Europese Unie koestert hoop op democratische oplossing voor situatie in Iran (en)

Met dank overgenomen van Politiek en Veiligheidscomité (PSC), gepubliceerd op dinsdag 23 juni 2009.

De EU volgt, met volledige eerbiediging van de soevereiniteit van Iran, de ontwikkeling van de situatie na de verkiezingen in Iran op de voet en gaat ervan uit dat de crisis door een democratische dialoog en met vreedzame middelen zal worden opgelost.

De EU is ernstig bezorgd over het aanhoudende brute geweld tegen betogers, waarbij reeds doden zijn gevallen. De EU herhaalt de voornaamste boodschappen van de conclusies van de Europese Raad i van 18 en 19 juni 2009, en in dat verband roept zij de Iraanse autoriteiten ertoe op geen massale willekeurige arrestaties te verrichten, en spreekt zij haar krachtige veroordeling uit over alle beperkingen die aan de media en aan journalisten worden opgelegd.

De EU acht de door diverse Iraanse autoriteiten tot de EU en haar lidstaten gerichte aantijgingen over Europese inmenging in de Iraanse verkiezingen ongegrond en onaanvaardbaar. Uiteraard verzetten alle lidstaten van de Europese Unie zich eendrachtig tegen aantijgingen aan het adres van afzonderlijke EU-lidstaten en pogingen om specifiek te wijzen op de houding van sommige van hen tegenover Iran.

De kandidaat-lidstaten Kroatië* en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië*, het land van het stabilisatie- en associatieproces en mogelijke kandidaat-lidstaat Albanië, de EVA-landen IJsland, Liechtenstein en Noorwegen, die lid zijn van de Europese Economische Ruimte, alsmede de Republiek Moldavië sluiten zich bij deze verklaring aan.

  • Kroatië en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië blijven deelnemen aan het stabilisatie- en associatieproces.