15575, nr. 10 - Amendement Van Rooijen c.s. over terughoudendheid bij delegatie van belastingwetgeving - Verklaring dat er grond bestaat een voorstel in overweging te nemen tot verandering in de Grondwet van bepalingen inzake de belastingen
Dit amendement op het wetsvoorstel Verklaring dat er grond bestaat een voorstel in overweging te nemen tot verandering in de Grondwet van bepalingen inzake de belastingen werd op 28 mei 1980 ingediend door de Tweede Kamerleden Martin van Rooijen (CDA) i, Hette Abma (SGP) i, Laurens Jan Brinkhorst (D66) i, Ed Nijpels (VVD) i, Bart Verbrugh (GPV) i en Thijs Wöltgens (PvdA) i.Het amendement beoogt,-in navolging van de Staatscommissie van Advies inzake de Grondwet en de Kieswet in haar eindrapport (blz. 199-200)-met de handhaving van de term «uit kracht van een wet» uit artikel 188, lid 1, van de huidige Grondwet tot uitdrukking te brengen dat bij delegatie in de belastingwetgeving grote terughoudendheid geboden is. Toekenning van een legislatieve macht aan de Regering in fiscalibus is ongewenst voor zover het betreft de elementen van het belastbaar feit, de basis van het tarief en de kring van de belastingplichtigen. Een ruime bevoegdheid tot delegatie zou de mogelijkheid openen dat afbreuk wordt gedaan aan het van oudsher hier te lande en ook elders gehuldigde beginsel dat geen belasting wordt geheven zonder consent van de wetgever.
Inhoudsopgave van deze pagina:
2 |
28 mei 1980, amendement, nr. 10
KST15575N10K2 Amendement van het lid Van Rooijen C.S. |