Nota van wijziging - Verklaring dat er grond bestaat een voorstel in overweging te nemen tot verandering in de Grondwet tot aanvulling van de bepalingen inzake de verkiezing van de Tweede Kamer en de Eerste Kamer, de provinciale staten en de gemeenteraden in verband met de tijdelijke vervanging van hun leden wegens zwangerschap, bevalling of ziekte - Hoofdinhoud
Deze nota van wijziging is onder nr. 6 toegevoegd aan wetsvoorstel 28051 - Tijdelijke vervanging van volksvertegenwoordigers wegens zwangerschap, bevalling of ziekte (Grondwetswijziging, eerste lezing) i.
Inhoudsopgave
| Officiële titel | Verklaring dat er grond bestaat een voorstel in overweging te nemen tot verandering in de Grondwet tot aanvulling van de bepalingen inzake de verkiezing van de Tweede Kamer en de Eerste Kamer, de provinciale staten en de gemeenteraden in verband met de tijdelijke vervanging van hun leden wegens zwangerschap, bevalling of ziekte; Nota van wijziging |
|---|---|
| Documentdatum | 22-01-2002 |
| Publicatiedatum | 12-03-2009 |
| Nummer | KST58869 |
| Kenmerk | 28051, nr. 6 |
| Van | Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) |
| Originele document in PDF |  |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2001–2002
28 051
Verklaring dat er grond bestaat een voorstel in overweging te nemen tot verandering in de Grondwet tot aanvulling van de bepalingen inzake de verkiezing van de Tweede Kamer en de Eerste Kamer, de provinciale staten en de gemeenteraden in verband met de tijdelijke vervanging van hun leden wegens zwangerschap, bevalling of ziekte
Nr. 6
NOTA VAN WIJZIGING
Ontvangen 22 januari 2002
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd: ARTIKEL III wordt vervangen door:
ARTIKEL III
Aan de Grondwet wordt het volgende additionele artikel toegevoegd:
ARTIKEL I
De artikelen 57a en 129, derde lid, tweede volzin treden eerst na vier jaar of op een bij of krachtens wet te bepalen eerder tijdstip in werking.
Toelichting
Volgens de techniek van de Grondwet dienen tijdelijke bepalingen als de onderhavige geregeld te worden in de additionele artikelen. De inhoud van artikel III ondergaat geen wijziging.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K. G. de Vries