Vergelijkend overzicht van de artikelen inzake de verdediging volgens het ontwerp van rijkswet, de voorstellen van de staatscommissie-cals/donner en de grondwet - Verklaring dat er grond bestaat een voorstel in overweging te nemen tot verandering in de Grondwet van bepalingen inzake de verdediging

Inhoudsopgave van deze pagina:

1.

Tekst

Nr.5

Vergelijkend overzicht van de artikelen inzake de verdediging volgens het ontwerp van Rijkswet, de voorstellen van de Staatscommissie-Cals/Donner en de Grondwet

Wetsontwerp

Staatscommissie

Grondwet

(Geen bepaling)

Artikel 5.2.4 Ten behoeve van de militaire verdediging van het Koninkrijk, van de nakoming van internationale verplichtingen tot het gebruik van militaire middelen en van de hulpverlening door militairen, alsmede ten behoeve van de civiele verdediging, kunnen plichten worden opgelegd volgens regels bij de wet te stellen.

Artikel 5.2.5 De wet stelt regels omtrent de vrijstelling van militaire dienst wegens ernstige gewetensbezwaren.

(Geen bepaling!

(Geen bepaling)

Artikel 75 1. Het verdedigingsbeleid wordt gevoerd door de regering. 2. Alle Nederlanders, daartoe in staat, zijn, volgens regels bij de wet te stellen, verplicht mede te werken aan de verdediging van het Rijk en de nakoming van zijn internationale verplichtingen ter zake. 3. De wet kan in verband hiermede ook aan anderen verplichtingen opleggen.

  • Zij regelt van welke verplichtingen wegens ernstige gewetensbezwaren vrijstelling wordt verleend en onder welke bepalingen dit geschiedt.

(Geen bepaling)

(Geen bepaling)

Artikel 68, eerste lid De Koning heeft het oppergezag over de krijgsmacht. Artikel 194, eerste lid Alle Nederlanders daartoe in staat, zijn verplicht mede te werken tot handhaving der onafhankelijkheid van het Rijk en tot verdediging van zijn grondgebied. Artikel 195, tweede lid De wet regelt de verplichte krijgsdienst. Zij regelt ook de verplichtingen die aan hen, die niet tot de krijgsmacht behoren, ten aanzien van ' s Lands verdediging opgelegd kunnen worden. Artikel 194, tweede lid Ook aan ingezetenen die geen Nederlanders zijn, kan die plicht worden opgelegd.

Artikel 196 Bij de wet worden de voorwaarden genoemd, waarop wegens ernstige gewetensbezwaren vrijstelling van de krijgsdienst ivordt verleend.

Artikel 195, eerste lid Tot bescherming der belangen van de Staat is er een krijgsmacht, bestaande uit vrijwillig dienenden en uit dienstplichtigen.

Artikel 197 Vreemde troepen worden niet dan krachtens een wet in dienst genomen.

Tweede Kamer, zitting 1978-1979, 15467 (R 1114), nrs. 1-5

Wetsontwerp

Staa tscommissie

Grondwet

(Geen bepaling)

(Geen bepaling)

Artikel 200 Wanneer in geval van oorlog, oorlogsgevaar of andere buitengewone omstandigheden de dienstplichtigen die niet in werkelijke dienst zijn, door de Koning geheel of ten dele buitengewoon onder de wapenen worden geroepen, wordt onverwijld een voorstel van wet aan de Staten-Generaal gedaan, om het onder de wapenen blijven der dienstplichtigen zoveel nodig te bepalen.

(Geen bepaling)

(Geen bepaling)

Artikel 201, eerste, tweede en derde lid Al de kosten voor de legers van het Rijk worden uit ' s Rijks kas voldaan. De inkwartieringen en het onderhoud van het krijgsvolk, de transporten en leverantièn van welke aard ook voor de legers of verdedigingswerken van het Rijk gevorderd, kunnen niet dan volgens algemene regels bij de wet te stellen en tegen schadeloosstelling ten laste van een of meer inwoners of gemeenten worden gebracht. De uitzonderingen op die algemene regels voor het geval van oorlog, oorlogs-" gevaar of andere buitengewone omstandigheden worden bij de wet vastgesteld.

Tweede Kamer, zitting 1978-1979,15467 (R1114), nrs. 1-5

 
 
 

2.

Meer informatie