Drs. W.K.N. (Norbert) Schmelzer
Leider van de KVP in de jaren zestig, toentertijd de grootste partij. Pragmatische christendemocraat, die na een ambtelijke loopbaan snel carrière maakte in de politiek, mede dankzij de steun van KVP-voorman Romme i. Werd na staatssecretariaten in de kabinetten-Drees, -Beel en -De Quay eind 1963 fractievoorzitter. Speelde als zodanig een hoofdrol in de naar hem genoemde 'Nacht i'. Een door hem ingediende motie leidde toen (14 oktober 1966) tot de val van het door zijn partijgenoot Cals i geleide kabinet. Leidde daarna nog tot 1971 zijn partij en werd vervolgens minister van Buitenlandse Zaken in het kabinet-Biesheuvel i. Charmante, hoffelijke man, die echter evenzeer als behendig machtspoliticus werd gezien. Door de cabaretier Wim Kan werd hij vanwege zijn rol bij de kabinetscrisis van 1966 omschreven als 'een (gladde) teckel met een vette kluif in zijn bek'.
KVP
functie(s) in de periode 1956-1973: lid Tweede Kamer, fractievoorzitter TK, lid Eerste Kamer, staatssecretaris, minister
Inhoudsopgave van deze pagina:
Rotterdam, 22 maart 1921
overlijdensplaats en -datum
Sankt-Ingbert (Duitsland), 14 november 2008partij(en)
-
-KVP (Katholieke Volkspartij), tot 11 oktober 1980
-
-CDA (Christen-Democratisch Appèl), vanaf 11 oktober 1980
-
-management-assistent afdeling advertentie, Unilever N.V., van 1947 tot 1950
-
-hoofdcommies directoraat-generaal Buitenlandse Economische Betrekkingen, ministerie van Economische Zaken, van 1950 tot 1952
-
-hoofd afdeling EGKS (Europese Gemeenschap van Kolen en Staal), ministerie van Economische Zaken, van 1952 tot 12 november 1956
-
-staatssecretaris van Binnenlandse Zaken, Bezitsvorming en Publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie (belast met bezitsvorming en publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie), van 29 oktober 1956 tot 19 mei 1959
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 20 maart 1959 tot 19 mei 1959
-
-staatssecretaris van Algemene Zaken (belast met bezitsvorming en publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie), van 19 mei 1959 tot 24 juli 1963
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 2 juli 1963 tot 11 mei 1971
-
-fractievoorzitter KVP Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 7 december 1963 tot 28 april 1971
-
-lid Eerste Kamer der Staten-Generaal, van 11 mei 1971 tot 6 juli 1971
-
-minister van Buitenlandse Zaken, van 6 juli 1971 tot 11 mei 1973
takenpakket (staatssecretaris)
-
-Was als staatssecretaris van Binnenlandse Zaken, Bezitsvorming en Publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie tevens belast met voorlichting van de viceminister-president ter zake van de sociaal-economische en financiële politiek
-
-Was als staatssecretaris van Algemene Zaken tevens adviseur van de minister-president ter zake van de sociaal-economische en financiële politiek
(in)formateurschap(pen)
-
-informateur, van 2 maart 1965 tot 12 maart 1965
-
-kabinetsformateur, van 18 oktober 1966 tot 3 november 1966 (poging mislukt)
-
-lid partijbestuur KVP, van 1954 tot 1956 (speciaal belast met internationale vraagstukken)
-
-adviserend lid dagelijks bestuur KVP, van 1964 tot 1971
-
-politiek leider KVP, van 7 december 1963 tot 28 april 1971
-
-lid commissie gezamenlijk urgentieprogramma KVP, ARP, CHU 1971-1975, van augustus 1970 tot oktober 1970
-
-lid KVP-begeleidingscommissie verkiezingscampagne 1971
-
-enige functies bij de Europese Unie van Christen-Democraten, vanaf 1973
-
-vicevoorzitter Permanente Program-adviescommissie CDA, omstreeks 1975
-
-lid commissie CDA-verkiezingsprogramma 1981, van 16 oktober 1979 tot augustus 1980
-
-lid partijbestuur CDA, omstreeks 1982
-
-voorzitter commissie buitenland CDA, omstreeks 1988 tot 26 oktober 1990
lijsttrekkerschappen
-
-lijstaanvoerder KVP Tweede Kamerverkiezingen 1967, van 12 december 1966 tot 15 februari 1967 (kieskring Maastricht)
-
-adviseur Stichting Verolme Trust, van 1968 tot april 1971
-
-lid Raad van Commissarissen N.V. Algemene Publiciteitsunie te Amsterdam, omstreeks 1969 tot juli 1971
-
-lid Raad van Commissarissen "Kingma fabriek Tonnema" N.V. te Sneek, omstreeks 1969 tot juli 1971
-
-lid Raad van Commissarissen N.V. aannemings- en wegenbouwbedrijf v/h Heymans te Rosmalen, omstreeks 1969 tot juli 1971
-
-lid Raad van Commissarissen N.V. Dupaco Nijmegen, omstreeks 1970
-
-lid Raad van Commissarissen Coran N.V. Curaçao, omstreeks 1970
-
-voorzitter Noord-Atlantische Raad, van 24 oktober 1972 tot 17 september 1973
-
-lid hoofdbestuur Europese Beweging in Nederland, van 21 mei 1973 tot 1990
-
-adviseur Raad van Bestuur N.V. AKZO, vanaf 1 juni 1973
-
-lid Raad van Commissarissen Van Lanschots beleggingsmaatschappij, vanaf 4 juli 1973
-
-lid Raad van Commissarissen N.V. "aannemings- en wegenbouwbedrijf v/h Heymans" te Rosmalen, vanaf 1 augustus 1973
-
-voorzitter Nederlandse Sportbond voor Geestelijke Gehandicapten, van 1973 tot 1980
-
-adviseur Hollandse Betongroep te Rijswijk, vanaf 1973 (nog in 1977)
-
-lid College van Regenten Stichting Katholieke Bejaarden- en Verzorgingstehuizen, regio Den Haag, van 1974 tot 1980
-
-lid bestuur Nederlandse Bachvereniging, van 1974 tot 1980
-
-lid Raad van Commissarissen Scaldiapapier te Nijmegen
-
-adviseur OGEM, omstreeks 1976
-
-adviseur olieconcern "Gulf", omstreeks 1976
-
-voorzitter bestuur EIB (Europees Instituut voor Bestuurskunde), vanaf 1 januari 1984
-
-lid bestuur Stichting Administratiekantoor Douwe Egberts-Sara Lee, vanaf augustus 1987
-
-vicevoorzitter voorlopige Adviesraad Vrede en Veiligheid
-
-vicevoorzitter Adviesraad Vrede en Veiligheid, vanaf november 1990
-
-voorzitter Stichting Administratiekantoor Douwe Egberts Sara Lee, omstreeks 1991 tot november 1993
-
-lid permanante commissie Europese Integratie, AIV (Adviesraad Internationale vraagstukken), van 1 januari 2002 tot 1 januari 2005
afgeleide functies, presidia etc.
-
-voorzitter vaste commissie voor de Binnenlandse Veiligheidsdienst (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 30 juni 1965 tot 20 september 1966
-
-voorzitter vaste commissie voor de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 21 september 1966 tot 10 mei 1971
-
-voorzitter vaste commissie voor Buitenlandse Zaken (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 1 maart 1967 tot 10 mei 1971
-
-voorzitter bijzondere commissie belastingvrijdom koning en leden koninklijk huis (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 1 juli 1970 tot oktober 1970
-
-voorzitter vaste commissie voor Buitenlandse Zaken (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van 25 mei 1971 tot 14 juli 1971
U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.
primair onderwijs-
-Openbare lagere school, "Westerschoolvereniging" te Rotterdam
voortgezet onderwijs
-
-gymnasium-a, R.K. "Aloysius College" te 's-Gravenhage, van 1933 tot 1939
academische studie
-
-economie, Katholieke Economische Hogeschool te Tilburg, tot 24 oktober 1947
-
-Bracht in 1961 de Nota inzake de publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie uit. Daarin wordt uiteengezet hoe het klimaat voor verdere opbouw van de PBO kan worden verbeterd. In sectoren waar nog geen bedrijfslichamen bestaat, moeten die er komen. (6.388)
-
-Diende in 1963 de ontwerp-Algemene Premiespaarwet in. Deze werd in 1965 door staatssecretaris Hoefnagels en minister Veldkamp tot stand gebracht. (7.024)
-
-Tijdens zijn ministerschap van Buitenlandse Zaken steunde Nederland het voorstel van Albanië om de Volksrepubliek China toe te laten tot de Verenigde Naties en om Taiwan uit te stoten, werd (in november 1971) de DDR erkend, vond een staatsbezoek plaats aan Indonesië en werd minister Gromyko als eerste Sovjet-minister van Buitenlandse Zaken ontvangen.
-
-Veroordeelde in december 1972 de Amerikaanse (kerst)bombardementen op Noord-Vietnam en ging in 1973, na het sluiten van een vredesakkoord, over tot erkenning van Noord-Vietnam
-
-Speelde met minister-president Biesheuvel en staatssecretaris Westerterp een belangrijke rol bij de onderhandelingen in 1971 en 1972 over toetreding van Denemarken, Ierland, Noorwegen en het Verenigd Koninkrijk tot de Europese Gemeenschappen. In Noorwegen werd in 1972 via een referendum toetreding afgewezen.
als bewindspersoon (wetgeving)
-
-Bracht in 1958 een wet tot stand ter bekrachtiging van een KB van 22 september 1955, houdende regelen omtrent de onverenigbaarheid van het lidmaatschap van de Sociaal-Economische Raad met enige andere werkzaamheden. Hierdoor werd het lidmaatschap van de SER onverenigbaar met het lidmaatschap van de Staten-Generaal. Het wetsvoorstel was in 1955 ingediend door minister De Bruijn. (4.195)
-
-Bracht in 1958 de Jeugdspaarwet (Stb. 453) tot stand, waardoor een speciale spaarregeling (de 'zilvervloot') voor personen tussen de 15 en 20 jaar in het leven werd geroepen. Na afloop van de spaarperiode keerde de overheid een premie uit. (4.742)
-
-Bracht in 1959 een wet tot stand tot instelling van het Bedrijfschap Detailhandel in aardappelen, groeten en fruit en tot instelling van het Bedrijfschap detailhandel in alcoholhoudende dranken (4.968)
-
-Bracht in 1961 samen met de staatssecretarissen Van den Berge en Roolvink de Wet premiespaarregelingen en winstspaarregelingen (Stb. 459) tot stand. Daardoor kunnen werkgeversbijdragen tot een maximum van f 390 per jaar vrij blijven van loon- en inkomstenbelasting. (4.273)
-
-Bracht in 1963 samen met staatssecretaris Van den Berge de Wet fiscale faciliteiten voor bezitsvorming met betrekking tot effecten (Stb. 374) tot stand. Kleine spaarders (tot een inkomen van f 12.000 per jaar) kregen onder meer vrijstelling van dividendbelasting. Hiermee moest bezitsvorming bij werknemers worden bevorderd. (6.471)
-
-Bracht in 1972 samen met minister-president Biesheuvel, staatssecretaris Westerterp en de ministers Langman en Lardinois de rijkswet (Stb. 651) Goedkeuring van het op 22 januari 1972 tot stand gekomen Verdrag betreffende de toetreding van Denemarken, Ierland, Noorwegen en het Verenigd Koninkrijk tot de E.E.G. en Euratom tot stand (11.872)
als (in)formateur
-
-Kreeg op 2 maart 1965 het verzoek een onderzoek in te stellen naar mogelijkheden om te geraken tot een spoedige oplossing van het in het kabinet-Marijnen gerezen geschilpunt. Na overleg op 11 maart tussen de voorzitters van de vier regeringsfracties concludeerde hij dat een oplossing niet mogelijk was, onder andere wegens meningsverschillen over de toelating van nieuwe zendgemachtigden en over de zendtijdverdeling. Kreeg na de informatie van Geertsema (VVD) het verwijt zich uitsluitend te hebben beperkt tot het registreren van de verschillende standpunten.
-
-Kreeg op 18 oktober 1966 de opdracht om een kabinet te vormen. Zocht zijn partijgenoten Van den Brink en Witte aan als nieuwe premier, en nadat zij hadden geweigerd (via De Quay) Zijlstra. De Quay zelf bedankte voor het premierschap. Vanwege bezwaren van de ARP-fractie weigerde Zijlstra medewerking aan de formatie. Daarna werd aangestuurd op een kabinet onder leiding van De Quay en De Pous. Ook laatstgenoemde weigerde. Als laatste optie kwam De Jong in beeld. Na een weigering van Veldkamp om vicepremier te worden, vroeg Schmelzer op 3 november ontheffing van zijn opdracht.
-
-Werd op 35-jarige leeftijd staatssecretaris op voordracht van KVP-leider Romme. Zijn kantoor was op het Binnenhof gevestigd.
-
-Werd op zaterdag 7 december 1963 in een buitengewone fractievergadering in Utrecht tot fractievoorzitter gekozen, als opvolger van De Kort
-
-Diende op 13 oktober 1966 namens zijn fractie een motie in, die zich richtte tegen het financiële beleid van het kabinet-Cals en die na aanneming leidde tot de val van het kabinet ('De Nacht van Schmelzer')
-
-Bepleitte op 14 februari 1968 in een uitzending van de KVP samen met Biesheuvel (ARP) en Mellema (CHU) voor hechtere samenwerking van de drie partijen
-
-Legde in 1971 zijn adviseurschap bij scheepbouwbedijf Verolme neer, nadat kritiek op het vervullen van deze functie was geuit in verband met de betrokkenheid van de overheid bij dit bedrijf
uit de privésfeer (5/6)
-
-Studeerde in Tilburg op dezelfde dag af als Pieter Bogaers
-
-Zijn ouders waren van Duitse afkomst
-
-Het met Romme gelegde contact in 1950 (via vrienden) was beslissend voor zijn verdere politieke carrière. Romme introduceerde hem in katholieke politieke kringen en in internationale kringen
-
-Zijn eerste echtgenote was een nicht van mgr. W.A.P.M. Mutsaers, bisschop van Den Bosch
-
-Zijn eerste echtgenote hertrouwde later met oud-CHU-fractievoorzitter Mellema
anekdotes en citaten
-
-In de zomer van 1963 noteerde hij bij het inschrijven van zijn zoontje op de kleuterschool als beroep: toekomstig minister van Volkshuisvesting en Bouwnijverheid
verkiezingen
-
-Stond in 1952 op de tiende (onverkiesbare) plaats op de KVP-kandidatenlijst in kieskring I (Den Bosch)
-
-Werd in 1971 tot Eerste Kamerlid gekozen door Groep IV: Zuid-Holland
niet-aanvaarde politieke functies
-
-kabinetsformateur, 15 maart 1965 (geweigerd)
-
-lid Eerste Kamer, januari 1977 (vacature-Vugts; bedankt)
U ziet een selectie van wetenswaardigheden. In de uitgebreide versie is een overzicht van wetenswaardigheden opgenomen.
literatuur/documentatie-
-R. Ammerlaan, "Het verschijnsel Schmelzer" (Leiden, 1973)
-
-J. Bosmans, "Een gedreven politicus", in: D. Hellema e.a. (red.), "De Nederlandse ministers van Buitenlandse Zaken in de twintigste eeuw" (1999)
-
-F. van der Molen "Wie is Wie in de Tweede Kamer?" (1970)
-
-Pierre van Enk, "Kil en berekenend, maar ook genereus. Norbert Schmelzer 1921-2008", Trouw, 15 november 2008
-
-A. van Kessel, "De man van de politiek. Norbert Schmelzer (1921-2008)", in: "Jaarboek Parlementaire Geschiedenis 2009", 145
In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.
Speciaal voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn de biografieën van alle kansrijke (volgens de peilingen) kandidaten in uitgebreide vorm raadpleegbaar op parlement.com.
Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:
In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.
Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.
De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.