Verklaring Pöttering over het referendum in Ierland en over Palestijnse gebieden

Met dank overgenomen van Europees Parlement (EP) i, gepubliceerd op maandag 16 juni 2008.

EP-voorzitter Hans-Gert Pöttering i (EVP-ED, DE) legt aan het begin van de zitting een korte verklaring af over de uitslag van het Ierse referendum. Hij meent dat de EU voor één de moeilijkste uitdagingen uit haar geschiedenis staat.

Het Verdrag van Lissabon moest meer daadkracht en transparantie brengen, meer verantwoordelijkheid leggen bij het EP en de nationale parlementen en ook zorgen voor meer lokaal zelfbestuur.

Het Verdrag is een antwoord op de kritiek die bij veel burgers leefde op de tekorten van de Unie. Voor de EP-voorzitter staat het boven twijfel dat dit verdrag een absolute noodzaak is, indien de EU haar waarden en belangen in de 21e eeuw verdedigen wil. Zonder dit verdrag is toetreding van verdere lidstaten wel heel moeilijk denkbaar.

Hij roept de EU-top op komende donderdag en vrijdag al het nodige te doen om het verdrag alsnog te verwezenlijken en vindt dat het ratificatieproces onbeperkt voortgezet moet worden. Het EP wil zich hiervoor met alle kracht inzetten en van Raad en Commissie mag hetzelfde worden verwacht. Doel blijft het Verdrag van Lissabon voor EP-verkiezingen in juni 2009 van kracht te laten worden.

Situatie in de Palestijnse gebieden

De Voorzitter wijst op het bezoek dat een delegatie uit de werkgroep Midden-Oosten onlangs aan Israel en Palestina heeft gebracht. De delegatie was het er unaniem over eens dat de situatie ter plaatse somber is. Er is weinig grond tot optimisme. De delegatie vindt, daarin gesteund door de Conferentie van Voorzitters, dat de blokkade van de Gazastrook moet worden opgeheven, dat het gecontroleerde grensverkeer weer mogelijk moet worden en dat het gedaan moet zijn met het geweld.

Zo moet de geloofwaardigheid van de Palestijnse autoriteit worden verbeterd en dient Israel haar politiek te wijzigen. Niemand heeft het recht zich aan de verplichtingen van Annapolis te onttrekken. Wij Europeanen moeten het proces van politieke vernieuwing steunen en onze partners in dit proces begeleiden. Het EP zal hier vastbesloten zijn verantwoordelijkheid nemen.