Grootste liberalisering van wereldhandel ooit door Internationale Cacao-Overeenkomst

De delegaties van de staten die aan de onderhandelingen van de Uruguay-Ronde (GATT) deelnemen, tekenen in Genève een overeenkomst, waarbij baanbrekend werk wordt verricht voor de grootste liberalisering van de wereldhandel die de geschiedenis ooit heeft gekend.

De Cacao-Overeenkomst van 1993 werd op 16 juli 1993 te Genève gesloten, ter afronding van onderhandelingen die in april 1992 werden aangevat. Het wezenlijk verschil met de vorige overeenkomst van 1986 is het ontbreken van economische mechanismen die voorzien in het reguleren van de markt door middel van een vooropgestelde prijsmarge, een buffervoorraad of een stelsel van productiequota.

De voornaamste doelstellingen zijn (artikel 1) :

-het bevorderen van de ontwikkeling en de versterking van de internationale samenwerking in alle sectoren van de wereld-cacao-economie;

-het bijdragen aan de stabilisatie van de wereld-cacaomarkt in het belang van alle leden door in het bijzonder te streven naar het bewerkstelligen van de evenwichtige ontwikkeling van de wereld-cacao-economie;

-het vergemakkelijken van de uitbreiding van de internationale handel in cacao;

-het verzekeren van voldoende aanvoer tegen redelijke prijzen, billijk voor zowel de producenten als de consumenten;

-het bevorderen van de doorzichtigheid van het functioneren van de wereld-cacao-economie.

De economische bepalingen van de Internationale Cacao-Overeenkomst (hoofdstuk VII) berusten op de totstandkoming en de inachtneming door de exporterende leden van productiebeheerplannen, gericht op het bewerkstelligen op middellange en lange termijn van een blijvend evenwicht tussen de mondiale productie en de mondiale consumptie van cacao. Dit productiebeleid wordt aangevuld met activiteiten die ten doel hebben de tendensen en vooruitzichten betreffende de consumptie te bestuderen en belemmeringen voor de toename van de consumptie weg te nemen.

Daarnaast gaan alle leden de verbintenis aan interne maatregelen te nemen om de cacaoconsumptie te doen toenemen (artikel 32).

De financiële verplichtingen van de leden van de overeenkomst beperken zich tot de bijdrage aan de administratieve begroting (artikelen 23 tot 25) van de Internationale Cacao-Organisatie (ICCO), die haar zetel te Londen heeft.

Andere verplichtingen van de leden behelzen het verstrekken van economische en statistische gegevens (artikelen 30, 36 en 38). Deze verplichtingen van administratieve aard hebben ten doel de doorzichtigheid van de wereld-cacao-economie te verzekeren.