Steun de Kamer, versterk onze democratie

maandag 26 augustus 2019, Interview van Edgar Hoedemaker met Geerten Waling

Nederland kent een relatief klein parlement met weinig ondersteuning. Gemiddeld hebben Kamerleden slechts één medewerker waarmee zij moeten opboksen tegen grootschalig georganiseerde ministeries. Dit leidt tot vermoeide, overwerkte parlementariërs die met weinig mankracht een weg moeten zien te vinden in complexe wetgevingsdossiers. Tweede Kamerleden trekken hierover steeds vaker aan de bel. Een ludiek, maar ook passend voorbeeld is onderstaande tweet van Gert-Jan Segers i. Daaruit blijkt het verschil in voorbereiding op een debat tussen Hugo de Jonge i op het ministerie van VWS en de fractie van de ChristenUnie.

Over dit probleem maken niet alleen (ex-)politici zich zorgen. Ook journalisten, lobbyisten en politieke wetenschappers signaleren deze kwestie. Daarom is een groep betrokkenen een petitie gestart. Onder de naam 'Steun de Kamer, versterk onze democratie' (Steundekamer.nl) roepen zij eenieder op te tekenen om de democratie te versterken. Geerten Waling, één van de initiatiefnemers, legt in dit interview het probleem uit en gaat in op het belang van zijn petitie: "De Tweede Kamer moet zichzelf nu eens serieus gaan nemen. Dat is geen zaak van partijbelangen, maar van 150 individuele, welwillende maar schaamteloos verwaarloosde volksvertegenwoordigers."

Kunt u kernachtig verwoorden wat het belang is van uitgebreidere ondersteuning van de Tweede Kamer?

Onze petitie is een manier om van buiten de Kamer een signaal te geven. Het centrale doel is versterking van de democratie. Dualisme i vergt een sterke volksvertegenwoordiging als tegenwicht tegen de regering. Ministers komen goed beslagen ten ijs en kunnen zich ter voorbereiding op debatten verzekeren van tientallen ambtenaren die voor inhoudelijke ondersteuning zorgen. Dit verdient het hoogste vertegenwoordigende orgaan van ons land ook. Het is nu als David tegenover Goliath. Er is weinig budget en het budget dat er is, gaat voor het grootste gedeelte op aan voorlichting en ondersteuning van de fractievoorzitter. De Tweede Kamer moet in zichzelf investeren om de democratie te versterken.

Op dit moment hebben fracties al een budget dat zij aan het betalen van medewerkers kunnen besteden. Dat budget is blijkbaar niet afdoende?

Het probleem is dat er in zo'n kleine 100 jaar weinig veranderd is. Er is in de jaren 1960 een belangrijke professionaliseringsslag in de Tweede Kamer geweest met de introductie van de term 'fractiemedewerker'. Het fractiebudget is gecreëerd, maar dat budget komt op dit moment vooral ten goede aan de persvoorlichting en ondersteuning van de fractievoorzitter. In al die tijd is de ondersteuning van individuele Kamerleden gelijk gebleven, terwijl het werk in omvang, complexiteit en diversiteit toenam.

De versplintering van de politiek heeft er bijvoorbeeld voor gezorgd dat Kamerleden steeds grotere portefeuilles hebben. Het budget om hier ook meer medewerking voor in te huren, is echter niet proportioneel meegegroeid. Dit maakt de Tweede Kamer, ondanks het bestaande budget, te zwak. De petitie pleit voor een verdrievoudiging van het budget dat ten goede komt aan het individuele Kamerlid. Dat geld moet dan niet alleen naar voorlichting gaan, maar het zou daadwerkelijk een geoormerkt budget moeten zijn voor beleidsondersteuning.

Een probleem is echter dat Kamerleden bang zijn om als zakkenvullers te boek te staan als zij hiervoor hun nek uitsteken. Dat is een paradoxale angst. Enerzijds komen er geluiden uit de samenleving dat mensen meer of sterkere democratie willen. Anderzijds kost een sterke democratie ook geld, maar zijn politici bang voor diezelfde samenleving die ze weg kan zetten als zakkenvullers. Dat moet doorbroken worden.

Is er in de Kamer ook sprake van een zeker momentum voor dit onderwerp? Onlangs werd bijvoorbeeld een motie van Özturk i aangenomen die hiervoor pleitte.

Die motie kwam als een verrassing. Ik herinner mij dat Alexander Pechtold i afzwaaide met de waarschuwing aan de Kamer dat men zich niet moet schamen het budget te verdriedubbelen. DENK was D66 in de Kamer echter voor om hier werk van te maken. De Kamer steunde het verzoek en op de achtergrond laten meerdere Kamerleden ook hun steun blijken voor de petitie.

Er liggen echter verschillende gevaren op de loer die het momentum kunnen verstoren. Vanuit de Kamer is het mogelijk dat partijbelangen, belangen van een fractievoorzitter en coalitiebelangen ervoor zorgen dat partijen terughoudend worden in het werk maken van een groter budget. Fractievoorzitters/Partijleiders kunnen bijvoorbeeld belang hebben bij tamme volksvertegenwoordigers die de partijlijn niet in de weg zitten. De kans op zogenoemde dissidenten is groter als Kamerleden met meer steun mondiger worden. De fractiediscipline is erg sterk in de Tweede Kamer, wat deels te verklaren is door de tijd die individuele Kamerleden nu hebben voor verschillende portefeuilles.

Toch zijn er ook verschillende argumenten die juist voor het huidige momentum in de Kamer pleiten. De Kamervoorzitter is bezorgd over de hoeveelheid afzwaaiende parlementariërs. Dat waren er sinds 2017 al 31 i, inclusief Kamerleden die naar het kabinet vertrokken. Bovendien deed de Staatscommissie Parlementair Stelsel i een sterk pleidooi voor meer Kamerondersteuning en laten verenigingen als de VNG, de BVPA en de Open State Foundation weten dat zij achter dit standpunt staan. Een bijkomend praktisch argument is dat de verbouwing van het Binnenhof aanstaande is. Als er in die verbouwing al rekening wordt gehouden met meer kantoorruimte voor ondersteunend personeel, worden twee vliegen in één klap geslagen.

In januari van dit jaar zei Bram van Ojik i (Kamerlid GroenLinks) in Trouw:

“Kamerleden moeten daar niet over klagen. Hun rol zit in inhoudelijke discussies over de grotere lijnen. Stef Blok i heeft op Buitenlandse Zaken ondersteuning van misschien wel duizend ambtenaren. Als ik extra medewerkers wil om nog meer projecten onder de loep te nemen, zit ik op de foute weg. Ik moet zélf ideeën hebben"

Wat vindt u van die uitspraak?

Dat is inderdaad een opvatting die onder diverse parlementariërs leeft. Kees Verhoeven i (D66) gaf onlangs eenzelfde soort mening op zijn Linkedinpagina. Ik denk in dit geval echter dat de argumentatie van Van Ojik een valse is, omdat het één het ander niet uitsluit. Het is goed als Kamerleden zelf met ideeën komen, maar je moet die ideeën wel kunnen uitwerken. Goede ideeën moeten samengaan met dossierbeheersing, concrete plannen en een effectief gebruik van je parlementaire rechten. Kamerleden kunnen anders hun tanden niet laten zien.

Dat zie je nu ook al terug als je kijkt naar de huidige parlementaire werkzaamheden. Er worden steeds meer moties en Kamervragen ingediend, maar het aantal initiatieven en amendementen stijgt niet zo spectaculair. Dat komt deels doordat moties en Kamervragen een relatief eenvoudig instrument zijn die zo geschreven zijn. Daar zie je dus ook dat het Kamerleden aan tijd ontbreekt. Deze profilering domineert het Kamerwerk. Voor werkbezoeken en verdiepende activiteiten hebben parlementariërs vaak alleen maar tijd in de recesperiodes. Dat moet anders.

 

De petitie 'Steun de Kamer, versterk onze democratie' is nog tot half september te ondertekenen en zal daarna worden aangeboden aan de vaste Kamercommissie Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. U kunt tekenen via onderstaande link.