Rekenkamer controleert de wijze waarop EU-gelden zijn besteed bij de bestrijding van de mond- en klauwzeercrisis van 2001 (en)

Met dank overgenomen van Europese Rekenkamer i, gepubliceerd op dinsdag 16 november 2004, 15:03.

[1]

De mond- en klauwzeercrisis van 2001 bracht de lidstaten ertoe, terugbetaling van hun uitgaven ter vergoeding van de veehouders te vragen ten belope van 1 616 miljoen euro. Dit bedrag en de omvang van de epidemie waren voor de Rekenkamer de reden om een controle te verrichten. De voornaamste opmerkingen van de Rekenkamer betreffen het optreden van de Commissie vóór, tijdens en na de crisis. De volgende punten worden daarin benadrukt:

  • vóór de crisis van 2001 heeft de Commissie de ingevoerde regeling ter voorkoming en bestrijding van mond- en klauwzeer onvoldoende geëvalueerd in het licht van de ontwikkeling van de risicofactoren;
  • bij gebreke van een complete evaluatie en tijdige controle door de Commissie werden bepaalde tekortkomingen van de regeling ter voorkoming en bestrijding wat betreft grensbescherming, diervoeding, dierverplaatsingen en melding van de ziekte niet vóór het uitbreken van de epidemie verholpen;
  • tijdens de crisis heeft de Commissie snel de dringend vereiste maatregelen getroffen, zoals melding van de ziekte aan de lidstaten, bewaking en slacht van schapen die vóór het uitbreken van de crisis uit het Verenigd Koninkrijk waren geïmporteerd en sluiting van markten; tijdens de crisis heeft de Commissie de gebreken van de regeling en van de toepassing daarvan in de lidstaten wat betreft veterinaire begeleiding, melding van de ziekte en snelle slachting vastgesteld, maar het was te laat om deze te verhelpen;
  • het systeem van communautaire financiering zoals het tijdens de crisis werd toegepast, leidde tot incoherenties: de terugbetalingspercentages voor de diverse dierziekten zijn alleen gelijkgetrokken voor de varkenssector, de terugbetalingen aan de lidstaten kwamen te laat en door het ontbreken van een duidelijker communautair kader konden de lidstaten tijdens de crisis verschillende systemen invoeren voor vergoeding aan de veehouders op basis van uiteenlopende systemen voor de waardebepaling van de te slachten dieren;
  • na de crisis werden heel wat leemten opgevuld, maar het financiële kader werd niet herzien en bepaalde communautaire maatregelen zijn nog ontoereikend wat betreft het toezicht op de bedrijven, het melden van de ziekte en de snelheid van de slachtingen; hierdoor zou het preventie- en bestrijdingssysteem minder efficiënt kunnen worden waar het gaat om het bedwingen van een volgende epidemie, maar de toepassing van de maatregelen verplicht de Gemeenschap wel tot terugbetaling.
  • Op grond van haar controle geeft de Rekenkamer de Commissie in overweging:
  • buiten crisistijd het preventie- en bestrijdingssysteem regelmatig te evalueren en het toezicht op de toepassing ervan te versterken;
  • te zoeken naar middelen om de veehouders te betrekken bij het bestrijdingssysteem teneinde hen beter te motiveren tot snelle melding van de ziekte en inachtneming van de vervoersbeperkingen;
  • de bij epidemieën toepasselijke financiële structuur te verhelderen en daarbij de financiële risico's voor de communautaire begroting zoveel mogelijk te beperken.

Speciaal verslag nr. 8/2004:

http://www.eca.eu.int/audit_reports/special_reports/docs/2004/rs08_04nl.pdf

Europese Rekenkamer, Dienst Externe betrekkingen

12, rue Alcide De Gasperi, L-1615 Luxemburg

Tel.: (352) 4398 45410 - fax: (352) 4398 46430 - e-mail: euraud@eca.eu.int


[1]Dit persbericht wil slechts een samenvatting geven. Het door de Rekenkamer vastgestelde speciaal verslag is beschikbaar op de internetsite (http://www.eca.eu.int) en zal binnenkort in het Publicatieblad van de Europese Unie, serie C, verschijnen.