Een 'verklaring van rechten' voor eerlijke strafzaken in de EU
Iedereen die verdacht of beschuldigd wordt van het begaan van een misdrijf in de EU moet in een eenvoudig te begrijpen taal over zijn of haar procedurele rechten worden ingelicht, aldus een nieuwe EU-wet die het EP heeft aangenomen. Iedere verdachte die vervolgens wordt gearresteerd of gedetineerd moet een 'verklaring van rechten' krijgen, waar op verzoek van EP-leden het zwijgrecht, het recht op acute medische zorg en het recht om contact op te nemen met familie in moeten worden opgenomen.
De nieuwe richtlijn, die al met de regeringen van de lidstaten is overeengekomen, bevat EU-brede minimumnormen om het recht op informatie tijdens strafprocedures te verzekeren.
Tegenwoordig kunnen burgers die worden gearresteerd en beschuldigd van een strafbaar feit er niet zeker van zijn dat zij overal in de EU correct worden geïnformeerd over hun rechten. In sommige lidstaten wordt alleen mondelinge informatie over procedurele rechten gegeven, terwijl in andere lidstaten de informatie schriftelijk wordt aangeboden, maar in een technische en ingewikkelde taal en alleen op verzoek.
Informatie die voor het eerste politieverhoor moet worden verstrekt
Iedereen die verdacht of beschuldigd wordt van het begaan van een misdrijf moet onmiddellijk over ten minste de volgende procedurele rechten worden ingelicht:
-
-het recht op toegang tot een advocaat;
-
-eventueel recht op kosteloos juridisch advies en de voorwaarden waaronder dit advies kan worden verkregen;
-
-het recht op informatie over de beschuldiging;
-
-het recht op vertolking en vertaling;
-
-het zwijgrecht.
Deze informatie moet "uiterlijk" voor het eerste politieverhoor mondeling of schriftelijk worden verstrekt.
Verklaring van rechten vanaf het moment van de aanhouding
Iedereen die wordt aangehouden of gedetineerd, of tegen wie een Europees aanhoudingsbevel is uitgevaardigd, moet schriftelijke informatie krijgen in de vorm van een 'verklaring van rechten'. Naast de al genoemde procedurele rechten, moeten daar ook de volgende rechten in worden vermeld:
-
-het recht op toegang tot de dossierstukken;
-
-het recht om de consulaire autoriteiten en één persoon op de hoogte te stellen (een familielid of de werkgever bijvoorbeeld);
-
-het recht op toegang tot dringende medische bijstand;
-
-het aantal uren of dagen dat hij van zijn vrijheid mag worden beroofd voordat hij voor een gerechtelijke autoriteit moet verschijnen.
De verklaring van rechten moet ook informatie bevatten over de mogelijkheden om de rechtmatigheid van de aanhouding aan te vechten, een herziening van de detentie te verkrijgen of om voorlopige invrijheidstelling te verzoeken.
De richtlijn voorziet een indicatief model van een dergelijke verklaring van de rechten. De lidstaten kunnen dit model aanpassen aan hun nationale regelgeving en verdere nuttige informatie toevoegen.
De EU-lidstaten krijgen twee jaar de tijd om de richtlijn op te nemen in hun nationale wetgeving.