Protocol inzake de verbindingen met de Raad van Europa

Inhoudsopgave van deze pagina:

1: Raadgevende vergadering Raad van Europa

De Raadgevende Vergadering van de Raad van Europa wordt samengesteld uit de leden van de Senaat van de Gemeenschap en uit een overeenkomstig aantal vertegenwoordigers van de andere leden van de Raad van Europa, vastgesteld op basis van het thans geldende beginsel van afweging.

De bepalingen van paragraaf (c) van artikel 25 van het Statuut van de Raad van Europa betreffende de plaatsvervangers worden door dit artikel niet aangetast.

2: Vertegenwoordiging in Raad van Europa door Europese Uitvoerende Raad

De Europese Uitvoerende Raad wordt in de vergaderingen van het Comité van Ministers van de Raad van Europa door een of meer van zijn leden vertegenwoordigd.

3: Jaarlijks verslag Europese Uitvoerende Raad aan Raad van Europa

De Europese Uitvoerende Raad doet, minstens eenmaal per jaar, aan de Raadgevende Vergadering en aan het Comité van Ministers van de Raad van Europa een verslag over de activiteit van de Gemeenschap toekomen.

De leden van de Europese Uitvoerende Raad kunnen alle vergaderingen van de Raadgevende Vergadering bijwonen. Wanneer deze het in de vorige alinea bedoelde verslag behandelt, worden zij op hun verzoek gehoord.

4: Contacten

  • 1. 
    De Raad van Europa handelt ten opzichte van de Gemeenschap overeenkomstig het bepaalde in artikel 15 van zijn Statuut.
  • 2. 
    De Europese Uitvoerende Raad stelt de Raad van Europa in kennis van de door de Gemeenschap voorgestelde maatregelen, die de belangen van andere leden van de Raad van Europa zouden kunnen raken.
  • 3. 
    De Europese Uitvoerende Raad kan voorafgaand advies inwinnen van de Raad van Europa inzake de in het vorige lid bedoelde maatregelen.
  • 4. 
    De Europese Uitvoerende Raad stelt de Raad van Europa in kennis van het gevolg, dat hij heeft kunnen geven aan de aanbevelingen, die door het Comité van Ministers van de Raad van Europa tot hem zijn gericht krachtens artikel 15 (b) van het Statuut van de Raad van Europa.

5: Verzoeken om advies

Het Comité van Ministers en de Raadgevende Vergadering plaatsen op hun respectieve agenda's de verzoeken om advies van de Europese Uitvoerende Raad alsmede de voorstellen, die deze zal indienen met het oog op de voorbereiding van verdragen of evenwijdige wetgeving inzake vraagstukken van gemeenschappelijkbelang voor de Gemeenschap en voor andere leden van de Raad van Europa.

6: Gezamenlijke plaats voor de zetel

De Gemeenschap en de Raad van Europa zullen met elkaar overleg plegen over de mogelijkheid de zetel van hun respectieve instellingen in dezelfde plaatsen te vestigen.

7: Andere vormen van samenwerking

Andere vormen van samenwerking tussen de Gemeenschap en de Raad van Europa zullen door overeenkomsten tot stand worden gebracht, die inzonderheid hierin zullen voorzien:

  • 1. 
    dat sommige administratieve diensten in een nader te bepalen mate aan de Gemeenschap en aan de Raad van Europa gemeen zullen zijn;
  • 2. 
    dat mededelingen en inlichtingen op basis van wederkerigheid worden uitgewisseld.

8: Inwerkingtreding

Dit Protocol zal van kracht worden, zodra de Gemeenschap zal zijn opgericht en de Secretaris-Generaal van de Raad van Europa aan de Europese Uitvoerende Raad kennis zal hebben gegeven, dat het aan het Statuut van de Raad van Europa toe te voegen Protocol inzake de betrekkingen met de Gemeenschap van kracht is geworden.

(Artikel 8. Dit Protocol houdt wijziging in van het Statuut van de Raad van Europa. Het zal geratificeerd worden en in werking treden zodra ... Leden hun ratificatie-oorkonden bij de Secretaris-Generaal van de Raad van Europa zullen hebben nedergelegd en de Europese Uitvoerende Raad aan de Secretaris-Generaal zal hebben bekend gemaakt, dat het verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap van kracht is geworden.)