VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de tenuitvoerlegging van Verordening (EG) nr. 789/2004 betreffende de overdracht van vracht- en passagiersschepen tussen registers binnen de Gemeenschap
Inhoudsopgave van deze pagina:
EUROPESE COMMISSIE
Brussel, 8.5.2015
COM(2015) 195 final
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
over de tenuitvoerlegging van Verordening (EG) nr. 789/2004 betreffende de overdracht van vracht- en passagiersschepen tussen registers binnen de Gemeenschap
{SWD(2015) 101 final}
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
over de tenuitvoerlegging van Verordening (EG) nr. 789/2004 betreffende de overdracht van vracht- en passagiersschepen tussen registers binnen de Gemeenschap
-
1.Inleiding
Verordening (EG) nr. 789/2004 1 betreffende de overdracht van vracht- en passagiersschepen tussen registers was een initiatief om de vroegere Verordening (EEG) nr. 613/91 2 te actualiseren en te verbeteren. In tegenstelling tot haar voorganger heeft de huidige verordening ook betrekking op de overdracht van passagiersschepen, verwijst ze expliciet naar verwante EU-wetgeving en versterkt ze de samenwerking tussen nationale maritieme instanties.
Overdrachten tussen registers worden behandeld in een aantal IMO-verdragen en instrumenten, en in circulaire MSC/Circ.1.1140/MEPC/Circ.424. Binnen de Unie is Verordening (EG) nr. 789/2004 van toepassing. Deze verordening heeft tot doel de technische belemmeringen voor de overdracht van vracht- en passagiersschepen die de vlag van een lidstaat voeren tussen registers van de lidstaten uit de weg te ruimen, en tegelijk een hoog niveau van scheepsveiligheid en milieubescherming te waarborgen, overeenkomstig de internationale verdragen.
Er zij op gewezen dat in de artikelen 4 en 6 van Richtlijn 2009/21/EG betreffende de naleving van vlaggenstaatverplichtingen is uiteengezet welke maatregelen een vlaggenstaat moet nemen alvorens een schip toestemming te verlenen zijn vlag te voeren. Voorts is in deze artikelen bepaald dat de vlaggenstaat van uitschrijving onverwijld informatie over alle tekortkomingen en veiligheidsproblemen van het schip moet verstrekken en is vastgesteld welke informatie in het register van een vlaggenstaat moet worden bijgehouden en gemakkelijk toegankelijk moet zijn. De Commissie heeft in 2013 een verslag over deze richtlijn opgesteld 3 . In dat verslag werd er op gewezen dat gemakkelijk toegankelijke informatie en transparantie van gegevens over de prestaties van schepen die de vlag van een lidstaat voeren, de overdracht van schepen kunnen vergemakkelijken.
-
2.Scheepsregisters
In een scheepsregister zijn de schepen vermeld die de vlag van de desbetreffende staat voeren (de vlaggenstaat).
In de Europese Unie houden sommige lidstaten twee soorten scheepsregisters bij:
•Nationale registers: om in deze register te kunnen worden opgenomen, is het meestal vereist dat de kapitein, de officieren en de bemanning onderdanen zijn van de vlaggenstaat en worden vergoed volgens de wetgeving van die staat. Niet alle EU-lidstaten volgen deze traditie, zoals bijvoorbeeld Malta en Cyprus.
•Tweede registers, waarvoor deze eisen niet gelden; sommige tweede registers bieden ook fiscale voordelen.
In Verordening 789/2004 wordt geen onderscheid gemaakt tussen deze twee soorten registers.
Sommige lidstaten hebben ook een regeling voor de registratie van rompbevrachting, waarbij een schip dat voor bepaalde tijd is gecharterd door de bevrachter kan worden geregistreerd bij een andere vlaggenstaat omdat de bevrachter over het schip kan beschikken en kan besluiten dat het in zijn voordeel is het schip bij een andere vlaggenstaat te registreren zolang hij verantwoordelijk is voor het vaartuig. Een schip kan dus in de registers van twee staten worden opgenomen.
-
3.Overdracht tussen registers
Het basismechanisme van de verordening wordt uitgelegd in artikel 4. Een lidstaat mag om technische redenen die voortvloeien uit de verdragen 4 niet weigeren een schip te registreren dat in een andere lidstaat is geregistreerd, aan de voorschriften voldoet, geldige certificaten aan boord heeft en conform Richtlijn 96/98/EG van de Raad van 20 december 1996 inzake uitrusting van zeeschepen beschikt over uitrusting voorzien van een goedkeuring of typegoedkeuring. Onder "voorschriften" wordt verstaan: de eisen inzake veiligheid, beveiliging en voorkoming van verontreiniging die verband houden met de bouw en uitrusting van schepen, zoals vastgelegd in die verdragen, en, voor passagiersschepen voor binnenlandse reizen, de eisen die zijn uiteengezet in Richtlijn 2009/45/EG van het Europees Parlement en de Raad inzake veiligheidsvoorschriften en -normen voor passagiersschepen (herschikking van Richtlijn 98/18/EG van de Raad van 17 maart 1998 inzake veiligheidsvoorschriften en -normen voor passagiersschepen).
De algemene conclusie van dit verslag is dat zich geen bijzondere problemen hebben voorgedaan tijdens de referentieperiode 2006-2012. Zie punt 5 voor nadere informatie.
Tijdens de referentieperiode heeft een aanzienlijk aantal overdrachten plaatsgevonden. Het begeleidende werkdocument van de diensten van de Commissie [ref. SWD (2015)101] bevat de statistieken over individuele inkomende en uitgaande overdrachten tijdens deze periode.
-
4.Input voor het verslag
Overeenkomstig artikel 8 van de verordening heeft de Commissie dit verslag over de algemene situatie opgesteld op basis van de informatie die door de lidstaten is verstrekt.
Het begeleidende werkdocument van de diensten van de Commissie bevat statistische gegevens voor de referentieperiode 2006-2012. De gegevens van de lidstaten zijn aangevuld met externe gegevens van EMSA's MARINFO, dat gebaseerd is op commerciële bronnen, om de situatie met betrekking tot overdrachten tussen EU-lidstaten aan te vullen met informatie over overdrachten van en naar derde landen.
In het bijbehorende werkdocument van de diensten van de Commissie zijn de ontvangen gegevens ingedeeld in vijf bijlagen:
•Bijlage 1 - nadere informatie over individuele overdrachten van schepen tussen registers van lidstaten.
•Bijlagen 2, 3 en 4 - overzicht en grafische weergave van de gegevens die zijn ingediend door de EU-lidstaten.
•Bijlage 5 - de top 10 van EU-registers op het gebied van overdrachten van en naar derde landen. De gegevens van de lidstaten zijn aangevuld met externe gegevens van EMSA's MARINFO, dat gebaseerd is op commerciële bronnen, om de situatie met betrekking tot overdrachten tussen EU-lidstaten aan te vullen met informatie over overdrachten van en naar derde landen.
Twintig EU-lidstaten 5 hebben statistische input verstrekt voor het begeleidende werkdocument van de diensten van de Commissie. De Commissie zal de vlaggenstaten die nog geen statistieken hebben ingediend, waaronder belangrijke vlaggenstaten als Cyprus, Italië en het Verenigd Koninkrijk, actief aanmoedigen deze gegevens te verstrekken.
-
5.Stand van zaken en opmerkingen van de Commissie
5.1.Toepassing van artikel 4 betreffende de overdracht van schepen tussen registers van EU-lidstaten
Artikel 4 verbiedt een lidstaat de registratie te weigeren om technische redenen die voortvloeien uit drie belangrijke IMO-verdragen en hun respectieve protocollen (SOLAS 6 , MARPOL 7 , de London Tonnage Convention 1969 8 en bijbehorende codes). Volgens dit artikel moet de lidstaat van het register van uitschrijving alle relevante informatie over het schip verstrekken aan het register van inschrijving of de erkende organisatie die in naam van dit register optreedt, met inbegrip van - voor zover van toepassing - een lijst van verbeteringen die door het register van uitschrijving werden geëist. Het register van inschrijving of de erkende organisatie die in naam van dit register optreedt, mag binnen een redelijke termijn een inspectie uitvoeren om na te gaan of de feitelijke staat van het schip en de uitrusting ervan in overeenstemming is met de certificaten, en dient de eigenaar van het schip indien nodig een redelijke termijn te geven om eventuele onregelmatigheden recht te zetten.
Uit de informatie die aan de Commissie is verstrekt, blijkt dat zich geen problemen hebben voorgedaan ten gevolge van dergelijke overdrachten. Sommige lidstaten hebben er echter op gewezen dat problemen kunnen ontstaan wanneer de verdragen ruimte laten voor interpretatie.
Beoordeling door de Commissie De Commissie neemt nota van het feit dat er geen bijzondere problemen zijn gerapporteerd. Verder in dit verslag wordt de toepassing van artikel 6 besproken, dat onder meer betrekking heeft op uiteenlopende interpretaties. |
5.2.Toepassing van artikel 5 betreffende de afgifte van certificaten
Volgens artikel 5, lid 1, moet de lidstaat van het register van inschrijving of de erkende organisatie die in naam van deze lidstaat optreedt, certificaten voor het schip verstrekken onder dezelfde voorwaarden als die welke golden onder de vlag van de lidstaat van het register van uitschrijving, mits de redenen of overwegingen die de lidstaat van het register van uitschrijving ertoe hebben gebracht specifieke voorwaarden te stellen of een vrijstelling of afwijking toe te staan, nog steeds van toepassing zijn. In artikel 5, lid 2, is bovendien bepaald dat bij de vernieuwing, verlenging of herziening van de certificaten de lidstaat van het register van inschrijving of de erkende organisatie die in naam van deze lidstaat optreedt geen andere voorwaarden mag stellen dan die waaronder die certificaten destijds zijn afgegeven, voorzover de voorschriften voor bestaande schepen en de voorwaarden ongewijzigd blijven.
In de meeste verslagen van de lidstaten wordt geen melding gemaakt van problemen. Eén lidstaat wees erop dat het voor oudere schepen moeilijk of zelfs onmogelijk is alle relevante documenten te verkrijgen waarop het certificaat van het schip is gebaseerd. Dit geldt echter hoofdzakelijk voor schepen die zijn geregistreerd vóór de inwerkingtreding van Richtlijn 96/98/EG inzake uitrusting van zeeschepen.
Beoordeling door de Commissie De Commissie neemt nota van het feit dat de meeste lidstaten geen melding hebben gemaakt van problemen bij de afgifte van certificaten overeenkomstig de verordening. |
5.3.Toepassing van artikel 6 betreffende weigering van overdracht en uitlegging
Volgens artikel 6 moet de lidstaat van het register van inschrijving die (1) weigert certificaten af te geven bij de overdracht van een schip op grond van van verschillende verschillen in de interpretatie van de voorschriften van de verdragen of (2) weigert het schip te registreren om redenen die verband houden met ernstige gevaren voor de veiligheid, de beveiliging of het milieu, de Commissie daarvan onmiddellijk in kennis stellen. In het eerste geval en indien de twee betrokken lidstaten niet tot overeenstemming zijn gekomen, moet de Commissie een beslissing nemen volgens de in artikel 7 van de verordening uiteengezette comitéprocedure. Ook in het tweede geval moet de Commissie een beslissing nemen, namelijk of de weigering van de registratie wordt bevestigd of niet. Ook in dit geval is de procedure van artikel 7 van toepassing.
Geen enkele lidstaat heeft aangegeven dat zij gebruik heeft moeten maken van de bepalingen van artikel 6 of voornemens is dit te doen.
Beoordeling door de Commissie Het feit dat geen enkel geval is voorgelegd aan de Commissie en geen enkele klacht van een scheepseigenaar is ontvangen, wijst erop dat de lidstaten alle problemen hebben kunnen oplossen. |
5.1.Mogelijke koppeling met Richtlijn 2009/21/EG betreffende de naleving van vlaggenstaatverplichtingen
Gezien de link tussen de artikelen 4 en 6 van Richtlijn 2009/21/EG en het doel van Verordening (EG) nr. 789/2004, heeft de Commissie de EU-lidstaten gevraagd of het zin had beide samen te voegen tot één wetgevend instrument. Zij heeft geen duidelijk antwoord gekregen. Sommige lidstaten waren voorstander, sommige zagen er het nut niet van in en een derde groep had geen mening. Eén lidstaat was zelfs tegen elk nieuw wetgevend initiatief omdat dit tot onduidelijkheid zou kunnen leiden. Een andere lidstaat was van mening dat de opname van IMO MSC/Circ.1140/MEPC/Circ.424 van 20 december 2004 inzake de overdracht van schepen nuttig zou zijn. De Commissie zal de voordelen van een dergelijke consolidatie verder bestuderen.
Beoordeling door de Commissie De Commissie kan de consolidatie van passende juridische instrumenten overwegen op basis van een verdere beoordeling van de voordelen. |
-
6.Algemene beoordeling van de tenuitvoerlegging van Verordening (EG) nr. 789/2004
Op basis van de informatie waarover de Commissie beschikt, lijken er geen problemen te zijn met de tenuitvoerlegging van deze verordening.
-
PB L 138 van 30.4.2004, blz. 19.
-
PB L 68 van 15.3.1991, blz. 1.
-
COM(2013) 916 final.
-
Zie punt 5.1 voor nadere informatie.
-
AT, BE, CZ, DE, DK, EE, EL, ES, FI, FR, HR, HU, IE, LV, LUX, MT, PT, RO, SE, SL.
-
Internationaal Verdrag voor de beveiliging van mensenlevens op zee, 1974.
-
Internationaal Verdrag ter voorkoming van verontreiniging door schepen, 1973, zoals gewijzigd bij het Protocol van 1978.
-
Internationaal Verdrag betreffende de meting van schepen, 1969
Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context.
De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.
Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.
De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.