Druk was hoog bij WHO-overleg
GENEVE (ANP) - De dinsdag stukgelopen onderhandelingen over een nieuw vrijhandelsakkoord werden alom gezien als voorlopig de laatste goede kans op overeenstemming. Gezien de urgentie was al besloten in Genève alleen de twee grootste hoofdpijndossiers te behandelen, de industrie en de landbouw. Ook daarover werden de leden van de Wereldhandelsorganisatie i (WHO) het niet eens.
De WHO was er vooraf van overtuigd dat nu het laatste restje politieke wil moest worden aangegrepen, voordat nieuwe leiders de zich sinds 2001 voortslepende onderhandelingen definitief de nek omdraaien. Daarom had de organisatie haast, wat de afgelopen week te merken was aan de druk die WHO-baas Pascal Lamy i op de onderhandelende partijen legde.
Vooral de Amerikaanse presidentsverkiezingen in november baren de WHO zorgen. Er is een gerede kans dat volgend jaar een protectionistisch ingestelde Democraat het Witte Huis betrekt. Dat zou de onderhandelingen over een nieuw vrijhandelsakkoord jaren kunnen vertragen. De Democratische meerderheid in het Amerikaanse parlement stemde onlangs al in met een verhoging van de landbouwsubsidies, waar voor de verdere liberalisering van de internationale handel juist een verlaging nodig is.
De gesprekken begonnen in 2001, kort na de aanslagen in de VS op 11 september van dat jaar, in de Qatarese stad Doha. De deelnemende landen wilden de wereldwijde economische groei een impuls geven door handelsbeperkingen uit de weg te ruimen of in elk geval te verminderen. De landen wilden voor 1 januari 2005 een akkoord bereiken. Tot aansprekende resultaten leidden de onderhandelingen tot dusver echter niet.
Een van de grootste struikelblokken vormen de hoge subsidies waarmee de VS en veel Europese landen nog altijd hun boeren beschermen tegen goedkopere producten uit ontwikkelingslanden. Aan de andere kant schermen veel ontwikkelingslanden, waaronder ook voor westerse bedrijven interessante opkomende economieën als India en Brazilië, hun markt door middel van tariefmuren af voor westerse producten.
Het breekpunt in de onderhandelingen van afgelopen week, was een beschermingsconstructie die het voor arme landen mogelijk maakt hun boeren te beschermen tegen een plotselinge toename van de import van landbouwproducten. India wilde dat de drempel voor ontwikkelingslanden om daar gebruik van te maken, zo laag mogelijk wordt gehouden. De VS daarentegen vond dat dit tot oneerlijke concurrentie kan leiden.
De twee landen konden het niet eens worden, waarna de onderhandelingen werden afgebroken. De moeizame compromissen die de afgelopen week over veel andere kwesties waren bereikt, zijn daarmee ook van tafel. Inzet van de onderhandelingen was een totaalpakket, geen verzameling van deelakkoorden met daarnaast een hoop losse eindjes.
Hoewel velen de overlegronde in Genève beschouwden als een voorlopig laatste kans op succes, spraken dinsdagavond veel landen al de hoop uit dat later dit jaar verder wordt gepraat. Volgens de Amerikaanse afgevaardigde is er veel bereikt dat als een basis kan dienen voor verder overleg.