Nieuwe EU-lidstaten praktisch nog niet klaar voor

vrijdag 4 november 2005

BRUSSEL (ANP) - De nieuwe Oost-Europese EU-lidstaten moeten meer vaart zetten achter de praktische invoering van de euro willen zij op tijd klaar zijn voor de eenheidsmunt. Vooral Estland en Litouwen dienen in administratief en organisatorisch opzicht het proces te versnellen.

Beide landen willen samen met Slovenië in 2007 al de euro als betaalmiddel hebben. Daar moeten de Europese ministers van Financiën nog wel hun zegen aan geven.

In een vrijdag gepresenteerd rapport roept Europees commissaris Almunia (monetaire zaken) de nieuwe lidstaten op meer praktische zaken te regelen, zoals de dubbele prijsaanduiding in het begin, het uitgeven van proefsetjes euro's en betere informatie van de burgers.

De drie landen willen evenals Letland, Cyprus, Malta en Slowakije, die streven naar de euro als wettig betaalmiddel in 2008 en 2009, de munt invoeren via een 'big bang', waarbij na hooguit een maand de oude nationale valuta uit roulatie verdwijnen. Polen heeft nog geen streefdatum voor de euro aangegeven.

Hongarije en Tsjechië hebben 2010 als doel. Vooral voor Hongarije lijkt dat onhaalbaar, gegeven het tot 6,6 procent oplopende begrotingstekort. Een tekort van 3,0 procent van het bruto nationaal product, de totale inkomsten van een land, is de limiet voor invoering van de euro.

Volgens Almunia heeft onderzoek onder burgers in de nieuwe lidstaten uitgewezen dat zij vrezen dat het euroscenario van de twaalf huidige landen met de eenheidsmunt zich herhaalt en dat winkeliers de nieuwe munt zullen gebruiken om forse prijsverhogingen door te voeren. De overheden in de nieuwe lidstaten moeten daar beter op toezien.

Estland, Litouwen en Slovenië hebben overigens al ontwerpen gepresenteerd voor de nationale kant van de euromunt, die alle drie sterk van elkaar verschillen. Slovenië heeft overigens voor alle acht verschillende muntstukken een apart ontwerp bedacht.

Na eerdere instemming van de Europese ministers van Financiën worden ook de Europese kanten van de munten van 10, 20 en 50 cent en 1 en 2 euro aangepast, doordat er meer eurolanden bijkomen.