.03 Rechtspositionele uitkeringen

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

Medio dit jaar heeft er ten laste van dit artikel een betaling plaatsgevonden van f 8,0 miljoen aan het Mobiliteitsfonds hbo ten behoeve van de financiering van de frictiepools. Gelet op het beschikbare budget en het geraamde uitgavenniveau van f 155,0 miljoen voor wachtgelders die zijn ingestroomd vóór 1 juli 1996, moet er op grond van de budgetafspraken in het wachtgeldakkoord een bedrag van f 8,0 miljoen worden gecompenseerd ten laste van de exploitatievergoeding (zie artikel 21.01).

Artikel 21.04 Overige uitgaven

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Totaal

132 983

30 354

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

De bijstelling uit de aanvullende posten bestaat uit de prijscompensatie 1997 van f 0,5 miljoen en de middelen ten behoeve van de financiering van de projecten leraar-in-opleiding van f 2,8 miljoen.

1.b

Doordat een verplichting ten behoeve van de versterking van de internationale concurrentie van het hbo slechts gedeeltelijk tot uitkering is gekomen, heeft een terugstorting van f 0,5 miljoen plaatsgevonden (zie ontvangstenartikel 21.01). Deze middelen worden ingezet voor de financiering van export hoger onderwijs.

1.c

De interne overboekingen hebben achtereenvolgens betrekking op:

– een interne overboeking ten laste van artikel 26.08 van f 26,0 miljoen. In het kader van het beleidsplan «Investeren in voorsprong» worden projecten gestart voor de integratie van informatie- en communicatietechnologie in de lerarenopleidingen (ict). Meer in het bijzonder gaat het om de uitvoering van het door de adviescommissie COMMITT voorgestelde en momenteel bij de commissie PROMMITT in uitvoering zijnde actieprogramma. Hiervoor zullen in de komende jaren middelen uit het studeerbaarheidsfonds en de zogenoemde «pabo-up» worden ingezet. In 1997 en 1998 worden f 26,0 miljoen aan additionele middelen beschikbaar gesteld;

– een overboeking van f 0,7 miljoen ten laste van artikel 26.09 uit de centrale middelen voor emancipatie;

– een overboeking van f 225 000,– in 1997 naar artikel 23.01 in verband met de uitvoering door de KNAW van het samenwerkingsprogramma «Casimir Zieglerprijs». Dit bedrag is ten laste gebracht van het budget voor internationalisering.

2.a

Bij punt 1.c staat een toelichting met betrekking tot de middelen voor informatie- en communicatietechnologie. Gelet op de meerjarigheid van de projectverplichtingen, waarmee ook noodzakelijke waarborgen worden gegeven aan de instellingen voor continuïteit van de beschikbare middelen, worden dit jaar eveneens de kasuitgaven 1998 verplicht.

2.b

Voor de hogescholen is voor de collegejaren 1997 t/m 1999 jaarlijks f 1,0 miljoen beschikbaar voor de ondersteuning van internationale mobiliteit van studenten via studie of stage. De middelen voor beide collegejaren worden, conform de betreffende beleidsregel, dit jaar verplicht. Deze verplichtingenmutatie heeft geen kasgevolgen.

2.c

Deze verplichtingenmutatie heeft betrekking op het studeerbaarheids-fonds en is als volgt opgebouwd:

– In de slotwet 1996 is in totaal een verplichtingenmutatie verwerkt van + f 89,9 miljoen. Gelet op de aard van de projecten in het kader van de verbetering van de kwaliteit van het onderwijs is in 1996 een groot deel van de projecten meerjarig verplicht. De hiermee verband houdende en nog te verwerken verlaging bedraagt voor 1997 f 25,7 miljoen (voor 1998: f 29,3 miljoen en 1999: f 34,9 miljoen). – Bij de tweede tranche van het Studeerbaarheidsfonds zijn medio dit jaar wederom meerjarige projecten verplicht. Dit leidt tot een verhoging van het verplichtingebudget 1997 van f 71,7 miljoen. In 1998 en 1999 zullen de verplichtingenbudgetten worden verlaagd met respectievelijk f 32,7 miljoen en f 39,0 miljoen. De mutaties leiden niet tot kasgevolgen.

2.d

De liquide middelen die in 1996 tijdelijk zijn onttrokken aan de HBO-Raad zullen in de jaren na 1996 weer ter beschikking worden gesteld aan deze

Raad voor de uitvoering van de projecten, waarvoor door OCenW

verplichtingen zijn aangegaan (zie de toelichting bij het uitgaven- en ontvangstenartikel 21.01 van de 2e suppletoire begroting 1996). De

omvang van en het tempo waarin dat zal gebeuren zal dit jaar schriftelijk worden vastgelegd.

De verplichtingenverhoging dit jaar leidt tot een verlaging van gelijke omvang in de jaren 1998 tot en met 2001. In de kas heeft deze mutatie geen gevolgen.

Artikel 21.05 Huisvesting

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

De bijstelling uit de aanvullende posten betreft de prijscompensatie 1997.

Gelet op het meerjarig karakter van deze kasmutatie en de vigerende regelgeving waarbij in jaar t-1 de kasuitgaven voor jaar t worden verplicht,

zijn ook de kasgevolgen voor 1998 in de verplichtingenmutatie 1997

verwerkt.

Artikel 21.01 Ontvangsten hoger beroepsonderwijs

Opbouw ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Artikel 21.01

Ontvangsten

Stand ontwerpbegroting 1997

Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1997

Mutaties in 1e suppletoire begroting 1997

Nieuwe mutaties

12 704

12 704

• - 

  4 100

500

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

De raming van de ontvangsten is met f 0,5 miljoen verhoogd, doordat een verplichting ten behoeve van de versterking van de internationale concurrentie van het hbo slechts gedeeltelijk tot uitkering is gekomen. Deze middelen worden ingezet voor de financiering van export hoger onderwijs (zie artikel 21.04).

Artikel 22.01 Universiteiten

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Artikel 22.01

Verplichtingen

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 1997

Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1997

Mutaties in 1e suppletoire begroting 1997

Nieuwe mutaties

Stand na 2e suppletoire begroting 1997

5 035 701

4 920 587

Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)

Toelichting

1.a

Deze mutatie bestaat geheel uit bijstellingen in verband met algemene salarismaatregelen en prijsbijstelling 1997 en is als volgt te specificeren: – cao-maatregelen 1996–1998                                                   f40,3 miljoen

– ABP-premies 1997                                                                –f 2,1 miljoen

– zkoo-compensatie 1997                                                           f 3,3 miljoen

– loonbijstelling academische ziekenhuizen 1997                   f 15,9 miljoen

– prijsbijstelling 1997                                                                  f31,3 miljoen

Voor een nadere toelichting wordt ook verwezen naar de algemene toelichting bij beleidsterrein 26.

1.b

Het betreft hier een aantal overboekingen binnen beleidsterrein 22 en een interne overboeking: – artikel 22.01: Studeerbaarheidsfonds – artikel 22.01: Jonge hoogleraren – diverse binnen beleidsterrein 22 – artikel 24.02: bijdrage in verband met een schadeloosstelling aan de universiteit van Amsterdam                  f 2,0 miljoen

–/– f 56,0 miljoen

–/– f 10,0 miljoen

f 1,0 miljoen

De verschillen tussen de verplichtingen- en uitgavenmutaties ad 1.a en 1.b ontstaan doordat de doorwerking van deze mutaties naar 1998 reeds in 1997 door middel van rijksbijdragebrieven 1998 aan de diverse instellingen worden verplicht.

Artikel 22.02 Instituten internationaal onderwijs en onderzoek

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Artikel 17.07

Verplichtingen

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 1997

Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1997

Mutaties in 1e suppletoire begroting 1997

Nieuwe mutaties

• 1. 

  Technische mutaties

• a. 

  Bijstelling uit aanvullende posten

• b. 

  Overboekingen (extern)

• c. 

  Overboekingen (intern)

Totaal

8 360

6 719

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

Deze mutatie bestaat uit de prijsbijstelling 1997 van f 39 000,–.

1.b

Bijstelling van de subsidie 1997 ten laste van het ministerie van Buitenlandse Zaken en Ontwikkelingssamenwerking op het gebied van onder meer (de doorwerking van) algemene salarismaatregelen 1996 en 1997, de prijscompensatie 1996 en 1997 en de incidentele looncomponent.

1.c

De interne overboekingen zijn als volgt te specificeren:

– ten laste van artikel 26.05 (Internationale betrekkingen)

in verband met de taken op het gebied van culturele akkoorden door de NUFFIC: – diverse binnen beleidsterrein 22:

f 4,2 miljoen f 0,3 miljoen

De verschillen tussen de verplichtingen- en uitgavenmutaties ad 1.a, 1.b en 1.c ontstaan, doordat de doorwerking van deze mutaties naar 1998 reeds in 1997 door middel van rijksbijdragebrieven 1998 aan de diverse instellingen worden verplicht.

Artikel 22.03 Overige instituten hoger onderwijs

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

Deze mutatie bestaat uit de prijsbijstelling 1997 van f 0,7 miljoen.

1.b

Diverse overboekingen binnen beleidsterrein 22 van – f 2,8 miljoen.

Het verschil tussen de verplichtingen- en uitgavenmutatie ad 1.a ontstaat, doordat de doorwerking van deze mutatie naar 1998 reeds in 1997 door middel van rijksbijdragebrieven 1998 aan de diverse instellingen worden verplicht.

Artikel 22.04 Rechtspositionele uitkeringen

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Artikel 22.04

Verplichtingen

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 1997

Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1997

Mutaties in 1e suppletoire begroting 1997

Nieuwe mutaties

• 1. 

  Technische mutaties

• a. 

  Overboekingen (intern)

• 2. 

  Autonome mutaties

• a. 

  Diversen

Totaal

-4811

4 997

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

Diverse overboekingen binnen beleidsterrein 22 van f 3 000,–.

2.a

Deze mutatie van – f 5,0 miljoen houdt verband met de verwachte onderuitputting van het op dit artikel geraamde budget voor uitkeringen na ontslag voor de zogeheten overige instellingen van wetenschappelijk onderwijs.

Het verschil tussen de verplichtingen- en uitgavenmutatie ad 1.a ontstaat, doordat de doorwerking van deze mutatie naar 1998 reeds in 1997 door middel van rijksbijdragebrieven 1998 aan de diverse instellingen worden verplicht.

Artikel 22.06 Overige uitgaven

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Artikel 22.06

Verplichtingen

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 1997

Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1997

Mutaties in 1e suppletoire begroting 1997

Nieuwe mutaties

Stand na 2e suppletoire begroting 1997

98 656

85 439

Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)

Verplichtingen

Uitgaven

• 1. 

  Technische mutaties

• a. 

  Bijstelling uit aanvullende posten

• b. 

  Overboekingen (intern)

• 2. 

  Beleidsmatige mutaties

• a. 

  Deelbudget internationalisering

Totaal

79 576

66 359

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

Deze mutatie bestaat uit de prijsbijstelling 1997 van f 0,2 miljoen.

1.b

Het betreft hier interne overboekingen en overboekingen binnen beleidsterrein 22:

– artikel 22.01: Studeerbaarheidsfonds                                    f 56,0 miljoen

– artikel 22.01: Jonge hoogleraren                                            f10,0 miljoen

– diverse binnen beleidsterrein22                                            f 2,1 miljoen

– artikel 27.03: cultureel erfgoed                                            –f 1,8 miljoen

– artikel 17.06: data-verzameling onderwijsdeelname grenslanden                                                                           –f0,1 miljoen

2.a

De afwijkende, beleidsmatige verplichtingenmutatie van f 13, 2 miljoen heeft betrekking op meerjarige internationaliseringsprogramma’s waarvan de verplichtingen zijn aangegaan in 1997, alsmede de kaseffecten 1997 van verplichtingen vóór 1997.

Artikel 23.01 Instellingen voor onderzoek en wetenschapsbeoefening

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Artikel 23.01

Verplichtingen

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 1997

Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1997

Mutaties in 1e suppletoire begroting 1997

Nieuwe mutaties

• 1. 

  Technische mutaties

• a. 

  Bijstelling uit aanvullende posten

• b. 

  Desalderingen

• c. 

  Overboekingen (intern)

• 2. 

  Beleidsmatige mutaties

• a. 

  Huisvesting KB en KNAW/RIOD

• b. 

  KNAW

• c. 

  Taalunie

Totaal

58 991

20 945

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

Deze mutatie betreft een bijstelling in het kader van rechtspositionele maatregelen en prijsbijstellingen 1997 van f 19,6 miljoen. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar artikel 26.06.

1.b

Deze mutatie bestaat uit een desaldering van het afrekenbudget als gevolg van de opheffing van het Instituut voor Onderzoek van het Onderwijs (SVO) per 1 januari 1997 (– f 0,7 miljoen), een desaldering in het kader van de Post-WAGGS en de prijsbijstelling aan TNO door de ministeries van Economische Zaken en Defensie (f 4,3 miljoen).

1.c

Deze mutatie bestaat uit een drietal overboekingen:

– Overboeking van artikel 23.01 naar artikel 23.04 in het kader van de overbruggingsfinanciering voor de innovatie wetenschappelijke informatievoorziening (– f 2,0 miljoen);

– Overboeking van artikel 23.01 naar artikel 19.05 inzake de onderwijs-onderzoekgelden als gevolg van de opheffing van het Instituut voor Onderzoek van het Onderwijs (– f 0,5 miljoen);

– Overboeking van artikel 21.04 naar artikel 23.01 in het kader van de bijdrage aan de Casimir-Zieglerprijs (f 0,2 miljoen).

2.a

De mutatie betreft bijstellingen van het verplichtingenniveau met f 5,0 miljoen voor de Koninklijke Bibliotheek en met f 1,0 miljoen voor de Koninklijke Nederlandse Academie voor Wetenschappen als gevolg van de verhoging in 1998 van de huisvestingbijdrage.

2.b

De mutatie van f 0,3 miljoen betreft een bijdrage in verband met de uitvoering door de Koninklijke Nederlandse Academie voor Wetenschappen van het samenwerkingsprogramma «Casimir-Zieglerprijs».

2.c.

De mutatie van f 0,1 miljoen betreft een bijdrage aan de Taalunie voor het

Nederlands in Indonesië.

Artikel 23.04 Coördinatie wetenschapsbeleid

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)

Verplichtingen

Uitgaven

• 1. 

  Technische mutaties

• a. 

  Bijstelling uit aanvullende posten

• b. 

  Desalderingen

• c. 

  Overboekingen (intern)

• 2. 

  Beleidsmatige mutaties

• a. 

  Intertemporele compensatie

• b. 

  Verplichtingenschuif

Totaal

14 857

4 857

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

De bijstelling uit de aanvullende posten bestaat uit de prijsbijstelling 1997.

1.b

Deze mutatie is een desaldering in het kader van het project «Kennisinfrastructuur Mainport Rotterdam» uit het Fonds Economische Structuurversterking.

1.c

Deze mutatie bestaat uit een drietal overboekingen:

– van artikel 23.01 naar artikel 23.04 in het kader van de overbruggingsfinanciering voor innovatie wetenschappelijke informatievoorziening (f 2,0 miljoen);

– van artikel 26.09 naar artikel 23.04 in het kader van de emancipatiegelden (f 413 000,–);

– overboeking van artikel 23.04 naar artikel 19.05 inzake de onderwijs-onderzoekgelden als gevolg van de opheffing van het Instituut voor Onderzoek van het Onderwijs (– f 35 000,–).

2.a

Intertemporele compensatie van f 1,1 miljoen ten laste van 1998 in het kader van de uitvoering van het Wetenschapsbudget 1997.

2.b

De verplichtingenverschuiving betreft het in 1997 vastleggen van de bijdrage aan Eurandom met de kasjaren 1998 t/m 2002. Deze mutatie heeft geen kasgevolgen voor de latere jaren.

Artikel 23.01 Ontvangsten onderzoek en wetenschapsbeleid

Opbouw ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Artikel 23.01

Ontvangsten

Stand ontwerpbegroting 1997

Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1997

Mutaties in 1e suppletoire begroting 1997

Nieuwe mutaties

158 815

158 815

2 485

4 434

Stand na 2e suppletoire begroting 1997

165 734

Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

Deze mutatie bestaat uit:

– een desaldering van het afrekenbudget als gevolg van de opheffing van het Instituut voor Onderzoek van het Onderwijs (SVO) per 1 januari

1997 (– f 0,7 miljoen); – desalderingen in het kader van de Post-WAGGS en prijsbijstelling aan

TNO door de ministeries van Economische Zaken en Defensie (f 4,3

miljoen); – een desaldering in het kader van het project «Kennisinfrastructuur

Mainport Rotterdam» uit het Fonds Economische structuurversterking

(f 0,9 miljoen).

Artikel 24.01 Huisvesting primair onderwijs

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

Voor nabetalingen van het afrekenen van huisvestingskosten in het primair onderwijs is een begrotingsmutatie van f 7,0 miljoen opgenomen, die door meerontvangsten huisvesting (zie ontvangstenartikel 24.01) wordt gedekt.

Op grond van de realisatie van betalingen voor huisvestingsberoepen voor 1994 en voorgaande jaren wordt er voor de afwikkeling van beroepen f 3,0 miljoen minder geraamd.

2.a

De realisatie van betalingen op afrekenberoepen huisvesting 1995 en 1996

zal eerst in 1998 plaatsvinden. Hierdoor is er een intertemporele compen- satie (kasschuif) noodzakelijk van het beroepenbudget van 1997 naar 1998 en is geraamd op f 6,0 miljoen.

Artikel 24.02 Huisvesting voortgezet onderwijs, beroepsonderwijs en volwasseneneducatie

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Artikel 24.02

Verplichtingen

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 1997

Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1997

Mutaties in 1e suppletoire begroting 1997

Nieuwe mutaties

• 1. 

  Technische mutaties

• a. 

  Overboekingen (intern)

• 2. 

  Autonome mutaties

• a. 

  Afrekeningen

11 500

3 121

11 500

3 121

Totaal

3 121

3 121

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

De interne overboeking naar het beleidsterrein wetenschappelijk onderwijs van f 2,0 miljoen betreft een schadeloosstelling van de universiteit van Amsterdam.

2.a

Voor het nabetalen van huisvestingskosten voortgezet onderwijs over

1996 en voorgaande jaren is een extra bedrag geraamd van f 8,1 miljoen.

De dekking van dit bedrag komt uit de meerontvangsten op het ontvangstenartikel 24.01.

Gelet op de realisatie van de betalingen op huisvestingsberoepen voortgezet onderwijs wordt er voor dit budget f 3,0 miljoen minder geraamd.

Artikel 24.01 Ontvangsten huisvesting

Opbouw ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Artikel 24.01

Ontvangsten

Stand ontwerpbegroting 1997

Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1997

Mutaties in 1e suppletoire begroting 1997

Nieuwe mutaties

21 779

Stand na 2e suppletoire begroting 1997

21 779

Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

Er zijn voor het afrekenen van de huisvestingskosten primair- en voortgezet onderwijs 1996 en voorgaande jaren f 3,5 miljoen meer ontvangsten gerealiseerd.

1.b

Voor de verkoop van onroerend goed voortgezet onderwijs, beroepsonderwijs en volwasseneneducatie zijn er opbrengsten gerealiseerd van f 18,3 miljoen.

Artikel 25.01 Studiefinanciering

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Artikel 25.01

Verplichtingen

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 1997 Nota van wijziging

Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1997

Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1997

Nieuwe mutaties

• 1. 

  Technische mutaties

• a. 

  Bijstelling uit aanvullende posten

• b. 

  Overboekingen (extern)

• c. 

  Desalderingen

• 2. 

  Autonome mutaties

• a. 

  Diversen

• b. 

  Leerlingenkenmerken

• c. 

  Leerlingenvolume

• 3. 

  Beleidsmatige mutaties

• a. 

  Deurwaarderstraject

Totaal

• - 

  51 998

51 998

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

De bijstelling uit de aanvullende posten bevat de overboeking van de prijsbijstelling. Het betreft de vergoeding voor de prijsstijgingen 1997.

1.b

De externe overboekingen bevatten twee grote mutaties:

– Door het beëindigen van de medeverzekering in het ziekenfonds van nieuwe wsf-gerechtigden vallen er middelen bij de ziekenfondsen vrij. Deze worden ingezet ter compensatie van de studenten die vanaf 1 augustus 1997 een particuliere ziektekostenverzekering af moeten sluiten.

Voor 1997 wordt een bedrag van f 27,0 miljoen overgeboekt van de begroting van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Parallel daaraan vindt ook een verhoging van de leenuitgaven plaats. – De raming van de uitgaven aan rentedragende leningen wordt met f 311,6 miljoen neerwaarts bijgesteld. Dit heeft enerzijds betrekking op het leengedrag van studenten dat lager uitvalt dan ten tijde van de begroting 1997 was voorzien. Anderzijds leiden ook nadere berekeningen van de effecten van de prestatiebeurs tot een neerwaartse bijstelling van de raming. Daar staat een, zij het relatief geringe stijging van de leenuitgaven tegenover als gevolg van de beëindiging van de medeverzekering van studenten in het ziekenfonds (circa f 10,2 miljoen). De compensatie die naar aanleiding hiervan wordt verstrekt, komt voor de ho-studenten immers in eerste instantie beschikbaar als prestatiebeurs (= voorwaardelijke lening).

1.c

Er vinden twee desalderingen plaats op de begroting van studiefinancieringsbeleid:

– De ontvangsten vanwege verrekend en ontvangen achterstallig lager recht die voorheen in mindering van de uitgaven werden geboekt, komen voortaan ten gunste van de ontvangsten. Hetzelfde geldt voor de voorschotten lesgeld die in het kader van de Wet op de studiefinanciering (wsf) worden verstrekt. – De uitgaven en ontvangstenraming worden met structureel f 12,0

miljoen verminderd als gevolg van de inningskosten die doorberekend worden door deurwaarders. Het gaat om de zogenaamde verhaalbare kosten, dus kosten die deurwaarders in rekening brengen maar die naderhand toch op de debiteur verhaald kunnen worden.

2.a

In deze mutatie zijn de voorlopige inzichten uit de begrotingsuitvoering 1997 verwerkt, leidend tot een meevaller. De post «diversen» bestaat daarnaast uit een structurele voorziening voor alternatieve reiskostenvergoeding. Het betreft enerzijds de hardheidsclausule waarop een steeds groter beroep wordt gedaan. Tevens maakt een toenemend aantal studenten die tijdelijk of langer in het buitenland studeren, gebruik van de mogelijkheid om in plaats van de OV-studentenkaart een maandelijks geldbedrag te ontvangen.

2.b

De mutatie uit hoofde van leerlingenkenmerken heeft te maken met het feit dat de uitgaven voor de prestatiebeurscohorten lager zijn dan aanvankelijk geraamd. Dit hangt vooral samen met het feit dat het uitwonendenpercentage voor de prestatiebeurscohorten de eerste jaren lager uitvalt. Dit leidt ertoe dat de verschuiving van relevante naar niet-relevante uitgaven voor deze groep kleiner is dan geraamd, en er per saldo een tegenvaller op de relevante uitgaven ontstaat.

Verder treedt een meevaller op bij de uitgaven Wet tegemoetkoming studiekosten (wts), die hoofdzakelijk te lokaliseren is bij de categorie vo18+(hoofdstuk III van de wts).

2.c

De mutatie met betrekking tot de volume-ontwikkelingen heeft hoofdzakelijk betrekking op lagere aantallen prestatiebeurs-studenten. Ook hier treedt het effect op dat de verschuiving van relevante naar niet-relevante uitgaven kleiner is dan aanvankelijk geraamd, en er per saldo een tegenvaller op de relevante uitgaven ontstaat.

Daarnaast doet zich bij de wts een stijging in de aantallen gerechtigden voor. Deze stijging is vooral te duiden bij de categorie 18- (hoofdstuk I van de wts). Ten slotte kan nog een relatief grote stijging worden geconstateerd van het aantal studerenden in Nederland dat afkomstig is uit EU-landen.

3.a

Tenslotte leidt overboeking van de incassokosten uit het deurwaarderstraject naar de apparaatskosten van de IB-Groep tot een verlaging van de uitgavenraming met f 3,0 miljoen.

Artikel 25.01 Ontvangsten studiefinanciering

Opbouw ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

• 1. 

  Technische mutaties                                                                                                             186 500

• a. 

  Overboekingen (extern)                                                                                                     25200

• b. 

  Desalderingen                                                                                                                  161 300

• 2. 

  Autonome mutaties                                                                                                               67800

• a. 

  Diversen                                                                                                                              67800

Totaal                                                                                                                                             254 300

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

De externe overboekingen houden verband met het bijstellen van de raming voor 1997 van de ontvangsten op niet-relevante leningen. Dit zijn aflossingen op leningen die vanaf 1 januari 1992 zijn verstrekt.

1.b

De post «desalderingen» is dezelfde als die aan de uitgavenkant is opgevoerd. Het betreft het bruto boeken van het ontvangen en verrekende achterstallig recht en de lesgeldvoorschotten, alsmede het buiten de begroting boeken van de uitgaven en ontvangsten van verhaalbare deurwaarderskosten.

2.a

De forse autonome bijstelling van de ontvangstenraming is het gevolg van de inzichten uit de begrotingsuitvoering 1996 en 1997. Hieruit is gebleken dat met name de terugbetalingen op dat gedeelte van de studieleningen dat relevant is voor het beleidsmatig financieringstekort een forse toename te zien geven en dat de ontvangsten op kortlopende schulden achterblijven bij eerdere verwachtingen. Op grond hiervan wordt de ontvangstenraming voor 1997 met f 67,8 miljoen verhoogd.

Artikel 25.02 Ontvangsten lesgelden

Opbouw ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

De mutatie diversen is opgebouwd uit een tweetal effecten. Op de eerste plaats betreft dit het definitief vaststellen van het lesgeldbedrag voor het schooljaar 1997/1998. Dit leidt structureel tot een tegenvaller van circa f 8,0 miljoen. De structurele tegenvaller is in de ontwerpbegroting 1998 reeds verwerkt. In deze tweede suppletoire begroting wordt het budgettaire effect voor 1997 ingeboekt. Op de tweede plaats zijn in de eerste maanden van 1997 relatief meer lesgeldontvangsten gerealiseerd. Het gaat hierbij om circa f 11,7 miljoen. Deze toename van de ontvangsten is het gevolg van een verschuiving in de teldatum in het voortgezet onderwijs in 1996. Als gevolg hiervan is het gehele inningsproces in de tijd doorgeschoven en wordt een deel van ontvangsten die normaliter in 1996 gerealiseerd hadden moeten worden als het ware doorgeschoven naar 1997.

1.b

Uit de realisatie van 1996 is gebleken dat het aantal lesgeldplichtigen zo’n 10 000 lager is uitgekomen dan verwacht. Dit heeft geleid tot een structurele aanpassing van de aantallen lesgeldplichtigen en de ontvangsten lesgeld in de ontwerpbegroting 1998. Voor 1997 leidt het lagere aantal lesgeldplichtigen tot een daling in de ontvangsten van circa f 10,8 miljoen.

Artikel 26.01 Bemiddeling wachtgelders

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)

Verplichtingen

Uitgaven

• 1. 

  Technische mutaties

• a. 

  Bijstelling uit aanvullende posten

• 2. 

  Autonome mutaties

• a. 

  Diversen

Totaal

-6 702

6 702

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

Dit betreft de loon- en prijsbijstelling 1997.

2.a

De verlagingen van het budget met respectievelijk f 2,5 miljoen en f 4,6 miljoen zijn een gevolg van onder meer bijgestelde begrotingen van de subsectoren (Participatiefonds en SOFOKLES) en de verrekeningen van teveel betaalde subsidies aan het Sectorbestuur voor de onderwijsarbeidsmarkt en de subsectoren in 1996.

Artikel 26.02 Overige rechtspositionele uitkeringen

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Artikel 26.02

Verplichtingen

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 1997

Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1997

Mutaties in 1e suppletoire begroting 1997

Nieuwe mutaties

• 1. 

  Technische mutaties

• a. 

  Bijstelling uit aanvullende posten

• 2. 

  Autonome mutaties

• a. 

  Wachtgelden

Totaal

-91 533

91 533

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

Om de voeding van de scholen aan het Participatiefonds op het afgesproken niveau te brengen, te weten het realisatieniveau 1996, wordt de daarvoor getroffen reservering toegewezen aan de PF-sectoren PO, VO en BVE met respectievelijk f 18 miljoen, f 48 miljoen en f 25 miljoen.

2.a

Het betreft hier een afboeking van het restant DOP-gelden in verband met de beëindiging van de DOP-regeling.

Artikel 26.03 Caso, vakbondsfaciliteiten en voorzieningen

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

• 1. 

  Technische mutaties

• a. 

  Bijstelling uit aanvullende posten

• b. 

  Desalderingen

• c. 

  Overboekingen (intern)

• 2. 

  Autonome mutaties

• a. 

  Diversen

• 3. 

  Beleidsmatige mutaties

• a. 

  Apparaatskosten USZO

• b. 

  Intertemporele compensatie

Totaal

40 286

40 286

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

Dit betreft de loon- en prijsbijstelling 1997.

1.b en 3.b

De verhoging van het budget met f 3,0 miljoen is afkomstig van het A&O-fonds in liquidatie en wordt ingezet voor arbeidsmarkt- en opleidingsactiviteiten voor (toekomstig) overheidspersoneel. Dit budget wordt voor f 942 000,– ingezet in 1997 en voor f 2,1 miljoen in 1998. Het budget 1998 van f 2,1 miljoen wordt onder de noemer «intertemporele compensatie» doorgeschoven naar 1998.

1.c

Deze mutatie betreft enerzijds een verlaging met f 1,1 miljoen voor de voortzetting van de IPTO (Integrale PersoneelsTelling Onderwijspersoneel) door de Centrale Financiën Instellingen (Cfi) en betreft anderzijds een verhoging met f 6,2 miljoen voor de uitgaven in het kader van de ICT. Deze uitgaven hebben betrekking op de vergoeding aan de Stichting Computer-bemiddeling Onderwijs voor het leveren van pc’s aan het onderwijs, het installeren van het procesmanagement en het ondersteunende bureau en opstartkosten, zoals kosten voor Europese aanbesteding, voorlichting e.d.

2.a

De verhoging van het budget met f 0,5 miljoen is bestemd voor MUB-scholingsgelden. Het betreft hier scholing en voorlichting van het universitaire personeel in het kader van de invoering van de Wet modernisering universitaire bestuursorganisaties.

3.a

Dit betreft een verhoging van de apparaatskosten voor de extra werkzaamheden die de uitvoering van de wachtgeld- en suppletie- regelingen met zich meebrengen. Daarnaast is het budget verhoogd voor incidentele uitvoeringskosten.

Artikel 26.05 Internationale betrekkingen

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

Deze mutatie betreft de loon- en prijsbijstelling bijstelling 1997.

1.b

Deze mutatie betreft de volgende interne overboekingen:

– Een eenmalige overboeking van f 0,7 miljoen gulden naar artikel 27.07 voor extra activiteiten op het gebied van cultuur in het kader van het EU-voorzitterschap. De gelden zijn bestemd voor informele bijeenkomsten van cultuurministers, seminars en vertalingen en dergelijke.

– De jaarlijkse overboeking van financiële middelen (dit jaar f 4,2 miljoen) naar artikel 22.02. Deze middelen zijn bestemd voor de uitvoering van de bilaterale verdragen door het Nuffic.

– Een structurele overboeking in verband met de overdracht van de landenportefeuille van artikel 18.05 naar dit artikel (f 380 000,– in het jaar 1997 en f 355 000,– in volgende jaren). Het budget is bestemd voor de bilaterale samenwerking met Marokko, Turkije en Suriname.

– Een overboeking van f 25 000,– per jaar, voor de jaren 1997, 1998 en 1999, van artikel 18.05 naar dit artikel. Het betreft het aandeel in het project Saba en is bedoeld voor de samenwerking met de Sacred Heart School op Saba.

– Daarnaast is voor de jaren 1997 en 1998 f 0,2 miljoen aan dit artikel toegevoegd voor emancipatie-activiteiten vanuit het centrale Emancipatiebudget op artikel 26.09.

Artikel 26.06 Loonbijstelling

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Artikel 26.06

Verplichtingen

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 1997

Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1997

Mutaties in 1e suppletoire begroting 1997

Nieuwe mutaties

• 1. 

  Technische mutaties

• a. 

  Bijstelling uit aanvullende posten

• b. 

  Overboekingen (extern)

• 2. 

  Autonome mutaties

• a. 

  Gemiddelde personeelslasten

• 3. 

  Beleidsmatige mutaties

• a. 

  Reservering vervangingsfonds

• b. 

  Verschuiving arbeidsvoorwaardenruimte

Totaal

• - 

  442 987

442 987

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

De bij Voorjaarsnota ontvangen loonbijstelling is uitgedeeld aan de beleidsterreinen. De verdeling over de beleidsterreinen is opgenomen in onderstaande tabel. Het betreft de verdelingen voor de zkoo 1997 in de sector OenW, de arbeidsvoorwaarden in de G&G sectoren, de (premie)-mutaties izk in de sector Rijk en de cao 1996–1998 in de sector OenW.

Beleidsterrein

Ontvangen loonbijstelling (in mln) 1997

Ministerie Algemeen

Primair onderwijs

Voortgezet onderwijs

Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie

Hoger beroepsonderwijs

Wetenschappelijk onderwijs

Onderzoek en wetenschapsbeleid

Overige programma-uitgaven

Cultuur

3,3 111,2 67,7 38,3 26,0 57,4 11,5

4,6 14,7

Totaal OCenW

334,7

Bij Najaarsnota is tevens een bedrag van f 178,4 miljoen uit de aanvullende post loonbijstelling aan dit artikel toegevoegd bedoeld voor koopkrachtreparatie in de sector OenW. Ten slotte is een bedrag van f 9,0 miljoen dat in het kader van de cao 1996–1998 nog op dit artikel stond geparkeerd, thans ten behoeve van de lio’s over de betreffende beleidsterreinen verdeeld.

1.b

Deze mutatie betreft een overboeking naar het Ministerie van Binnenlandse zaken als gevolg van de vertraagde decentralisatie van de budgettaire verantwoordelijkheid voor de regeling ziektekosten voor het overheidspersoneel.

2.a

Op een onderdeel van de loonbijstelling, voornamelijk het gedeelte dat betrekking heeft op de overhevelingstoeslag, was sprake van een tekort. Met deze mutatie wordt dit tekort opgeheven.

3.a

De reservering voor het Vervangingsfonds die bij Voorjaarsnota op dit artikel was geparkeerd is overgeboekt naar de beleidsterreinen primair onderwijs (f 16,0 miljoen) en voortgezet onderwijs (f 8,0 miljoen), waar zich extra uitgaven voordoen.

3.b.

De koopkrachtreparatie in de sector OenW heeft de vorm gekregen van een verhoging van de eindejaarsuitkering 1997 met 0,2% en een structurele loonsverhoging met 0,75% vanaf januari 1998. Deze afspraken zijn als volgt verwerkt:

In de betrokken sectoren is een loonruimte ontstaan als gevolg van onderdeel de verlaging van de FAOP-premies per 1 juli 1997 van in totaal f 52,4 miljoen. Deze ruimte wordt nu benut om de verhoging van de eindejaarsuitkering, geraamd op f 37,9 miljoen, te dekken. De nog resterende ruimte van in totaal f 14,5 miljoen wordt op dit artikel loonbijstelling doorgeschoven naar volgend jaar, samen met het bij Najaarsnota vanuit de aanvullende post loonbijstelling ontvangen bedrag van f 178,4 miljoen, in totaal derhalve f 192,9 miljoen. Dit bedrag is benodigd ter dekking van de structurele kosten van de koopkrachtreparatie. De precieze effecten van de bovengenoemde twee, tegengestelde ontwikkelingen op artikelniveau, zullen in de slotwet worden meegenomen.

Artikel 26.07 Prijsbijstelling

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

Deze mutatie betreft de verdeling over de beleidsterreinen van de prijsbijstelling 1997 op basis van de prijsontwikkeling zoals vastgesteld door het Ministerie van Financiën.

De verdeling van de prijsbijstelling over de beleidsterreinen is opgenomen in onderstaande tabel.

Beleidsterrein

Ontvangen prijsbijstelling (in mln) 1997

Ministerie algemeen

Primair onderwijs

Voortgezet onderwijs

Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie

Hoger beroepsonderwijs

Wetenschappelijk onderwijs

Onderzoek en wetenschapsbeleid

Studiefinancieringsbeleid

Overige programma uitgaven

Cultuur

4,7 25,7 13,1 16,6 18,7 32,1

8,6 20,8

3,0

7,4

Totaal OCenW

150,7

Artikel 26.08 Centraal beheerde middelen

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)

• 1. 

  Technische mutaties

• a. 

  Bijstelling uit aanvullende posten

• b. 

  Overboekingen (extern)

• c. 

  Overboekingen (intern)

• 2. 

  Autonome mutaties

• a. 

  Diversen

• b. 

  Leerlingen volume

• 3. 

  Beleidsmatige mutaties

• a. 

  Eindejaarsmarge 96/97

• b. 

  Intertemporele compensatie

Totaal

• - 

  67 980

67 980

Toelichting op de nieuwe mutaties

1.a

Deze post betreft de voor dit artikel ontvangen prijscompensatie (f 1,6 miljoen). Tevens is op dit artikel een bedrag geparkeerd van f 3 miljoen ten behoeve van asielzoekers.

1.b

De mutatie betreft een overboeking van het Ministerie van Algemene

Zaken voor postbus 51.

1.c

Deze post betreft voornamelijk overboekingen naar artikel 20.01 (f 26 miljoen) en 26.03 (f 6,2 miljoen) in het kader van de verdeling van de ict-gelden. Verder zijn de centraal beheerde middelen voor uitvoeringstoetsen en dergelijke overgeboekt naar beleidsterrein 17, evenals de op dit artikel geparkeerd staande gelden voor het grote stedenbeleid.

2.a

Op dit artikel is een tekort ontstaan door hier de tegenvaller te verwerken bij de eindejaarsmarge 1996/1997 (zie 3.a). Om dit tekort te dekken is per saldo nog een verhoging nodig met f 22,6 miljoen.

2.b

Het artikel is verhoogd met een bedrag van f 8,0 miljoen vanwege een tekort bij de benodigde middelen voor asielzoekers.

3.a

Eerder werd uitgegaan van een eindejaarsmarge 1996/1997 van f 57,8 miljoen. Bij het vaststellen van de definitieve rekening bleek de eindejaarsmarge f 25,0 miljoen te bedragen. Daarom wordt de begroting verlaagd met f 32,8 miljoen.

3.b

Een bedrag van f 30,0 miljoen ten behoeve van de ict komt dit jaar niet tot besteding. Daarnaast zijn onderdeel projectmiddelen verschoven.

Artikel 26.09 Emancipatie-activiteiten

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)