Luchtvaart verliest zaak om vergoeding vertraging

dinsdag 10 januari 2006

LUXEMBURG/BRUSSEL (ANP) - Met de Europese wet die de hoogte van de schadevergoeding vaststelt voor luchtreizigers die het slachtoffer zijn van vertragingen of annuleringen, is niets mis. Dat heeft het Europees Hof dinsdag vastgesteld in een zaak die was aangespannen door brancheorganisaties in de luchtvaart.

De IATA, de internationale organisatie van de luchtvaart, wil dat de maatschappijen zelf hun vergoedingsbeleid mogen bepalen. Dat geldt des te meer voor de prijsvechters in de luchtvaart, verenigd in de ELFAA. Zij vinden een vergoeding van minstens 250 euro bij een geannuleerde vlucht niet in verhouding staan tot de ticketprijs van soms maar enkele tientjes.

Volgens het Europees Hof is echter met de Europese regeling niets mis. Integendeel, menen de rechters: het zou juist discriminatie zijn als prijsvechters onder een aparte regeling zouden vallen.

Het hof heeft ook het argument van tafel geveegd dat de wet in strijd zou zijn met het internationale luchtvaartverdrag van Montreal. De sector voerde verder aan dat de luchtvaart hogere vergoedingen moet betalen dan andere vormen van transport, maar volgens het hof is dat geen probleem. Luchtvaartpassagiers die getroffen worden door vertraging of annulering verkeren in een andere situatie dan getroffen passagiers van andere vervoermiddelen, vinden de rechters.