Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende bij geldovermakingen te voegen informatie Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme - Politiek akkoord - Verklaringen van de lidstaten

Inhoudsopgave van deze pagina:

1.

Tekst

Raad van de Europese Unie Brussel, 2 februari 2015 (OR. en)

5748/15

Interinstitutionele dossiers: ADD 2

2013/0024 (COD) i 2013/0025 (COD) i EF 20 ECOFIN 55 DROIPEN 8 CRIMORG 14 CODEC 127

NOTA I/A-PUNT van: het secretariaat-generaal van de Raad aan: het Comité van permanente vertegenwoordigers/de Raad Nr. Comdoc.: COM (2013) 44 final i

COM (2013) 45 final i

Betreft: Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende bij geldovermakingen te voegen informatie

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme - Politiek akkoord - Verklaringen van de lidstaten

VERKLARING VAN OOSTENRIJK

Oostenrijk is ernstig bezorgd over het feit dat de huidige tekst niet leidt tot meer transparantie met betrekking tot informatie over de uiteindelijk begunstigde, die nodig is om te voorkomen dat misbruik wordt gemaakt van trusts voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme. Er is een duidelijke behoefte aan de instelling van centrale en openbare registers van uiteindelijk begunstigden in het land waarvan de wetten gelden voor een rechtspersoon of een trust. Wat rechtspersonen betreft staat in de huidige tekst (artikel 29) dat de plaats van het register van de uiteindelijk begunstigden het land zal zijn waarvan de wetten gelden voor de rechtspersoon. Helaas geldt dit niet voor trusts (artikel 30).

De huidige formulering is niet duidelijk over de plaats van de trustregisters. Volgens ons moeten echt zinvolle trustregisters worden gevestigd in de landen waarvan de wetten gelden voor de trust. Elke andere locatie zou niet bijdragen aan het doel, te weten de totstandbrenging van meer transparantie, met name omdat trusts in de meeste lidstaten niet worden erkend.

De huidige formulering laat vooral veel ruimte voor uitvoerige interpretatie waar het gaat om de nationale uitvoering van artikel 30. Er bestaat duidelijk een gevaar dat de lidstaten de bepalingen van artikel 30 verschillend zullen interpreteren, wat er uiteindelijk in zal resulteren dat sommige lidstaten registers van uiteindelijk begunstigden zullen instellen en andere niet. Dit gezegd zijnde worden in de huidige formulering van artikel 30 de deuren naar misbruik wijd open gezet, in het bijzonder met betrekking tot het gebruik van trusts in grensoverschrijdende omstandigheden. Bovendien bepaalt artikel 30, lid 4, dat de registratie van de uiteindelijk gerechtigden van trusts uitsluitend nodig is "wanneer aan de trust fiscale gevolgen zijn verbonden". Naar onze mening is deze formulering te breed en zeer gevoelig voor ontwijking en ontduiking. Zo zou een belastingvrijstelling voor bepaalde soorten trusts die door een lidstaat worden geïntroduceerd bijgevolg resulteren in de afschaffing van de verplichting tot registratie van de uiteindelijk begunstigde van dergelijke trusts. Dergelijke bedoelde of onbedoelde gevolgen kunnen het doel van de bepaling ondergraven. Oostenrijk blijft zeer kritisch ten aanzien van de huidige formulering van artikel 30 en steunt die niet. Om geen afbreuk te doen aan een anderszins redelijke compromistekst, aanvaardt Oostenrijk het politieke compromis toch. Gezien de huidige formulering van artikel 30 ziet Oostenrijk niettemin geen noodzaak om een register van uiteindelijk begunstigden voor trusts in te stellen in Oostenrijk.

VERKLARING VAN DE TSJECHISCHE REPUBLIEK

De Tsjechische Republiek is verheugd over het compromis betreffende het voorstel voor een richtlijn en een verordening tegen het witwassen van geld, maar betreurt het dat deze besluiten extra voorschriften opleggen die niet goed in overeenstemming zijn met de geest van de FATF- aanbeveling (nr. 11). Deze aanbeveling voorziet slechts in een minimumtermijn voor het bewaren van alle bewijsstukken die nodig zijn voor de vervolging van criminele activiteiten. Art. 39 van de voorgestelde antiwitwasrichtlijn (en art. 16 van de voorgestelde antiwitwasverordening) gaat echter in tegen het doel en de strekking van de maatregelen tegen het witwassen van geld en het financieren van terrorisme, omdat er een maximumperiode wordt vastgesteld voor het bewaren van bewijsstukken (10 jaar). Deze beperking inzake het bewaren van bewijsstukken is in tegenspraak met de behoeften van de strafrechtelijke procedure.

De transactiegegevens kunnen belangrijk zijn voor strafrechtelijk onderzoek naar ernstige strafbare feiten waarvoor de verjaringstermijn in Tsjechië is vastgesteld op 20 jaar of waarvoor verjaring volledig is uitgesloten zoals in het geval van terroristische misdrijven, met inbegrip van de financiering van terrorisme. Onderzoek naar deze misdaden wordt dus in veel gevallen gehinderd doordat bewijsmateriaal wordt vernietigd.

De Tsjechische Republiek denkt dat alleen de minimumtermijn voor het bewaren van bewijsstukken dient te worden vastgelegd om te voldoen aan het doel en de strekking van deze besluiten. Vaststelling van de maximumperiode voor het bewaren van bewijsstukken is een zaak waarover de lidstaten moeten nadenken en besluiten, opdat zij voldoen aan hun nationale verjaringstermijn voor strafbare feiten en de behoeften van de strafrechtelijke procedure.

VERKLARING VAN HET VERENIGD KONINKRIJK

Wij verwelkomen het akkoord dat in trialogen over dit dossier is bereikt en wij bedanken met name het Italiaanse voorzitterschap voor het vele werk dat het heeft verzet om dit akkoord nog in 2014 te bereiken. Met de richtlijn en de verordening wordt beoogd op het niveau van de EU de meest recente richtsnoeren en aanbevelingen van de Financial Action Task Force inzake het witwassen van geld en de financiering van terrorisme uit te voeren.

We verheugen ons op verdere debatten met de lidstaten en de Commissie over de omzetting, waarbij moet worden gezorgd voor samenhang met de FATF-normen, met inbegrip van politiek prominente personen en de registratie van trusts. Het Verenigd Koninkrijk neemt er nota van dat de richtlijn bedrijven op gereglementeerde markten vrijstelt van bepalingen inzake uiteindelijk begunstigden wanneer zij reeds onderworpen zijn aan strenge eisen inzake openbaarmaking en transparantie met betrekking tot eigendom in het kader van de EU-transparantierichtlijn. Het Verenigd Koninkrijk blijft van mening dat andere markten dan de "gereglementeerde markten", zoals AIM, eveneens moeten worden vrijgesteld wanneer zij onderworpen zijn aan soortgelijke vereisten inzake transparantie, teneinde onnodige belasting te voorkomen en de samenhang te bewaren. Wij hopen dat dit in de toekomst kan worden herzien naar aanleiding van passende maatregelen en besprekingen met de Commissie.

Ten slotte is het Verenigd Koninkrijk van oordeel dat een van de voornaamste doeleinden van de 4de antiwitwasrichtlijn verband houdt met Justitie en Binnenlandse Zaken, en wel in de vorm van samenwerking bij de bestrijding van de financiering van terrorisme, zoals blijkt uit de verwijzingen in de tekst van de artikelen 1 tot en met 4 van de kaderbesluiten inzake de bestrijding van terrorisme. Het Verenigd Koninkrijk is derhalve van oordeel dat zijn JBZ-opt-in hier geldt en dat er in de maatregelen een JBZ-rechtsgrond moet worden vermeld.

VERKLARING VAN FRANKRIJK

1/ De aanslagen die we in januari 2015 hebben meegemaakt tonen aan dat er doortastende maatregelen tegen de financiering van terrorisme moeten worden genomen. De vaststelling van de 4e richtlijn inzake de bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme, en van de verordening betreffende bij geldovermakingen te voegen informatie, twee strategische teksten voor de Europese Unie, is één van die maatregelen.

2/ Ter verbetering van de doelmatigheid van de nieuwe regels die voortvloeien uit dit pakket, moeten we meer energie steken in:

  • i) 
    het bespoedigen van het proces van nationale uitvoering van die regels;
  • ii) 
    het geven van passende bevoegdheden en middelen aan de financiële-inlichtingeneenheden van de lidstaten voor een algemene, volledige en doeltreffende samenwerking bij de bestrijding van het terrorisme;
  • iii) 
    de goedkeuring en de concrete uitvoering van de aanbevelingen van de Commissie inzake de financiering van terrorisme, geformuleerd in de supranationale risicobeoordeling

    van de EU, waarin met name de aan virtuele munteenheden verbonden risico's moeten worden beoordeeld;

  • iv) 
    het vaststellen van een vastomlijnd standpunt over anoniem elektronisch geld.

3/ Tijdens de Europese Raad van 12 februari zullen nieuwe initiatieven tegen terrorisme en radicalisering worden besproken. Met betrekking tot de financiering van terrorisme moeten er op Europees niveau maatregelen worden genomen, onder meer door middel van amendementen op bestaande wetteksten, waar nodig, zoals:

  • i) 
    Verdere versterking van de bevoegdheden van financiële-inlichtingeneenheden, en meer onderlinge samenwerking, die doeltreffend, geharmoniseerd en voldoende beveiligd

    moet zijn zodat er gevoelige informatie over de financiering van terrorisme kan worden uitgewisseld;

  • ii) 
    Meer coördinatie tussen de lidstaten van strengere zorgvuldigheidseisen inzake internationale stromen naar gebieden met een hoog risico voor de strijd tegen het terrorisme;
  • iii) 
    Werken aan het opzetten van een EU-systeem voor het traceren van terrorismefinanciering (TFTS), zodat gegevens inzake de internationale geldtransfers (het SWIFT- systeem) kunnen worden gebruikt bij de bestrijding van terrorisme, overeenkomstig het akkoord dat met het Europees Parlement is bereikt met het oog op langdurige samenwerking met de Verenigde Staten;
  • iv) 
    Verbetering van de doeltreffendheid van het Europees systeem voor de opsporing en bevriezing van tegoeden van terroristen, zodat zulke tegoeden in de hele Europese Unie daadwerkelijk administratief kunnen worden bevroren;
  • v) 
    Register van bankrekeningen die het werk van de financiële-inlichtingeneenheden en hun samenwerking zullen vereenvoudigen;
  • vi) 
    Verdere versterking van de controle op anonieme betaalinstrumenten, zowel via versterking van rapportagevereisten inzake verkeer van goud, vrachtvervoer en andere soorten overdrachten van fysiek kapitaal, als via een sterkere regulering van elektronisch geld en virtuele valuta’s.

GEZAMENLIJKE VERKLARING VAN DE COMMISSE EN DE RAAD

IN DE CONTEXT VAN DE BEKRACHTIGING

VAN HET ANTIWITWASPAKKET (AML-PAKKET)

1/ De recente aanslagen in Parijs hebben aangetoond dat er doortastende maatregelen tegen de financiering van terrorisme moeten worden genomen. De vaststelling van de 4e richtlijn inzake de bestrijding van het witwassen van geld, en van de verordening betreffende bij geldovermakingen te voegen informatie, twee strategische teksten voor de Europese Unie, is een aanzienlijke stap op weg naar een grotere doeltreffendheid in deze strijd.

2/ Ter verbetering van de doelmatigheid van de nieuwe regels die voortvloeien uit dit pakket, moeten verdere inspanningen worden aangemoedigd, met name gericht op:

  • i) 
    het bespoedigen van het proces van nationale uitvoering van die regels;
  • ii) 
    verdere versterking van de samenwerking inzake terrorismefinanciering tussen de financiële-inlichtingeneenheden op Europees niveau (bijvoorbeeld via de

    werkzaamheden van Europese fora zoals het FIE-platform);

  • iii) 
    het aanpakken van terrorismefinanciering via de supranationale risicobeoordeling van de EU, die met name ook de risico’s van virtuele munteenheden moet beoordelen.

3/ Het is van het allergrootste belang dat gecoördineerde actie op internationaal, Europees en nationaal niveau ter bestrijding van de financiering van terrorisme zo doeltreffend mogelijk is. De Raad en de Commissie zullen verdere maatregelen ter bestrijding van de financiering van terrorisme bespreken in het kader van de aanstaande Europese Veiligheidsagenda. Een eerste debat hierover zal naar verwachting worden gevoerd tijdens de informele bijeenkomst van de Europese Raad op 12 februari.


2.

Behandeld document

30 jan
'15
Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende bij geldovermakingen te voegen informatie Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme - Politiek akkoord
"I/A" ITEM NOTE
General Secretariat of the Council
5748/15
 
 
 

3.

Meer informatie