Artikel III-121: Welzijn van dieren

III-120
Artikel III-121
III-122

Bij de bepaling en de uitvoering van het beleid van de Unie op het gebied van landbouw, visserij, vervoer, de interne markt, onderzoek en technologische ontwikkeling en de ruimte houden de Unie en de lidstaten ten volle rekening met de eisen inzake het welzijn van dieren als wezens met gevoel, onder eerbiediging van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen en de gebruiken van de lidstaten, met name met betrekking tot godsdienstige riten, culturele tradities en regionaal erfgoed.

Inhoudsopgave van deze pagina:

1.

Toelichting Nederlandse regering

De tekst van artikel III-121 is op een aantal punten ruimer dan de tekst van dat Protocol. Zo zijn naast landbouw ook visserij, technologische ontwikkeling en ruimtebeleid opgenomen als beleidsterreinen waarbij met dierenwelzijn rekening gehouden moet worden.

Met de verankering van het dierenwelzijn in Deel III geven de lidstaten ook gehoor aan de maatschappelijke wens om de bescherming van dieren op Europees niveau te behartigen.

De regering is verheugd over de plaats die dierenbescherming in het Grondwettelijk Verdrag heeft gekregen.

2.

Ontwikkeling artikel

2003

Bij het formuleren en uitvoeren van het beleid van de Unie op het gebied van landbouw, visserij, vervoer, interne markt, onderzoek en technologische ontwikkeling, en de ruimte houden de Unie en de lidstaten ten volle rekening met de vereisten met betrekking tot het welzijn van dieren, als wezens met gevoel, onder eerbiediging van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen en de gebruiken van de lidstaten met betrekking tot met name godsdienstige riten, culturele tradities en regionaal erfgoed.

2004

Bij de bepaling en de uitvoering van het beleid van de Unie op het gebied van landbouw, visserij, vervoer, de interne markt, onderzoek en technologische ontwikkeling en de ruimte houden de Unie en de lidstaten ten volle rekening met de eisen inzake het welzijn van dieren als wezens met gevoel, onder eerbiediging van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen en de gebruiken van de lidstaten, met name met betrekking tot godsdienstige riten, culturele tradities en regionaal erfgoed.