Vergelijkend overzicht van de artikelen inzake raad van state, algemene rekenkamer en andere vaste colleges volgens het wetsontwerp, de voorstellen van de staatscommissie-cals/donner en de grondwet - Verklaring dat er grond bestaat een voorstel in overweging te nemen tot verandering in de Grondwet van de bepalingen inzake de Raad van State, de Algemene Rekenkamer en vaste colleges van advies en bijstand

Inhoudsopgave van deze pagina:

1.

Tekst

Nr.5

Vergelijkend overzicht van de artikelen inzake Raad van State, Algemene Rekenkamer en andere vaste colleges volgens het wetsontwerp, de voorstellen van de Staatscommissie-Cals/Donner en de Grondwet

Wetsontwerp

Staatscommissie

Grondwet

Artikel 4.1 1. De Raad van State of een afdeling van de Raad wordt gehoord over voorstellen van wet en ontwerpen van algemene maatregelen van bestuur, alsmede over voorstellen tot goedkeuring van verdragen door de Staten-Generaal. In bij de wet te bepalen gevallen kan het horen achterwege blijven.

Artikel 59, eerste en tweede lid 1. De Raad van State wordt gehoord over voorstellen van wet en ontwerpen van algemene maatregelen van bestuur. De wet bepaalt de gevallen waarin het horen kan achterwege blijven.

Artikel 84 De Koning brengt ter overweging bij de Raad van State alle voorstellen door hem aan de Staten-Generaal te doen of door deze aan hem gedaan, alsmede alle algemene maatregelen van bestuur. Aan het hoofd der uit te vaardigen besluiten wordt melding gemaakt dat de Raad van State deswege gehoord is. De Koning hoort wijders de Raad van State over overeenkomsten met andere Mogendheden en volkenrechtelijke organisaties, waarvan de goedkeuring door de Staten-Generaal vereist is, alsmede over alle zaken, waarin hij dat nodig oordeelt. De Koning alleen besluit en geeft telkens van zijn genomen besluit kennis aan de Raad van State.

  • De Raad of een afdeling van de Raad is belast met het onderzoek van de geschillen van bestuur die bij koninklijk besluit worden beslist en draagt de uitspraak voor.
  • De wet kan aan de Raad of een afdeling van de Raad de uitspraak in geschillen van bestuur opdragen.

Artikel 4.2 1. De Koning is voorzitter van de Raad van State. De Koning die het koninklijk gezag nog niet uitoefent en de vermoedelijke opvolger van de Koning hebben na het bereiken van de leeftijd van achttien jaar van rechtswege zitting in de Raad.

  • De Raad wordt voorts gehoord over alle geschillen van bestuur die bij koninklijk besluit worden beslist. De wet kan aan de Raad de uitspraak in deze geschillen opdragen.

(Geen bepaling)

Artikel 85 De wet kan aan de Raad van State of aan een afdeling van die Raad de uitspraak over geschillen opdragen.

Artikel 83 Er is een Raad van State, welks samenstelling en bevoegdheid worden geregeld door de wet. De Koning is voorzitter van de Raad, en benoemt de leden. De Prins van Oranje en de dochter des Konings, die de vermoedelijke erfgenaam is van de kroon, hebben, nadat hun achttiende jaar is vervuld, van rechtswege zitting in de Raad.

Tweede Kamer, zitting 1979-1980,16040 (R 1141), nr. 5

Wetsontwerp

Staatscommissie

Grondwet

  • De leden van de Raad worden bij Koninklijk besluit voor het leven benoemd.
  • Op eigen verzoek en wegens het bereiken van een bij de wet te bepalen leeftijd worden zij ontslagen.
  • In de gevallen bij de wet aangewezen kunnen zij door de Raad worden geschorst of ontslagen.
  • De wet regelt overigens hun rechtspositie.

Artikel 59, derde lid 3. De leden van de Raad worden bij koninklijk besluit benoemd.

(Geen bepaling)

(Geen bepaling)

Artikel 79 1. De rechtstoestand van de ambtenaren die uit ' s Rijks kas worden betaald, wordt geregeld bij algemene maatregel van bestuur, voor zover de wet daaromtrent geen regels vaststelt. 2. De wet regelt de pensioenen van de ambtenaren en hun nabestaanden.

(Geen bepaling)

(Geen bepaling)

Artikel 72, tweede en vierde lid De wet regelt de bezoldiging van de Raad van State, van de Algemene Rekenkamer en van de rechterlijke macht. De pensioenen der ambtenaren worden door de wet geregeld.

Artikel 4.3 De Algemene Rekenkamer is belast met het onderzoek van de ontvangsten en uitgaven van het Rijk.

Artikel 4.4 1. De leden van de Algemene Rekenkamer worden bij koninklijk besluit voor het leven benoemd uit een voordracht van drie personen, opgemaakt door de Tweede Kamer der Staten-Generaal. 2. Op eigen verzoek en wegens het bereiken van een bij de wet te bepalen leeftijd worden zij ontslagen. 3. In de gevallen bij de wet aangewezen kunnen zij door de Hoge Raad worden geschorst of ontslagen. 4. De wet regelt overigens hun rechtspositie.

Artikel 60, eerste lid 1. De Algemene Rekenkamer is belast met het onderzoek van de ontvangsten en uitgaven van het Rijk.

Artikel 60, tweede en derde lid 2. De leden worden bij koninklijk besluit voor het leven benoemd uit een voordracht van drie personen, opgemaakt door de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Op eigen verzoek en wegens het bereiken van een bij de wet te bepalen leeftijd worden zij ontslagen. 3. In de gevallen bij de wet aangewezen kunnen zij door de Hoge Raad worden geschorst of ontslagen. (Artikel 79)

Artikel 193, eerste lid Er is een Algemene Rekenkamer, welker samenstelling en taak door de wet worden geregeld.

Artikel 193, tweede, derde en vierde lid Bij het openvallen ener plaats in deze kamer zendt de Tweede Kamer der Staten-Generaal een voordracht van drie personen aan de Koning, die daaruit benoemt. De leden der Rekenkamer worden voor het leven aangesteld. Het derde, vierde en vijfde lid van artikel 180 is op hen van toepassing.

(Artikel 72, tweede lid)

Artikel 4.5 Vaste colleges van advies in zaken van wetgeving en bestuur van het Rijk worden ingesteld bij of krachtens de wet.

Artikel 4.6 1. De wet regelt de inrichting, samenstelling en bevoegdheid van de in dit hoofdstuk bedoelde colleges. 2. Bij of krachtens de wet kunnen aan deze colleges ook andere dan in dit hoofdstuk genoemde taken worden opgedragen.

Artikel 62 Vaste colleges van advies en bijstand in zaken van wetgeving en bestuur worden ingesteld bij de wet.

Artikel 63, eerste lid 1. De wet regelt de inrichting, samenstelling en bevoegdheid van de in dit hoofdstuk bedoelde colleges.

Artikel 87 De instelling van vaste colleges van advies en bijstand aan de regering geschiedt krachten', de wet, die tevens regelen inhoudt omtrent hun benoeming, samenstelling, werkwijze en bevoegdheid.

(Artikelen 83, 193, eerste lid en 87)

Tweede Kamerzitting 1979-1980,16040 (R 1141), nr. 5

Wetsontwerp

Staatscommissie

Grondwet

Artikel 4.7 1. De adviezen van de in dit hoofdstuk bedoelde colleges worden openbaar gemaakt volgens regels bij de wet te stellen. 2. Adviezen, uitgebracht ter zake van voorstellen van wet die door of vanwege de Koning worden ingediend, worden, behoudens bij de wet te bepalen uitzonderingen, aan de Staten-Generaal overgelegd.

(Geen bepaling)

(Geen bepaling)

Artikel 63, tweede lid 2. Zij geeft regels omtrent de openbaarbaarmaking van hun adviezen.

Artikel 66, eerste lid, tweede volzin Behoudens bij de wet te bepalen uitzonderingen gaan die voorstellen vergezeld van de adviezen, ter zake uitgebracht door de in hoofdstuk IV bedoelde colleges.

Artikel 61 De Sociaal-Economische Raad dient van advies over sociale en economische aangelegenheden.

Additioneel Artikel X Gedurende vijf jaren na de inwerkingtreding van deze bepaling kunnen uitzonderingen als bedoeld in artikel 66, eerste lid, tweede volzin, worden bepaald bij algemene maatregel van bestuur.

(Geen bepaling)

(Geen bepaling)

(Geen bepaling)

Tweede Kamer, zitting 1979-1980,16040 (R 1141), nr. 5

 
 
 

2.

Meer informatie