Titel I - Waardigheid
Inhoudsopgave van deze pagina:
II-1: Menselijke waardigheid
De menselijke waardigheid is onschendbaar. Zij moet worden geëerbiedigd en beschermd.
II-2: Recht op leven
- 
1.Eenieder heeft recht op leven.
- 
2.Niemand wordt tot de doodstraf veroordeeld of terechtgesteld.
II-3: Recht op menselijke integriteit
- 
1.Eenieder heeft recht op lichamelijke en geestelijke integriteit.
- 
2.In het kader van de geneeskunde en de biologie moeten met name worden nageleefd:- 
a)de vrije en geïnformeerde toestemming van de betrokkene, volgens de bij de wet bepaalde regels,
- 
b)het verbod van eugenetische praktijken, met name die welke selectie van personen tot doel hebben,
- 
c)het verbod om het menselijk lichaam en bestanddelen daarvan als zodanig als bron van financieel voordeel aan te wenden,
- 
d)het verbod van het reproductief klonen van mensen.
 
- 
II-4: Verbod van folteringen en van onmenselijke of vernederende behandelingen of bestraffingen
Niemand mag worden onderworpen aan folteringen of aan onmenselijke of vernederende behandelingen of bestraffingen.
II-5: Verbod van slavernij en dwangarbeid
- 
1.Niemand mag in slavernij of dienstbaarheid worden gehouden.
- 
2.Niemand mag gedwongen worden dwangarbeid of verplichte arbeid te verrichten.
- 
3.Mensenhandel is verboden.