EP bespreekt werkprogramma van het Belgisch voorzitterschap: Conventie

woensdag 4 juli 2001

Verklaring van de fungerend voorzitter van de Raad

Debat : 4 juli 2001

 

1. De Raad

Het Zweedse voorzitterschap heeft wat zijn drie prioriteiten betreft wezenlijke vooruitgang geboekt, aldus Raadsvoorzitter Guy Verhofstadt. Er werd een nieuwe impuls gegeven aan het Lissabon-proces. Er werd een gemeenschappelijke strategie inzake duurzame ontwikkeling op de sporen gezet. En er werd uitstekend werk geleverd op het vlak van de uitbreiding.

Maar het meest markant was ongetwijfeld de vooruitgang inzake het Gemeenschappelijk Buitenlands en Veiligheidsbeleid. Bij de ontmoetingen met Putin en Bush spraken de 15 met één stem. Verdere voorbeelden zijn de leidende rol van Javier Solana i in het Balkanconflict en het gezamenlijk optreden van de EU en de Verenigde Staten in het Midden-Oosten. Hieruit blijkt dat het Europese buitenlands beleid stilaan vorm krijgt en dat de EU ook als een volwaardige partner op het internationale forum erkend wordt.

Het Ierse referendum heeft andermaal duidelijk gemaakt dat er een identiteitscrisis bestaat in de Europese Unie. Er gaapt een kloof tussen de burger en de Europese instellingen. Het zou van een arrogante houding getuigen, aldus Verhofstadt, daar zomaar overheen te stappen. Daarom wil het Belgische voorzitterschap de burger opnieuw verzoenen met Europa. [..]

Verhofstadt gaat ook in op de concrete dossiers waaraan het voorzitterschap wil werken. Om te beginnen is er de invoering van de Euro. Niets zal Europa dichter bij de burger brengen dan een succesvolle invoering van de Euro, en het voorzitterschap moet daar als een goede huisvader over waken. Daarom wordt in oktober een evaluatierapport besproken dat er garant moet voor staan dat de Euro op 1 januari vlot van start kan gaan. Er komt ook een informatiecampagne die specifiek gericht is op kwetsbare sociale groepen en kleine en middelgrote ondernemingen.

Er moet ook dringend werk worden gemaakt van het sociale Europa. Concreet wil Verhofstadt én de kwantitatieve én de kwalitatieve tewerkstellingsindicatoren vastleggen en de richtlijn inzake de informatie en de consultatie van werknemers afronden. Verder komt er op het einde van het jaar een eerste gezamenlijk rapport inzake de pensioenen.

Nog een actielijn van het Belgisch voorzitterschap is de totstandbrenging van één Europese ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid. Het gaat hier om zaken die de burger rechtstreeks raken : asiel, migratie, bestrijding van de georganiseerde misdaad, mensenhandel en mensensmokkel. Concreet streeft Verhofstadt naar een asielrichtlijn die de toekenningsprocedures en het onthaal van vluchtelingen harmoniseert, naar de oprichting van Eurojust, naar meer operationele slagkracht voor Europol, naar het opstarten van een High Impact-operatie om de nieuwe buitengrenzen van de Unie te versterken, naar de wederzijdse erkenning van vonnissen en arresten en naar een Europees mandaat voor uitlevering.

Ook België wil verder werk maken van een coherent Europees buitenlands beleid. Centraal zal daarbij het Europese Veiligheids- en Defensiebeleid staan. Een van de laatste Eurobarometers gaf aan dat in alle lidstaten de bevolking voorstander is van een autonome en herkenbare Europese interventiecapaciteit. Dus, concludeert Verhofstadt, moeten we tegen het einde van dit jaar ten minste klaar zijn om de Europese defensie operationeel te verklaren.

De Verklaring van Laken

De Verklaring van Laken moet meer zijn dan loutere procedure, vervolgt Verhofstadt. Het gaat erom in Laken de contouren te schetsen van wat de nieuwe Europese Unie zal zijn na de uitbreiding , een uitbreiding die in feite geen uitbreiding is, maar een gedaantewisseling, een ware mutatie. Daarom moeten de juiste vragen worden gesteld en geen enkele vraag, geen enkel onderwerp mag taboe zijn. Voor Verhofstadt is het vertrekpunt dat de EU het contact met de burger heeft verloren. Op zijn minst bij een deel van de publieke opinie leeft de overtuiging dat de Unie al te vaak, soms te sterk ingrijpt in zijn dagelijkse leven. De Unie wordt ook ervaren als niet doorzichtig, te bureaucratisch en onvoldoende democratisch, en terecht.

Wat houdt de Europese identiteit in? En hoe herkent de burger zich daar in? Deze vragen brengen Verhofstadt bij een grondwet voor de Unie, hetgeen een vereenvoudiging en herschikking van de verdragen impliceert. De wellicht meest cruciale vraag is hoe de taakverdeling in de EU er moet gaan uitzien. Er is nood aan duidelijke afspraken. Wie doet wat op welk niveau? Dit is een discussie die moet plaatsvinden.

De Verklaring van Laken moet ook de wildgroei van beleidsinstrumenten aankaarten. Momenteel zijn er niet minder dan dertig in de Verdragen opgenomen. Vereenvoudiging dringt zich dan ook op. Aandacht moet ook gaan naar de wijze van financiering van de Europese Unie. We moeten minstens de vraag durven stellen of de indirecte financieringsmethode wel de juiste is, meent Verhofstadt. Is rechtstreekse financiering niet legitiemer en democratischer?

Andere kwesties die Verhofstadt wil aansnijden, zijn de al dan niet rechtstreekse verkiezing van de Commissievoorzitter, de veralgemening van het medebeslissingsrecht van het Europees Parlement, het idee om de wetgevende en uitvoerende taken van de Raad beter te onderscheiden en het toevertrouwen van de uitvoering van het buitenlands beleid van de Unie aan één persoon.

Wat de methode betreft die zal gevolgd worden tussen de Verklaring van Laken en de Intergouvernementele Conferentie, gaat de discussie voor Verhofstadt niet zozeer over de keuze tussen een conventie of een forum. Van belang is dat alle partijen bij het debat worden betrokken en dat het mogelijk is verschillende scenario's uit te werken en verschillende opties voor te leggen. Anders dreigt er een weinig ambitieus document uit de bus te komen.

Het Belgische Voorzitterschap beschouwt het Europees Parlement als een bondgenoot, rondt Verhofstadt af. Hij wil een intense dialoog met het EP, dat het instrument bij uitstek is om één Europese publieke opinie te krijgen die meer is dan de loutere optelsom van vijftien nationale meningen.

2. De Commissie

De opdracht van het Belgisch Voorzitterschap komt op een bijzonder moeilijk moment, meent Commissievoorzitter Romano Prodi i. Zo is er de laatste fase van de invoering van de Euro, de invoering in januari 2001 van de biljetten en de munten. Nooit heeft de Europese werkelijkheid concreter gestalte gekregen. België kan rekenen op de steun van de Commissie om deze historische gebeurtenis tot een succes te maken. Dan is er de uitbreiding van de Unie. De toetredingsonderhandelingen zijn in een kritieke fase gekomen, nu men aan de meer ingewikkelde hoofdstukken begint.

Ondertussen zijn de lidstaten bezig het Verdrag van Nice te ratificeren. Maar het recente referendum in Ierland heeft ons er aan herinnerd dat die ratificering niet vanzelfsprekend is. Op de Top van Laken zullen ze nagaan welke vooruitgang er is geboekt bij de uitvoering van de sociale agenda. Dit is van cruciaal belang, als we er in dit decennium in willen slagen om de Europese economie echt dynamisch en concurrerend willen maken. Er moet niet alleen de nadruk worden gelegd op een volledige werkgelegenheid, maar ook op een betere kwaliteit van de arbeid. De modernisering van de pensioenstelsels en de sociale zekerheid is een ander belangrijk onderdeel van de agenda. Dat geldt ook voor de armoede en de sociale uitsluiting.

Prodi is verontrust over de groeiende kloof tussen arm en rijk in Europa. Het is onze plicht deze ontwikkeling een halt toe te roepen. Als we doorgaan met het huidige beleid, dan wordt precies die fundamentele waarde in gevaar gebracht die aan de basis ligt van het Europese maatschappelijk model, namelijk de solidariteit. De snelheid waarmee onze samenleving uit elkaar valt, is niet alleen in Europa merkbaar, maar zeker ook in Afrika, dat de aansluiting met de ontwikkelde landen is kwijtgeraakt. We moeten alles doen om deze ontwikkeling te stoppen.

De Commissievoorzitter staat vervolgens uitgebreid stil bij de Top en de Verklaring van Laken. In Laken wordt immers beslist over de vraag hoe we de tweede fase van het debat over de toekomst van Europa gestalte zullen geven. Het zal een fundamenteel en veelomvattend debat zijn, waarvan veel afhangt. Hij is het eens met premier Verhofstadt die heeft gezegd dat de unie een institutionele en instrumentele warboel is geworden. Die diagnose is helder, nu gaat het om de behandelwijze van de doktoren. Niemand mag nog denken dat dit vraagstuk achter gesloten deuren worden opgelost.

De enige manier om de Europese Instellingen op een voor de burger aanvaardbare wijze te hervormen, is dat er in Laken een Conventie of een Forum in het leven wordt geroepen. De regeringen uit de lidstaten of de kandidaat-lidstaten, de nationale parlementen, het EP en de Commissie moeten op gelijke voet zijn vertegenwoordigd. De burgers moeten ook begrijpen dat er veranderingen noodzakelijk zijn. Het Ierse "Neen" zegt duidelijk dat we de kloof tussen de instellingen en de burgers moeten dichten. De burgers willen een duidelijke en begrijpelijke Unie, een unie die de levenskwaliteit en de soort samenleving die zij willen echt waarborgt en die hen vertelt hoe het beleid in elkaar zit en hoe het geld wordt besteed. Die verlangens zijn volkomen gerechtvaardigd en zullen in het kader van de Conventie van Laken moeten worden aangepakt.

Prodi is er van overtuigd dat een unie met 25 of meer lidstaten niet kan werken met de huidige structuren en besluitvorming. Daarom moeten bij de uitbreiding van de Unie tenminste de institutionele wijzigingen die zo moeizaam in Nice werden overeengekomen ingevoerd worden. Het Verdrag van Nice moet tegen het eind van 2002 geratificeerd zijn. Wat betreft het Ierse referendum, stelt Prodi dat hij na een bezoek aan Ierland kon vaststellen dat het Ierse volk niet tegen de uitbreiding heeft gestemd. De betekenis van dit "neen" mag echter niet worden onderschat. Het doet de vraag rijzen wat er wou gebeuren als Nice niet zou worden geratificeerd. De uitbreiding mag niet in gevaar komen en is en blijft onze belangrijkste doelstelling. Er zijn juristen die zeggen dat de uitbreiding tot stand kan worden gebracht door de verdragen lichtelijk te veranderen. Dat is echter niet de politieke hamvraag. Het gaat er veeleer om de uitbreiding tot stand te brengen en tegelijkertijd de unie te verdiepen. Een "neen" tegen Nice, besluit de Commissievoorzitter, zou het uitbreidingsproces onvermijdelijk vertragen.

3. Fractiewoordvoerders

Voor Hans-Gert POETTERING (EVP/ED, D) staat vast dat het Belgisch Voorzitterschap een ambitieus programma heeft gepresenteerd. De EVP staat achter dit Voorzitterschap, dat staat in de traditie van Verhofstadt's voorgangers Tindemans en Martens. De invoering van de Euro in 2002 is een vreedzame maar revolutionaire gebeurtenis. Hij is blij met de ene munt, die offensief moet worden verdedigd. Dat jongeren in Europa straks betalen met de gemeenschappelijke munt, is een stukje vrede dat we niet moeten bagatelliseren. Het Voorzitterschap moet evenwel ook een stabiliteitspolitiek voeren alsmede de inflatie en de staatsschuld terugbrengen. Belangrijke belastingverlagingen moeten vooral aan de kleine en middelgrote ondernemingen ten goede komen.

Wat Laken betreft, moet het EP zijn rol in het Convent vervullen. Maar ook de haperende motor van de Frans-Duitse samenwerking kan hier weer worden op gang gebracht. De lidstaten moeten geen hoge ambtenaren, maar politici naar het Convent sturen. Wat die ambtenaren betreft, die zitten nu in de delegaties namens de lidstaten bij de bemiddelingsprocedures. Dat is niet volgens de voorschriften, daarin horen ministers te zitten. Poettering zegt vervolgens een hoge pet op te hebben van de Hoge Vertegenwoordiger Solana, maar wil hem wel kaderen in de Europese Commissie en hem in het EP rekenschap laten afleggen. Dat het Belgisch Voorzitterschap aandacht schenkt aan Afrika is goed, maar het buitenlands beleid dient vooral te zijn geconcentreerd op Macedonië. Moest daar militair worden ingegrepen, dan moeten de strijdkrachten uit de lidstaten zodanig zijn uitgerust, dat zij dat ook echt kunnen.

Enrique BARON CRESPO (PES, E) meent dat Verhofstadt en de zijnen grote politieke ambities hebben. Wat het bondgenootschap met het EP betreft kan deze premier van een Regenboogcoalitie rekenen op steun van de PES. Ook Baron Crespo gaat in op de invoering van de Euro, waaraan een lange periode van voorbereiding vooraf ging. Hij gaat nader in op Laken en meent dat het Convent een forum moet zijn voor parlementen én regeringen, De sociale en economische agenda vraagt een samenhangend beleid. Concurrentie is goed, maar we zullen wel de vragen moeten beantwoorden van de duizenden werknemers die er het slachtoffer van werden.

De Europese Unie is de eerste ervaring in beschaafde mondialisering, meent Baron Crespo. Deze ervaring moet ook in de WTO worden ingebracht. Van groot belang, aldus de PES-fractievoorzitter, is de aanwezigheid van de Unie op de Balkan, in het Midden-Oosten en in Afrika, die verheugd is over de Belgische plannen om te komen tot een Europese belasting. De 99 werkdagen die het Belgisch voorzitterschap volgens het rekensommetje van premier Verhofstadt telt, is heel weinig en zijn vakantie zal er wel bij inschieten, maar onze steun heeft hij.

Voor Willy DE CLERCQ (ELD, B) komt het Belgisch Voorzitterschap op een cruciaal moment. in de geschiedenis van de Unie. De Verklaring van Laken moet de eerste krijtlijnen uittekenen hoe een uitgebreide Unie toch efficiënt kan werken. Daar de publieke opinie zich minder en minder interesse heeft voor Europa, heeft Verhofstadt terecht gesteld dat de Unie meer aandacht moet hebben voor de concrete verzuchtingen van haar burgers. Een ander cruciaal punt is de plaats van de Unie in de wereld. De Unie moet meer invloed uitoefenen op de mondiale ontwikkelingen en dan vooral op het terrein van de internationale politiek. Op dat punt is er niet alleen Afrika, hetgeen ook grotendeels een humanitair probleem is, maar de Unie kan ook een actievere rol spelen in de relaties met ondermeer de VS, Rusland, Azië en vooral het vredesproces in het Midden-Oosten.

Hoe dan ook zullen de prestaties van dit Voorzitterschap beoordeeld worden op haar interne prestaties. Het programma oogt veelzijdig en ambitieus: er is het Europees sociaal model, zorg voor kwaliteit van leven en werk, betere samenwerking op het vlak van migratie en asiel, de overgang naar de Euro en de opvolging van de uitbreiding. Verhofstadt wacht een zware taak, maar hij is niet bang om af en toe tegen de wind in te fietsen. De Clercq hoopt dat hij dit ook in Europa zal kunnen doen.

In Nice zijn zware fouten begaan, en die moeten gecorrigeerd worden, vindt Heidi HAUTALA (GROENEN/EVA, FIN). Zij betreurt dat de kandidaatlanden in Nice onvoldoende zetels in het EP hebben gekregen en dat het besluitvormingsproces niet is versterkt. Verhofstadt had het zelf al over 30 verschillende beleidsinstrumenten. Van groot belang is voor Hautala dat de kandidaatlanden bij het convent worden betrokken. De Tobin-taks is een kans die Verhofstadt niet mag laten liggen. Hautala zegt verder haar volledige steun toe voor de Conferentie van Bonn, waar gepoogd moet worden de VS en Australië opnieuw aan de onderhandelingstafel te krijgen. Verhofstadt en Prodi zijn beiden hartstochtelijke fietsers, dus hopelijk wordt vervoer een belangrijke prioriteit van het Belgische voorzitterschap. Een verklaring van Laken in het koninklijk paleis is mooi, maar er mag niet over de hoofden van de burgers heen worden gepraat.

Francis WURTZ (EUL/NGL, F) is blij dat Verhofstadt het over de identiteitscrisis in Europa heeft gehad. Hij merkt op dat de eurozone ons zou moeten beschermen, maar dat is momenteel niet het geval. Het valt te betreuren dat de ECB zich niet bezighoudt met de taken waarvoor in de VS de Federal Reserve bevoegd is. Nu de economische groei en de werkgelegenheid afnemen, stelt de burger zich vragen. Voor Wurtz is de kernvraag tot welke creativiteit Europa in staat is om spanningen in de samenleving en met name in de kandidaatlanden weg te nemen. Naar zijn gevoel doordringt het neoliberalisme al te veel de Europese constructie. De burger en de sociale instanties moeten dringend meer bij een en ander worden betrokken. Kan Verhofstadt zeggen hoeveel moed het Belgische voorzitterschap echt heeft?

Gerard COLLINS (UENS, IRL) pleit in hoofdzaak voor een coherente strategie om de georganiseerde misdaad aan te pakken. Wat de inbeslagneming van de opbrengst van de georganiseerde misdaad betreft, zijn in Ierland grote successen geboekt. Op het gebied van de mensensmokkel zouden de openbare ministeries beter moeten samenwerken. Verder wijst Collins op de heel belangrijke rol van de Unie in het vredesproces in het Midden-Oosten. Tot slot is het van belang ervoor te zorgen dat er geen gelaagd Europa ontstaat met controle door de grote lidstaten op de kleine. En het Belgisch voorzitterschap moet de onderhandelingen met de kandidaatlanden zo snel mogelijk doen vorderen.

Het voorzitterschap heeft gezwind gesproken over de verklaring van Laken, maar het Verdrag van Nice bestaat niet eens meer, want het is in Ierland afgekeurd, constateert Frank VANHECKE (TDI, B). De manier waarop dit feit genegeerd wordt, vindt hij kenmerkend voor de ondemocratische wending die de Unie neemt. In andere lidstaten durft men geen referendum houden, niet over de uitbreiding, niet over de invoering van de euro en niet over de steeds grotere greep van Europa op strikt nationale bevoegdheden zoals cultuur en sociale zekerheid.

Vanhecke haalt vervolgens scherp uit naar Louis Michel i, "de man van de haatcampagnes tegen Oostenrijk en Italië", en naar Verhofstadt, "de kampioen in het verbreken van beloftes". Het is ook Verhofstadt, vervolgt Vanhecke, die op kosten van de belastingbetaler probeert de partij die Vanhecke vertegenwoordigt te verbieden met methodes die destijds achter het ijzeren gordijn of zelfs in Nazi-Duitsland niet eens hadden kunnen bestaan.

Met een motie van orde geeft Hans-Gert POETTERING (EVP/ED, D) uiting aan zijn verontwaardiging over het betoog van Vanhecke. Zoiets is sinds 1979 nog nooit in dit Parlement voorgekomen, roept hij uit. Als Vanhecke dan toch zulke woorden in de mond moet nemen, dan moet hij dat maar in eigen land doen, niet hier.

Jens-Peter BONDE (EDD, DK) herinnert Verhofstadt eraan dat hij beloofd had te praten met de interfractiegroep SOS Democratie. Hij herhaalt dat het Ierse nee moet worden aanvaard. Het Verdrag van Nice is door het ijs gezakt. Een publiek debat kan enkel tot een ja leiden als het Verdrag daadwerkelijk de democratie versterkt. Bonde roept bijgevolg op tot bezinning om te kijken wat er gebeurt als de macht van het volk steeds meer aan ambtenaren wordt overgedragen.

4. Overige sprekers

Het Belgisch voorzitterschap is nog maar pas ingefietst, maar Marianne THYSSEN (EVP/ED, B) heeft de indruk dat de ronde van Europa al eerder is gestart bij de wat voortijdige lancering van het prioriteitenprogramma en zelfs van achter de coulissen in Nice. Voor zijn ambitieuze aankondigingen heeft Verhofstadt zelf gekozen, maar hij moet ook weten dat hij een tricolorerugzakje draagt als leider van een land waar het onverzoenbare kan worden verzoend en op moeilijke momenten visionaire denkbeelden worden geformuleerd.

Thyssen wenst Verhofstadt hetzelfde succes toe als Dehaene indertijd. Het is niet haar bedoeling stokken in de wielen te steken en dit halfrond te reduceren tot een schouwtoneel voor binnenlands gebruik. Zij wil zelfs een duwtje in de rug geven als Verhofstadt een koers kiest waar de mensen echt beter van worden. Niet zozeer het lijstje van dossiers is belangrijk, maar wel een visie en de kwaliteit van de oplossingen. De mensen volgen niet meer, het peloton weet niet goed meer waar de Europese koers heengaat. Wondermiddelen zijn er niet, sleutelwoorden wel, zoals informatie, democratische betrokkenheid en transparantie. Thyssen wijst ook op de grote symboolwaarde van de koninklijke serres en vraagt Verhofstadt te overwegen om enkele weken vóór Laken een Europese NGO-consultatie te houden.

Anne VAN LANCKER (PES, B) is er erg over te spreken dat Verhofstadt over de identiteitscrisis in Europa heeft gesproken. Het klopt dat overal in de Unie de kloof met de burgers bijzonder groot is. Voor het Belgisch voorzitterschap wordt het dus geenszins business as usual. Voor Van Lancker is het overduidelijk dat de toekomst van Europa niet langer in besloten kringen van diplomaten en technici kan worden bepaald. Het debat over de toekomst van Europa wordt een moeilijke oefening in het dialogeren met de civiele samenleving, en daarbij gaat het om meer dan een Internetdebat.

De Verklaring van Laken moet gaan over waar we met Europa heen willen. Van Lancker vraagt Verhofstadt nadrukkelijk daarbij niet het leefmilieu en de kwaliteit van het leven te vergeten. Met alle respect voor de grijze eminenties die een en ander voorbereiden, wil zij dat een schoonheidsfout - er is geen enkele vrouw bij - wordt rechtgezet, want het gaat om de toekomst van zowel mannen als vrouwen. Tot slot vraagt Van Lancker aandacht voor de belasting op speculatieve kapitaalstromen. Voor wie ziet in hoeverre de globalisering tot scheeftrekking leidt, is dit een heel belangrijk dossier.

In dit Parlement kan Verhofstadt rekenen op een gunstig vooroordeel, wat onder meer te maken heeft met de ontgoocheling in Nice en diverse voorzitterschappen, aldus Nelly MAES (GROENEN/EVA, B). Maar omdat de verwachtingen zo hoog zijn, kan Verhofstadt ook diep vallen. Blij is Maes alleszins met de primeur dat in het Belgisch voorzitterschap ook regionale ministers zullen fungeren. Als voorzitter van de EVA merkt zij op dat de regio's erop rekenen dat aan hun vraag om rechtstreeks betrokken te worden wordt voldaan. De rol van de constitutionele regio's moet worden versterkt. Maes wil ook een federaal Europa dat beter is toegerust voor zijn kerntaken, waaronder het GBVB. Het is toch verschrikkelijk, aldus Maes, dat we vlak voor de uitbreiding nog niet eens een samenhangend Europees asiel- en immigratiebeleid hebben. Een belangrijke prioriteit is ook de ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid. Het komt erop aan de vrees voor de uitbreiding weg te nemen. Daarnaast is ook de strijd tegen fraude essentieel.

Dirk STERCKX (ELD, B) meent dat het debat over de Unie bij Verhofstadt in goede handen is. Wel vraagt hij als Vlaming aandacht voor de rol van de regio's. Van groot belang is dat de Unie genomen besluiten ook uitwerkt en afwerkt. In dat verband wijst hij op de besluiten van de Top van Tampere, van Lissabon, van Göteborg en van Feira. Daar zijn belangrijke beslissingen genomen op het gebied van de veiligheid, van de concurrentie, van de kleine en middelgrote ondernemingen en het milieu. De uitvoering daarvan vergroot de voelbaarheid van de Unie bij de mensen vergroot. Straks kunnen we dan zeggen: een beetje trots kan geen kwaad.

Hanja MAIJ-WEGGEN i (EVP/ED, NL) wenst Verhofstadt veel succes. Wat ze heeft gehoord, klonk goed en leek alsof ze Tindemans, Martens of Dehaene hoorde. Er is veel idealisme en visie nodig, naast realisme. Het verdrag van Nice is broddelwerk en moet worden overgedaan. In Laken mag er geen valse start komen! Het is hard nodig om de ingewikkelde procedures bij de besluitvorming te saneren en het EP dient overal codecisie te krijgen waar het om wetgeving gaat. Over het Convent heeft ze een kritische opmerking. Waarom zijn er van tevoren drie scenario's? Dat lijkt op een verdeel- en heerspolitiek, zodat de Raad uit één van de drie kan kiezen. Het Voorzitterschap heeft een goede start gemaakt, laat het ook zorgen voor een goede afloop.

Miet SMET (EVP/ED, B) stelt vast dat de aanzet tot de Intergouvernementele conferentie de laatste kans is om de instellingen aan te passen. Ze vreest dat de Frans-Duitse samenwerking geblokkeerd raakt omdat er verkiezingen aankomen, De burger ziet verder niet veel in de uitbreiding. De Verklaring van Laken moet een verbetering van de besluitvorming inhouden. De unanimiteitsregeling in de Raad moet worden afgeschaft. Zo een regel werkt niet als de Unie straks uit 27 of 30 landen bestaat. Ook moet het EP meer codecisie krijgen. Het verdrag van Nice is amper uit te leggen en de besluiten van Göteborg zijn de gewone, maar ook de ongewone mens nauwelijks uit te leggen. Het Europees is de twaalfde taal geworden, maar is duidelijk niet de taal van de Europeaan. Ze hoopt dat het Voorzitterschap van meer betrokkenheid een project maakt. Tenslotte merkt Smet op dat ze voor Europees nieuws liever naar CNN kijkt dan naar Euronews, toch de eerste zender die deze berichtgeving zou moeten brengen.

5. Nogmaals de Raad

Dat sommigen het Ierse referendum aangrijpen om te stellen dat er minder Europa nodig is, vindt Guy Verhofstadt een reductionistische visie. Er is een democratisch deficit, maar dat los je niet op door minder Europa te creëren, wel door meer democratie in Europa te creëren. Verhofstadt heeft zich altijd tegen een arrogante houding over het Ierse referendum verzet. Het Ierse nee moet mee worden opgenomen, er moet iets aan worden gedaan. Maar er mag niet worden geconcludeerd dat we met de Unie maar in achteruit moeten schakelen.

Wat de conventie betreft, is Verhofstadt het ermee eens dat de regeringen op hoog niveau vertegenwoordigd moeten zijn, zoniet dreigt een kortsluiting. Verder moeten de constitutionele regio's bij het proces worden betrokken.

Verhofstadt wil ook het positieve benadrukken wat de idee van een grondwet betreft. Hij kan alleen maar constateren dat deze idee de laatste twee jaren voortdurend veld wint. Er kan dus iets mee worden gedaan in de Verklaring van Laken.

Met de Commissievoorzitter wil Verhofstadt onderstrepen dat het absoluut noodzakelijk is het Verdrag van Nice te ratificeren. De voordelen zijn veel groter dan de nadelen. Het voordeel is dat de uitbreiding eindelijk kan plaatsvinden.

Diverse EP-leden hebben gezegd dat uiteindelijk de daden zullen wegen. Verhofstadt wil niet Ikarus spelen, maar er moeten belangrijke hervormingsplannen komen. Zijn devies is dat van de eerste voorzitter van de Europese Commissie: "Wie in Europese zaken niet in wonderen gelooft, is geen realist".