Wie zal de wereld voeden in 2050?

Met dank overgenomen van Europees Parlement (EP) i, gepubliceerd op vrijdag 4 juli 2008.

Wie zal de wereld voeden in de toekomst? Deze vraag stond op donderdag 3 juli centraal tijdens een conferentie in het Europees Parlement i. Met de verwachting van een aantal van 9 miljard mensen op aarde tegen 2050, uitten de aanwezige deskundigen uit de Europese en Afrikaanse politiek hun zorgen over de mondiale voedselveiligheid in de komende decennia. Tijdens de conferentie werd bovendien aangegeven dat het klimaat en de toenemende vraag naar vlees bijdragen aan de huidige voedselcrisis.

De stijging van de landbouwprijzen wijzen op de acute probleem van de voedselveiligheid. Een van de centrale vragen tijdens de conferentie Who will feed the World (wie zal de wereld voeden) ? betrof hoe de landbouwproductie in de wereld tegen 2050 te verdubbelen en tegelijkertijd de toekomst van de planeet te waarborgen.

Onder de deelnemers bevonden zich Eurocommissaris Mariann Fischer Boel i (landbouw en plattelandsontwikkeling), collega Louis Michel i, Eurocommissaris voor ontwikkelingssamenwerking en humanitaire hulp en de directeur van de Wereldhandelsorganisatie Pascal Lamy.

"Voedselcrisis zorgt voor vertraging VN-doelstellingen"

Ook EP-voorzitter Hans-Gert Pöttering i was aanwezig tijdens de conferentie, waar hij aangaf dat "850 miljoen mensen wereldwijd, waaronder 170 miljoen kinderen, lijden aan honger of ondervoeding. Elk jaar sterven 5,6 miljoen kinderen aan ondervoeding." Pöttering liet eveneens weten dat de Millenniumdoelstellingen van de VN uit 2000 voor het jaar 2015 die het halveren van honger en de armoede inhouden door de stijging van de voedselprijzen met 7 jaar vertraagd zijn.

Jacques Diouf: directeur van de Voedsel- en Landbouworganisatie van de VN stelde in deze dat het aantal mensen die honger hebben verhoogd is met ongeveer 50 miljoen in 2007 als gevolg van de hoge voedselprijzen.

Neil Parish (UK, EVP) , voorzitter van de landbouwcommissie in het EP liet weten dat "we onze boeren moeten bevrijden van bureaucratie en marktverstorende subsidies en hen in staat stellen de wereld echt te voeden." Josep Borrell (ES, PES), voorzitter van de commissie voor ontwikkelingssamenwerking, stelde dat "een hogere productiviteit alleen kan plaatsvinden door hogere investeringen." Volgens hem was het percentage aan steun voor de landbouw 30 jaar geleden 17% tegenover 4% nu. Ontwikkeling zou daarom vooral gebaseerd zijn op de industriële sector.

Landbouwinvesteringen voor bestrijding armoede

De EU kent een soepel beleid tegenover de armste landen, met name afkomstig uit Afrika. De invoerrechten voor deze landen zijn bijvoorbeeld afgeschaft op veel goederen. Voor landbouwcommissaris Mariann Fischer Boel zouden genetische technologie een bijdrage kunnen leveren voor het zoeken naar een oplossing: "Europa voert nu al sojabonen in, waarvan 80% genetisch gemodificeerd is."

Ontwikkelingscommissaris Louis Michel verklaarde dat hij aan de Raad i en het Europees Parlement zal voorstellen dat de middelen die in 2008 niet worden besteed voor exportsubsidies als gevolg van de stijging van de voedselprijzen worden gebruikt "voor voedselonzekerheid dat op den duur leidt tot onveiligheid."

De Franse minister van landbouw Michel Barnier citeerde een verslag van de Wereldbank dat stelt dat "1 euro of 1 dollar die wordt geïnvesteerd in de landbouw de meest efficiënte manier van de bestrijding van de armoede is"

"Cruciale rol jonge boeren"

Andere aanwezigen op de conferentie benadrukten de cruciale rol van jonge boeren bij het voeden van de wereld wegens de voorkeur die zij hebben voor de kwaliteit van de productie, het ontwikkelen van lokale markten en innovatie van nieuwe producten. Ook werden toekomstige uitdagingen zoals waterschaarste, de klimaatverandering en het eventuele gebrek aan voldoende landbouwgrond genoemd.

Pascal Lamy, directeur van de Wereldhandelsorganisatie WTO pleitte voor de handel als de beste manier om de prijzen van levensmiddelen af te laten nemen.

Afrika: "potentieel is aanwezig" 

Op de conferentie konden aanwezigen uit Afrika, het armste continent op de wereld, niet ontbreken.

De Marokkaanse minister van landbouw Aziz Akhannouch legde donderdag aan de aanwezigen uit dat in zijn land 45% van de bevolking op het platteland leeft, waarvan 80% rechtstreeks van de landbouw leeft. "Deze crisis is zeer verontrustend. Er is een gebrek aan diversiteit in termen van bronnen van voedsel. Handel, investeringen, steun en partnerschap zijn nodig", zo liet hij weten.

Ousseni Salifou, landbouwcommissaris voor Economische Gemeenschap van West-Afrikaanse Staten (ECOWAS) liet weten dat "landbouw de belangrijkste factor in de West-Afrikaanse economie is. Het voorziet in voedsel en biedt werkgelegenheid. Het potentieel is er in Afrika."

REF.: 20080627STO32886