Vragen BIJ1, Volt over het bericht 'Ondanks ophef wijzen meer reformatorische scholen homohuwelijk af'

Kamer Tweede Kamer
Kamerleden M. (Marieke ) Koekkoek i
S.H. (Sylvana) Simons i
partijen BIJ1 i
Volt Nederland i
beantwoord door Onderwijs, Cultuur en Wetenschap i
vraag datum 10 juni 2022
antwoord datum 30 maart 2023

1.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2022-2023    Aanhangsel van de Handelingen

Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

2088

Vragen van de leden Sylvana Simons (BIJ1) en Koekkoek (Volt) aan de Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs over het bericht «Ondanks ophef wijzen meer reformatorische scholen homohuwelijk af» (ingezonden 10 juni 2022).

Antwoord van Minister Wiersma (Primair en Voortgezet Onderwijs)

(ontvangen 30 maart 2023). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021-2022, nr. 3283.

Vraag 1

Bent u bekend met de uitzending «Religieuze strijd tegen homoseksualiteit»1 en het bijbehorende artikel «Ondanks ophef wijzen meer reformatorische scholen homohuwelijk af»2?

Antwoord 1 Ja.

Vraag 2

Hoe verhoudt de toename in het toegenomen aantal scholen dat nog altijd gebruik maakt van identiteitsverklaringen die een «homoseksuele of transgender levenswijze» impliciet dan wel expliciet afkeuren, zich tot de aangenomen motie Gündogan/Simons3 over daadwerkelijk een eind maken aan alle identiteitsverklaringen waarin een seksuele gerichtheid, genderidenti-teit, genderexpressie of geslachtskenmerken (en het daarnaar leven) in welke vorm dan ook, impliciet of expliciet, worden afgewezen?

Antwoord 2

De wijze waarop een school zijn identiteit uitdraagt mag nooit een inbreuk vormen op de basiswaarden van onze democratische rechtsstaat, waaronder het recht van kinderen zich vrij te voelen om zich te uiten, te kunnen zijn wie ze willen zijn en een relatie te mogen hebben met degene van wie zij houden. Dat staat voor mij voorop. Leerlingen moeten zich ten allen tijde veilig en

1    Pointer, KRO-NCRV, uitzending 27 mei 2022. https://pointer.kro-ncrv.nl/religieuze-strijd-tegen-homoseksualiteit.

2    Pointer, KRO-NCRV, artikel 27 mei 2022. https://pointer.kro-ncrv.nl/ondanks-ophef-wijzen-meer-reformatorische-scholen-homohuwelijk-af.

3    Kamerstuk 31 289 i, nr. 489 i.

ah-tk-20222023-2088 ISSN 0921 - 7398 's-Gravenhage 2023

geaccepteerd weten. Het afwijzen of veroordelen van leerlingen op basis van seksuele gerichtheid, genderidentiteit, genderexpressie of geslachtskenmerken (en het daarnaar leven) is wat mij betreft onacceptabel. Ook in identiteits-verklaringen is daarvoor geen ruimte.

Indien een school een verklaring gebruikt waarin leerlingen expliciet worden afgewezen zal de inspectie direct ingrijpen en er door middel van een herstelopdracht en bij het uitblijven van herstel waar nodig sancties voor zorgen dat de school de identiteitsverklaring met dergelijke passages niet meer gebruikt. Op dit moment onderzoek ik op welke manier ik uitvoering kan geven aan de motie-Gündogan/Simons, net als aan de motie-Kwint c.s., die oproepen tot het verbieden van (bepaalde vormen van) identiteitsverkla-ringen in het onderwijs. Dit doe ik zorgvuldig. Hierover informeer ik uw Kamer in de loop van dit jaar.

Bovenstaande is uiteraard van toepassing op alle scholen in Nederland, en daarmee ook op het speciaal onderwijs.

Vraag 3

Hoe bent u concreet van plan om dergelijke identiteitsverklaringen, en het aanhoudende gebruik ervan, daadwerkelijk een halt toe te roepen?

Antwoord 3

Ik vind het niet wenselijk dat scholen zich middels identiteitsverklaringen uitspreken op een manier die maakt dat leerlingen zich niet veilig en geaccepteerd weten. Scholen hebben de wettelijke verplichting om een vrij en veilig schoolklimaat te creëren waar leerlingen zich (sociaal) veilig voelen. De inspectie houdt hier toezicht op en zal niet schromen om in te grijpen wanneer scholen zich niet aan deze wettelijke verplichting houden.

Dat geldt ook voor de aangescherpte burgerschapsopdracht en de wettelijke verplichtingen rondom sociale veiligheid. Daar waar scholen leerlingen en/of medewerkers geen sociaal veilige leer- en werkomgeving bieden zal de inspectie daarop handhaven. Maar ik heb al aangegeven dat ik het niet wenselijk vind dat scholen zich op deze wijze uitdrukken en toelating voorwaardelijk maken op het ondertekenen van zo'n verklaring. Dit onderzoek ik op een zorgvuldige wijze. Hierover informeer ik uw Kamer zo spoedig mogelijk.

Vraag 4

Bent u bereid om een grootschalig onderzoek in te stellen naar reformatorische basis- en middelbare scholen in zowel het regulier als het speciaal onderwijs om te achterhalen hoeveel en welke scholen seksuele relaties tussen twee mensen van hetzelfde geslacht nog steeds afkeuren, identiteitsverklaringen handhaven en een «homoseksuele of transgender levenswijze» impliciet of expliciet afwijzen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wanneer kan een dergelijk onderzoek van start gaan, en bent u dan ook bereid om de onderzoeksresultaten openbaar te maken? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 4

Het toelatingsbeleid, de inhoud van het onderwijs, identiteitsverklaringen, de bevordering van basiswaarden, de aandacht voor risico's en het feit of de schoolcultuur in overeenstemming is met wettelijke bepalingen, worden door de inspectie getoetst. Als blijkt dat een school niet voldoet aan de wettelijke eisen zal zij handhaven. Juist door op deze wijze te handelen kan direct tegen een school worden opgetreden. Een grootschalig onderzoek vindt in die zin al plaats. Middels het reguliere toezicht kunnen de desbetreffende leerlingen sneller worden geholpen.

Vraag 5

Bent u bekend met het feit dat het handhaven van identiteitsverklaringen niet alleen in het reguliere onderwijs desastreuze gevolgen heeft voor het mentale en fysieke welzijn van leerlingen en hun ouders, maar dat ook (en juist) in het speciaal onderwijs de identiteitsverklaringen zorgen voor angst en stress onder LHBTIQA+1 leerlingen en hun ouders, omdat zij bang zijn voor schorsing en/of gedwongen schoolverlating van de queer scholier en diens siblings?

Antwoord 5

Zie het antwoord bij vraag 2.

Vraag 6 en 7

Bent u bekend met het feit dat - juist in regio's waar instellingen voor passend onderwijs schaars zijn - het impliciet of expliciet afwijzen van niet-heteroseksuele relaties, identiteiten, expressies en geaardheden het recht van ieder kind op onderwijs in gevaar brengt, omdat reformatorische scholen gespecialiseerd in speciaal onderwijs geen LHBTIQA+ kinderen willen toelaten, ondanks dat deze kinderen speciale leerbehoeften hebben en nergens anders in de regio terechtkunnen?

Hoe bent u van plan om het recht op onderwijs van ieder kind te garanderen, juist ook in de regio's waar reformatorische scholen de enige scholen zijn die gespecialiseerd zijn in speciaal onderwijs?

Antwoord 6 en 7

In de basis staat voorop dat het door scholen afwijzen of veroordelen van leerlingen op basis van zaken als hun seksuele oriëntatie, genderidentiteit of afkomst niet is toegestaan. Ieder kind heeft recht op onderwijs binnen een redelijke afstand van de woning en dient zich in alle vrijheid en veiligheid te kunnen ontwikkelen.

Het recht op de vrijheid van onderwijs dat is vastgelegd in artikel 23 van de Grondwet is dus niet onbegrensd. Zo wordt in de Algemene wet gelijke behandeling (Awgb) geëxpliciteerd welke vrijheid scholen hebben met betrekking tot het voeren van onder meer toelatingsbeleid en de voorwaarden die hierin zijn verbonden. Zo mogen scholen bij toelating onderscheid maken op grond van godsdienst, levensovertuiging of geslacht en is het maken van onderscheid enkel toegestaan vanwege de grondslag van de school. Deze vrijheid mag niet tegelijk direct onderscheid inhouden op grond van ras, nationaliteit, seksuele gerichtheid of burgerlijke staat.

Daarnaast is in de sectorwetten vastgelegd dat scholen een acceptatieplicht hebben indien binnen redelijke afstand van de woning van de leerling geen gelegenheid bestaat tot het volgen van openbaar onderwijs.2 Daarmee wordt het recht op onderwijs voor kinderen gegarandeerd.

Vraag 8

Bent u bekend met het feit dat, zelfs wanneer reformatorische scholen geen identiteitsverklaring handhaven waarin zij LHBTIQA+ scholieren afwijzen, zij in de praktijk andere manieren vinden om die scholieren toelating te weigeren, zoals pretenderen dat hun wachtlijsten vol zijn? Zo niet, bent u bereid om ook indirecte vormen van afwijzing, uitsluiting en weigering van LHBTIQA+ scholieren op reformatorische scholen te onderzoeken en tegen te gaan? Wanneer kunnen we een dergelijk onderzoek verwachten?

Antwoord 8

Er zijn diverse juridische waarborgen om op te treden indien scholen zich schuldig maken aan het afwijzen, veroordelen of ongelijk behandelen van leerlingen op basis van onder meer hun seksuele gerichtheid of genderidentiteit. Zo ziet de inspectie toe op naleving van onderwijswetgeving en zal zij optreden tegen scholen die leerlingen afwijzen of ongelijk behandelen op basis van eerder genoemde gronden. De inspectie toetst dus of een identiteitsverklaring, de inhoud van het onderwijs, de bevordering van de basiswaarden van onze democratische rechtsstaat, aandacht voor risico's en de schoolcultuur in overeenstemming zijn met wettelijke bepalingen, zoals die voor het zorgdragen voor een veilig schoolklimaat. Als dit niet het geval is, zal zij handhaven. In de toekomst wordt het mogelijk om door middel van meer ingrijpende interventies naleving van wettelijke voorschriften, zoals het zorgdragen voor een veilig schoolklimaat, te garanderen, zoals aangekondigd in mijn brief «vrij en veilig onderwijs» uit maart3 en de brief «vrij en veilig onderwijs» uit november.4

Vraag 9

Welke stappen gaat u ondernemen om ervoor te zorgen dat de moties Kwint c.s.5 en Gündogan/Simons6, alsook de afspraken uit het COC Regenboog Stembusakkoord en het coalitieakkoord die betrekking hebben op het stoppen van discriminatoir toelatingsbeleid op scholen, daadwerkelijk worden volbracht?

Antwoord 9

Veilig en vrij onderwijs voor elke leerling, dat is waar ik mij hard voor maak. Om dat te kunnen garanderen zet ik in op een stevig juridisch kader, scherp en geïntensiveerd inspectietoezicht en een goed ondersteuningsaanbod voor scholen. Maar er is meer nodig. In de brief van 18 november jl. heb ik aangekondigd wat ik de komende tijd doe om te garanderen dat iedere leerling zich op school in vrijheid en veiligheid kan ontwikkelen. Daarnaast informeer ik uw Kamer in de loop van dit jaar, na zorgvuldig onderzoek, over de uitvoering van de motie-Kwint c.s. en de motie-Gündocjan/Simons.

Vraag 10

Kunt u de antwoorden op deze vragen meenemen in de aanstaande Kamerbrief betreffende de moties over de identiteitsverklaringen in het funderend onderwijs?

Antwoord 10

Ik stuur u op dit moment de antwoorden op de Kamervragen toe. In de loop van dit jaar volgt nog een Kamerbrief over de uitvoering van de motie-Gündocjan/Simons en de motie-Kwint c.s.

Toelichting:

Aanvullend op Van Meenen (D66) en Paul (VVD) 2022Z10978.

Tweede Kamer, vergaderjaar 2022-2023, Aanhangsel 4

1

   LHBTIQA+ is de afkorting van lesbisch, homoseksueel, biseksueel, transgender, intersekse, queer/questioning en aseksueel/aromantisch. De plus geeft aan dat de term inclusief is voor mensen die zichzelf anders noemen dan waar deze letters voor staan.

2

   Artikel 4c Wet op het primair onderwijs; artikel 48 Wet op het voortgezet onderwijs; artikel 5 Wet op de expertisecentra.

3

   Kamerstuk 31 293 i, nr. 611 i.

4

   Kamerstuk 31 293 i, nr. 653 i.

5

   Kamerstuk 35 352 i, nr. 31 i.

6

   Kamerstuk 31 289 i, nr. 498 i.