Artikel 14: Geen uitsluitende Burgerlyke voorrechten verbonden aan eenige Godsdienstige Geloofsbelydenis
Geene uitsluitende Burgerlyke voorrechten zyn aan eenige Godsdienstige Geloofbelydenis verbonden. De Hoogleeraren, Leeraren, en Kerkelyke Bedienden der voormaals bevoorrechte Kerk blyven, zoo verre die by de aanneming dezer Staatsregeling in dienst zyn gesteld, en uit eenige Politieke Kassen worden gesalarieerd of gepensioneerd i, hunne Tractementen of Pensioenen genieten tot dat het bepaalde by Art. 12 i in werking zal zyn gebragt.
Geene burgerlijke voordeelen, of nadeelen, zijn aan de belijdenis van eenig Kerkelijk Leerstelsel gehegt.
Geene uitsluitende Burgerlyke voorrechten zyn aan eenige Godsdienstige Geloofbelydenis verbonden. De Hoogleeraren, Leeraren, en Kerkelyke Bedienden der voormaals bevoorrechte Kerk blyven, zoo verre die by de aanneming dezer Staatsregeling in dienst zyn gesteld, en uit eenige Politieke Kassen worden gesalarieerd of gepensioneerd i, hunne Tractementen of Pensioenen genieten tot dat het bepaalde by Art. 12 i in werking zal zyn gebragt.