Antwoorden op vragen SGP over het blokkeren van uitzendingen van buitenlandse zenders (2040511460)

publicatie datum 27 april 2005
Kamer Tweede Kamer
bevraagde ministerie Justitie i
beantwoordende ministerie Justitie i
kamerleden C.G. (Kees) van der Staaij i
partijen Staatkundig-Gereformeerde Partij i

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2004–2005

Aanhangsel van de Handelingen

Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

1442

Vragen van het lid Van der Staaij (SGP) aan de ministers voor Vreemdelingenzaken en Integratie en van Justitie over het blokkeren van uitzendingen van buitenlandse zenders.(Ingezonden 25 maart 2005)

1

Kent u het rapport1 «Monitoring Arab TV in Europe: Al Jazeera, Iqra and Al Alam» van het Transatlantic Institute?

2

Deelt u de conclusies die getrokken worden over de boodschappen die deze zenders uitdragen over vrouwen, Joden, antisemitisme,

radicaal antizionisme en over de

Jihad?

3

In hoeverre zijn genoemde drie zenders ook in Nederland te ontvangen? Welke satellietbedrijven respectievelijk internetproviders zijn hiervoor verantwoordelijk?

4

Wat zijn volgens u de consequenties van het kijken naar dergelijke zenders voor de integratie van allochtonen in de Nederlandse samenleving? Hoe verhoudt de inhoud van deze uitzendingen zich tot de Nederlandse rechtsorde?

5

Bent u op de hoogte van het feit dat het Commissariaat voor de Media onlangs het satellietbedrijf New Skies verboden heeft om de uitzendingen van de Libanese zender Al Manar door te geven, onder meer vanwege het antisemitische karakter van deze zender?

6

Bent u bereid om te bevorderen dat het Commissariaat voor de Media onderzoekt of ook het doorgeleiden van uitzendingen van de hierboven genoemde drie zenders in Nederland geblokkeerd kan worden?

1 www.ajc.org.

Antwoord

Antwoord van minister Donner (Justitie), mede namens de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie. (Ontvangen 19 april 2005)

1

Ja, het rapport van het Transatlantic

Institute, een organisatie verbonden aan het American Jewish Committee,

is mij bekend. Het rapport is onlangs,

in maart, verschenen en in te zien via

www.ajc.org.

2

Het rapport geeft een beknopte analyse van de boodschappen die op deze zenders worden verkondigd. De analyse luidt dat deze zenders boodschappen uitdragen die «absoluut contrair zijn aan de gemeenschappelijke basis van Europese waarden». In het rapport worden enige voorbeelden van uitgezonden boodschappen genoemd, waarvan ik de inhoud zeker niet onderschrijf. Over de waarde van de analyses en conclusies in het rapport kan ik geen reactie geven aangezien de status van het rapport en de wijze het tot stand is gekomen onvoldoende duidelijk is. Om een goed oordeel te kunnen geven over de inhoud van de boodschappen die deze zenders uitzenden dien ik zelf onderzoek te doen. In het kader van de op 11 november 2004 door het lid Van As c.s. ingediende motie, is een dergelijk onderzoek reeds gestart. De motie bevat een verzoek aan de regering een onderzoek in te stellen naar haat zaaien en geweldsoproepen via buitenlandse tv- en radiostations in Nederland en met voorstellen te komen hoe zenders die zich daaraan schuldig maken kunnen worden geweerd uit Nederland. In antwoord op vragen van de leden Dijsselbloem en Van Heemst over de uitzendingen van Hezbollah in Nederland via de satelliet (ingezonden 21 december 2004, nr. 2040505390), heb ik aangegeven dat aan deze motie thans gevolg wordt gegeven. Het onderzoek wordt uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van de NCTb en de Kamer zal hierover nader worden geïnformeerd.

3

De drie genoemde tv-zenders kunnen in Nederland ontvangen worden met reguliere satellietontvangstapparatuur zonder dat een speciale decoder of abonnement noodzakelijk is. De

KVR22794 2040511460 0405tkkvr1442 ISSN 0921 - 7398 Sdu Uitgevers ’s-Gravenhage 2005

Tweede Kamer, vergaderjaar 2004–2005, Aanhangsel

3073

uitzendingen van het populaire Arabische nieuwsstation Al Jazeera dat gevestigd is in Quatar worden verspreid via de satellieten Hot Bird 3, Eurobird 1 en Astra 1E. De uitzendingen via deze satellieten bestrijken geheel Europa. Hot Bird en Eurobird zijn satellieten van het Franse satellietbedijf Eutelsat dat in totaal 18 satellieten exploiteert. De in Luxemburg gevestigde onderneming SES Astra heeft 12 satellieten in eigendom. Verder wordt Al Jazeera aangeboden op de satellieten van de Arabische satellietbedijven Arabsat en Nilesat, die weliswaar primair op Noord-Afrika en het Midden-Oosten zijn gericht maar niettemin in Europa te ontvangen zijn. Bovendien wordt Al Jazeera in Nederland aangeboden in de digitale pluspakketen van de kabelexploitanten UPC, Essent en Casema. De uitzendingen van Iqraa, een in Saoedi-Arabië gevestigd tv-station met de nadruk op religieuze berichtgeving, zijn via de satellieten Hot Bird 2 en Nilesat 101 in Europa te ontvangen. Het uit Iran afkomstige Al Alam Newschannel met nieuwsuitzendingen in de Arabische taal wordt aangeboden op de in Europa te ontvangen satellieten Hot Bird 3, Nilesat 102 en Arabsat 2D. De uitzendingen van laatstgenoemd tv-station zijn ook te volgen via internet.

4

Zoals bij de beantwoording van vraag 2 is aangegeven zal eerst onderzocht worden of de uitzendingen haatzaaiend zijn. Los daarvan moge duidelijk zijn dat het verspreiden van haatzaaiende uitlatingen in het algemeen een negatief effect heeft op integratie omdat het polariseert en groepen beledigt dan wel tegen elkaar opzet. Voor wat betreft het tweede deel van de vraag verwijs ik naar het antwoord op vraag 2.

5

Het Commissariaat voor de Media heeft doorgifte van de zender Al Manar door de Nederlandse satellietzender New Skies Satellites (NSS) niet verboden. Wel heeft het commissariaat een brief aan NSS gestuurd met de mededeling dat Al Manar niet over de op grond artikel 71a Mediawet vereiste vergunning beschikt. NSS heeft hierop zelfstandig besloten de distributeur van de zender Al Manar, Globecast, te sommeren doorgifte van Al Manar te beëindigen en de distributeur heeft hieraan gevolg gegeven.

6

Op dit moment wordt door medewerkers van OC&W, NCTb en het CvdM gezamenlijk bezien hoe haatzaaiende uitlatingen die via buitenlandse televisie- en radiozenders worden gedaan, kunnen worden bestreden en op welke wijze doorgifte van dergelijke uitzendingen effectief kan worden geblokkeerd. De uitwerking daarvan en van de motie Van As c.s. in dit verband worden meegenomen in de voortgangsrapportage terrorismebestrijding die voor de zomer naar de Tweede Kamer wordt verstuurd.

Tweede Kamer, vergaderjaar 2004–2005, Aanhangsel

3074