Ontwerp van wet - Verandering in de Grondwet van de bepalingen inzake openbare lichamen voor beroep en bedrijf en anderen dan in de Grondwet genoemde lichamen met verordenende bevoegheid

Inhoudsopgave van deze pagina:

1.

Tekst

Nr. 2

ONTWERP VAN WET

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de wet van 9 mei 1980 (Stb. 270) heeft verklaard, dat er grond bestaat het daarbij vastgestelde voorstel tot verandering in de Grondwet van de bepalingen inzake openbare lichamen voor beroep en bedrijf en andere dan in de Grondwet genoemde lichamen met verordenende bevoegdheid in overweging te nemen; Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Grondwet ondergaat de in de artikelen II en III omschreven veranderingen.

ARTIKEL II

In een in de Grondwet op te nemen hoofdstuk 7, Provincies, gemeenten, waterschappen en andere openbare lichamen, wordt het volgende opgenomen:

S-BiZa

Tweede Kamer, zitting 1981, 16934, nrs. 1-3

Artikel 7.12

  • Bij of krachtens de wet kunnen openbare lichamen voor beroep en bedrijf en andere openbare lichamen worden ingesteld en opgeheven. 2. De wet regelt de taken en de inrichting van deze openbare lichamen, de samenstelling en bevoegdheid van hun besturen, alsmede de openbaarheid van hun vergaderingen. Bij of krachtens de wet kan aan hun besturen verordenende bevoegdheid worden verleend. 3. De wet regelt het toezicht op deze besturen. Vernietiging van besluiten van deze besturen kan alleen geschieden wegens strijd met het recht of het algemeen belang.

ARTIKEL III

Het vijfde en zesde hoofdstuk van de Grondwet vervallen.

Lasten en bevelen, dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst, en dat alle ministeriële departementen, autoriteiten, colleges en ambtenaren, wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister-President, Minister van Algemene Zaken,

De Ministervan Binnenlandse Zaken,

De Minister van Sociale Zaken,

Tweede Kamerzitting 1981, 16934, nrs. 1-3

 
 
 

2.

Meer informatie