Praat mee over Europa. Debatten in Nederland

donderdag 7 december 2006

Toekomst van Europa/Europese integratie - 07-12-2006 - 17:32

In Den Bosch vond op woensdag 6 december de tweede aflevering plaats van een serie debatten onder de noemer "Europa dat zijn wij." Burgers, leden van het Europees Parlement, alsmede vertegenwoordigers van politieke partijen en maatschappelijke organisaties debatteerden daar met elkaar over vraagstukken als de uitbreiding van de Europese Unie en de rol van Nederland in Europa.

Het debat werd geopend door de Commissaris van de Koningin van de provincie Noord-Brabant, Hanja Maij-Weggen i, die zelf een kleine 20 jaar actief is geweest in Europa en deel uitmaakte van de EP-delegatie in de Europese Conventie die het Grondwettelijk verdrag voorbereidde. Zij riep op tot een positieve benadering van het project Europa, dat al 50 jaar lang zorgt voor vrede en veiligheid in dit deel van de wereld. Ook in haar eigen provincie is Europa niet meer weg te denken. In dat verband wees ze vooral op de rol van het Europees landbouwbeleid, de bijdragen van het Europees Sociaal Fonds aan de versterking van de werkgelegenheid en de bijdrage die werknemers uit andere lidstaten leveren aan de economische ontwikkeling van de regio.

Daarna was het woord aan de zaal. Een zaal die voor het overgrote deel gevuld was met burgers die Europa een warm hart toedragen, zo bleek. Want bij een mini-referendum over de Europese Grondwet werd duidelijk dat maar liefst 90% van de aanwezigen vorig jaar bij het referendum voor de Grondwet had gestemd. En dat terwijl bijna 60% van de Brabanders bij het echte referendum tegen heeft gestemd. Iets waar Europarlementariër Toine Manders i van de VVD nog steeds niet over uit kan: "Maar liefst 86% van de Tweede Kamer was voor, dus er is voor mij maar één conclusie denkbaar: we hebben een volksvertegenwoordiging die het volk niet vertegenwoordigt." Een zienswijze die fel werd bestreden door Jeroen Zonneveld van de SP, de partij die vorig jaar het verzet tegen de Europese Grondwet aanvoerde. Hij is van mening dat Europa wordt uitgeleverd aan de vrije markt, en dat de bevolking daarom in meerderheid tegen heeft gestemd. De zaal kon hier aanvullen dat de voorlichting over de Grondwet door de Nederlandse burgers destijds als erg onder de maat werd beschouwd, en dat het er bovendien op lijkt dat Europa een groot imagoprobleem heeft in Nederland.

En via een terugblik op het nee bij het referendum ging het naar een vooruitblik op de toekomstige uitbreiding van de Europese Unie. Lambert van Nistelrooij i, lid van het Europees Parlement voor het CDA, verdedigde de stelling dat de EU niet onbeperkt kan worden uitgebreid. Toetreding van Rusland is wat hem betreft geen optie. Turkije mag er wel bij, maar alleen als het land voldoet aan alle eisen die aan lidmaatschap worden gesteld. Bij wijze van tussenoplossing denkt zijn partij aan het zgn. nabuurschap voor een land als de Oekraïne. Nabuurschap is een middel om derde landen bij Europa te betrekken zonder dat je daarmee het draagvlak voor Europa in eigen kring verspeelt, aldus Van Nistelrooij.

Het debat werd afgesloten door Sjerp van der Vaart, directeur van het Bureau Europees Parlement. Hij dankte het publiek voor zijn actieve bijdrage aan de levendige discussie en riep op Europa vooral te zien als een waardengemeenschap waarin democratie en mensenrechten centraal dienen te staan. Als we ons bij Europa alleen maar afvragen wat we er zelf beter van worden, dan doen we geen recht aan het wezen van Europese samenwerking. In de geest van de dichter Lucebert noemde hij alles wat van waarde is, weerloos. En dat geldt niet alleen voor Brabant, maar ook voor Europa. Aldus Van der Vaart.

Het debat werd in opdracht van het Bureau van het Europees Parlement georganiseerd door het Instituut voor Publiek en Politiek.

 

REF.: 20061207STO01076

Nadere informatie :De debattenreeks 'Europa dat zijn wij'

Het Informatiebureau van het Europees Parlement in Den Haag