Commissie boekt verdere vooruitgang bij bestrijding van illegale haatuitlatingen online
De deelnemende IT-bedrijven hebben gemiddeld 70% van de bij hen gemelde illegale haatuitingen verwijderd, zo blijkt uit de vandaag bekendgemaakte derde evaluatie van de gedragscode voor het bestrijden van illegale haatuitingen op internet, die door ngo's en overheidsinstanties is uitgevoerd.
Facebook, Twitter, YouTube en Microsoft hebben in mei 2016 door middel van de gedragscode beloofd de verspreiding van dit soort inhoud in Europa tegen te gaan. Uit de derde evaluatieronde blijkt dat de ondernemingen hun toezegging steeds beter nakomen en illegale haatuitingen in de meeste gevallen binnen 24 uur verwijderen. Er zijn echter nog enkele knelpunten, met name het feit dat de gebruikers geen systematische feedback krijgen.
Instagram en Google+ hebben vandaag aangekondigd dat zij de gedragscode ook gaan toepassen. Het aantal deelnemende bedrijven wordt dus opnieuw uitgebreid.
Commissievicevoorzitter Andrus Ansip i, belast met de digitale eengemaakte markt, is verheugd over deze ontwikkelingen: „Uit de vandaag gepubliceerde resultaten blijkt dat de onlineplatforms hun belofte om op meldingen van haatuitingen in te gaan en illegale haatuitingen binnen 24 uur te verwijderen, serieus nemen. Ik zou de IT-bedrijven willen vragen meer transparantie te tonen en de gebruikers betere feedback te geven, zoals we ook hebben aanbevolen in de richtsnoeren die we vorig jaar hebben opgesteld.Het is ook van belang dat er passende waarborgen zijn, zodat overijverige verwijdering wordt voorkomen en de grondrechten, zoals de vrijheid van meningsuiting, worden beschermd.”
Věra Jourová i, commissaris voor justitie, consumentenzaken en gendergelijkheid: „Het internet moet veilig zijn en vrij van illegale haatuitingen, vreemdelingenhaat en racisme. We zien nu dat de gedragscode een waardevol instrument is, waarmee illegale inhoud snel en efficiënt kan worden aangepakt. Als bedrijven, maatschappelijke organisaties en beleidsmakers intensief samenwerken, kunnen we dus resultaten bereiken zonder de vrijheid van meningsuiting aan te tasten. Ik verwacht dat de IT-bedrijven blijk geven van dezelfde vastberadenheid bij andere belangrijke kwesties, zoals het bestrijden van terrorisme of het afschaffen van ongunstige voorwaarden voor hun gebruikers.”
Sinds de gedragscode in mei 2016 is ingevoerd, wordt gestage vooruitgang geboekt, zoals uit de huidige evaluatie blijkt:
-
-de IT-bedrijven verwijderen gemiddeld 70% van de illegale haatuitingen die bij hen zijn gemeld door de ngo's en overheidsinstanties die aan de evaluatie hebben meegedaan. Dat percentage is gestaag toegenomen: het was 28% bij de eerste evaluatie in 2016 en 59% bij de tweede evaluatie in mei 2017;
-
-alle deelnemende IT-bedrijven halen nu de doelstelling dat de meeste meldingen binnen 24 uur worden beoordeeld; gemiddeld lukt dat in meer dan 81% van de gevallen.Dit cijfer is verdubbeld ten opzichte van de eerste evaluatie en bij de vorige evaluatie bleek dat 51% van de meldingen binnen 24 uur werd beoordeeld.
Verwachte verbeteringen
De belangrijkste toezeggingen uit de gedragscode zijn nagekomen. Op de volgende gebieden is verdere verbetering nodig:
-
-bij gemiddeld bijna een derde van de meldingen krijgen de gebruikers geen feedback. Het percentage is niet voor alle IT-bedrijven identiek. Wat transparantie en feedback aan de gebruikers betreft, is er ruimte voor verdere verbetering;
-
-de gedragscode is een aanvulling op de wetgeving tegen racisme en vreemdelingenhaat, die voorschrijft dat illegale haatuitingen (op internet en elders) doeltreffend worden vervolgd. Van gemiddeld één op vijf gevallen die bij de deelnemende bedrijven worden gemeld, hebben de ngo's ook aangifte gedaan bij de politie of het openbaar ministerie. Dit cijfer is meer dan verdubbeld sinds het vorige evaluatieverslag. De politie moet in dergelijke gevallen snel een onderzoek instellen. De Commissie heeft een netwerk opgezet voor samenwerking en uitwisseling van goede praktijken tussen de nationale autoriteiten, maatschappelijke organisaties en bedrijven. Ook zorgt de Commissie voor gerichte financiële ondersteuning en operationele richtsnoeren. Zo'n twee derde van de lidstaten beschikt nu over een nationaal contactpunt dat verantwoordelijk is voor het monitoren van haatuitingen op internet. In het voorjaar van 2018 gaat een gerichte dialoog tussen de bevoegde autoriteiten van de lidstaten en de IT-bedrijven van start.
Volgende stappen
De Commissie blijft samen met de maatschappelijke organisaties in het oog houden hoe de deelnemende IT-bedrijven de gedragscode uitvoeren. Het is de bedoeling dat de code ook door andere onlineplatforms wordt toegepast. De Commissie zal verdere maatregelen overwegen als de naleving van de gedragscode stopt of inzakt.
Achtergrond
Het publiekelijk aanzetten tot geweld of haat tegen een groep personen, of een lid van zo'n groep, die wordt gedefinieerd op basis van ras, huidskleur, godsdienst, afstamming, dan wel nationale of etnische afkomst, wordt door het kaderbesluit ter bestrijding van racisme en vreemdelingenhaat strafbaar gesteld. Aanzetten tot haat in de zin van dit kaderbesluit is ook strafbaar als het online plaatsvindt.
De EU en haar lidstaten, de sociale media en andere platforms hebben samen de plicht om de uitoefening van de vrijheid van meningsuiting in de hele online wereld te bevorderen en vergemakkelijken. Deze partijen moeten er echter ook voor zorgen dat het internet niet verwordt tot een vrijplaats voor geweld en haat.
Om het hoofd te bieden aan de verspreiding van racistische en xenofobe haatuitingen op internet hebben de Europese Commissie en vier grote IT-bedrijven (Facebook, Microsoft, Twitter en YouTube) op 31 mei 2016 een gedragscode voor de bestrijding van haatuitingen op internet gepresenteerd.
De derde evaluatie is in 27 lidstaten uitgevoerd door ngo's en overheidsinstanties die illegale haatuitingen hebben gemeld. Op 7 december 2016 heeft de Commissie de resultaten bekendgemaakt van de eerste evaluatie van de uitvoering van deze gedragscode. Op 1 juni 2017 zijn de resultaten van de tweede evaluatie gepubliceerd.
Op 28 september heeft de Commissie een mededeling gepubliceerd met richtsnoeren voor de platforms over de meldings- en actieprocedures waarmee illegale online-inhoud kan worden bestreden. Deze richtsnoeren maken bovenal duidelijk dat het bestrijden van illegale haatuitingen op internet van het grootste belang is en dat we moeten blijven werken aan de uitvoering van de gedragscode.
Op 9 januari 2018 hebben verschillende leden van de Europese Commissie een ontmoeting gehad met vertegenwoordigers van onlineplatforms. Er is gesproken over de vorderingen bij het bestrijden van de verspreiding van illegale inhoud online, met inbegrip van online terroristische propaganda en illegale haatuitingen van xenofobe en racistische aard, maar ook over schendingen van intellectuele eigendomsrechten (zie de gezamenlijke verklaring).
Meer informatie:
Factsheet over de derde evaluatie van de gedragscode
IP/18/261
Contactpersoon voor de pers:
Voor het publiek: Europe Direct per telefoon 00 800 67 89 10 11 of e-mail |