Artikel I-45: Beginsel van representatieve democratie

I-44
Artikel I-45
I-46
  • 1. 
    De werking van de Unie is gegrond op het beginsel van de representatieve democratie.
  • 2. 
    De burgers worden op het niveau van de Unie rechtstreeks vertegenwoordigd in het Europees Parlement. De lidstaten worden in de Europese Raad en in de Raad vertegenwoordigd door hun regeringen, die zelf erantwoording verschuldigd zijn aan de, door hun burgers verkozen, nationale parlementen.
  • 3. 
    Iedere burger heeft het recht aan het democratisch leven van de Unie deel te nemen. De besluitvorming vindt plaats op een zo open mogelijke wijze, en zo dicht bij de burgers als mogelijk.
  • 4. 
    De politieke partijen op Europees niveau dragen ertoe bij dat het Europese politieke bewustzijn wordt gevormd en dat de wil van de burgers van de Unie tot uiting komt.

Inhoudsopgave van deze pagina:

1.

Opmerkingen

  • 1. 
    Voorgesteld wordt, dit nieuwe artikel toe te voegen om in deze titel niet alleen plaats in te ruimen voor de participerende democratie, maar ook voor de representatieve democratie. Daartussen bestaan uiteraard nauwe banden, maar in plaats van een tekst in die zin toe te voegen aan artikel I-46 i, zoals verscheidene Conventieleden voorstellen (met name de heer Duff+22 en mevrouw Dybkjaer), lijkt een verwijzing naar de representatieve democratie meer tot haar recht te komen in een afzonderlijk artikel.
  • 2. 
    Lid 3 herneemt ex lid 1 van artikel I-46, waaraan een tweede zin is toegevoegd over een besluitvorming die op een zo open mogelijke wijze, en zo dicht bij de burgers als mogelijk plaatsvindt. Met deze wijziging wordt tegemoet gekomen aan het verzoek van een aantal Conventieleden (met name de heer Duff+22 anderen, mevrouw Dybkjaer, et de heer Voggenhuber) om elementen uit artikel 1 VEU over te nemen. Daarbij dient te worden aangetekend dat de tekst doelt op "besluitvorming" ("prise de décisions") in ruime zin, et niet op het specifieke instrument (besluiten, "décisions") dat wordt beschreven in de Grondwet.
  • 3. 
    Lid 4 herneemt het voormalige ontwerp-artikel 35 bis i over de politieke partijen op Europees niveau (in licht gewijzigde vorm), want het lijkt logisch deze tekst in te voegen in het artikel over de representatieve democratie. Verscheidene Conventieleden (met name mevrouw Hübner, de heer Lopes en de heer Lobo Antunes, de heer Santer+4, de heer Brok+36, de heer Follini en de heer Floch) vroegen om gedeeltelijke (lid 1) of gehele herneming van artikel 191 VEG. De herziene tekst is derhalve gebaseerd op lid 1 van artikel 191 VEG, maar is korter, om in deel I van de Grondwet geen teksten met appreciatieve strekking op te nemen. Lid 2 van artikel 191 zal in aanmerking worden genomen in de institutionele bepalingen van deel III van de Grondwet.

2.

Ontwikkeling artikel

2003
  • 1. 
    De werking van de Unie is gegrond op het beginsel van de representatieve democratie.
  • 2. 
    De burgers worden op het niveau van de Unie rechtstreeks vertegenwoordigd in het Europees Parlement. De lidstaten worden in de Europese Raad en in de Raad vertegenwoordigd door hun regeringen, die zelf erantwoording verschuldigd zijn aan de, door hun burgers verkozen, nationale parlementen.
  • 3. 
    Iedere burger heeft het recht aan het democratisch leven van de Unie deel te nemen. De besluitvorming vindt plaats op een zo open mogelijke wijze, en zo dicht bij de burgers als mogelijk.
  • 4. 
    De politieke partijen op Europees niveau dragen ertoe bij dat het Europese politieke bewustzijn wordt gevormd en dat de wil van de burgers van de Unie tot uiting komt.

3.

Opmerkingen

  • 1. 
    Voorgesteld wordt, dit nieuwe artikel toe te voegen om in deze titel niet alleen plaats in te ruimen voor de participerende democratie, maar ook voor de representatieve democratie. Daartussen bestaan uiteraard nauwe banden, maar in plaats van een tekst in die zin toe te voegen aan artikel I-46 i, zoals verscheidene Conventieleden voorstellen (met name de heer Duff+22 en mevrouw Dybkjaer), lijkt een verwijzing naar de representatieve democratie meer tot haar recht te komen in een afzonderlijk artikel.
  • 2. 
    Lid 3 herneemt ex lid 1 van artikel I-46, waaraan een tweede zin is toegevoegd over een besluitvorming die op een zo open mogelijke wijze, en zo dicht bij de burgers als mogelijk plaatsvindt. Met deze wijziging wordt tegemoet gekomen aan het verzoek van een aantal Conventieleden (met name de heer Duff+22 anderen, mevrouw Dybkjaer, et de heer Voggenhuber) om elementen uit artikel 1 VEU over te nemen. Daarbij dient te worden aangetekend dat de tekst doelt op "besluitvorming" ("prise de décisions") in ruime zin, et niet op het specifieke instrument (besluiten, "décisions") dat wordt beschreven in de Grondwet.
  • 3. 
    Lid 4 herneemt het voormalige ontwerp-artikel 35 bis i over de politieke partijen op Europees niveau (in licht gewijzigde vorm), want het lijkt logisch deze tekst in te voegen in het artikel over de representatieve democratie. Verscheidene Conventieleden (met name mevrouw Hübner, de heer Lopes en de heer Lobo Antunes, de heer Santer+4, de heer Brok+36, de heer Follini en de heer Floch) vroegen om gedeeltelijke (lid 1) of gehele herneming van artikel 191 VEG. De herziene tekst is derhalve gebaseerd op lid 1 van artikel 191 VEG, maar is korter, om in deel I van de Grondwet geen teksten met appreciatieve strekking op te nemen. Lid 2 van artikel 191 zal in aanmerking worden genomen in de institutionele bepalingen van deel III van de Grondwet.
2003
  • 1. 
    De werking van de Unie is gegrond op het beginsel van de representatieve democratie.
  • 2. 
    De burgers worden op het niveau van de Unie rechtstreeks vertegenwoordigd in het Europees Parlement. De lidstaten worden in de Europese Raad en in de Raad van Ministers vertegenwoordigd door hun regeringen, die zelf verantwoording verschuldigd zijn aan de door hun burgers verkozen nationale parlementen.
  • 3. 
    Iedere burger heeft het recht aan het democratisch bestel van de Unie deel te nemen. De besluitvorming vindt plaats op een zo open mogelijke wijze, en zo dicht bij de burgers als mogelijk.
  • 4. 
    De politieke partijen op Europees niveau dragen bij tot de vorming van een Europees politiek bewustzijn en tot de uiting van de wil van de burgers van de Unie.
2003
  • 1. 
    De werking van de Unie is gegrond op de representatieve democratie.
  • 2. 
    De burgers worden op het niveau van de Unie rechtstreeks vertegenwoordigd in het Europees Parlement.

    De burgers worden op het niveau van de Unie rechtstreeks vertegenwoordigd in het Europees Parlement.

    De lidstaten worden in de Europese Raad vertegenwoordigd door hun staatshoofd of hun regeringsleider en in de Raad door hun regering, die zelf democratische verantwoording verschuldigd zijn aan hun nationaal parlement of aan hun burgers.

  • 3. 
    Iedere burger heeft het recht aan het democratisch bestel van de Unie deel te nemen. De besluitvorming vindt plaats op een zo open mogelijke wijze, en zo dicht bij de burgers als mogelijk is.
  • 4. 
    De politieke partijen op Europees niveau dragen bij tot de vorming van een Europees politiek bewustzijn en tot de uiting van de wil van de burgers van de Unie.
2004
  • 1. 
    De werking van de Unie is gegrond op de representatieve democratie.
  • 2. 
    De burgers worden op het niveau van de Unie rechtstreeks vertegenwoordigd in het Europees Parlement.

    De lidstaten worden in de Europese Raad vertegenwoordigd door hun staatshoofd of hun regeringsleider en in de Raad door hun regering, die zelf democratische verantwoording verschuldigd zijn aan hun nationaal parlement of aan hun burgers.

  • 3. 
    Iedere burger heeft het recht aan het democratisch bestel van de Unie deel te nemen. De besluitvorming vindt plaats op een zo open mogelijke wijze, en zo dicht bij de burgers als mogelijk is.
  • 4. 
    De politieke partijen op Europees niveau dragen bij tot de vorming van een Europees politiek bewustzijn en tot de uiting van de wil van de burgers van de Unie.