Europarlementariërs willen duidelijkere regels voor voedseletikettering

Met dank overgenomen van Europees Parlement (EP) i, gepubliceerd op woensdag 16 juni 2010, 18:23.

Etiketten op voedselproducten moeten verplicht informatie bevatten over de voedingswaarde en aanbevolen dagelijkse hoeveelheden, volgens ontwerpwetgeving die het Europees Parlement i woensdag heeft aangenomen. Een voorstel voor de invoering van een 'stoplichtsysteem' om de hoeveelheid suiker, vet en zout in verwerkte producten aan te geven, heeft het verworpen.

Na een lang en levendig debat wil het Parlement de consument in staat stellen om beter geïnformeerde keuzes te maken en tegelijkertijd de administratieve rompslomp en de kosten voor de voedingsindustrie tot een minimum beperken. De rapporteur van het Europees Parlement, Renate SOMMER (EPP, DE), zei: "In het algemeen ben ik tevreden met de uitkomst van de belangrijke stemming van vandaag over duidelijkere regels voor voedseletikettering. Ik ben zelf blij dat we het stoplichtsysteem niet hebben aangenomen, maar ik ben ervan overtuigd dat we het huidige voorstel verder kunnen verbeteren om consumenten nog beter te informeren".

Prominente, verplichte voedseletikettering

Europarlementsleden steunden het voorstel van de Europese Commissie i om hoeveelheden vetten, verzadigde vetzuren, suikers, zout en energie op de voorkant van de voedselverpakking aan te geven. De informatie moet gepaard gaan met aanbevolen dagelijkse hoeveelheden en per 100 g of 100 ml worden uitgedrukt. Ook de hoeveelheden eiwitten, koolhydraten, vezels, en natuurlijke en kunstmatige transvetten moeten ergens anders op de verpakking staan. De Europarlementsleden willen dat er over een breed scala van criteria wordt nagedacht om de leesbaarheid te bevorderen.

Geen stoplichtsysteem

Makkelijk of the simplistisch? Een duidelijke meerderheid van de leden heeft een voorstel van de S&D-, GUE- en GREENS/EFA-fracties ter invoering van een stoplichtsysteem verworpen. Het systeem zou uit een rood-oranje-groen kleurenschema hebben bestaan om een "hoog", "gemiddeld" of "laag" gehalte zout, suikers of vetten aan te geven. De leden willen ook niet dat de lidstaten dergelijke stoplichtsystemen op nationaal niveau toelaten.

Land van herkomst

De vermelding van het land van herkomst is al verplicht voor rundvlees, honing, verse groenten en fruit en olijfolie, maar de Europarlementsleden willen ook dat de herkomst wordt vermeld van al het vlees, gevogelte, zuivel en andere producten uit één ingrediënt, en van vlees, gevogelte en vis in verwerkte voedingsmiddelen. Over dat laatste moet de Commissie eerst wel een effectbeoordeling uitvoeren. Voor vlees is het land van herkomst het land waar het dier is geboren, gedurende het grootste deel van zijn leven opgefokt, en geslacht. Als dit op verschillende plaatsen is gebeurd, moeten alle drie de plaatsen worden genoemd. Vlees uit slacht zonder verdoving (volgens sommige religieuze tradities) moet ook als zodanig worden vermeld.

Voedingswaardeprofielen in ere hersteld

De Europarlementsleden hebben de aanbeveling van de milieucommissie om 'voedingswaardeprofielen' uit de bestaande EU-voedingswaarde- en gezondheidsclaimswetgeving te halen, verworpen. Sommige critici noemen de profielen onwetenschappelijk, maar anderen vinden het systeem essentieel om gezondheidsclaims te kunnen beoordelen.

Uitzondering voor niet-voorverpakt voedsel en alcohol

De Europarlementsleden willen niet-voorverpakt eten, zoals vlees bij de slager, vrijstellen van de regels. Ook voor 'ambachtsbedrijven' die ambachtelijk geproduceerde levensmiddelen maken, bestaat een uitzondering. Een meerderheid van de leden steunt een vrijstelling van alcoholische dranken, maar ze willen wel dat gemengde alcoholhoudende dranken of 'alcopops' van een duidelijk etiket voorzien worden en dat ze niet naast frisdranken staan in de plaatsen waar ze worden verkocht.

Inwerkingtreding

Er wordt geen spoedig akkoord met de Raad verwacht, dus de ontwerpwetgeving komt naar alle waarschijnlijkheid naar het Parlement terug voor een tweede lezing. Als de wetgeving eenmaal is aangenomen krijgt de voedingsindustrie drie jaar om zich aan de regels aan te passen. Kleinere producenten, met minder dan 100 werknemers en een jaarlijkse omzet van minder dan € 5 miljoen, zouden vijf jaar krijgen om aan de regels te voldoen.