Staat van de Unie 2016: het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI) - Veel gestelde vragen

Met dank overgenomen van Europese Commissie (EC) i, gepubliceerd op woensdag 14 september 2016.

Wat stelt de Commissie vandaag precies voor?

Investeringen zijn goed voor de werkgelegenheid - met name onder jongeren - en voor de groei in Europa en wereldwijd. Ze vormen een van de topprioriteiten van de Europese Commissie i. Om die reden heeft de Commissie al drie weken na haar aantreden samen met de Europese Investeringsbank i (EIB) als strategische partner het Investeringsplan voor Europa aangekondigd. Het EFSI is de kern van het investeringsplan. Het is oorspronkelijk opgezet voor een periode van drie jaar en zou ten minste 315 miljard EUR aan investeringen moeten genereren met een zo hoog mogelijke inbreng van de particuliere sector.

Gezien het succes ervan in het eerste jaar wil de Commissie het fonds verdubbelen, zowel qua looptijd als qua financiële capaciteit. Daarom komt zij vandaag met een wettelijke uitbreiding die met het huidige meerjarig financieel kader samenvalt en tot en met 2020 ten minste een half biljoen EUR aan investeringen moet opleveren. Om de slagkracht van het EFSI nog verder te vergroten en uit te komen op de beoogde verdubbeling van de investeringen, roept de Commissie de lidstaten op om ook een bijdrage te leveren en daar prioriteit aan te verlenen.

Voor de periode na 2020 wil de Commissie met voorstellen komen om de strategische investeringen op een duurzaam niveau te houden. Naar de toekomst toe moet dit zorgen voor stabiliteit en zekerheid voor investeerders en projectpromotors.

Het investeringsplan is al een succes, hoewel het nog in de kinderschoenen staat. Naast de uitbreiding van het EFSI stelt de Commissie ook voor om lering te trekken uit het eerste jaar van implementatie en een aantal technische wijzigingen in het EFSI en de Europese Investeringsadvieshub (EIAH) door te voeren.

Een essentieel onderdeel van het voorstel is een verdere aanscherping en uitbreiding van de "additionaliteit" van de projecten die uit het EFSI worden gesteund. Met additionaliteit wordt bedoeld dat alleen projecten mogen worden gekozen die zonder EFSI-financiering niet van de grond zouden zijn gekomen, tenminste niet op dat moment of in die omvang. EFSI-projecten moeten via de subsidiabiliteitscriteria gerelateerd zijn aan suboptimale investeringssituaties en aan marktlacunes. Het gaat om kwaliteit én volumes. Ook zijn grensoverschrijdende infrastructurele projecten (inclusief de bijbehorende dienstverlening) gezien het belang ervan voor de interne markt expliciet aangemerkt als projecten die additionaliteit bieden. Bovendien zal het EFSI zich in de toekomst nog sterker richten op duurzame investeringen om de streefcijfers van de klimaatconferentie van Parijs (COP21) te kunnen halen en de overgang naar een hulpbronefficiënte, circulaire en koolstofvrije economie te bevorderen. Ook stelt de Commissie voor om een nog groter deel van de financiering te bestemmen voor de kleine en middelgrote ondernemingen (kmo's/het mkb) aangezien het EFSI daar aanzienlijk beter presteert dan verwacht.

Een belangrijk doel van het voorstel om het EFSI uit te breiden, is dat het EFSI een sterkere geografische spreiding krijgt en dat meer gebruik van het fonds wordt gemaakt in de minder ontwikkelde regio's. In dit verband wil de Commissie het gemakkelijker maken om het EFSI te combineren met andere bronnen van EU-financiering. Daarnaast zal de EIAH zijn inspanningen en middelen richten op projecten die de sectorale en geografische spreiding van het EFSI bevorderen.

Tot slot is het de bedoeling dat de investeringsbesluiten en interne procedures transparanter worden: voortaan moet het investeringscomité in de besluiten die het neemt, nog duidelijker toelichten waarom een bepaalde operatie in aanmerking komt voor EFSI-steun. Na ondertekening van de desbetreffende overeenkomst moet een scorebord van indicatoren worden gepubliceerd, met uitzondering van commercieel gevoelige informatie.

Waarom wilt u het EFSI verlengen?

De investeringen moeten worden teruggebracht op het trendniveau dat op lange termijn houdbaar is. Het investeringsplan, waaronder het EFSI, werkt goed, maar moet worden uitgebreid om nog meer particuliere investeringen te mobiliseren in essentiële Europese sectoren waarin nog sprake is van marktfalen of suboptimale investeringssituaties.

Er moet ook werk worden gemaakt van de derde pijler van het investeringsplan - het wegnemen van investeringsbelemmeringen - om het investeringsklimaat te verbeteren en de Europese economie en groei te bevorderen.

Het EFSI heeft een succesvol eerste jaar gekend. De EFSI-projecten en -overeenkomsten die tot dusver (tot en met 14 september 2016) zijn goedgekeurd, leveren naar verwachting al 116 miljard EUR aan investeringen in 26 lidstaten op en bieden financiering voor circa 200 000 kmo's.

Het EFSI leidt dus al tot concrete resultaten en draagt bij tot een duurzame stijging van de investeringen, die na het uitbreken van de financiële crisis op een laag niveau waren beland. Om de investeringen nog verder te stimuleren, verstoringen in de financiering te voorkomen en projectpromotors de zekerheid te bieden dat zij gewoon kunnen doorwerken aan projecten ook al is de oorspronkelijke investeringsperiode verstreken, stelt de Commissie voor om de looptijd van het EFSI te verlengen en de slagkracht ervan te vergroten.

Het streefbedrag voor de investeringen wordt verhoogd tot een half biljoen EUR in 2020: tot dat jaar loopt het huidige meerjarig financieel kader. Voor de periode na 2020 wil de Commissie met de nodige voorstellen komen om de strategische investeringen op een duurzaam niveau te houden.

U heeft het kmo-loket met 500 miljoen EUR verhoogd. Waarom? En waar kwam het geld vandaan?

Vanwege het succes ervan heeft het EFSI-bestuur het kmo-loket van het EFSI al in juli 2016 binnen het huidige kader opgeschaald voor de kmo's en midcaps in alle lidstaten. 500 miljoen EUR van de EU-garantie is verschoven van het infrastructuur- en innovatieloket naar het kmo-loket. De EU-garantie van het EFSI zal worden ingezet voor extra financiering voor leninggaranties in het kader van InnovFin en Cosme, voor het EU-programma voor werkgelegenheid en sociale innovatie (EaSI) en voor de ontwikkeling van nieuwe producten.

Daardoor zal het totale volume van de operaties in het kader van deze instrumenten stijgen en kan het EIF het volume van de operaties fors uitbreiden, dit alles binnen het huidige EFSI-kader.

Met de verhoging van de middelen van het kmo-loket, dat een van de grootste successen van het EFSI is, willen wij laten zien dat ons er veel aan is gelegen om deze lijn door te trekken, met name omdat de kmo's de ruggengraat van de Europese economie vormen.

Denkt u dat het nieuwe investeringsstreefcijfer van 500 miljard EUR wordt gehaald?

De EFSI-projecten en -overeenkomsten die tot dusver (tot en met 14 september 2016) zijn goedgekeurd, leveren naar verwachting al 116 miljard EUR aan investeringen in 26 lidstaten op en bieden financiering voor circa 200 000 kmo's.

Gezien de veelbelovende start die het EFSI heeft gemaakt, is de ambitie om in 2020 uit te komen op 500 miljard EUR aan extra investeringen, nog aan de voorzichtige kant en zeker realistisch.

Waar komt het geld vandaan?

Voor het voorstel zijn geen wijzigingen in het meerjarig financieel kader nodig.

Het pakket is zo samengesteld dat de financiële gevolgen zo neutraal mogelijk blijven. Om het garantiefonds te versterken in verband met de uitbreiding van de garantie, worden bestaande instrumenten herijkt en worden reserves in de EU-begroting aangesproken, zij het in zeer geringe mate.

Blijft de beoogde hefboom 1:15 wanneer het EFSI wordt verlengd en uitgebreid?

Ja. Gezien de EFSI-operaties die tot dusver zijn uitgevoerd, blijkt de beoogde hefboom van 1:15 realistisch. Daarin komt dus geen verandering na de uitbreiding van het EFSI.

Hoe wilt u concreet komen tot een betere geografische dekking van het EFSI?

In het voorstel wordt sterkere nadruk gelegd op de stimulering van lokale kennis om de EFSI-steun beter te spreiden over de gehele EU. De EIAH moet in de gehele EU gerichtere lokale technische bijstand verlenen, terwijl de Commissie er bij de EIB op aan zal dringen om haar lokale zichtbaarheid in de lidstaten te versterken.

Voorts wordt EFSI-financiering gemakkelijker combineerbaar zijn met andere bronnen van EU-financiering, zoals de Europese structuur- en investeringsfondsen. Om het combineren van dergelijke financiering te vergemakkelijken, komt de Commissie vandaag ook met een voorstel om de zogeheten verordening gemeenschappelijke bepalingen te vereenvoudigen.

Welke rol spelen de nationale stimuleringsbanken? Verandert er daar iets in met de uitbreiding van het EFSI?

De nationale stimuleringsbanken spelen in samenwerking met de EIB een essentiële rol in de uitvoering van het investeringsplan, inclusief het EFSI, omdat hun productgamma's, lokale kennis en geografische bereik een aanvullend karakter hebben. Ook na de uitbreiding van het EFSI blijven zij van essentieel belang voor onder meer de cofinanciering van projecten met de EIB en andere investeerders. De betrokkenheid van nationale stimuleringsbanken blijft cruciaal voor de EIAH, die meer lokale taken krijgt. Tot dusver zijn 18 nationale stimuleringsbanken en de Internationale Unie van spoorwegen het eens geworden over de opbouw van partnernetwerken met de EIAH om best practices uit te wisselen en de lokale contacten met projectpromotors uit te breiden.

En hoe wilt u tot een bredere sectorale spreiding van het EFSI komen?

Het voorstel verbreedt de focus naar nog meer sectoren, zoals landbouw en bedrijfstakken in de minder ontwikkelde regio's en de overgangsregio's. Ook wordt de technische bijstand voor projecten in de verschillende sectoren uitgebreid, en dan met name voor klimaatactieprojecten in het kader van COP21 en projecten met grensoverschrijdende infrastructurele investeringen. De EIAH zal samen met de nationale stimuleringsbanken en andere lokale spelers technische bijstand verlenen. Zij zullen ook samenwerking zoeken met andere internationale partners, zoals de Europese Bank voor Wederopbouw (EBWO), en wel op adviesgebieden die momenteel niet door de EIB worden bediend, bijvoorbeeld de adviesverlening aan kleine bedrijven in sommige cohesielanden.

Hoe zorgt u ervoor dat de EFSI-projecten duurzaam zijn en aansluiten bij de COP21-doelstellingen?

Energie-efficiëntie is ontegenzeglijk een van de meest in het oog springende EFSI-sectoren. Zo heeft het overgrote deel van de tot dusver goedgekeurde energieprojecten die EFSI-financiering krijgen (23 % van alle EFSI-investeringen), betrekking op hernieuwbare energie en energie-efficiëntie. Nog eens 5 % van de EFSI-investeringen heeft betrekking op het milieu en een efficiënt gebruik van hulpbronnen. Al met al is tot dusver bijna een derde van de EFSI-investeringen naar milieuvriendelijke projecten gegaan.

In de toekomst wordt het vizier nog sterker gericht op duurzame investeringen in alle sectoren om de COP21-streefcijfers te kunnen halen en de overgang naar een hulpbronefficiënte, circulaire en koolstofvrije economie te bevorderen. Volgens het vandaag gepresenteerde voorstel van de Commissie zou ten minste [40 %] van de EFSI-projecten in het infrastructuur- en innovatieloket moeten bijdragen aan klimaatactie in het kader van COP21. Voorts stelt de Commissie voor om de EIAH sterker te betrekken in de voorbereiding van klimaatvriendelijke projecten, met name in het kader van COP21.

Hoe wilt u de projectselectie transparanter maken? Is het scorebord gebruikt in de besluitvorming rond het EFSI?

In het voorstel van de Commissie moet het investeringscomité van het EFSI in de besluiten die het neemt, uitleggen waarom een bepaalde operatie in aanmerking komt voor steun met EU-garantie. Deze motivering moet openbaar worden gemaakt. Ook stelt de Commissie voor om direct na ondertekening van een EFSI-projectovereenkomst het scorebord voor dat project te publiceren, met uitzondering van commercieel gevoelige informatie.

Het scorebord is al een nuttig instrument voor het investeringscomité om grondig te kunnen beoordelen of de EU-garantie voor een bepaald project inzetbaar is. Publicatie ervan vergroot de transparantie van de selectie van de EFSI-projecten, die op meetbare criteria berust.

Heeft het EFSI gezorgd voor additionaliteit of is het gewoon een verlengstuk van de EIB?

De EFSI-projecten moeten additioneel zijn, dat wil zeggen ze moeten gericht zijn op de aanpak van marktfalen of suboptimale investeringssituaties. Ze zouden dus — in beginsel — niet door de EIB zijn gefinancierd als er geen EFSI-steun aan te pas zou zijn gekomen, tenminste niet binnen dezelfde periode of in dezelfde mate. Het risiconiveau is een essentieel onderdeel van de beoordeling van de additionaliteit van projecten die de EFSI-garantie krijgen.

Uit onze evaluatie blijkt dat het EFSI tot een verandering heeft geleid in de wijze waarop de EIB opereert, en dat het fonds niet de gebruikelijke, maar de riskantere en innovatievere projecten van de EIB ondersteunt. In het infrastructuur- en innovatieloket heeft de EIB dankzij de EU-garantie haar speciale ofwel riskantere activiteiten kunnen uitbreiden. In het eerste jaar van het EFSI is 11 miljard EUR aan operaties goedgekeurd. In het kmo-loket heeft het EIF dankzij het EFSI zijn kredietverlening aan kmo's en midcapbedrijven aanzienlijk kunnen opvoeren.

Het risiconiveau is een essentieel onderdeel van de beoordeling van de additionaliteit van projecten die de EFSI-garantie krijgen. Alle operaties die de EIB tot dusver heeft goedgekeurd, dragen een risico dat overeenstemt met dat van haar zogeheten speciale activiteiten. De EIB wil haar portefeuille van riskantere/speciale activiteiten uitbreiden van ongeveer 4 miljard EUR naar meer dan 20 miljard EUR per jaar.

Bij de goedkeuring van projecten met EU-begrotingsgarantie hanteert het onafhankelijke investeringscomité van het EFSI strenge criteria, die in de EFSI-verordening zijn vastgelegd en waarmee de lidstaten en het Europees Parlement hebben ingestemd. De EU-begrotingsgarantie mag alleen worden toegekend aan projecten waarvan vaststaat dat het geld van de belastingbetaler goed wordt besteed en die aan alle criteria van de EFSI-verordening voldoen.

Het voorstel van de Commissie bevat voorschriften die de transparantie rond de besluitvorming binnen het investeringscomité moeten vergroten en ervoor zorgen dat alle belanghebbenden zich gemakkelijk een beeld kunnen vormen van de additionaliteit en de meerwaarde van EFSI-projecten.

Zijn de EIB-financieringsactiviteiten toegenomen door het EFSI?

Het EFSI moet er vooral voor zorgen dat de EIB zich kan richten op investeringen waarmee marktlacunes en suboptimale omstandigheden worden ondervangen. Deze investeringen zijn per definitie riskanter. Anders zou de markt ze zelf wel in dezelfde periode en onder dezelfde condities financieren zonder dat er EFSI-steun aan te pas komt. Alle activiteiten die de EIB met dekking van het EFSI verricht, hebben betrekking op investeringen die de EIB zelf als riskant aanmerkt. Het EIB-bestuur streeft ernaar om het volume van de riskante activiteiten te verviervoudigen ten opzichte van de pre-EFSI-periode.

Is het bestuur van het EFSI alleen in handen van de EIB?

Het EFSI is een gezamenlijk initiatief van de Commissie en de EIB-groep en heeft een eigen bestuurlijke structuur.

Een volledig onafhankelijk investeringscomité bepaalt zonder bemoeienis van de EIB, de Commissie of andere publieke of particuliere contribuanten welke projecten de EU-garantie krijgen. Aangezien het EFSI binnen de EIB opereert, zal elk project dat door het EFSI wordt ondersteund, volgens de reguliere procedures van de EIB moeten worden goedgekeurd.

Een bestuur bestaande uit leden van de Commissie en de EIB zet de brede strategische lijnen voor het EFSI uit.

Het EFSI heeft een directeur en een adjunct-directeur. De directeur is verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken binnen het EFSI. Hij zit de vergaderingen van het investeringscomité voor en is het gezicht van het EFSI naar buiten toe. Hij kan ook naar een hoorzitting van het Europees Parlement over de prestaties van het fonds worden geroepen en moet snel antwoord geven op schriftelijke vragen van het Europees Parlement.

Waarom komt u eerder met dit voorstel dan verwacht?

De Commissie had al op 1 juni aangekondigd dat zij in het najaar met een voorstel zou komen. De Europese Raad i concludeerde op 28 juni dat het Europees Parlement en de Raad i een dergelijk voorstel met voortvarendheid zouden moeten bespreken.

Het wetgevingsvoorstel bouwt voort op het succes dat tot dusver met het EFSI is geboekt, en zorgt ervoor dat de operaties soepel kunnen doorlopen. Onderbrekingen in de financiering worden dus voorkomen en projectpromotors kunnen er zeker van zijn dat zij gewoon kunnen doorwerken aan projecten ook al is de oorspronkelijke investeringsperiode verstreken.

Hoe is de evaluatie van de Commissie over het eerste jaar van het EFSI uitgevallen? Waarom vinden er drie afzonderlijke evaluaties plaats?

De Commissie en de EIB komen met drie afzonderlijke evaluaties. Daartoe zijn zij verplicht op grond van de EFSI-verordening. De evaluatie die de Commissie net heeft uitgebracht, heeft betrekking op het gebruik van de EU-garantie en op de werking van het garantiefonds, terwijl de evaluatie van de EIB, die de komende weken uitkomt, over de werking van het EFSI gaat. Daarnaast heeft de Commissie besloten om met een evaluatie van de toepassing van de EFSI-verordening te komen. Deze wordt door onafhankelijke externe deskundigen verricht en zal ook als input dienen voor het komende debat over het wetgevingsvoorstel voor de uitbreiding van het EFSI. Deze derde evaluatie is in november klaar.

Uit de vandaag gepubliceerde evaluatie van de Commissie van de ervaringen die in het eerste jaar zijn opgedaan, is naar voren gekomen dat de EU-garantie een efficiënt en effectief instrument is gebleken: het volume van de riskantere EIB-activiteiten en de EIF-garanties aan kmo's en midcaps is fors gestegen.

Ook is in de evaluatie op basis van ongeveer 300 operaties geconcludeerd dat een herijking van het garantiefonds mogelijk is.

Welke macro-economische effecten heeft het investeringsplan tot dusver gesorteerd?

Het investeringsplan heeft een veelbelovende start gemaakt, maar kan afzonderlijk geen verandering brengen in het investeringsklimaat. Het is nog te vroeg om met enige zekerheid te zeggen welke effecten het plan tot nog toe heeft gehad. De macro-economische effecten van het plan worden pas de komende jaren zichtbaar. Projecten, en met name infrastructurele projecten, kosten veel voorbereidingstijd, terwijl de betalingen over een periode van vele jaren worden gespreid. Wel verwachten we dat het plan als geheel, dus niet alleen de EFSI-projecten, maar ook de nieuwe projecten die tot stand komen met hulp van de EIAH en het Europees investeringsprojectenportaal (EIPP), plus de inspanningen om investeringsbelemmeringen weg te nemen, allemaal duidelijk positief zullen uitpakken voor de groei in de EU. Nauwkeurigere beoordelingen volgen later, zodra er meer gegevens beschikbaar zijn.

Welke boekhoudkundige aspecten zijn verduidelijkt voor publiek-private partnerschappen (PPP's)?

Op 29 september aanstaande komt een gids voor de statistische behandeling van publiek-private partnerschappen uit. Deze gids is geschreven door Eurostat in samenwerking met de EIB. De gids moet meer duidelijkheid verschaffen over de regelgeving voor de statistische behandeling van PPP's door Eurostat in zijn handleiding voor het overheidstekort en de overheidsschuld. De gids is bestemd voor PPP-betrokkenen uit de particuliere en de publieke sector. Ter voorbereiding is een uitvoerige inventarisatie verricht van de toepassing van bepalingen die kenmerkend zijn voor PPP-contracten. In de gids wordt verduidelijkt hoe de regelgeving voor de statistische behandeling van PPP's moet worden toegepast op dergelijke kenmerkende contractuele bepalingen.

MEMO/16/2983

 

Contactpersoon voor de pers:

Voor het publiek: Europe Direct per telefoon 00 800 67 89 10 11 of e-mail