WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE EU-evaluatie van de tenuitvoerlegging van het milieubeleid Landenrapport - NEDERLAND bij Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's EU-evaluatie van de tenuitvoerlegging van het milieubeleid: Gemeenschappelijke uitdagingen en hoe inspanningen te bundelen om betere resultaten te realiseren
Inhoudsopgave van deze pagina:
Raad van de Europese Unie
Brussel, 6 februari 2017 (OR. en)
5967/17 ADD 21
ENV 103 ECOFIN 70 SOC 68 COMPET 74 POLGEN 9 CONSOM 37
BEGELEIDENDE NOTA
van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie
ingekomen: 6 februari 2017
aan: de heer Jeppe TRANHOLM-MIKKELSEN, secretaris-generaal van de
Raad van de Europese Unie
Nr. Comdoc.: SWD(2017) 52 final
Betreft: WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE
EU-evaluatie van de tenuitvoerlegging van het milieubeleid
Landenrapport - NEDERLAND
bij
Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het
Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's
EU-evaluatie van de tenuitvoerlegging van het milieubeleid: Gemeenschappelijke uitdagingen en hoe inspanningen te bundelen om betere resultaten te realiseren
Hierbij gaat voor de delegaties document SWD(2017) 52 final.
Bijlage: SWD(2017) 52 final
EUROPESE COMMISSIE
Brussel, 3.2.2017 SWD(2017) 52 final
WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE
EU-evaluatie van de tenuitvoerlegging van het milieubeleid
Landenrapport - NEDERLAND
bij
Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's
EU-evaluatie van de tenuitvoerlegging van het milieubeleid: Gemeenschappelijke
uitdagingen en hoe inspanningen te bundelen om betere resultaten te realiseren
{COM(2017) 63 final i} {SWD(2017) 33 - 51 final} {SWD(2017) 53 - 60 final}
Nederland 2
Dit rapport is geschreven door het personeel van het directoraat-generaal Milieu van de Europese
Commissie. Eventuele opmerkingen zijn welkom op het volgende e-mailadres: ENV-
EIR@ec.europa.eu
Meer informatie over de Europese Unie is beschikbaar op het internet (http://europa.eu).
Nederland 3
Foto's: blz. 12 – ©LIFE06 NAT/NL/000078/Johannes Timmermans; blz. 14 – ©Mavermick/iStock; blz. 19 – ©LIFE06 ENV/NL/000167/iStock; blz. 20 – ©Kivilcim Pinar/iStock; blz. 25 – ©vichie81/iStock.
Voor reproductie of gebruik van deze foto's moet rechtstreeks aan de auteursrechthebbende toestemming worden gevraagd.
©Europese Unie 2017
Overneming met bronvermelding toegestaan.
Inhoudsopgave
SAMENVATTING ............................................................................................................................................. 4
DEEL I: THEMATISCHE GEBIEDEN ................................................................................................................... 6
-
1.OMVORMING VAN DE EU TOT EEN CIRCULAIRE, HULPBRONNENEFFICIËNTE, GROENE EN
CONCURRERENDE KOOLSTOFARME ECONOMIE ................................................................................. 6
Ontwikkelen van een circulaire economie en verbeteren van de hulpbronnenefficiëntie ................ 6
Afvalbeheer ........................................................................................................................................... 9
-
2.BESCHERMING, INSTANDHOUDING EN VERBETERING VAN HET NATUURLIJK KAPITAAL ............... 11
Natuur en biodiversiteit ..................................................................................................................... 11
Schatten van natuurlijk kapitaal ........................................................................................................ 14
Groene infrastructuur ......................................................................................................................... 14
Bodembescherming ............................................................................................................................ 15
Mariene bescherming ......................................................................................................................... 16
-
3.VERZEKEREN VAN DE GEZONDHEID EN LEVENSKWALITEIT VAN BURGERS ...................................... 18
Luchtkwaliteit ..................................................................................................................................... 18
Waterkwaliteit en -beheer ................................................................................................................. 20
Verbeteren van de duurzaamheid van steden ................................................................................... 22
Internationale overeenkomsten ........................................................................................................ 23
DEEL II: REGELGEVINGSKADER: UITVOERINGSINSTRUMENTEN ................................................................. 24
-
4.MARKTINSTRUMENTEN EN INVESTERINGEN ..................................................................................... 24
Groene belastingen en milieuschadelijke subsidies .......................................................................... 24
Groene overheidsopdrachten ............................................................................................................ 25
Investeringen: de bijdrage van EU-fondsen ....................................................................................... 25
-
5.EFFECTIEF BEHEER EN KENNIS ............................................................................................................ 28
Effectief beheer binnen centrale, regionale en lokale overheden .................................................... 28
Waarborgen van de naleving.............................................................................................................. 30
Inspraak en toegang tot de rechter .................................................................................................... 32
Toegang tot informatie, kennis en bewijzen ..................................................................................... 33
Nederland 4 Nederland 5
Samenvatting
Over de evaluatie van de tenuitvoerlegging van het bundelen om betere resultaten te realiseren" gevoegd.
milieubeleid Deze mededeling identificeert uitdagingen waarmee
In mei 2016 startte de Commissie de evaluatie van de verschillende lidstaten worden geconfronteerd, bevat voorlopige conclusies over mogelijke oorzaken van
tenuitvoerlegging van het milieubeleid, een tweejarige lacunes in de uitvoering en stelt gezamenlijke acties voor
cyclus van analyse, dialoog en samenwerking om de
tenuitvoerlegging van het bestaande milieubeleid en de om betere resultaten te bereiken. Ze groepeert ook in haar bijlage de in elk landenrapport voorgestelde acties
bestaande milieuwetgeving van de EU te verbeteren 1 . Als om de tenuitvoerlegging op nationaal niveau te
eerste stap stelde de Commissie 28 rapporten op, één verbeteren.
voor elke lidstaat, waarin de belangrijkste uitdagingen en
kansen op het gebied van de tenuitvoerlegging van het Algemeen profiel
milieubeleid zijn beschreven. Deze rapporten zijn
bedoeld om aan te zetten tot een positief debat over Nederland is sinds lange tijd een koploper op het gebied gemeenschappelijke milieu-uitdagingen voor de EU en van milieubeleid, zowel wat betreft de aanpak van de over de meest doeltreffende manieren om de milieubelasting als het organiseren van een doeltreffend belangrijkste lacunes in de tenuitvoerlegging aan te milieubeheer in samenwerking met regionale en lokale pakken. De rapporten steunen op de gedetailleerde overheden, het bedrijfsleven en het maatschappelijk sectorale rapporten over de tenuitvoerlegging die de middenveld. Er zijn echter nog een aantal belangrijke Commissie heeft verzameld of uitgegeven op grond van uitdagingen die moeten worden aangepakt en kansen die specifieke milieuwetgeving, alsmede het verslag over de moeten worden benut.
toestand van het milieu van 2015 en andere rapporten Belangrijkste uitdagingen
van het Europees Milieuagentschap. Deze rapporten
vervangen niet de specifieke instrumenten om erop toe De belangrijkste uitdagingen met betrekking tot de te zien dat de verplichtingen uit hoofde van de EU- tenuitvoerlegging van EU-milieubeleid en EU- wetgeving worden nageleefd. milieuwetgeving in Nederland zijn: De rapporten zullen in grote lijnen de contouren volgen Het verbeteren van de waterkwaliteit, in het van het zevende milieuactieprogramma 2 en verwijzen bijzonder met betrekking tot naar de Agenda 2030 voor duurzame ontwikkeling en nutriëntenconcentraties in het oppervlaktewater. daarmee samenhangende duurzame Het verbeteren van de luchtkwaliteit, met name de ontwikkelingsdoelstellingen 3 voor zover ze de bestaande concentraties van stikstofdioxide en ozon, om verplichtingen en beleidsdoelstellingen van de EU- vroegtijdige sterfte te voorkomen.
milieuwetgeving weerspiegelen 4 . Het optimaliseren van de bijdrage van het Natura 2000-netwerk en de nationale
De belangrijkste uitdagingen zijn geselecteerd door natuurnetwerken om een goede staat van rekening te houden met factoren zoals het belang of de instandhouding te bereiken en om ernst van de tenuitvoerlegging van het milieubeleid habitatversnippering en biodiversiteitsverlies, implementatie in het licht van de impact op de atmosferische stikstofdepositie, verdroging en levenskwaliteit van de burgers, de afstand tot de verzuring te beperken. doelstelling, en de financiële consequenties.
De rapporten zijn bij de mededeling "EU-evaluatie van de Belangrijkste kansen
tenuitvoerlegging van het milieubeleid 2016: Nederland kan beter presteren op thema's waarvoor al Gemeenschappelijke uitdagingen en hoe inspanningen te een goede kennisbasis en goede praktijken bestaan. Dit
geldt met name voor:
1 Mededeling "Voordeel halen uit het milieubeleid van de EU door een Het benutten van het volledige potentieel van regelmatige evaluatie van de tenuitvoerlegging van het milieubeleid" maatregelen voor een efficiënt gebruik van
2 Besluit nr. 1386/2013/EU van 20 november 2013 inzake een nieuw hulpbronnen door het midden- en kleinbedrijf (het
algemeen milieuactieprogramma voor de Europese Unie voor de mkb) via praktijkgerichte technische en financiële
periode tot en met 2020 " Goed leven, binnen de grenzen van onze steun aan het mkb. planeet ". Het voortbouwen op de ervaringen met
3 Verenigde Naties, 2015. The Sustainable Development Goals
4 Dit rapport over de evaluatie van de tenuitvoerlegging van het beschermingsmaatregelen tegen overstromingen en
milieubeleid heeft geen betrekking op klimaatverandering, het bevorderen van groene infrastructuur als
chemische stoffen en energie. prioritaire oplossing voor het herstellen van
Nederland 5
Nederlands natuurlijk kapitaal en voor het leveren van meerdere diensten aan mensen.
Nederland 6
ondertekende "Green Deals" om obstakels voor
Punten waarop Nederland uitblinkt groene groei te overwinnen zijn zeer succesvol en
Nederland is een leider op het gebied van de kunnen als een goede EU-praktijk worden tenuitvoerlegging van het milieubeleid, die door beschouwd.
innovatief meerlagig bestuur wordt ondersteund. De Het integreren van "groen denken" in de financiële resultaten zouden op grotere schaal met andere landen sector, bijvoorbeeld door het grootste Nederlandse kunnen worden gedeeld. Goede voorbeelden hiervan pensioenfonds (ABP), dat in 2015 een beleid voor
zijn: duurzame investeringen goedkeurde. Pionierswerk wat betreft het in kaart brengen en
De Nederlandse benadering van groene beoordelen van ecosystemen en overheidsopdrachten is een van de meest ecosysteemdiensten en het ontwikkelen van een ambitieuze en succesvolle in de EU en stimuleert rekeningsysteem voor natuurlijk kapitaal. markten voor duurzame producten.
De door de overheid en belanghebbenden
Nederland 6
Deel I: Thematische gebieden
-
1.Omvorming van de EU tot een circulaire, hulpbronnenefficiënte,
groene en concurrerende koolstofarme economie
Alle beleidsinspanningen in Nederland met betrekking tot
Ontwikkelen van een circulaire economie en de circulaire economie zijn vastgelegd in het actieplan
verbeteren van de hulpbronnenefficiëntie "Van Afval Naar Grondstof" (VANG-programma). Het
VANG-programma heeft in totaal negen algemene operationele doelstellingen en 54 acties. Oorspronkelijk
Het pakket circulaire economie van 2015 benadrukt de (in 2013) waren er 39 acties. Dit geeft aan dat het noodzaak om te komen tot een levenscyclusgestuurde programma flexibel is om te worden aangepast aan de "circulaire" economie, met een cascadering van omstandigheden en kansen te benutten. De negen hulpbronnen en bijna volledige preventie van restafval. operationele doelstellingen en een aantal van de Dit kan worden vergemakkelijkt door de ontwikkeling van belangrijkste activiteiten die daarmee verband houden, en toegang tot innovatieve financiële instrumenten en worden hieronder kort beschreven.
financiering voor eco-innovatie. Binnen het thema "productontwerp voor circulariteit" is
SDG 8 nodigt landen uit om aanhoudende, inclusieve en het doel om het materiaalverlies in de volgende tien jaar duurzame economische groei, volledige en productieve met 50 % te verminderen tot vijf miljoen ton. In de werkgelegenheid en waardig werk voor iedereen te afgelopen periode werd het programma Creating bevorderen. SDG 9 wijst op de noodzaak om Business through Circular Design (CIRCO) gelanceerd en veerkrachtige infrastructuur te bouwen, inclusieve en werd input voor het Europese beleidsproces geleverd om duurzame industrialisatie te bevorderen en innovatie te de EU-productwetgeving te integreren met de EU- stimuleren. SDG 12 moedigt landen aan om tegen 2030 richtlijn inzake ecologisch ontwerp.
een duurzaam beheer en efficiënt gebruik van natuurlijke
hulpbronnen te realiseren. Om de circulaire economie in de industrie, het beleid en de curricula van relevante opleidingen te integreren, is
Maatregelen om te komen tot een circulaire het programma "Praktijkgericht Onderzoek en Opleiding economie Van Afval naar Grondstof" (PRO VANG) opgezet zodat
De omvorming van onze economieën van lineair naar technische hogescholen kunnen samenwerken met circulair biedt een kans om ze heruit te vinden en ze economiestudenten aan specifieke technische duurzamer en concurrerender te maken. Dit stimuleert oplossingen die in de circulaire economie passen. Met investeringen en biedt zowel korteals het programma werden 110 projecten gefinancierd. De langetermijnvoordelen voor de economie, het milieu en resultaten worden gebruikt bij het opstellen van
de burgers 5 . opleidingsprogramma's. Ook werden op het mkb gerichte onderzoeksagenda's opgezet op het gebied van de
Nederland wil tegen 2020 uitgroeien tot een hotspot verwerking van kunststoffen, metalen en organisch afval. voor de circulaire economie waar nieuwe sociale en Daarnaast worden in de "Top"-sectoren, de doelsectoren economische processen hand in hand gaan met voor groei van de Nederlandse economie, innovatieve technologie en productieprocessen. onderzoeksagenda's ontwikkeld. Verder werd binnen Nederland kan op dit gebied als voorloper worden deze activiteit de RACE-coalitie (Realisatie van Acceleratie beschouwd. Het land was een van de eerste die een naar een Circulaire Economie) opgericht om de circulaire-economieprogramma voorstelden (2014), in versnelling van de circulaire economie te coördineren. september 2016 gevolgd door een overheidsbreed
programma voor een circulaire economie tegen 2050. 6 Bedrijven worden ondersteund bij het beoordelen van de
De afgelopen jaren zijn de circulaire economie, de risico's met betrekking tot hulpbronnen. Dit omvat "cradle-to-cradle"-filosofie (wieg-tot-wieg) en duurzaam onderzoek naar de toestand van de
ontwerp de belangrijkste trends geworden. hulpbronnenvoorraden voor 64 mogelijk kritieke materialen (en activiteiten om de bevindingen naar
nuttige informatie voor ondernemers te vertalen), twee activiteiten over het bevorderen van de rol van havens in
5 Europese Commissie, 2015. Voorgesteld Pakket circulaire economie
6 Nederlandse regering, 2016. A Circular Economy in the Netherlands by de circulaire economie, en steun voor de Nederlandse
2050 . deelname aan de kennis- en innovatiegemeenschap
Nederland 7
inzake grondstoffen. groene ontwikkelingen te overwinnen door middel van
Ter bevordering van circulair ondernemerschap zijn specifieke initiatieven die bijdragen aan groene groei en financiële en andere marktstimulansen ontwikkeld. Sinds die als voorbeeld kunnen dienen. Sinds de start van dit 1 januari 2015 is de afvalstoffenbelasting uitgebreid van initiatief in 2011 zijn meer dan tweehonderd Green Deals afvalstorting naar afvalverbranding. Er wordt gewerkt gesloten, bijvoorbeeld over energie, klimaat, water, aan de aanpassing van andere belastingen voor afval. Om natuurlijke hulpbronnen, biogebaseerde economie, bouw het thema belastingen in de context van de circulaire en voedsel.
9 In het kader van het Nederlandse EU-
economie verder te ontwikkelen, werd dit onderwerp voorzitterschap werd in maart 2016 een eerste tijdens het Nederlands EU-voorzitterschap in 2016 internationale Green Deal gesloten op het gebied van benadrukt. In de BENELUX is er ook samenwerking op het circulaire economie, met deelname van Nederland,
gebied van de circulaire economie 78 . Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk, Vlaanderen, bedrijven en milieu-ngo's 10 . De sterke agrofoodsector en
Een belangrijke trend is de integratie van groen denken chemische sector bieden mogelijkheden om fossiele in de financiële sector. De afgelopen jaren was brandstoffen door andere biogebaseerde hulpbronnen te duurzaamheid voor slechts een beperkt aantal vervangen. Het Nederlandse Platform Groene voorlopers en gespecialiseerde groene banken een punt Grondstoffen heeft de ambitie om tegen 2030 dertig
van aandacht, maar duurzaamheid als onderdeel van het procent van de fossiele hulpbronnen te vervangen 11 .
bredere concept Maatschappelijk Verantwoord
Ondernemen (MVO) wordt een prominenter thema. Om de uitvoering van Green Deals en andere innovatieve
Deze groeiende aandacht doet zich niet alleen voor in de benaderingen te ondersteunen, is de overheid erop uit relatie tussen klant en financiële instelling, maar ook in om wet- en regelgeving te elimineren die ondernemers de relaties tussen financiële instellingen en de bedrijven hindert bij het circulair maken van hun waarin ze beleggen. productieprocessen. Een goede praktijk zien we bij het Nederlandse De overgang naar een circulaire economie houdt ook in pensioenfonds voor ambtenaren (ABP, het grootste dat een verschuiving van bepaalde producten naar Nederlandse pensioenfonds), dat in 2015 een nieuw diensten wordt gestimuleerd. Interessante voorbeelden beleid voor duurzame investeringen goedkeurde. De zijn de levering van "licht" in plaats van lampen en de komende vijf jaar zal het de duurzaamheid en het verhuur in plaats van de verkoop van jeans
12 .
verantwoord ondernemerschap van alle 4 000 bedrijven Nederland beschikt niet over centrale instrumenten ter waarin het belegt, beoordelen. Verder wil ABP de CO 2 - ondersteuning van industriële symbiose (samenwerking voetafdruk van de bedrijven waarin het belegt met 25 % tussen bedrijven om het bijvoorbeeld mogelijk te maken verminderen, zijn activa in beleggingen met een hoge dat het afval van het ene bedrijf een hulpbron wordt duurzaamheidswaarde verhogen van 29 miljard euro tot voor een ander bedrijf), maar er zijn veel lokale 58 miljard euro, zijn beleggingen in duurzame energie initiatieven in verband hiermee, onder meer in de optrekken van een miljard euro tot vijf miljard euro, en energie-, metaal-, chemische, voedsel- en agrarische
de betrokkenheid bij thema's als mensenrechten, sector 13 .
veiligheid en onderwijs vergroten (dit alles tegen 2020). De voortrekkersrol van Nederland wordt geïllustreerd
Ook worden circulair inkopen en circulaire door het feit dat het een van de best presterende landen consumptiepatronen bevorderd. Er zijn verschillende in de EU is op het vlak van hulpbronnenproductiviteit experimenten opgezet, zoals het hergebruik van door de (hoe efficiënt de economie materiële hulpbronnen
overheid afgedankte ICT-apparatuur. Er wordt een gebruikt om welvaart te creëren) 14 , met 3,44 euro/kg in
specifiek project opgezet om wettelijke belemmeringen 2015 (EU-gemiddelde 2,0). Figuur 1 laat een stabiele voor de circulaire economie weg te nemen en om de stijging zien sinds 2008, maar een daling sinds 2013. afvalsortering per huishouden te verhogen tot minimaal
75 % in 2020 (of maximaal 100 kg huishoudelijk restafval per inwoner per jaar). Tot slot worden er indicatoren en statistieken ontwikkeld om meer inzicht te krijgen in
ontwikkelingen die de circulaire economie kunnen 9 http://www.greendeals.nl
bevorderen. 10 Eco-innovation Observatory, Eco-innovation in The Netherlands - EIO
Een van de meest innovatieve instrumenten zijn de 11 Ecologic Institute, IEEP, BIO by Deloitte, 2015. A framework for zogenaamde "Green Deals" die door de Nederlandse Member States to support business in improving its resource
overheid met het bedrijfsleven en andere efficiency . Studie voor de Europese Commissie. 12
belanghebbenden worden gesloten om obstakels voor Eco-Innovation Observatory, Country Brief 2013 the Netherlands 13 Eco-Innovation Observatory, Country Brief 2013 the Netherlands
14 Onder hulpbronnenproductiviteit wordt verstaan de verhouding 7 BENELUX, Résultats de la table ronde du 14.12.2015. tussen het bruto binnenlands product (bbp) en het binnenlands 8 Luxemburgse regering, Portail de l'environnement . materiaalverbruik.
Nederland 8
Figuur 1: Hulpbronnenproductiviteit 2003-15 15 maatregelen, zoals het verbeteren van de financiering,
het ondersteunen van uitgebreide producentenverantwoordelijkheid, het stimuleren van externe audits en het verbeteren van rekening- en
rapportagepraktijken van bedrijven 21 .
Volgens de Flash Eurobarometer 426 "SMEs, resource efficiency and green markets" heeft 62 % van het Nederlandse mkb tot 5 % van zijn jaaromzet geïnvesteerd in maatregelen voor een efficiënt gebruik van hulpbronnen (EU28 gemiddeld 50 %), biedt 27 % momenteel groene producten en diensten aan (EU28 gemiddeld 26 %) en heeft 59 % maatregelen genomen om energie te besparen (EU28 gemiddeld 59 %), 63 % om
Daarnaast werkten er in Nederland 125 700 mensen in zijn afval tot een minimum te beperken (EU28 gemiddeld de sector milieugoederen en -diensten in 2013, een lichte 60 %), 29 % om water te besparen (EU28 gemiddeld stijging ten opzichte van 2012 16 . Ondanks de vele 44 %) en 57 % om materialen te besparen (EU28 positieve ontwikkelingen en resultaten is er in Nederland gemiddeld 54 %). Vanuit het perspectief van een nog ruimte om de activiteiten op het gebied van de circulaire economie heeft 45 % maatregelen genomen circulaire economie op te voeren. Het feit dat Nederland om te recyclen door materiaal of afval binnen het bedrijf sterk afhankelijk is van ingevoerde grondstoffen blijft een te hergebruiken (EU28 gemiddeld 40 %), heeft 24 % punt van zorg 17 . De groene diensten nemen toe, maar maatregelen genomen om producten te ontwerpen die minder snel dan men van een sterke diensteneconomie gemakkelijker te onderhouden, repareren of als Nederland zou verwachten. Groen bankieren zit in de hergebruiken zijn (EU28 gemiddeld 22 %) en kon 34 % lift, maar slechts een minderheid van de banken is zijn afvalmateriaal aan een ander bedrijf verkopen (EU28 "groen" en hun marktaandeel is beperkt. Daarnaast is de gemiddeld 25 %).
financiering van eco-innovatie een algemeen probleem Volgens de Flash Eurobarometer 426 is 40 % van het zolang dergelijke financieringen als risicovolle Nederlandse mkb er dankzij de genomen maatregelen beleggingen worden gezien. voor een efficiënt gebruik van hulpbronnen in geslaagd
Het mkb en hulpbronnenefficiëntie zijn productiekosten te verlagen (EU28 gemiddeld 45 %).
Het volledige potentieel van hulpbronnenefficiëntie zou
Uit een recente studie blijkt dat Nederland sterk op beter kunnen worden aangeboord door deze bedrijven. vrijwillige overeenkomsten en initiatieven steunt om de Er wordt geschat dat alleen al voor vier mkb-sectoren
hulpbronnenefficiëntie te verbeteren 18 . Er bestaat geen (voedsel- en drankensector; energie- en nutssector;
nationaal beleid inzake andere ondersteunende milieutechnologiesector; bouwsector) de maatregelen, zoals het verbeteren van de financiering, kostenbesparingen kunnen oplopen tot 3,6 miljard euro.
het ondersteunen van uitgebreide
Dit impliceert een gemiddelde potentiële besparing van
producentenverantwoordelijkheid, het stimuleren van 27 600 euro per bedrijf voor in totaal 132 400 bedrijven externe audits en het verbeteren van rekening- en in de vier sectoren (17 % van het mkb) 22 .
rapportagepraktijken van bedrijven 19 .
Er zouden ongeveer 29 000 nieuwe banen kunnen
Uit een recente studie blijkt dat Nederland sterk op worden gecreëerd en 82 000 banen behouden kunnen vrijwillige overeenkomsten en initiatieven steunt om de blijven als alle mkb-bedrijven in deze vier sectoren hun
hulpbronnenefficiëntie te verbeteren 20 . Er bestaat geen potentieel voor hulpbronnenefficiëntie volledig zouden
nationaal beleid inzake andere ondersteunende benutten. De Flash Eurobarometer 426 laat zien dat 25 %
van de mkb-bedrijven in Nederland een of meer voltijdse
15 Eurostat, Resource productivity , geraadpleegd in oktober 2016.
16 werknemers heeft die ten minste een deel van de tijd in Eurostat, Employment in the environmental goods and services
sector, geraadpleegd in november 2016. een groene baan werken (EU28 gemiddeld 35 %).
17 Europees Milieuagentschap, 2015. State of the Environment Report Nederland heeft gemiddeld 2,5 voltijdse groene
2015 – Country briefing The Netherlands. werknemers per mkb-bedrijf (EU28 gemiddeld 1,7 %) 23 .
18 Ecologic Institute, IEEP, BIO by deloitte, 2015. A framework for
Member States to support business in improving its resource
efficiency . Studie voor de Europese Commissie. 21 Ecologic Institute, IEEP, BIO by deloitte, 2015. A framework for 19 Ecologic Institute, IEEP, BIO by deloitte, 2015. A framework for Member States to support business in improving its resource
Member States to support business in improving its resource efficiency . Studie voor de Europese Commissie.
efficiency . Studie voor de Europese Commissie. 22 RPA, 2014. Study on Economic and Social Benefits of Environmental 20 Ecologic Institute, IEEP, BIO by deloitte, 2015. A framework for Protection and Resource Efficiency Related to the European
Member States to support business in improving its resource Semester . Studie voor de Europese Commissie.
efficiency . Studie voor de Europese Commissie. 23 De Flash Eurobarometer 426 "SMEs, resource efficiency and green
Nederland 9
Eco-innovatie Figuur 2: Eco-Innovation Index 2015 (EU=100) 26
Hoewel eco-innovatie in Nederland een lange traditie heeft die teruggaat tot de jaren 1970, bekleedde
Nederland in 2015 pas de 14de plaats op het in figuur 2 weergegeven Eco-Innovation Scoreboard.
De belangrijkste belemmeringen voor eco-innovatie in
Nederland zijn het gebrek aan ondernemers, risicoaversie en het culturele klimaat voor eco-innovatie, dat nogal negatief is. Tegelijkertijd is Nederlands technische positie tamelijk goed, aangezien veel Nederlandse universiteiten tot de wereldtop behoren wat wetenschappelijke en
technologische opleidingen betreft 24 .
Tot slot worden de milieubeheeren milieuauditsystemen en het milieukeur relatief beperkt
toegepast in Nederland 25 .
Voorgestelde maatregelen
• Benutten van het volledige potentieel van maatregelen voor een efficiënt gebruik van hulpbronnen voor en door het mkb. Kostenbesparingen van ten minste 4 miljard euro per jaar liggen binnen handbereik met een adequaat investeringsklimaat en praktijkgerichte, directe technische en financiële steun aan het mkb.
Afvalbeheer
De omzetting van afval in een hulpbron vereist: − het volledig omzetten van de EU-afvalwetgeving, inclusief de afvalhiërarchie; het gescheiden inzamelen van afval; het realiseren van de doelstellingen met betrekking tot het voorkomen van afvalstromen naar de stortplaats, enz. − het verminderen van de geproduceerde hoeveelheid afval per hoofd van de bevolking en de afvalproductie in absolute termen. − het beperken van de terugwinning van energie tot niet-recycleerbare materialen en de geleidelijke stopzetting van het storten van recycleerbaar of terugwinbaar afval. SDG 12 nodigt landen uit om tegen 2030 aanzienlijk
markets" definieert een "groene baan" als een baan die rechtstreeks minder afval te produceren door preventie,
verband houdt met informatie, technologieën of materialen die de vermindering, recycling en hergebruik.
kwaliteit van het milieu op peil houden of herstellen. Dit vereist gespecialiseerde vaardigheden, kennis, opleiding of ervaring (bijv.
controle op de naleving van de milieuwetgeving, toezicht op efficiënt De EU-benadering van afvalbeheer is gebaseerd op de
gebruik van hulpbronnen binnen het bedrijf, en bevordering en "afvalhiërarchie", die een volgorde van prioriteit vaststelt
verkoop van groene producten en diensten). bij het vormgeven van het afvalbeleid en het beheren
24 Eco-Innovation Observatory, Country Brief 2013 the Netherlands , blz. van afval op operationeel niveau: preventie,
11.
25 Bijvoorbeeld in maart 2015 werden aan Nederland 85 (voorbereiding van) hergebruik, recycling, terugwinning
milieukeurvergunningen toegekend, wat iets meer was dan het EU- en, als de minst geprefereerde optie, verwijdering (omvat
gemiddelde. Nederland bleef onder het EU-gemiddelde met 1 068 milieukeurproducten en -diensten. Zie Europese Commissie, 2016.
Ecolabel 26 Eco-innovation Observatory : Eco-Innovation Scoreboard 2015.
Nederland 10
storten en verbranden zonder energieterugwinning). De bijvoorbeeld om meer onderhoud en reparaties, een vooruitgang bij de realisatie van streefdoelen voor intensiever hergebruik en de verdere groei van recycling; recycling en de vaststelling van adequate in de biosector zijn bioraffinage, terugwinning van biogas
afvalbeheerplannen en afvalpreventieprogramma's 27 en intensievere scheiding van consumentafval belangrijke
moeten de belangrijkste parameters zijn bij het meten opties. van de prestaties van de lidstaten. Dit deel focust op het beheer van stedelijk afval waarvoor in de EU-wetgeving De volledige tenuitvoerlegging van de bestaande bindende streefdoelen voor recycling zijn vastgesteld. afvalwetgeving zou in Nederland meer dan 2 100 banen
Figuur 3 laat zien dat het in Nederland gegenereerde kunnen creëren en zou de jaaromzet van de afvalsector stedelijk afval in 2014 nagenoeg op hetzelfde niveau lag met meer dan 230 miljoen euro kunnen verhogen. Het als in 2013, waarmee er een eind kwam aan de realiseren van de doelstellingen van het stappenplan neerwaartse trend van de voorgaande jaren. Het ligt inzake hulpbronnenefficiëntie zou meer dan 7 100 extra echter nog steeds boven het EU-gemiddelde banen kunnen creëren en zou de jaaromzet van de (527 kg/inwoner/jaar versus 475 kg/inwoner/jaar in de afvalsector met meer dan 750 miljoen euro kunnen EU). Van het stedelijk afval wordt 51 % gerecycled (dit verhogen
30 .
omvat compostering); 48 % verbrand (met Figuur 4: Recyclingpercentage van stedelijk afval 2007-
energieterugwinning) en 1 % gestort. 2014 31
Figuur 3: Stedelijk afval, uitgesplitst naar behandelingsmethode, in Nederland in de periode
2007-2014 28
Binnen het nationale actieplan "Van Afval Naar Grondstof" (VANG) is het doel gesteld om de verbrande/gestorte hoeveelheid restafval te
Figuur 4 laat zien dat Nederland de EU- verminderen van 10 mton in 2012 tot 5 mton in 2022. recyclingpercentagedoelstelling voor 2020, namelijk Daarnaast is het doel gesteld om de hoeveelheid 50 %, reeds in 2014 (50,9 %) bereikte en het daarmee restafval van huishoudens te verminderen tot 100 kg per beter deed dan het EU-gemiddelde (43,4 %). inwoner per jaar. Deze doelstelling kan alleen worden
bereikt indien zowel de preventieals
Recyclinggerelateerde sectoren zijn veel sneller gegroeid recyclinginspanningen worden opgevoerd.
dan de Nederlandse economie. Recycling is echter slechts
een eerste stap op weg naar een "circulaire" economie: Voorgestelde maatregelen
de uitdaging is om meer waarde te halen uit het • Invoeren van nieuw beleid, met inbegrip van gerecyclede afval. TNO, 2013 schat het potentieel voor economische instrumenten, om preventie te groei in de circulaire economie in Nederland op bevorderen en zowel hergebruik als recycling
7,3 miljard euro, wat goed is voor 54 000 banen 29 . In de
sector metaal- en elektronicasector gaat het dan 30 Bio Intelligence service, 2011. Implementing EU Waste legislation for
Green Growth , studie voor de Europese Commissie. De uitsplitsing van de banencreatie naar land werd door de adviseur gedaan op
27 Afvalbeheerplannen/Afvalpreventieprogramma's. vraag van de Commissie, maar werd niet in het gepubliceerde
28 Eurostat, Municipal waste and treatment, by type of treatment document opgenomen. method, geraadpleegd in oktober 2016. 31 Eurostat, Recycling rate of municipal waste , geraadpleegd in oktober
29 TNO, 2013. Opportunities for a circular economy in the Netherlands. 2016.
Nederland 11
economisch aantrekkelijker te maken, voortbouwend op het bestaande beleid om diftarregelingen (gedifferentieerd tarief voor afvalverwijdering) te bevorderen.
-
2.Bescherming, instandhouding en verbetering van het natuurlijk
kapitaal
zee, zouden de belangrijkste parameters moeten zijn om
Natuur en biodiversiteit de prestaties van de lidstaten te meten.
De biodiversiteitsstrategie van de EU streeft ernaar het In de voorbije eeuw is de biodiversiteit in Nederland verlies aan biodiversiteit in de EU een halt toe te roepen gestaag afgenomen. De afgelopen jaren vertraagt deze tegen 2020, ecosystemen en ecosysteemdiensten te afname geleidelijk. In 2014 kwam het Nederlandse herstellen, voor zover haalbaar, en meer inspanningen te Planbureau voor de Leefomgeving tot de conclusie dat de leveren om het wereldwijde verlies aan biodiversiteit af staat van instandhouding van 75 % van de habitats en te wenden. De Europse vogel- en habitatrichtlijnen zijn soorten die door de vogelrichtlijn en de habitatrichtlijn
gericht op het bereiken van een gunstige staat van worden beschermd nog steeds ongunstig is. 33 34 Dit
instandhouding van beschermde soorten en habitats. wordt ook bevestigd door de door de Commissie
SDG 14 vraagt landen om de oceanen, zeeën en mariene ontvangen rapporten.
hulpbronnen in stand te houden en duurzaam te De afnemende overmatige bemesting en verzuring gebruiken, terwijl SDG 15 landen verplicht om hebben een positief effect gehad op de biodiversiteit. terrestrische ecosystemen te beschermen en te Door de uitbreiding van natuurgebieden neemt de herstellen en het duurzame gebruik ervan te bevorderen, beschikbare oppervlakte voor planten- en dierensoorten en om bossen duurzaam te beheren, woestijnvorming toe. Het verlies aan biodiversiteit is over het algemeen tegen te gaan, en bodemdegradatie en verlies aan vertraagd maar niet gestopt. Buiten de natuurgebieden biodiversiteit een halt toe te roepen en ongedaan te gaat de biodiversiteit echter nog steeds achteruit 35 .
maken.
De EU-habitatrichtlijn van 1992 en de EU-vogelrichtlijn Habitatversnippering, atmosferische stikstofdepositie, verdroging en verzuring zijn nog steeds grote
van 1979 zijn de hoekstenen van de Europese wetgeving bedreigingen voor de terrestrische biodiversiteit in
die gericht is op de instandhouding van de wilde dieren
van de EU. Natura 2000, het grootste gecoördineerde Nederland. Uitdroging van grondwaterafhankelijke
netwerk van beschermde gebieden ter wereld, is het natuur is een wijdverbreid probleem, en in twee derde van de natuurgebieden wordt de kritische belasting voor
belangrijkste instrument om de doelstellingen van de
richtlijnen te realiseren en uit te voeren teneinde de stikstofdepositie nog steeds overschreden. Op zee komen de grootste bedreigingen voor de biodiversiteit voort uit
meest waardevolle en bedreigde soorten en habitats van vervuiling en de visserij. De dreiging van potentieel
Europa en de ecosystemen waaraan ze ten grondslag invasieve uitheemse soorten neemt toe 36 .
liggen langdurig te beschermen, in stand te houden en te
laten overleven. Begin 2016 viel 13,29 % van het nationale landoppervlak
van Nederland onder Natura 2000 (EU-gemiddelde
De adequate aanwijzing van beschermde gebieden als 18,1 %), terwijl de speciale beschermingszones krachtens
speciale instandhoudingszones krachtens de
habitatrichtlijn en als speciale beschermingszones de vogelrichtlijn 11,48 % van het nationale grondgebied (EU-gemiddelde 12,3 %) en de gebieden van
krachtens de vogelrichtlijn is een belangrijke mijlpaal op communautair belang krachtens de habitatrichtlijn
weg naar het verwezenlijken van de doelstellingen van de
richtlijnen. De resultaten van de rapportage 7,55 % van het nationale grondgebied (EU-gemiddelde
overeenkomstig artikel 17 van de habitatrichtlijn en artikel 12 van de vogelrichtlijn en de voortgang op weg naar de adequate aanwijzing van gebieden van beschermingszones elkaar overlappen. Onder "speciale
communautair belang (GCB), speciale beschermingszones instandhoudingszone" wordt verstaan een door de lidstaten
en speciale instandhoudingszones 32 zowel op land als op aangewezen gebied van communautair belang (GCB). 33 Planbureau voor de Leefomgeving, 2014. Balans van de Leefomgeving
34 De staat van instandhouding wordt met behulp van een
standaardmethode beoordeeld als zijnde "gunstig", "matig 32 Gebieden van communautair belang worden krachtens de ongunstig" en "zeer ongunstig", op basis van vier parameters zoals in
habitatrichtlijn aangewezen, terwijl speciale beschermingszones artikel 1 van de habitatrichtlijn gedefinieerd.
krachtens de vogelrichtlijn worden aangewezen; de som van de 35 Europees Milieuagentschap, 2015. State of the Environment Report
oppervlakten van de gebieden komt niet overeen met het totaal 2015 – Country briefing The Netherlands
omdat sommige gebieden van communautair belang en speciale 36 Rijksoverheid, 2014. Rijksnatuurvisie 2014 'Natuurlijk verder'
Nederland 12
13,8 %) bestreken 37 . naar de versterking van de natuur met de samenleving 41 .
De Natura 2000-gebieden worden aangevuld door Biodiversiteitsdoelstellingen moeten worden natuurgebieden van het nationale netwerk. Het proces gerealiseerd door alle kansen voor synergie tussen voor de aanwijzing van de gebieden als speciale natuurwaarden en sociale en economische activiteiten te instandhoudingszones is bijna voltooid en het opstellen benutten. De aanpak moet meer ruimte geven aan
van beheerplannen voor alle gebieden vordert goed. dynamische en robuuste ecosystemen en tegelijk focussen op landschaps- en nationale niveaus in plaats
Uit de recentste evaluatie van het Natura 2000-netwerk van op het lokale niveau. De natuur wordt gezien als de blijkt dat Nederland zijn Natura 2000-netwerk op land en basis van de algemene welvaart en het algemene welzijn op zee grotendeels heeft voltooid. Er moeten alleen nog en van de belangen van de samenleving die verder gaan
een paar kleine lacunes worden aangepakt 38 , zoals dan het behoud van de biodiversiteit als zodanig. De weergegeven in figuur 5 39 . combinatie van natuurbehoud met private en publieke
Figuur 5: Beoordeling van de toereikendheid van GCB- initiatieven moet worden aangemoedigd, en netwerken in Nederland op basis van de situatie tot ondoeltreffende elementen van de bestaande december 2013 40 regelgeving zullen in vraag worden gesteld.
Volgens het recentste verslag over de staat van instandhouding van habitats en soorten die onder de
habitatrichtlijn 42 vallen, was in 2013 3,8 % van de
biogeografische beoordelingen van de habitats gunstig (EU-27: 16 %). Anderzijds was 50 % van de beoordelingen matig ongunstig (EU-27: 47 %) en 46 % zeer ongunstig (EU-27: 30 %). Wat de soorten betreft, was in 2013 23 % van de beoordelingen gunstig (EU-27: 23 %) 23 % matig ongunstig (EU-27: 42 %) en 50 % zeer ongunstig (EU-27:
18 %). Dit is weergegeven in figuur 6 43 . 54,4 % van de
ongunstige beoordelingen voor soorten en 10 % van de ongunstige beoordelingen voor habitats vertoonden een positieve trend in 2013.
In 2014 keurde de Nederlandse regering "Natuur van de toekomst" goed, een nieuwe natuurvisie die draait om de gewenste verschuiving in het denken over natuurbeleid: van bescherming van de natuur tegen de samenleving
37 Gebieden van communautair belang worden krachtens de
habitatrichtlijn aangewezen, terwijl speciale beschermingszones krachtens de vogelrichtlijn worden aangewezen; de som van de oppervlakten van de gebieden komt niet overeen met het totaal omdat sommige gebieden zowel als gebieden van communautair belang en als speciale beschermingszones zijn aangewezen. Onder "speciale instandhoudingszone" wordt verstaan een door de lidstaten aangewezen gebied van communautair belang (GCB).
38 Voor elke lidstaat beoordeelt de Commissie of de soorten en habitattypen in de bijlagen I en II bij de habitatrichtlijn voldoende zijn vertegenwoordigd door de tot dan toe aangewezen gebieden. Dit wordt uitgedrukt als een percentage van soorten en habitats waarvoor bijkomende gebieden moeten worden aangewezen om het
netwerk in dat land te vervolledigen. De huidige gegevens , die in de 41 Planbureau voor de Leefomgeving, Nature Outlook periode 2014-2015 werden beoordeeld, weerspiegelen de situatie 42 De kern van het "Artikel 17"-verslag is de beoordeling van de staat
tot december 2013. van instandhouding van de habitats en soorten waarop de
39 De percentages in figuur 5 verwijzen naar procenten van het totale habitatrichtlijn zich richt. aantal beoordelingen (één beoordeling met betrekking tot 1 soort of 43 Houd er rekening mee dat een directe vergelijking tussen gegevens
1 habitat in een bepaalde biografische regio in de lidstaat); indien van 2007 en 2013 wordt bemoeilijkt door het feit dat Bulgarije en een habitattype of een soort in meer dan één biogeografische regio Roemenië niet in de rapportagecyclus van 2007 zaten, dat de binnen een bepaalde lidstaat voorkomt, zijn er evenveel individuele "onbekende" beoordelingen sterk zijn afgenomen, met name voor beoordelingen als er biogeografische regio's zijn waarin die soort of soorten, en dat sommige gerapporteerde veranderingen niet habitat in die lidstaat voorkomt. realistisch zijn omdat ze uit verbeterde
40 Interne beoordeling door de Europese Commissie. gegevens/monitoringmethoden voortvloeien.
Nederland 13
Figuur 6: Staat van instandhouding van habitats en gemeenschappelijk landbouwbeleid van de EU. Het
soorten in Nederland in 2007/2013 (%) 44 beperken van subsidies in het kader van deze regeling tot
groepen boeren die zich verbinden tot overeengekomen natuurbehoudsdoelstellingen voor grote gebieden, is gericht op het verbeteren van de efficiëntie en samenhang van de betrokken maatregelen en het vergroten van de interesse en motivatie van de agrarische gemeenschap om deel te nemen aan inspanningen op het gebied van natuurbehoud.
In Nederland is het aandeel bossen een van de kleinste in de EU. Slechts 11 % van het land (en 0,2 ha per hoofd van de bevolking) bestaat uit bossen en andere beboste gebieden – het op een na laagste percentage in de EU. Het beheer van Nederlands bossen is goed omkaderd, maar wordt ook gekenmerkt door hoogintensieve praktijken en een relatief slechte biodiversiteit. Uit gegevens van Forest Europe van 2006 blijkt dat de bossen in Nederland meer versnipperd zijn dan in de meeste andere EU-landen.
In 2010 stond het hele Nederlandse bosareaal onder een Figuur 7 illustreert dat de populatie van een aanzienlijk beheerplan of gelijkwaardig. Alle beoordelingen van de deel - meer dan een derde - van de in Nederland staat van instandhouding in de periode 2007-2012 waren
broedende vogelsoorten afneemt. Voor overwinterende "ongunstig" 46 .
soorten is dit ongeveer 20 %. De rijke en unieke fauna en flora in de Nederlandse
Figuur 7: Kortetermijntrend voor de populatie van overzeese gebieden valt niet onder Natura 2000, en dus broedende en overwinterende vogelsoorten in moeten gerichte beschermingsmaatregelen en Nederland in 2012 (%) 45 voldoende financiële middelen ondersteund door
duurzame partnerschappen worden gewijd aan het behoud van de uitzonderlijk rijke biodiversiteit van die gebieden, in overeenstemming met de conclusies van de Milieuraad van december 2015.
Voorgestelde maatregelen
• Verder optimaliseren van de bijdrage van het Natura 2000-netwerk en de nationale natuurnetwerken om een goede staat van instandhouding te bereiken en om habitatversnippering, atmosferische stikstofdepositie, verdroging en verzuring te beperken.
Nederland heeft een programma opgesteld om • Voltooien van de opstelling van beheerplannen voor alle Natura 2000-gebieden en ervoor zorgen dat ze
agrarische activiteiten met algemeen zeer hoge
stikstofdepositieniveaus aan te pakken. volledig en actief worden uitgevoerd om soorten en habitats van communautair belang in stand te
Het land implementeert momenteel een nieuwe houden/te herstellen in een gunstige staat van collectieve benadering van de financiering van instandhouding binnen hun natuurlijke agromilieumaatregelen in het kader van zijn programma verspreidingsgebied. voor plattelandsontwikkeling, dat deel uitmaakt van het • Ervoor zorgen dat het programma voor
plattelandsontwikkeling en de uitvoering van 44 Deze cijfers tonen het percentage van biogeografische beoordelingen vergroeningsmaatregelen de
in elke categorie van de staat van instandhouding voor biodiversiteitsmaatregelen ondersteunen en bijdragen
respectievelijk habitats en soorten (één beoordeling met betrekking aan het bereiken van een gunstige staat van
tot één soort of één habitat in een bepaalde biografische regio in de
lidstaat). De informatie is gebaseerd op de rapportage instandhouding van habitats en soorten.
overeenkomstig artikel 17 van de habitatrichtlijn - nationale samenvatting voor Nederland .
45 Rapportage overeenkomstig artikel 12 van de vogelrichtlijn - 46 Rapportage overeenkomstig artikel 17 van de habitatrichtlijn - nationale samenvatting voor Nederland nationale samenvatting voor Nederland .
Nederland 14
Schatten van natuurlijk kapitaal Groene infrastructuur
De EU-biodiversiteitsstrategie voor 2020 roept de
lidstaten op om de staat van ecosystemen en De EU-strategie voor groene infrastructuur 50 bevordert
ecosysteemdiensten op hun nationale grondgebied tegen de opname van groene infrastructuur in gerelateerde
2014 in kaart te brengen en te beoordelen, de plannen en programma's om de versnippering van economische waarde van die diensten te bepalen en de habitats te helpen overwinnen en de ecologische opname ervan in rekening- en rapportagesystemen op connectiviteit te behouden of herstellen, de veerkracht nationaal en EU-niveau tegen 2020 te bevorderen. van ecosystemen te verbeteren en zo de verdere
In het kader van MAES (Mapping and Assessment of voorziening van ecosysteemdiensten te waarborgen.
Ecosystems and their Services) stelt Nederland Groene infrastructuur biedt ecologische, economische en
momenteel een Atlas Natuurlijk Kapitaal (ANK) op 47 . Het sociale voordelen door natuurlijke oplossingen. Het helpt
Nederlandse Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) om de waarde van de voordelen die de natuur ons biedt rondde een groot programma inzake natuurlijk kapitaal te begrijpen en om investeringen te mobiliseren om die af dat aangeeft hoe verschillende domeinen de voordelen in stand te houden en te verbeteren. concepten "natuurlijk kapitaal" en "ecosysteemdiensten"
kunnen gebruiken om hun beslissingen meer Nederland behoorde tot de koplopers met de
natuurinclusief te maken. Dit programma omvatte een ontwikkeling van zijn Ecologische Hoofdstructuur in de jaren na de ontwerpfase ervan in de jaren 1990, maar de
aantal studies over het gebruik van
ecosysteemdiensten 48 in de landbouw in het kader van daaropvolgende nationale bezuinigingen op budgetten het nieuwe gemeenschappelijke landbouwbeleid, in en middelen hebben de functionaliteit van de waterkeringsprojecten, in nieuwe kansen voor Ecologische Hoofdstructuur
51 voor bescherming van de
biogebaseerde productie en in businessdevelopment, biodiversiteit alsmede zijn vermogen om de burgers alsmede over ecosysteemdiensten en de internationale meerdere ecosysteemdiensten te leveren beperkt.
handel in land- en bosbouwproducten 49 .
Nederland heeft een goed ontwikkeld systeem van milieurekeningen, in het bijzonder in de watersector, en is een van de weinige lidstaten die concreet hebben geëxperimenteerd met ecosysteemrekeningen op lokaal niveau. De experimenten worden momenteel opgeschaald naar een regionaal en nationaal niveau.
Ngo's, bedrijven en gouvernementele organisaties hebben afgesproken om samen te werken aan transparantie met betrekking tot natuurlijk en sociaal kapitaal. In de provincie Limburg zijn rekeningen ontwikkeld voor een aantal ecosysteemtypen met behulp van biofysische informatie, evenals monetaire
schattingen. Naar aanleiding van de functie biodiversiteitsbehoud van die Groene Infrastructuur heeft Nederland aanzienlijk in
Voorgestelde maatregelen oplossingen voor klimaatadaptatie geïnvesteerd door in
zijn programma "Ruimte voor de Rivier" het
• Voortzetten van de huidige inspanningen om waterhoudende vermogen van uiterwaarden te ecosystemen en ecosysteemdiensten in kaart te herstellen 52 , maar de integratie van klimaatadaptatie- en brengen en te beoordelen, rekeningsystemen voor biodiversiteitsaspecten 53 moet in de toekomst verder natuurlijk kapitaal te ontwikkelen, en de opgedane worden geïntensiveerd.
ervaring met de andere lidstaten delen.
Overwegingen voor duurzame stedelijke ontwikkeling
50 Europese Unie, Groene Infrastructuur — Versterking van Europa's
natuurlijke kapitaal, COM/2013/0249
51 Bakker, M., Alam, S., van Dijk, J., Rounsevell, M., Spek, T. & van den
Brink, A., 2015. The feasibility of implementing an ecological network in The Netherlands under conditions of global change. Landscape Ecology 30(5), blz. 791-804.
52 Werkdocument van de diensten van de Commissie getiteld "Technical 47 Atlas Natuurlijk Kapitaal, 2016. Natuurlijk kapitaal information on Green Infrastructure Accompanying the document 48 Ecosysteemdiensten zijn voordelen die uit de natuur voortkomen, Green infrastructure – enhancing Europe's Natural Capital"
zoals voedsel, schoon water en bestuiving, waarvan de menselijke ( SWD(2013)155 ) blz. 21. samenleving afhankelijk is. 53 Planbureau voor de Leefomgeving (PBL), 2010. Adaptation strategy
49 TEEB, 2016. Making Nature's Values Visible for climate-proofing biodiversity
Nederland 15
door middel van Groene Infrastructuur worden lokaal
opgepakt 54 en moeten verder worden bevorderd en in de
desbetreffende financieringsinstrumenten te worden Figuur 8: Soorten bodembedekking in Nederland in geïntegreerd. Voordelen voor gezondheidsbeleid, 2012
55
duurzame landbouw en innovatie/het creëren van markten voor het mkb door middel van Groene
Infrastructuur worden lokaal aangeboord, maar er is ruimte om ze ook op nationaal niveau te bevorderen. De overheid stimuleert klimaatadaptatie in het kader van het Deltaprogramma.
Bodembescherming
De thematische EU-strategie voor bodembescherming wijst op de noodzaak om een duurzaam bodemgebruik te garanderen. Dit vereist dat verdere bodemdegradatie wordt voorkomen, dat bodemfuncties in stand worden gehouden en dat aangetaste bodems worden hersteld. In het Stappenplan van 2011 voor efficiënt hulpbronnengebruik in Europa, een onderdeel van de
Europa 2020-strategie, is bepaald dat het EU-beleid tegen 2020 rekening moet houden met zijn directe en indirecte impact op landgebruik in de EU en wereldwijd.
Het tempo van ruimtebeslag ligt op schema met het streven om tegen 2050 geen netto ruimtebeslag meer te hebben.
SDG 15 vraagt landen om woestijnvorming tegen te gaan, In de periode 2006-2012 bedroeg de groei van het aangetaste bodems (onder meer als gevolg van jaarlijkse ruimtebeslag (groei van kunstmatige gebieden) woestijnvorming, droogtes en overstromingen) te in Nederland 0,78 %, ruim boven het EU-gemiddelde herstellen, en te streven naar een wereld zonder verdere (0,41 %). Dit kwam overeen met 4 034 hectare per jaar bodemdegradatie tegen 2020. en was vooral het gevolg van huisvesting, diensten en
recreatie, evenals industriële en commerciële gebieden.
De bodem is een belangrijke bron voor het leven en de In 2009 was 8,22 % van het land bebouwd, wat ruim economie. Hij levert belangrijke ecosysteemdiensten, boven het EU-gemiddelde (3,23 %) was
56 .
zoals het verschaffen van voedsel, vezels en biomassa In 2010 bedroeg de bodemerosie door water 0,27 ton per voor hernieuwbare energie, koolstofvastlegging, hectare per jaar, wat ruim onder het EU-28-gemiddelde waterzuivering en bescherming tegen overstromingen, (2,46 ton) was 57 .
en de levering van grondstoffen en bouwmaterialen. De
bodem is een eindige en uiterst kwetsbare hulpbronn Er zijn nog geen EU-brede datasets die het mogelijk waarvan de kwaliteit in de EU hoe langer hoe meer maken referentie-indicatoren te bieden voor de afname achteruitgaat. Het is hoogst onwaarschijnlijk dat grond van organisch materiaal in de bodem, verontreinigde benut voor stedelijke ontwikkeling en infrastructuur in terreinen, de druk op de bodembiologie en diffuse zijn natuurlijke staat wordt hersteld; vooral verontreiniging. De EU-groep van deskundigen inzake landbouwgrond wordt voor deze doeleinden gebruikt, bodembescherming werkt momenteel aan het wat de versnippering van habitats vergroot. actualiseren van de inventaris en het evalueren van de Bodembescherming wordt in bestaand EU-beleid op het beleidsinstrumenten voor bodembescherming in gebied van onder meer landbouw, water, afval, Nederland en andere EU-lidstaten.
chemicaliën en de preventie van industriële vervuiling indirect aangepakt.
Figuur 8 toont de verschillende soorten bodembedekking 55 Europees Milieuagentschap, Land cover 2012 and changes country
in Nederland in 2012. analysis [publicatie verwacht].
56 Europees Milieuagentschap Draft results of CORINE Land Cover (CLC) inventory 2012; gemiddeld jaarlijks ruimtebeslag 2006-2012 als %
54 Green Surge, 2016. Green Infrastructure and Urban Biodiversity for van kunstmatig land in 2006.
Sustainable Urban Development and the Green Economy , 57 Europees Milieuagentschap, 2016. Imperviousness and casestudy's Amsterdam, Utrecht. imperviousness change
Nederland 16
de zeebodem, de aanscherping van het beleid inzake
Mariene bescherming zwerfvuil op zee, het verhelpen van kennishiaten en
monitoring. Nederland meldt dat de totale uitgaven Het beleid en de wetgeving van de EU inzake kust- en
mariene gebieden schrijven voor dat de impact van de inmiddels 35 miljoen euro bedragen, wat bijdraagt aan druk op mariene wateren tegen 2020 voldoende moet het bereiken van een goede milieutoestand.
gereduceerd zijn om een goede milieutoestand te bereiken of in stand te houden en dat kustgebieden duurzaam moeten worden beheerd.
SDG 14 vraagt landen om oceanen, zeeën en mariene hulpbronnen in stand te houden en duurzaam te gebruiken voor duurzame ontwikkeling.
De kaderrichtlijn mariene strategie (KRMS) 58 heeft tot
doel om tegen 2020 een goede milieutoestand (GMT) van de mariene wateren van de EU te bereiken door menselijke activiteiten die gevolgen hebben voor het mariene milieu af te stemmen op het ecosysteem. De richtlijn verplicht de lidstaten om een mariene strategie
voor hun mariene wateren te ontwikkelen en te Het is te vroeg om te zeggen of de toestand van de implementeren, en om samen te werken met lidstaten in Nederlandse wateren goed is, omdat er zwakke punten
dezelfde mariene regio of subregio. waren in het identificeren van wat een goede milieutoestand is, vooral omdat Nederland niet altijd aan
In het kader van hun mariene strategieën moesten de de minimale eisen heeft voldaaan bij het bepalen van zijn lidstaten tegen juli 2012 een initiële beoordeling van hun goede milieutoestand, niet in staat was informatie te
mariene wateren uitvoeren, de GMT bepalen 59 en verstrekken over de referentietoestand en referenties, milieudoelstellingen vastleggen. Ook moesten ze tegen en er niet altijd naar bestaande EU-wetgeving of juli 2014 monitoringprogramma's voor de doorlopende internationale overeenkomsten is verwezen.
beoordeling van hun mariene wateren vaststellen. Het
volgende element van hun mariene strategie is de In 2014 ontwikkelde Nederland een programma voor het vaststelling van een programma van maatregelen (2016). monitoren van zijn mariene wateren. Het grootste deel De Commissie beoordeelt of deze elementen een van het monitoringprogramma lijkt adequaat, en het passend raamwerk vormen dat aan de eisen van de programma is sinds 2014 grotendeels uitgevoerd. Het
KRMS voldoet. lijkt er echter op dat het Nederlandse monitoringprogramma voor een paar geselecteerde
De Nederlandse mariene wateren maken deel uit van de omschrijvingen (biodiversiteit, niet-inheemse soorten, mariene regio Noord-Oost Atlantische Oceaan en de hydrografische veranderingen en zwerfvuil op zee) subregio Noordzee. Nederland is partij bij het Verdrag verder moet worden verfijnd en ontwikkeld om de inzake de bescherming van het mariene milieu in het vooruitgang in de richting van een goede milieutoestand noordoostelijk deel van de Atlantische Oceaan (OSPAR- voor die omschrijvingen te monitoren. 61
verdrag). De Noordzee is een van de drukste maritieme
gebieden, waar olie en gas worden gewonnen en In 2012 bestreken de Nederlandse beschermde mariene belangrijk maritiem verkeer plaatsvindt. Twee van de gebieden 11 913,4 vierkante kilometer van de grootste havens ter wereld bevinden zich aan de Nederlandse mariene wateren in de Noordzee.
62
Nederlandse Noordzeekust en de kustzone wordt Voorgestelde maatregelen
intensief voor recreatiedoeleinden gebruikt. Bovendien
vormen overbevissing en bodemtrawlvisserij potentiële • Blijven werken aan het verbeteren van de definitie van bedreigingen voor de biodiversiteit in die regio. "Goede Milieutoestand", in het bijzonder voor
biodiversiteitsomschrijvingen, onder meer door
In 2012 berekende Nederland dat de extra regionale samenwerking op basis van het werk van het overheidsuitgaven voor de uitvoering van zijn mariene desbetreffende regionale zeeverdrag.
strategie tussen 2012 en 2020 ongeveer 26 miljoen
euro 60 bedragen, hoofdzakelijk voor de bescherming van van de Kaderrichtlijn mariene strategie (2008/56/EG) – Beoordeling
en advies van de Europese Commissie" ( COM(2014)097 ).
58 Europese Unie, Kaderrichtlijn mariene strategie 2008/56/EG 61 Werkdocument van de diensten van de Commissie bij het
59 De KRMS definieert "Goede Milieutoestand" (GMT) in artikel 3 als: beoordelingsverslag van de Commissie over de "de milieutoestand van de mariene wateren wanneer deze tot monitoringprogramma's van de lidstaten uit hoofde van de
ecologisch verscheiden en dynamische oceanen en zeeën leiden die kaderrichtlijn mariene strategie (COM(2017)3 i en SWD(2017)1 final). schoon, gezond en productief zijn". 62 Gegevens van 2012 verstrekt door het Europees Milieuagentschap –
60 Verslag van de Commissie "De eerste fase van de tenuitvoerlegging Niet gepubliceerd.
Nederland 17
• Verhelpen van kennishiaten. • Verbeteren van de vergelijkbaarheid en consistentie
• Verder ontwikkelen van benaderingen om de impact van monitoringmethodes in de Nederlandse mariene van de belangrijkste drukfactoren te beoordelen (en te regio.
kwantificeren) teneinde te komen tot betere en meer • Ervoor zorgen dat het monitoringprogramma volledig
overtuigende beoordelingsresultaten voor de geschikt is om de vooruitgang in de richting van een
verslaggeving in 2018. goede milieutoestand te monitoren.
• Verder integreren van monitoringprogramma's die al
bestaan krachtens andere EU-wetgeving en uitvoeren
van gezamenlijke monitoringprogramma's die op
(sub)regionaal niveau zijn ontwikkeld.
Nederland 18
-
3.Verzekeren van de gezondheid en levenskwaliteit van burgers
Luchtkwaliteit 2014 daalde de uitstoot van zwaveloxiden (- 85 %),
Volgens het beleid en de wetgeving van de EU inzake stikstofoxiden (- 61 %) en vluchtige organische stoffen (- 71 %), waardoor de emissies van deze
schone lucht moet de luchtkwaliteit in de Unie aanzienlijk verontreinigende stoffen in de lucht nu onder de
worden verbeterd en de door de
Wereldgezondheidsorganisatie aanbevolen niveaus geldende nationale emissieplafonds liggen.
65 Ook voor
ammoniak zijn aanzienlijke emissiereducties (- 64 %)
dichter benaderen. De luchtvervuiling en het effect ervan geregistreerd, al volstaan deze niet: de uitstoot van
op ecosystemen en biodiversiteit moeten verder worden
verminderd, met als langetermijndoelstelling om ammoniak ligt nog steeds 5 % boven de huidige plafonds. Er moet worden opgemerkt dat de overschrijding van het
kritische belastingen en niveaus niet te overschrijden. Dit ammoniakemissieplafond deels te wijten is aan de
vereist dat de inspanningen om tot volledige naleving van
de luchtkwaliteitswetgeving van de Unie te komen rapportage van nieuwe bronnen van ammoniakuitstoot
worden opgevoerd en dat strategische doelstellingen en die bij het bepalen van de emissieplafonds niet werden geschat of niet in aanmerking werden genomen.
acties voor na 2020 worden vastgesteld.
De EU heeft uitgebreide wetgeving inzake luchtkwaliteit Tegelijkertijd is de luchtkwaliteit in Nederland nog steeds
ontwikkeld 63 , waarin gezondheidsgebaseerde normen en zorgwekkend. In 2013 waren volgens het Europees Milieuagentschap naar schatting ongeveer 11 530
doelstellingen voor een aantal luchtverontreinigende voortijdige sterfgevallen te wijten aan
stoffen zijn vastgesteld. Krachtens die wetgeving zijn de
lidstaten ook verplicht om stelselmatig actuele informatie fijnstofconcentraties
66 , 270 aan ozonconcentraties 67 en
Figuur 9: Naleving streefwaarden voor PM 10 , NO 2 en O 3 in 2014
over de concentraties van diverse verontreinigende
stoffen in de lucht aan het publiek beschikbaar te stellen. 65 De huidige nationale emissieplafonds zijn sinds 2010 van toepassing
Daarnaast zijn in de richtlijn nationale emissieplafonds ( Richtlijn 2001/81/EG ); voor 2020 en 2030 zijn herziene plafonds emissiereducties op nationaal niveau vastgesteld die voor vastgesteld bij Richtlijn (EU) 2016/2284 betreffende de vermindering
belangrijke verontreinigende stoffen moeten worden van de nationale emissies van bepaalde luchtverontreinigende stoffen, tot wijziging van Richtlijn 2003/35/EG i en tot intrekking van
bereikt. Richtlijn 2001/81/EG i.
66
De uitstoot van een aantal luchtverontreinigende stoffen Fijnstof ("particulate matter" of PM) is een mengsel van aërosoldeeltjes (vast en vloeibaar) met erg uiteenlopende
is in Nederland aanzienlijk gedaald 64 . Tussen 1990 en afmetingen en chemische samenstellingen. PM 10 (PM 2,5 ) verwijst
naar deeltjes met een diameter van 10 (2,5) micrometer of minder. Fijnstof wordt uitgestoten door heel wat menselijke bronnen,
63 Europese Commissie, 2016. Normen voor luchtkwaliteit waaronder verbranding.
64 Zie EIONET Central Data Repository en Air pollutant emissions data 67 Troposferisch ozon ontstaat door fotochemische reacties op viewer (richtlijn nationale emissieplafonds) vervuiling en is een broeikasgas.
Nederland 19
1 820 aan stikstofdioxide 68 . Dit is ook het gevolg van verminderen en het openbaar vervoer te verbeteren ter
overschrijdingen van de EU-luchtkwaliteitsnormen (zie beperking van de stikstofdioxide-uitstoot door het
figuur 9 69,70 ). verkeer. Die uitstoot heeft gevolgen voor de gezondheid,
Voor 2014 zijn overschrijdingen van de EU- met name in de buurt van drukke wegen, wat een bijzonder nijpend probleem is voor Nederland.
luchtkwaliteitsnormen geregistreerd voor de stikstofdioxideconcentratie in twee luchtkwaliteitszones Voorgestelde maatregelen
(Amsterdam/Haarlem en Rotterdam/Dordrecht – die
beide extra tijd hebben gekregen en pas vanaf 2015 aan • Handhaven van de neerwaartse emissietrends van de voorschriften moeten voldoen) en voor de luchtverontreinigende stoffen met het oog op de fijnstofconcentratie in één luchtkwaliteitszone (de zone volledige naleving van geldende nationale "Zuid"). Verder zijn er negen luchtkwaliteitszones waar emissieplafonds en van grenswaarden voor de de langetermijndoelstellingen voor ozonconcentraties luchtkwaliteit, en verminderen van de schadelijke
niet worden gehaald 71 . gevolgen van luchtverontreiniging voor de gezondheid, het milieu en de economie.
Er zijn aanwijzingen dat de gezondheidsgerelateerde • Beperken van de uitstoot van ammoniak (NH 3 ) om te externe kosten als gevolg van de luchtvervuiling in voldoen aan de geldende nationale emissieplafonds, Nederland meer dan 13 miljard euro/jaar bedragen bijvoorbeeld door invoering of uitbreiding van het (gecorrigeerd voor inkomen, 2010). Dit omvat niet alleen gebruik van emissiearme landbouwtechnieken.
de intrinsieke waarde van een gezond leven, maar ook de • Reduceren van de uitstoot van stikstofoxide (NO x ) om directe kosten voor de economie. Deze directe de geldende nationale emissieplafonds na te leven economische kosten houden verband met vier miljoen en/of de stikstofdioxide- (NO 2 ) en ozonconcentraties te verloren werkdagen per jaar als gevolg van ziekten die reduceren, onder meer door de transportgerelateerde verband houden met luchtvervuiling, met daaraan uitstoot te verminderen, met name in stedelijke verbonden kosten voor werkgevers ten bedrage van gebieden.
584 miljoen euro/jaar (gecorrigeerd voor inkomen,
2010), voor gezondheidszorg ten bedrage van meer dan
45,3 miljoen euro/jaar (gecorrigeerd voor inkomen, Lawaai
2010) en voor de landbouw (oogstverliezen) ten bedrage
van 22 miljoen euro/jaar (2010) 72 . De richtlijn omgevingslawaai voorziet in een
Tot slot vormt congestie tijdens piekuren een probleem gemeenschappelijke aanpak om de schadelijke effecten in Nederland, zowel binnen de agglomeraties als op als gevolg van blootstelling aan omgevingslawaai te essentiële interstedelijke verbindingen. De drie grootste vermijden, te voorkomen en te verminderen. steden Rotterdam, Amsterdam en Den Haag behoren tot
de twaalf slechtst presterende stedelijke gebieden in de Geluidsoverlast is een van de belangrijkste oorzaken van
EU 73 . Globaal gezien is Nederland het op een na slechtste gezondheidsproblemen
74
. Om geluidsoverlast te
land in de EU wat betreft de economische kosten als verlichten, bevat het EU-acquis diverse bepalingen om de gevolg van files, die veel luchtverontreiniging blootstelling aan omgevingslawaai in kaart te brengen,
veroorzaken. het publiek te informeren over omgevingslawaai en de gevolgen daarvan en actieplannen goed te keuren ter
Er is ruimte om economische instrumenten en/of andere voorkoming en beperking van omgevingslawaai waar maatregelen te gebruiken teneinde een verschuiving van nodig en ter behoud van de kwaliteit van het akoestische diesel naar benzine of andere alternatieve milieu indien die goed is. transportbrandstoffen (minder fijnstof en stikstofoxiden)
te stimuleren, het aantal gereden kilometers te De Nederlandse tenuitvoerlegging van de richtlijn omgevingslawaai 75 heeft lichte vertraging opgelopen.
Voor de recentste rapportageronde, d.w.z. voor het
68 NOx wordt tijdens de verbranding van brandstof uitgestoten, referentiejaar 2011, zijn de Nederlandse autoriteiten al
bijvoorbeeld door industriële installaties en de wegtransportsector. hun verplichtingen met betrekking tot het in kaart NOx is een groep gassen die stikstofmonoxide (NO) en stikstofdioxide brengen van de geluidsbelasting voor grote
(NO 2 ) bevatten.
69 Europees Milieuagentschap, 2016. Air Quality in Europe – 2016
Report . (Tabel 10.2, zie de details in dit verslag voor de ten grondslag 74 WHO/JRC, 2011, Burden of disease from environmental noise,
liggende methode). Fritschi, L., Brown, A.L., Kim, R., Schwela, D., Kephalopoulos, S. (eds),
70 Volgens het Europees Milieuagentschap, 2016. Air Quality in Europe – Wereldgezondheidsorganisatie, Regionaal Bureau voor Europa ,
2016 Report. (Figuren 4.1, 5.1 en 6.1). Kopenhagen, Denemarken.
71 Zie het EEA/Eionet Air Quality Portal en het gerelateerde centrale 75 Krachtens de richtlijn omgevingslawaai moeten lidstaten om de vijf gegevensarchief. jaar geluidsbelastingkaarten en actieplannen voor geluidsbeheer
72 Deze cijfers zijn gebaseerd op de Impactbeoordeling voor de opstellen en publiceren voor agglomeraties met meer dan
Integrated Clean Air Package (2013) van de Europese Commissie. 100 000 inwoners en voor belangrijke wegen, spoorwegen en
73 INRIX, 2015. Key Findings: INRIX 2015 Traffic Scoreboard luchthavens.
Nederland 20
agglomeraties, grote luchthavens, belangrijke wegen en niet voor alle lidstaten heeft kunnen valideren, wordt ze belangrijke spoorwegen nagekomen. De actieplannen hier niet vermeld. voor geluidsbeheer in de huidige periode zijn voor alle
belangrijke luchthavens en belangrijke spoorwegen Het waterbeheer in Nederland is over het algemeen goedgekeurd. Er ontbreken echter nog actieplannen nog goed
78 . Er werd gemeld dat alle elf richtlijnen in het hele
voor sommige delen van agglomeratie en voor een aantal land in elk van de vier stroomgebieddistricten in
belangrijke wegen. Nederland zijn uitgevoerd. De meeste basismaatregelen werden al in 2009 uitgevoerd, en tegen 2012 was er
verdere vooruitgang geboekt. De uitvoering en het
Waterkwaliteit en -beheer operationeel maken van de maatregelen verlopen goed.
Het waterbeleid en de waterwetgeving van de EU Nederland heeft de realisatie van de doelstellingen
moeten ervoor zorgen dat de impact van de druk op overeenkomstig de KRW echter uitgesteld tot 2027 (86 % van de waterlichamen is vrijgesteld van de
overgangs-, kust- en zoete wateren (met inbegrip van
oppervlakte- en grondwater) aanzienlijk wordt tijdsverplichtingen).
gereduceerd om waterlichamen in goede toestand te De vier stroomgebiedbeheerplannen van de eerste brengen en te houden of om hun toestand te verbeteren, generatie die het Nederlandse grondgebied bestrijken zoals gedefinieerd door de kaderrichtlijn water; dat waren tegen eind 2015 bijgewerkt op basis van onder
burgers overal in de Unie voordeel ondervinden van hoge andere de analyse van de Commissie 79 . normen voor veilig drink- en zwemwater; en dat de In zijn stroomgebiedbeheerplannen van de eerste nutriëntenkringloop (stikstof en fosfor) duurzamer en generatie bracht Nederland verslag uit over de toestand hulpbronnenefficiënter wordt beheerd. van 254 rivieren, 450 meren, 5 overgangswateren, SDG 6 moedigt landen aan om ervoor te zorgen dat water 15 kustwateren en 23 grondwaterlichamen 80 . Geen van en sanitaire voorzieningen voor iedereen beschikbaar zijn deze natuurlijke oppervlaktewateren behaalde op dat
en duurzaam worden beheerd. moment een goede of zeer goede ecologische toestand 81
De belangrijkste algemene doelstelling van het (de toestand van 28 % was onbekend) en minder dan 1 % van de sterk gewijzigde of kunstmatige waterlichamen 82
waterbeleid en de waterwetgeving van de EU bestaat
erin de toegang tot voldoende water van goede kwaliteit behaalde een goed of hoog ecologisch potentieel. Slechts
voor alle Europeanen te garanderen. Het EU-acquis 76 28 % van de oppervlaktewateren, 71 % van de sterk gewijzigde en kunstmatige waterlichamen en 61 % van de
inzake water wil ervoor zorgen dat alle waterlichamen in
Europa in goede toestand zijn door bronnen van grondwaterlichamen behaalde een goede chemische verontreiniging (bijvoorbeeld de landbouw, stedelijke toestand
83 . De kwantitatieve toestand van 100 % van de
grondwaterlichamen was goed. Er werd gemeld dat 18 %
gebieden en industriële activiteiten) aan te pakken, van de 112 aanvullende maatregelen vertraging had
fysieke en hydrologische aanpassingen van
waterlichamen door te voeren, en overstromingsrisico's opgelopen als gevolg van financiële en financieringsproblemen. Andere redenen zijn
te beheren.
De kaderrichtlijn water voorziet in 78
Meer informatie over de uitvoeringsstatus en meer specifieke
stroomgebiedbeheerplannen (SGBP) om het watermilieu aanbevelingen zijn te vinden bij de Europese Commissie, Verslagen
in heel Europa te beschermen, te verbeteren en over de tenuitvoerlegging van de kaderrichtlijn water
duurzaam te gebruiken. Daartoe behoren zoete 79 Werkdocument van de diensten van de Commissie bij het verslag
oppervlaktewateren, zoals meren en rivieren, over de uitvoering van de stroomgebiedbeheerplannen
grondwater, estuaria en kustwateren tot één zeemijl. overeenkomstig de kaderrichtlijn water COM(2012)670 definitief ; Europese Commissie, Evaluatie van de vooruitgang van de lidstaten
Nederland heeft de Commissie informatie over zijn wat betreft de uitvoering van maatregelenprogramma's tijdens de eerste planningcyclus van de kaderrichtlijn water Member State
stroomgebiedbeheerplannen van de tweede generatie Report: Nederland (NL) en aanbevelingen die voortkomen uit de
verstrekt 77 . Omdat de Commissie deze informatie nog bilaterale bijeenkomst tussen Nederland en de Commissie die op 4
juni 2013 plaatsvond.
80 Voor grondwater is een preventieve aanpak toegepast die bestaat uit 76 Dit omvat de zwemwaterrichtlijn (2006/7/EG); de richtlijn inzake de een verbod op directe lozingen in het grondwater en de verplichting
behandeling van stedelijk afvalwater (91/271/EEG) met betrekking om grondwaterlichamen te monitoren. tot lozingen van stedelijk en bepaald industrieel afvalwater; de 81 Een goede ecologische toestand wordt in de kaderrichtlijn water
drinkwaterrichtlijn (98/83/EG) met betrekking tot de kwaliteit van gedefinieerd aan de hand van de kwaliteit van de biologische drinkbaar water; de kaderrichtlijn water (2000/60/EG) met gemeenschap, de hydrologische kenmerken en de chemische betrekking tot het beheer van waterbronnen; de nitratenrichtlijn eigenschappen.
(91/676/EEG) en de hoogwaterrichtlijn (2007/60/EG) 82 Veel Europese stroomgebieden en wateren zijn veranderd door
77 Nederland heeft aangegeven dat de toestand van de meeste van zijn menselijke activiteiten, zoals drainage, bescherming tegen waterlichamen inmiddels is verbeterd, zoals gedocumenteerd in de overstromingen en de bouw van dammen om reservoirs te creëren.
in december 2015 ingediende stroomgebiedbeheerplannen van de 83 Een goede chemische toestand wordt in de kaderrichtlijn water
tweede generatie, die momenteel door de Commissie worden gedefinieerd op basis van de naleving van alle op Europees niveau beoordeeld. bepaalde kwaliteitsnormen voor chemische stoffen.
Nederland 21
wetgevingsobstakels (5 %) en gebrek aan land/acquisitie en mits aan een aantal voorwaarden is voldaan (zo mag
(4 %). de fosfaatproductie het niveau van 2002
Volgens de stroomgebiedbeheerplannen ligt het niveau (172,9 miljoen kg) niet overschrijden).
van de terugwinning van de kosten van waterdiensten tussen 95 en 100 %. De financiering van waterbeheer in
Nederland is gebaseerd op het principe "de vervuiler betaalt" en het principe "de gebruiker betaalt".
De Nederlandse stroomgebiedbeheerplannen zijn goed ontwikkeld, maar de maatregelenprogramma's volstaan nog steeds niet om de uitvoeringskloof te dichten, in het bijzonder met betrekking tot de verontreiniging door de landbouw. Ook wordt een groot aantal vrijstellingen gebruikt. Verwacht wordt dat de geplande maatregelen de ecologische toestand van natuurlijke wateren met
28 % en het ecologische potentieel van sterk gewijzigde en kunstmatige waterlichamen met 12 % zullen
verbeteren 84 .
Over het algemeen moet worden erkend dat de kwaliteit De aanzienlijke intensivering van de veehouderij als van het oppervlaktewater zowel chemisch (nutriënten, gevolg van het einde van de melkquotaregeling heeft tot pesticiden) als ecologisch aanzienlijk is verbeterd. Bijna een sterke groei van de rundveesector geleid, wat het alle waterlichamen (99 %) staan echter nog steeds onder beheer van nutriënten in het land extra bemoeilijkt. Als aanzienlijke druk. In geen van de vier gevolg van deze groei hebben de fosfaatconcentraties de stroomgebieddistricten volstonden de basismaatregelen bovenvermelde grenzen overschreden, wat tot extra om aan de in de kaderrichtlijn water opgenomen bezorgdheid over het behalen van de doelstellingen inzake de ecologische kwaliteit van waterkwaliteitsdoelstellingen heeft geleid en de oppervlaktewater in rivieren en meren te voldoen. Commissie ertoe heeft aangezet om een onderzoek te Ongeveer de helft van de rivieren, sloten en meren heeft openen. Gezien het overschot aan dierlijke mest werkt te hoge stikstof- en fosfaatconcentraties als gevolg van Nederland sterk aan innovatieve
overbemesting in landbouwgebieden 85 . mestverwerkingstechnieken. Deze technieken verbeteren de efficiëntie van het nutriëntengebruik en het beheer
De grootste druk op het Nederlandse oppervlaktewater is van het overschot, al erkent Nederland dat er nog steeds diffuse vervuiling 86 , die 90 % van de waterlichamen treft, vooruitgang nodig is om dezelfde eigenschappen als die gevolgd door rivierbeheer, dat 73 % treft en door van conventionele meststoffen te bereiken 88 .
debietregeling en morfologische en andere wijzigingen,
die respectievelijk 58 % en 69 % van de waterlichamen De Commissie volgt nauwgezet hoe de tenuitvoerlegging treffen. Puntbronnen van vervuiling en onttrekkingen zijn van zowel de nitratenrichtlijn als de kaderrichtlijn water ook significante belastingen bij respectievelijk 30 % en in Nederland ertoe zal bijdragen dat Nederland de in de
17 % van de waterlichamen. EU-wetgeving vastgestelde waterkwaliteitsdoelstellingen haalt.
De waterkwaliteit blijft zorgwekkend als gevolg van de
vervuiling door nitraten (resulterend uit mest afkomstig Nederland doet het zeer goed wat betreft de naleving van de intensieve veeteelt en melkveehouderij 87 ). van voorschriften inzake drinkwaterkwaliteit
89 en inzake
Bovendien is eutrofiëring een wijdverspreid fenomeen. de behandeling van stedelijk afvalwater. Er zijn dus geen
Nederland past een actieprogramma toe om de bijzondere problemen wat de tenuitvoerlegging betreft. nitratenrichtlijn in het hele land ten uitvoer te leggen. Er Het is belangrijk op te merken dat Nederland in is aan Nederland een afwijking met betrekking tot vergelijking met andere lidstaten zeer veel blijft stikstof uit dierlijke mest toegestaan in verband met het investeren in afvalwaterinfrastructuur (ongeveer
actieprogramma, op basis van wetenschappelijk bewijs
88 Er zijn rapporten van onderzoeksinstellingen beschikbaar over dit onderwerp. Zo is informatie over variabiliteit in termen van de
84 Meer informatie over de uitvoeringsstatus en meer specifieke stikstofmestvervangingswaarde van mineralenconcentraat (een
aanbevelingen zijn te vinden bij de Europese Commissie, Verslagen Nederlands verwerkt product) te vinden in: Velthof, G.L., 2015. over de tenuitvoerlegging van de kaderrichtlijn water Mineral concentrate from processed manure as fertiliser.
85 Europees Milieuagentschap, 2015. State of the Environment Report Wageningen, Alterra Wageningen UR (University & Research centre),
2015 – Country briefing The Netherlands. Alterra-rapport 2650. 36 blz.; 5 fig.; 8 tab.; 54 ref.
86 Diffuse verontreiniging is afkomstig van wijdverspreide activiteiten 89 Samenvattend verslag van de Commissie over de kwaliteit van het
zonder dat één enkele oorzaak kan worden aangewezen, drinkwater in de Unie waarin de rapporten van de lidstaten voor de bijvoorbeeld zure regen, pesticiden, stedelijk rioolwater, enz. periode 2011-2013 worden onderzocht, als bedoeld in artikel 13, lid
87 Nederland is de grootste mestproducent per landoppervlak in de EU. 5, van Richtlijn 98/83/EG i; COM(2016)666 i.
Nederland 22
1 300 miljoen euro/jaar), niet alleen om te voldoen aan uitdagingen worden geconfronteerd. 93
de basisvoorwaarden van de tenuitvoerlegging die in de
richtlijn inzake de behandeling van stedelijk afvalwater De Nederlandse overheid introduceerde nieuwe normen
zijn geformuleerd, maar ook om ze te overtreffen. voor primaire keringen in 2015. Alle primaire waterkeringen moeten tegen 2017 aan deze normen
Zoals in figuur 10 getoond, was in 2015 74,2 % van de voldoen.
714 Nederlandse zwemwateren van uitstekende
kwaliteit, 15,4 % van goede kwaliteit en 4,1 % van Voorgestelde maatregelen
94
voldoende kwaliteit; 24 zwemwateren waren van slechte • Nederland moet de uitvoeringskloof te identificeren en kwaliteit of niet-conform; het was niet mogelijk de maatregelenprogramma's op te stellen om de kloof
overige 21 zwemwateren te beoordelen. 90 dichten. Vooral effectieve basis- en aanvullende
Figuur 10: Zwemwaterkwaliteit 2012-2015 91 maatregelen voor nutriëntenverontreiniging en stofspecifieke maatregelen voor chemische
verontreinigingen zijn nodig. • Nederland moet doorgaan met het beperken van het
aantal vrijstellingen. • Ervoor zorgen dat waterverontreiniging, onder andere
door de landbouw, doeltreffend wordt aangepakt conform de nitratenrichtlijn en de kaderrichtlijn water om te verzekeren dat goede toestandsdoelstellingen kunnen worden bereikt.
Verbeteren van de duurzaamheid van steden
Het EU-beleid inzake het stadsmilieu moedigt steden aan om met hun beleid te werken aan duurzame stadsplanning, innovatief openbaar vervoer en mobiliteit in de stad, duurzame gebouwen, energie-efficiënte
Overstromingsrisico's zijn al eeuwenlang onlosmakelijk oplossingen en het behoud van de stedelijke verbonden met de Nederlandse samenleving. 60 % van biodiversiteit. het Nederlandse grondgebied is kwetsbaar voor SDG 11 is erop gericht steden en menselijke overstromingen vanuit de zee of rivieren, en 35 % van de woongebieden inclusief, veilig, veerkrachtig en duurzaam totale bevolking woont in overstromingsgevoelige te maken.
gebieden. De totale uitgaven voor waterbeheer bedragen
ongeveer 7 miljard euro per jaar, en verwacht wordt dat Europa is een Unie van steden en gemeenten; circa 75 % dit bedrag tot 2020 met 1-2 miljard euro per jaar zal van de bevolking van de EU woont in een stedelijk
stijgen. Indien geen maatregelen worden genomen en de gebied. 95 Het stadsmilieu brengt specifieke uitdagingen
zeespiegel in 2040 24 tot 60 cm en in 2100 150 cm hoger voor het leefmilieu en de menselijke gezondheid met zich ligt dan vandaag, wordt de potentiële schade geschat op mee, maar biedt tegelijk kansen om hulpbronnen 400 tot 800 miljard euro tegen 2040 en 3 700 miljard efficiënter te gebruiken.
euro tegen 2100. 92 De lidstaten, Europese instellingen, steden en
Er zijn een Deltafonds en een Deltaprogramma (jaarlijks belanghebbenden hebben een nieuwe stedelijke agenda met 1 miljard euro ondersteund) opgericht om de opgesteld voor de EU (waarin het initiatief Smart Cities overstromingsbescherming en zoetwatervoorziening op opgenomen is) om deze kwesties op een alomvattende lange termijn te waarborgen. Steunend op de expertise wijze aan te pakken, met inbegrip van hun sociale en en middelen van de overheid, lokale waterschappen, economische uitdagingen. De kern van deze stedelijke universiteiten en de particuliere sector zouden sommige agenda voor de EU is de ontwikkeling van twaalf aspecten van het project kunnen dienen als een model partnerschappen die zich richten op vastgestelde voor andere landen en regio's die met soortgelijke stedelijke uitdagingen, waaronder luchtkwaliteit en
90 Europees Milieuagentschap, 2016. European bathing water quality in
2015, blz. 26. 93 RPA, 2014. Study on Economic and Social Benefits of Environmental
91 European Environment Agency, State of bathing water country Protection and Resource Efficiency Related to the European
reports -Netherlands , 2016 Semester. Studie voor de Europese Commissie, Bijlage 1:
92 RPA, 2014. Study on Economic and Social Benefits of Environmental Landenfiches
Protection and Resource Efficiency Related to the European 94 De volledige reeks aanbevelingen met betrekking tot de kaderrichtlijn
Semester. Studie voor de Europese Commissie, Bijlage 1: water staan hier .
Landenfiches 95 Europees Milieuagentschap, stadsmilieu
Nederland 23
huisvesting. 96
De Europese Commissie zal in 2017 een nieuw EU-
benchmarksysteem lanceren 97 . Internationale overeenkomsten
De EU stimuleert groene steden door middel van De EU-verdragen bepalen dat het Europese milieubeleid financiering en prijzen, zoals de Europese Groene op internationaal niveau maatregelen moet stimuleren Hoofdstad Prijs voor steden met meer dan om regionale en mondiale milieuproblemen aan te 100 000 inwoners en het Europese Green Leaf-initiatief pakken.
voor steden en dorpen met 20 000 tot 100 000 inwoners.
Amsterdam, 's-Hertogenbosch en Nijmegen zijn finalisten De meeste milieuproblemen hebben een van de Europese Groene Hoofdstad-prijs geweest, en grensoverschrijdend en vaak mondiaal karakter en Nijmegen is de winnaar van de Groene Hoofdstad-prijs kunnen alleen via internationale samenwerking effectief 2018. worden aangepakt. Door de Unie afgesloten
Van de belangrijkste uitdagingen die in dit rapport zijn internationale milieuovereenkomsten zijn bindend voor vermeld (water, lucht, natuur en biodiversiteit), is het de instellingen van de Unie en voor haar lidstaten. vooral de luchtkwaliteit – tot op zekere hoogte in Daarom moeten de EU en de lidstaten alle relevante, verband met verkeersopstoppingen – die op lokaal multilaterale milieuovereenkomsten (MMO) tijdig niveau een prioriteit moet zijn. In een aantal steden ondertekenen, ratificeren en daadwerkelijk uitvoeren worden innovatieve oplossingen met betrekking tot (MEA). Deze verplichting zal ook in belangrijke mate verkeersmanagement ontwikkeld en getest, maar de bijdragen tot de verwezenlijking van de DOD's waartoe coherentie tussen nationaal en stedelijk beleid kan beter. de lidstaten zich in 2015 verbonden en die veel Sommige steden (Utrecht, Rotterdam) ontwikkelen zones verplichtingen bevatten die al in juridisch bindende waar oude vervuilende voertuigen geen toegang toe overeenkomsten zijn opgenomen.
hebben, maar de nationale regering weigert dit initiatief
met officiële verkeersborden te ondersteunen. Zo ook Dat sommige lidstaten een aantal MMO's niet subsidieert het nationale klimaatbeleid de verbranding ondertekenden en/of ratificeerden, brengt de uitvoering van hout, terwijl de steden dat net proberen te beperken in het gedrang, ook binnen de Unie, en schaadt de
om de lokale luchtkwaliteit te verbeteren. geloofwaardigheid van de Unie in gerelateerde onderhandelingen en op internationale bijeenkomsten
waar derde landen, zoals een EU-beleidsdoelstelling voorschrijft, worden aangemoedigd om aan deze overeenkomsten deel te nemen. Bij stemmingen over overeenkomsten heeft dit een rechtstreekse impact op het aantal door de EU uit te brengen stemmen.
Nederland behoort tot de best presterende landen in de EU wat de ondertekening en ratificatie van dergelijke overeenkomsten betreft.
Nederland heeft 45 miljoen euro of 9 % van zijn toewijzing in het kader van het Europees Fonds voor
Regionale Ontwikkeling (EFRO) toegekend, exclusief technische bijstand voor duurzame stedelijke ontwikkeling.
96 http://urbanagendaforthe.eu/
97 De Commissie werkt momenteel aan een Urban Benchmarking and
Monitoring -instrument ("UBAM") dat in 2017 wordt gelanceerd.
Naarmate er beste praktijken ontstaan, zullen die beter worden verspreid via de UBAM-app, en in toenemende mate via bijvoorbeeld Eurocities, ICLEI, CEMR, het Comité van de Regio's, Burgemeestersconvenant en andere.
Nederland 24
Deel II: Regelgevingskader: uitvoeringsinstrumenten
-
4.Marktinstrumenten en investeringen
het bbp in respectievelijk 2018 en 2030.
Groene belastingen en milieuschadelijke De OESO stelt dat het ontwerp van een aantal
subsidies milieugerelateerde belastingen, waaronder
energiebelastingen, voor verbetering vatbaar is om zowel
Het Europees Actieplan Circulaire Economie moedigt het de milieu-effectiviteit als -kosten te verbeteren
100 . Een
gebruik van financiële prikkels en economische recente studie in opdracht van de Europese Commissie instrumenten zoals belastingen aan om ervoor te zorgen bevestigt dit.
101
dat de prijzen van producten beter hun milieukosten De vermindering van milieuschadelijke subsidies is een weerspiegelen. De geleidelijke afschaffing van andere belangrijke uitdaging. Nederland heeft een milieuschadelijke subsidies, zonder uitstel, wordt dieseldifferentiëring van 63 % ten opzichte van beklemtoond en gemonitord via de jaarlijkse (Europees benzine 102 . Er wordt geschat dat de fiscale subsidiëring semester) nationale hervormingsprogramma's. van bedrijfsauto's in Nederland tot een inkomstenverlies
De belasting van verontreiniging en hulpbronnengebruik van ongeveer 750 miljoen euro per jaar leiden
103 .
kan hogere inkomsten genereren en belangrijke sociale en ecologische voordelen creëren.
In 2014 waren de milieubelastinginkomsten goed voor
8,96 % van alle inkomsten uit belastingen en socialezekerheidsbijdragen (EU-28 gemiddeld: 6,35 %).
Figuur 11 laat zien dat Nederland tot de top 25 % van de lidstaten behoort wat betreft het percentage belastinginkomsten dat uit milieubelastingen afkomstig is.
De belastingdruk verschuiven van belastingen op arbeid naar belastingen die minder schadelijk zijn voor de groei is een belangrijke uitdaging in Nederland. 57,5 % van de belastingdruk ligt op arbeid, wat het op een na hoogste percentage in de EU is (2012) en de banencreatie sterk belemmert.
Een studie 98 uit 2016 geeft aan dat er in Nederland heel
wat potentieel is voor een verschuiving van belastingen op arbeid naar milieubelastingen. In een op goede
praktijken gebaseerd scenario 99 kunnen deze belastingen
4,27 miljard euro extra genereren in 2018, oplopend tot
7,54 miljard euro in 2030 (beide in reële termen 2015).
Dit komt neer op een stijging van 0,59 % en 0,86 % van
98 Eunomia Research and Consulting, IEEP, Universiteit Aarhus, ENT,
2016. Study on Assessing the Environmental Fiscal Reform Potential for the EU28. Noot: De nationale regeringen zijn verantwoordelijk voor het vaststellen van belastingtarieven binnen de internemarktregels van de EU en in dit verslag worden geen concrete
suggesties gedaan om het niveau van de milieubelastingen te 100 OESO, 2015. OECD Environmental Performance Reviews: The veranderen. Het presenteert slechts de bevindingen van de Netherlands 2015 , OECD Publishing. studie door Eunomia et al in 2016 over de voordelen die diverse 101 Eunomia Research and Consulting, IIEP, Universiteit Aarhus, ENT,
milieubelastingen zouden kunnen opleveren. Het is dan aan de 2016. Study on Assessing the Environmental Fiscal Reform Potential nationale autoriteiten om deze studie en de concrete gevolgen van for the EU28
die belastingen in de nationale context te beoordelen. Een eerste 102 Update door de Europese Commissie, 2015 op basis van Harding M.,
stap, die al door een aantal lidstaten is gezet, in verband hiermee is 2014. The Diesel Differential: Differences in the Tax Treatment of het oprichten van expertgroepen om de gevolgen te beoordelen en Gasoline and Diesel for Road Use . OECD Taxation Working Papers, No. concrete voorstellen te formuleren. 21.
99 Het op goede praktijken gebaseerde scenario betekent dat 103 Harding M. 2014. Personal Tax Treatment of Company Cars and
vergelijkingen moeten worden gemaakt met een succesvolle Commuting Expenses – Estimating the Fiscal and Environmental Costs .
Nederland 25
Figuur 11: Procentueel aandeel van bbp 106 . Een substantieel deel van dat geld wordt besteed
milieubelastinginkomsten in de totale aan sectoren met een grote impact op het milieu, zoals belastinginkomsten en sociale bijdragen (exclusief de bouw- of transportsector, zodat GO kunnen helpen
toegerekende sociale bijdragen) in 2014 104 om de impact van overheidsuitgaven aanzienlijk te
verlagen en duurzame, innovatieve bedrijven te stimuleren.
Nederland is een van de koplopers in de EU wat groene overheidsopdrachten betreft en overschrijdt reeds de
aanbevelingen van de Commissie 107 voor
overheidsopdrachten in de periode 2009/2010.
Onlangs werden meer dan veertig GO-criteria 108
gepubliceerd om de Nederlandse ervaring op EU-niveau te delen. Er wordt erkend dat deze goede praktijk zeer effectief is voor de uitwisseling van informatie tussen de lidstaten en om te komen tot de harmonisatie van GO in de EU.
Nederland heeft een hoge mate van professionalisering van zijn inkoopprocessen bereikt en concentreert de bevoegdheid voor overheidsopdrachten in een klein aantal clusters, wat een zeer veelbelovende aanpak is. Nederland is ook voorloper op het gebied van circulaire inkopen en heeft in verband hiermee een paar proefprojecten lopen. Op 20-22 april 2016 organiseerde Nederland samen met de Commissie een conferentie over circulair inkopen, wat openbare aanbesteders uit heel Europa (en daarbuiten) toeliet om ervaringen uit te wisselen en om te leren van de Nederlandse aanpak op dit gebied.
De Commissie zou toejuichen dat Nederland goede
Andere milieuschadelijke subsidies houden verband met praktijken met betrekking tot circulair aanbesteden blijft energie en landbouw, vooral dat laatste vanwege de zeer uitwisselen met andere landen.
intensieve veehouderij in Nederland, wat tot het
weglekken van nutriënten leidt 105 .
Groene overheidsopdrachten Investeringen: de bijdrage van EU-fondsen
Het EU-beleid voor groene overheidsopdrachten moedigt In de regelgeving voor Europese structuur- en lidstaten aan om verder te werken aan het realiseren van investeringsfondsen is bepaald dat de lidstaten milieu- en de doelstelling om in minstens 50 % van de openbare klimaatdoelstellingen in hun financieringsstrategieën en aanbestedingen groene aanbestedingscriteria te programma's voor economische, sociale en territoriale hanteren. cohesie, plattelandsontwikkeling en maritiem beleid Groene Overheidsopdrachten (GO) is een proces waarbij moeten bevorderen, en de bekwaamheid van overheidsinstanties ernaar streven goederen, diensten uitvoerende instanties om kosteneffectief en duurzaam en werken aan te kopen die gedurende hun levenscyclus in deze gebieden te investeren, moeten versterken.
een beperkte impact op het milieu hebben in vergelijking met goederen, diensten en werken met dezelfde primaire functie die anders zouden worden aangekocht. 106
Europese Commissie, 2015. Overheidsopdrachten
107
De koopkracht die overheidsopdrachten
In haar mededeling "Overheidsopdrachten voor een beter milieu"
vertegenwoordigen, bedraagt ongeveer 14 % van het (COM (2008)400) heeft de Commissie aanbevolen om een proces voor het vaststellen van gemeenschappelijke GO-criteria uit te
werken. Het basisconcept van GO berust op duidelijke, controleerbare, verantwoorde en ambitieuze milieucriteria voor
104 Eurostat, Environmental tax revenues , geraadpleegd in oktober producten en diensten, gebaseerd op een levenscyclusbenadering en
2016. wetenschappelijk bewijsmateriaal.
105 OESO, 2015. OECD Environmental Performance Reviews: The 108 Pianoo, 2016. Environmental criteria for sustainable public
Netherlands 2015 , OECD Publishing. blz. 30-31. procurement
Nederland 26
Goed gebruikmaken van de Europese structuur- en Figuur 12: Europese structuur- en investeringsfondsen
investeringsfondsen (ESI-fondsen) 109 is essentieel om de 2014-2020: Budget Nederland per thema, in miljarden milieudoelstellingen te bereiken en ze in andere euro's 112
beleidsdomeinen te integreren. Andere instrumenten zoals Horizon 2020, het LIFE-programma en het Europees
Fonds voor Strategische Investeringen 110 (EFSI) kunnen
de uitvoering en verspreiding van beste praktijken ook ondersteunen.
Voor Nederland is het totale budget voor het Europees
Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) en het
Europees Sociaal Fonds (ESF) 2014-2020 vrij klein
(1,014 miljoen euro, waarvan 50 % voor het ESF bestemd is), en is het EFRO sterk op innovatie gericht. Er zijn vier operationele programma's (OP's) van het EFRO en één operationeel programma van het ESF.
Wat de schatting van milieugerelateerde uitgaven betreft, bedraagt de EFRO-toewijzing voor een koolstofarme economie 121 miljoen euro. Er zijn geen uitgaven voorzien voor aanpassing aan de klimaatverandering, noch voor leefmilieu en duurzaam
transport, maar milieuthema's zullen een rol spelen in Wat de integratie van milieuoverwegingen in het het kader van het streven naar innovatie en een Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) betreft, zijn koolstofarme economie. Ongeveer 9 % van het EFRO- de twee belangrijkste gebieden voor Nederland (net als budget zal worden gebruikt voor duurzame voor alle lidstaten): ten eerste met behulp van het stadsontwikkeling, geconcentreerd in een van de OP's Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (West). Het OP van het ESF (totaal 30 miljoen euro) (ELFPO) ecologisch landbeheer en andere omvat vaardigheidstrainingen voor groene banen. Met milieumaatregelen financieren, en daarbij de financiering name de door het EFRO gefinancierde internationale van milieuschadelijke maatregelen vermijden; en ten samenwerkingsprogramma's bieden volop kansen voor tweede, zorgen voor de effectieve uitvoering van de milieugerelateerde projecten. eerste pijler van het GLB betreffende de
randvoorwaarden en van de eerste pijler "vergroening". Het is nog te vroeg om conclusies te trekken over het
gebruik en de resultaten van het EFRO voor de periode Het goedgekeurde Nationale Programma voor
2014-2020, omdat de uitvoering van de desbetreffende Plattelandsontwikkeling (NPPO) onder het ELFPO heeft programma's zich nog in een vroege fase bevindt. een budget van in totaal 614 miljoen euro. De geplande
uitgaven voor de ecosysteemprioriteit bedragen
De huidige gegevens suggereren dat de EU-fondsen voor 358 miljoen euro, wat neerkomt op 58,3 % van het totale
de periode 2007-2013 vrijwel volledig zijn besteed. 111 budget, waarbij 238 miljoen euro en 38,7 % van het
totale budget naar agromilieumaatregelen gaan. De agromilieumaatregel kan een zeer mooie rol spelen in het omkeren van de afname van de biodiversiteit in bepaalde doelgebieden in het land. Zonder ambitieuze baseline en ambitieuze vergroening zal de bijdrage van het Programma voor Plattelandsontwikkeling aan een beter leefmilieu in de meeste Nederlandse landbouwgebieden echter beperkt blijven.
De rechtstreekse betalingsenveloppe van Nederland voor de periode 2015-2020 bedraagt 3,624 miljard euro, volgens de gedelegeerde verordening (EU) nr. 994/2014 i
109 Er bestaan vijf ESI-fondsen: het Europees Fonds voor Regionale van de Commissie van 13 mei 2014, waarvan 30 % of
Ontwikkeling (EFRO), het Cohesiefonds (CF), het Europees Sociaal 1,087 miljard euro aan milieuvriendelijke
Fonds (ESF), het Europees Landbouwfonds voor vergroeningspraktijken wordt toegewezen. Een
Plattelandsontwikkeling (ELFPO) en het Europees Fonds voor
Maritieme Zaken en Visserij (EFMZV). Het EFRO, het CF en het ESF milieuvriendelijke en ambitieuze uitvoering van de eerste
vormen samen de cohesiebeleidsfondsen.
110 EIB: Europees Fonds voor Strategische Investeringen
111 Definitieve gegevens voor de periode 2007-2013 zijn pas eind 2017 112 Europese Commissie, Europese structuur- en investeringsfondsen - beschikbaar. Gegevens per land
Nederland 27
pijler vergroening zou uiteraard helpen om de milieusituatie in gebieden die niet onder plattelandsontwikkeling vallen te verbeteren, en indien nodig kan Nederland de uitvoering hiervan bijsturen.
Nederland 28
-
5.Effectief beheer en kennis
Wie op nationaal, regionaal en lokaal niveau bij de SDG 16 heeft tot doel toegang tot justitie te bieden en op uitvoering van EU-milieuwetgeving betrokken is, moet alle niveaus doeltreffende, verantwoordelijke en worden uitgerust met de nodige kennis, instrumenten en inclusieve instellingen uit te bouwen. SDG 17 is gericht op bekwaamheden om de verwezenlijking van de voordelen het versterken van de implementatiemiddelen, door de van die wetgeving alsmede het beheer van het beleidscoördinatie en -samenhang te verbeteren, handhavingsproces te verbeteren. wetenschap, technologie en innovatie te stimuleren,
partnerschappen op te richten en metingen van de Capaciteit om regels ten uitvoer te leggen
gemaakte vorderingen te ontwikkelen. Het is cruciaal dat centrale, regionale en lokale
Een effectief beheer van de EU-milieuwetgeving en het autoriteiten over de nodige capaciteiten, vaardigheden
EU-milieubeleid vereist een passend institutioneel kader, en opleiding beschikken om hun eigen taken uit te een samenhangend en gecoördineerd beleid, bruikbare voeren en doeltreffend samen te werken en met elkaar juridische en niet-juridische instrumenten, overleg met af te stemmen, binnen een meerlagig bestuurssysteem.
niet-gouvernementele belanghebbenden en voldoende Nederland heeft drie territoriale bestuurslagen: de
kennis en vaardigheden 113 . Een succesvolle uitvoering centrale overheid, 12 provinciebesturen en
hangt in grote mate af van de centrale, regionale en 393 gemeentebesturen. De decentrale overheden zijn lokale overheden die legislatieve en administratieve autonoom (ze hebben hun eigen regels en voorschriften). kerntaken vervullen, met name betrouwbare 90 % van het werk van de gemeenten bestaat echter uit uitvoeringswetgeving vaststellen, gecoördineerde acties administratieve taken om nationale regels en ondernemen om milieudoelstellingen te verwezenlijken beleidslijnen ten uitvoer te leggen 114 . Zij zijn en de juiste beslissingen nemen over zaken zoals verantwoordelijk voor de uitvoering van het grootste industriële vergunningen. De overheid voert niet alleen deel van de uitgebreide Wet Milieubeheer. Voorts spelen deze taken uit, maar moet er ook voor zorgen dat de regionale waterschappen en de regionale eenheden marktdeelnemers, nutsbedrijven en particulieren de van Rijkswaterstaat een belangrijke rol op het vlak van voorschriften dag in dag uit naleven ("waarborgen van de milieubeheer. Ze hebben specifieke taken met betrekking naleving"). Ook het maatschappelijk middenveld heeft tot de verlening van vergunningen, inspecties en de een rol te spelen, onder meer door middel van juridische handhaving van waterregelgeving.
acties. Om de rol van alle actoren te ondersteunen, is het
cruciaal om kennis en bewijsmateriaal over de toestand Globaal gezien zijn de Nederlandse overheidsdiensten van het milieu en over de milieudruk, drijvende voldoende tot uitstekend in staat om aan hun milieukrachten en milieu-effecten te verzamelen en te milieuverplichtingen te voldoen. Bovendien bestaat er
delen. een lange traditie om alle relevante belanghebbenden in een vroeg stadium bij de beleidsvorming en, in
Dialoog binnen lidstaten en tussen lidstaten en de voorkomend geval, bij de uitvoering te betrekken.
Commissie over de doeltreffendheid van de huidige EU- milieuwetgeving draagt eveneens bij tot het effectieve beheer van de EU-milieuwetgeving en het EU- milieubeleid. Wetgeving kan alleen behoorlijk worden uitgevoerd als ze rekening houdt met de ervaringen van lidstaten bij de nakoming van EU-verbintenissen. Het
Make it Work-initiatief, een door de lidstaten gestuurd project dat in 2014 werd opgezet, organiseert een debat over hoe de duidelijkheid, coherentie en structuur van
EU-milieuwetgeving kan worden verbeterd zonder de bestaande bescherming te verzwakken.
Effectief beheer binnen centrale, regionale en lokale overheden In Nederland berust de wetgevende macht hoofdzakelijk
bij de centrale overheid en het parlement, terwijl de provincies en lokale autoriteiten de grootste
113 De Commissie werkt eraan om haar landspecifieke kennis over de
kwaliteit en werking van de administratieve systemen van lidstaten te verbeteren. 114 Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, 2016. De Nederlandse Publieke Dienst , blz. 13.
Nederland 29
verantwoordelijkheid dragen om milieuwetgeving toe te omdat er een cultuur van echt constructieve dialoog passen en te handhaven. Lokale autoriteiten zijn er, zoals bestaat alvorens nieuwe beleidslijnen vast te stellen en in de meeste lidstaten, verantwoordelijk voor ook omdat het nationale rechtsstelsel goed functioneert. bijvoorbeeld afvalbeheer. Deze taken worden vaak Door de hoge bevolkingsdichtheid en de industriële, toevertrouwd aan privépartners waarop de lokale verkeers- en landbouwdruk op het leefmilieu is de marge overheid toezicht houdt. De uitvoering van voor nieuwe beleidslijnen echter klein. Verkeer milieuvoorschriften, bijv. milieuvergunningen verlenen, (luchtkwaliteit) en landbouw (verontreiniging door inspecties uitvoeren en regels handhaven, gebeurt ook nitraten) blijken moeilijk aan te pakken en leiden op nationaal en gemeentelijk niveau. Het merendeel van herhaaldelijk tot het zoeken naar flexibiliteit binnen het het mkb valt onder de milieubevoegdheid van bestaande juridische kader van de EU.
gemeenten. In sommige milieuzaken die particulieren of ngo's de
Om een aantal belangrijke tekortkomingen die in de voorbije jaren aanspanden voor nationale rechtbanken beleidsuitvoering waren ontstaan te verhelpen, richtte verzochten Nederlandse rechters het Europees Hof van Nederland in 2014 29 milieudiensten op om Justitie om prejudiciële uitspraken te doen. Dit vormde deskundigheid op het gebied van milieuvergunning en een waardevolle bijdrage aan de ontwikkeling van het
milieuhandhaving te consolideren en te versterken 115 . EU-milieurecht omdat prejudiciële beslissingen het Hof
In de loop der jaren heeft Nederland zijn van Justitie in staat stellen een coherente interpretatie milieugerelateerde rechtsinstrumenten en de verdeling van de EU-wetgeving te geven.
van verantwoordelijkheden over de drie bestuurslagen Ondersteunen van andere lidstaten met knowhow op geïntegreerd en vereenvoudigd. Volgens de OESO boekte basis van de in Nederland geleerde lessen inzake Nederland een indrukwekkende vooruitgang op het vlak meerlagig milieubeheer. van stroomlijning, onder andere dankzij een grote wetsherziening om alle nationale milieuwetgeving in de
Omgevingswet te consolideren. Coördinatie en integratie
Hoewel de vereenvoudiging van de nationale Nederland heeft een lange traditie van alomvattende vergunningsprocedures, door de bestaande wetgevingen nationale milieubeleidsplannen (NMP's) die als goede in één overkoepelende wet inzake milieu en praktijken voor andere landen dienden. Sinds het vierde grondgebruik te integreren, moet worden toegejuicht, NMP (2001) is er echter geen nieuw algemeen plan moet ervoor worden zorgen dat alle bestaande EU- goedgekeurd. Hierdoor, en ook omdat er geen verplichtingen (procedurele en inhoudelijke) worden alomvattende duurzame ontwikkelingsstrategie bestaat, nageleefd. Met het "Make it Work-initiatief" kon er een zekere versnippering ontstaan die resulteerde argumenteerde Nederland dat de nationale stroomlijning in een overvloed aan actieplannen, programma's en nog kan worden ondersteund door stroomlijning op EU- vrijwillige overeenkomsten. Voorts stelt de OESO in haar
niveau 116 . Environmental Performance Review 2015 voor Nederland dat als gevolg daarvan kortetermijnacties misschien niet
De OESO 117 heeft gewaarschuwd dat de decentralisering zo effectief waren in het licht van
van taken niet noodzakelijk met extra middelen is langetermijndoelstellingen.
gepaard gegaan. Als gevolg hiervan worstelen
subnationale autoriteiten mogelijk met een tekort aan Het moet worden toegejuicht dat de overheid een financiële, bestuurlijke, personele en technische modernisering van het milieubeleid
118 heeft
capaciteit om hun nieuwe taken uit te voeren, wat tot aangekondigd, met de nadruk onder andere op
een inconsistente uitvoering van het beleid kan leiden. opkomende risico's, een actievere internationale samenwerking en de voortzetting van inspanningen om
Nederland zet EU-richtlijnen doorgaans tijdig om. Bij milieuwetgeving en -voorschriften te stroomlijnen. De conformiteitscontroles komen normaal alleen kleine overheid ziet ook een nieuwe rol voor zichzelf problemen aan het licht. Dit weerspiegelt Nederlands weggelegd: nieuwe partnerschappen tot stand brengen doorgaans ernstige benadering van de bescherming van om de energie van het maatschappelijk middenveld en de menselijke gezondheid en het leefmilieu, ondanks de privésector aan te boren. De OESO heeft sterk concurrerende belangen. Het aantal gesuggereerd dat er grenzen zijn aan deze benadering en inbreukprocedures en klachten/verzoekschriften tegen dat dergelijke overeenkomsten selectiever moeten Nederland in verband met milieuwetgeving is zeer laag, worden gebruikt, namelijk alleen wanneer er sprake is
van een win-winsituatie die tot de verwachte
115 OESO, 2015. OECD Environmental Performance Reviews: The beleidsresultaten kan leiden zonder sancties te moeten
Netherlands 2015 , OECD Publishing.
116 http://www.ieep.eu/work-areas/environmental-governance/betterregulation/make-it-work 118 Memorandum aan de Tweede Kamer van de staatssecretaris van
117 Idem. Milieu (Nederlandse regering, 2014).
Nederland 30
opleggen 119 . habitatrichtlijn, de kaderrichtlijn water en de richtlijn
Alle 12 Nederlandse provincies werken samen in het industriële emissies.
Europese ENCORE-netwerk van regionale Als gevolg van de overstromingsrisico's in Nederland is er milieuministers. De provincies zijn eveneens een zeer goed gevestigde traditie van vooruitziendheid in verantwoordelijk om in hun operationele programma's de ruimtelijke ordening, met ruimte voor flexibiliteit. prioriteiten te stellen voor de ESI-fondsen. Provincies Nederland blinkt uit in langetermijndenken en het maken leggen de voorwaarden vast voor lokale actie. van langetermijnafspraken over ruimtelijke ordening.
Effectbeoordelingen zijn belangrijke instrumenten om in
elk overheidsbeleid milieuoverwegingen te integreren 120 . Waarborgen van de naleving
Nederland doet het goed wat strategische milieubeoordelingen (SMB) voor plannen en
programma's alsmede milieueffectbeoordelingen (MEB) De EU-wetgeving in het algemeen en specifieke
voor projecten betreft, met bijvoorbeeld een bepalingen inzake inspecties, andere controles, sancties en milieuaansprakelijkheid helpen de basis leggen voor
onafhankelijke commissie voor
milieueffectbeoordelingen om de kwaliteit te de systemen die lidstaten nodig hebben om aan de milieuvoorschriften van de EU te voldoen.
waarborgen. Het bredere Nederlandse
effectbeoordelingssysteem 121 om de economische, Overheden zorgen er mede voor dat verantwoordelijke
sociale en ecologische kosten en baten en de partijen verantwoording afleggen door de naleving te administratieve lasten van nieuwe beleidslijnen en monitoren en te bevorderen en door geloofwaardige wetgeving te analyseren, behoort tot de meest vervolgacties (d.w.z. handhavingsacties) te ondernemen uitgewerkte in de EU. Het systeem omvat een wanneer er zich inbreuken voordoen of partijen onafhankelijk en extern adviesorgaan (Actal, het aansprakelijk zijn. Het toezicht op de naleving kan Nederlands Adviescollege Toetsing Regeldruk). Het blijkt worden uitgevoerd op initiatief van de overheid zelf of echter niet systematisch in alle beleidsdomeinen te naar aanleiding van klachten van burgers. Dit kan
worden toegepast 122 . Een verkennende studie wees uit verschillende soorten controles inhouden, waaronder
dat het Nederlandse EB-systeem uit een reeks inspecties van vergunde activiteiten, toezicht op mogelijk gedeeltelijke EB's bestaat en dat de raadpleging van illegale activiteiten, onderzoek naar misdaden en audits
belanghebbenden niet verplicht is 123 . Er lijkt ruimte te met betrekking tot systemische zwakke punten. bestaan om de complexiteit van het systeem aan te Daarnaast bestaan er allerlei middelen om de naleving te pakken, om de transparantie en databank van het bevorderen, zoals bewustmakingscampagnes, systeem te verbeteren en om belanghebbenden beter bij richtsnoeren en online informatie-instrumenten. De zaken te betrekken. opvolging van inbreuken en aansprakelijkheden kan
administratieve maatregelen (bijvoorbeeld intrekking van
De Commissie publiceerde in 2016 richtsnoeren 124 met een vergunning) omvatten alsmede de toepassing van
betrekking tot het opzetten van gecoördineerde en/of het strafrecht 125 , het nemen van maatregelen krachtens
gezamenlijke procedures die gelijktijdig onderworpen zijn het aansprakelijkheidsrecht (bijvoorbeeld verplicht aan beoordelingen in het kader van de MEB-richtlijn, de herstel na schade als gevolg van een ongeval volgens
aansprakelijkheidsregels) en de toepassing van het contractenrecht (bijvoorbeeld maatregelen om de
119 OESO, 2015. OECD Environmental Performance Reviews: The naleving van natuurbeschermingscontracten af te
Netherlands 2015 , OECD Publishing. dwingen). Samen zorgen al deze interventies voor het
120 In artikel 11 van het Verdrag betreffende de werking van de
Europese Unie is het volgende bepaald: "De eisen inzake waarborgen van de naleving zoals in figuur 13
milieubescherming moeten worden geïntegreerd in de omschrijving weergegeven.
en uitvoering van het beleid en het optreden van de Unie, in het bijzonder met het oog op het bevorderen van duurzame ontwikkeling."
121 Rijksoverheid, 2012. Integraal afwegingskader beleid en regelgeving
122 Waarnemingen tijdens de EU Semester-onderzoeksmissie van de
Europese Commissie naar Den Haag, 4-5 december 2014.
123 RPA, 2015. Assessing the Potential Cost Savings and Resource
Savings of Investments in 4 SME sectors , studie voor de Europese Commissie.
124 Europese Commissie, 2016. Mededeling van de Commissie —
Richtsnoer van de Commissie inzake het stroomlijnen van milieubeoordelingen uitgevoerd op grond van artikel 2, lid 3, van de richtlijn milieueffectbeoordeling (R ichtlijn 2011/92/EU van het Europees Parlement en de Raad, zoals gewijzigd door Richtlijn
2014/52/EU). 125 Europese Unie, Richtlijn milieucriminaliteit 2008/99/EG
Nederland 31
Figuur 13: Waarborging van de naleving van Nederland hanteert een brede, risicogebaseerde aanpak milieuwetgeving om de naleving te waarborgen, zoals blijkt uit het
volgende:
− de Tafel van Elf is een instrument dat de belangrijkste factoren die van invloed zijn op de naleving definieert. Dit instrument, waarmee de oorzaken van niet-naleving kunnen worden geanalyseerd, wordt in de milieusector veel gebruikt
om de waarborging van de naleving te sturen 132 . − Nederland heeft goede praktijken ter bevordering
van de naleving, met name op het vlak van de gestructureerde dialoog met de gereguleerde gemeenschap.
−
− De Nederlandse inspectiediensten implementeren het concept milieu-inspectiecyclus, dat binnen een
Beste praktijken leggen nu het accent op een belangrijk IMPEL-project onder leiding van risicogebaseerde aanpak op strategisch en operationeel Nederland is ontwikkeld. niveau, waarbij de beste mix van nalevingstoezicht, − Risicogebaseerde beoordelingen worden op grote bevordering en handhaving op de ernstigste problemen schaal gebruikt om sectoren te classificeren, gericht wordt gericht. Beste praktijken erkennen ook de nood te inspecteren en de inspectiefrequentie te aan coördinatie en samenwerking tussen de bepalen 133 . In Nederland schroeft men de frequentie verschillende instanties om consistentie te garanderen, van risicogebaseerde inspecties vaak terug voor dubbel werk te voorkomen en de administratieve lasten ondernemingen met een goede staat van dienst op te beperken. Actieve deelname aan bestaande panhet vlak van naleving.
Europese netwerken van inspecteurs, politie, officieren
van justitie en rechters, zoals IMPEL 126 , EUFJE 127 , ENPE 128 Er ontbreekt actuele informatie over:
en EnviCrimeNet 129 , is een waardevol instrument om
ervaringen en goede praktijken uit te wisselen. − regelingen voor gegevensverzameling om het gebruik en de effectiviteit van verschillende
Momenteel bestaan er een aantal sectorale interventies ter waarborging van de naleving te verplichtingen met betrekking tot inspecties en zorgt de volgen 134 ;
EU-richtlijn inzake milieuaansprakelijkheid (RMA) 130 − de mate waarin risicogebaseerde methodes worden
ervoor dat het principe "de vervuiler betaalt" wordt gebruikt voor directe waarborging van de naleving in toegepast bij ongevallen en incidenten die het milieu specifieke probleemgebieden die elders in dit schaden. Voorts geeft publiekelijk beschikbare informatie landenrapport worden belicht, d.w.z. de inzicht in de bestaande sterke en zwakke punten in elke bedreigingen voor beschermde habitattypes en lidstaat. soorten, luchtkwaliteitsproblemen en de druk van
Voor elke lidstaat zijn de volgende punten beoordeeld: het gebruik van risicogebaseerde waarborging van de de tenuitvoerlegging ervan te ondersteunen, zoals begeleiding,
naleving; de coördinatie en samenwerking tussen opleiding en RMA-registers; en de nood aan financiële zekerheid
autoriteiten en de deelname aan pan-Europese mochten er zich ongevallen of incidenten voordoen die saneringskosten met zich meebrengen.
netwerken; en de belangrijkste uitvoeringsaspecten van 132 De Schraaf, A., 2005. 'The Compliance Strategy in the Netherlands,' in de RMA conform het onlangs gepubliceerde Proceedings of the Seventh International Conference on
uitvoeringsverslag van de Commissie en de REFIT- Environmental Compliance and Enforcement, Marrakech, Marokko. 133
beoordeling 131 . De Milieudienst Rijnmond (DCMR) heeft bijvoorbeeld een geavanceerde risicogebaseerde handhavingsaanpak ontwikkeld
(gebaseerd op milieurisico's, milieu-impact en milieuprestaties van afzonderlijke installaties) om de beschikbare instrumenten op een
126 Netwerk van de Europese Unie voor de tenuitvoerlegging en effectievere en efficiëntere manier in te zetten en om exploitanten te
handhaving van het milieurecht stimuleren om hun milieuprestaties te verbeteren. Het doel bestaat
127 European Union Forum of judges for the environment (Europees erin om de inspectielast voor ondernemingen te verminderen door
forum van milieurechters) risicocategorieën in te voeren om het onderscheid te maken tussen
128 The European Network of Prosecutors for the Environment ondernemingen met een goede naleving (minder inspecties) en
(Europees netwerk van openbare aanklagers voor het milieu) ondernemingen met een zwakke naleving.
129 EnviCrimeNet 134 Dat er ruimte voor verbetering is, wordt gesuggereerd in Faure,
130 Europese Unie, Milieuaansprakelijkheidsrichtlijn 2004/35/CE , blz. 56. M./Svatikova, K., 2012. Criminal or Administrative Law to Protect the
131 COM(2016)204 final en COM(2016)121 final van 14 april 2016. Hierin Environment? Evidence from Western Europe, Journal of benadrukt men de nood aan beter gegevensmateriaal over hoe de Environmental Law, blz. 22; IMPEL, 2014. IRI Report DCMR richtlijn in de praktijk wordt gebruikt; de nood aan instrumenten om Environmental Protection Agency
Nederland 32
diffuse waterverontreiniging op de waterkwaliteit. alle aansprakelijkheden krachtens de richtlijn. Financiële
dekking is echter verplicht voor specifieke activiteiten
Nederland heeft ernstige inspanningen geleverd om een zoals de opslag in ondergrondse tanks en de opslag of
goede coördinatie en samenwerking tussen de diverse verwerking van professionele pyrotechnische artikelen.
inspectie-instanties op verschillende niveaus tot stand te
brengen. Er zijn milieunetwerken opgericht op nationaal Voorgestelde maatregelen
niveau en de Inspectieraad is opgericht als • Transparanter maken van de organisatie en werking samenwerkingsorgaan op hoog niveau om de van de waarborging van de naleving en van de manier consistentie van het inspectiewerk in beleidsdomeinen te waarop significante risico's worden aangepakt, zoals
waarborgen 135 . In Nederland worden in het kader van hierboven geschetst. coördinatie gemeenschappelijke prioriteiten voor het • Verdere stappen zetten om een doeltreffend systeem
strafrecht en bestuursrecht bepaald 136 . De databank voor financiële dekking van milieuaansprakelijkheid uit
InspectieView is ontwikkeld om inspectieresultaten te werken zodat exploitanten niet alleen digitaal te kunnen uitwisselen tussen nationale en verzekeringsdekking hebben maar die ook subnationale inspectiediensten. daadwerkelijk aanspreken (onlangs is een voorstel Nederland is behalve medeoprichter ook een van de gelanceerd om overheidsinstanties te machtigen om belangrijkste drijvende krachten van IMPEL, staat aan het voor Seveso-activiteiten een financiële dekking te hoofd van diverse individuele projecten en draagt bij tot eisen).
het interne netwerkbeheer. Nederland is ook actief
betrokken bij het werk van andere supranationale Inspraak en toegang tot de rechter
milieuhandhavingsnetwerken zoals ENPE, EnviCrimeNet
en EUFJE. Samen met het Verenigd Koninkrijk, Duitsland Het Verdrag van Aarhus, gerelateerde EU-wetgeving en andere lidstaten legde Nederland in het kader van het inzake inspraak en milieueffectbeoordeling, en de Make it Work-project principes vast voor de opstelling jurisprudentie van het Hof van Justitie stellen dat burgers van bepalingen over de waarborging van de naleving in en hun organisaties de kans moeten krijgen om deel te
EU-milieuwetgeving 137 . nemen aan de besluitvorming over projecten en plannen en dat burgers effectieve toegang tot de rechter moeten
Nederland heeft richtsnoeren uitgevaardigd over de hebben inzake milieuaangelegenheden.
toepassing van Nederlandse omzettingswetgeving voor
de richtlijn inzake milieuaansprakelijkheid. De reeds Burgers kunnen het leefmilieu beter beschermen indien bestaande nationale wetgeving is gelijktijdig van ze kunnen steunen op de drie pijlers van het Verdrag van toepassing in aansprakelijkheidssituaties, boven de Aarhus betreffende de toegang tot informatie, inspraak significantiedrempel, maar de bevoegdheden die de bij besluitvorming en toegang tot de rechter inzake omzettingswetgeving toekent aan overheidsinstanties milieuaangelegenheden ("het Verdrag van Aarhus"). prevaleren in geval van een conflict met andere Inspraak in het bestuurlijke besluitvormingsproces is een bevoegdheden. Dit zal vooral relevant zijn voor het belangrijk element om ervoor te zorgen dat de overheid verschil tussen de verplichte kostendekking krachtens de haar beslissingen op de best mogelijke basis neemt. De RMA en de beoordelingsmarge van de bevoegde Commissie is voornemens om in een later stadium de autoriteit om de kostendekking te beperken, krachtens naleving van de vereisten inzake verplichte inspraak de Wet bodembescherming. Het uitvoeringsbesluit systematischer te onderzoeken.
bepaalt dus dat in geval van tegenstrijdige bevoegdheden De toegang tot de rechter in milieuaangelegenheden de implementerende wet altijd prevaleert. In geval van bestaat uit een reeks garanties die burgers en hun een ernstig ongeval zoals in januari 2011 in Moerdijk is organisaties toelaten om handelingen of nalatigheden de reeds bestaande wetgeving door de lokale van de overheid voor een rechtbank te betwisten. Het is autoriteiten toegepast. Na het faillissement van de een instrument voor decentrale uitvoering van de EU- exploitant in die zaak werden de milieukosten slechts milieuwetgeving.
beperkt gedekt (totale kosten van om en bij de
70 miljoen euro). In het algemeen heeft Nederland geen Voor elke lidstaat zijn twee cruciale elementen voor
adequaat nationaal systeem voor financiële dekking van effectieve toegang tot de rechter systematisch beoordeeld: de rechtspositie van het publiek, met
inbegrip van ngo's, en de mate waarin buitensporige
135 Inspectieraad, 2016. Samenwerkende rijksinspecties kosten een obstakel vormen.
136 De prioriteiten worden bepaald op basis van risicoanalyses zoals het
Nationaal Dreigingsbeeld Milieucriminaliteit en elementen van de Nederland geeft zowel individuen als ngo's doorgaans
regionale handhavingsprogramma's. De Landelijke Milieukamer brede toegang tot de rechter
138
. Er is ook geen bewijs dat
beslist op tactisch niveau over de toewijzing van onderzoeken.
Deelnemers zijn: het gespecialiseerde parket, de Nationale Politie, ILT IOD en NVWA IOD. 138 Meer dan 70 % van de Nederlanders beschouwt rechters en
137 Make it work, drafting principles on compliance assurance . rechtbanken als onafhankelijk, wat het zevende hoogste niveau in de
Nederland 33
de kosten voor gerechtelijke stappen onbetaalbaar zijn. de te technische informatie met betrekking tot de ePRTR- rapportageverplichtingen, die niet altijd even gemakkelijk
Toegang tot informatie, kennis en bewijzen te begrijpen zijn voor het publiek.
145
Het Verdrag van Aarhus en de gerelateerde EU- Nederland zette een voor het publiek toegankelijke wetgeving inzake toegang tot informatie en het kennisbank
146 voor milieuwetgeving op en ontwikkelde
instrumenten voor de tenuitvoerlegging van die uitwisselen van ruimtelijke gegevens stellen dat het
publiek toegang moet hebben tot duidelijke informatie wetgeving.
over het milieu, met inbegrip van hoe EU- Nederland doet het goed wat betreft de milieuwetgeving ten uitvoer wordt gelegd. tenuitvoerlegging van de INSPIRE-richtlijn als
Het is van cruciaal belang voor de overheid, het publiek ondersteunend kader om milieu-informatie actief onder en het bedrijfsleven dat milieu-informatie op een het publiek te verspreiden.
efficiënte en effectieve manier wordt uitgewisseld. Dit Nederland heeft in het driejaarlijkse verslag over de
betekent dat rapporten van bedrijven en overheden tenuitvoerlegging van INSPIRE 147 aangegeven dat het
actief en steeds meer elektronisch onder het publiek nodige beleid inzake gegevensuitwisseling dat de toegang worden verspreid. tot en het gebruik van ruimtelijke gegevens door
nationale overheidsinstanties, overheidsinstanties van
Het Verdrag van Aarhus 139 , de richtlijn inzake de toegang
tot milieu-informatie 140 en de INSPIRE-richtlijn 141 creëren andere lidstaten en EU-instellingen zonder procedurele
samen een juridische basis voor de uitwisseling van obstakels mogelijk maakt, beschikbaar is en ten uitvoer is gelegd. Nederland voert een open-databeleid. Geschat
milieu-informatie tussen de overheid en het publiek. Zij
vertegenwoordigen ook het groene deel van het lopende wordt dat 95 % van de beschikbare ruimtelijke informatie
EU-actieplan inzake e-overheid 142 . De eerste twee uit open data bestaat.
instrumenten creëren verplichtingen om, zowel op Uit beoordelingen van door Nederland uitgegeven
verzoek als actief, informatie aan het publiek te monitoringrapporten 148 en uit de ruimtelijke informatie verschaffen. De INSPIRE-richtlijn is een baanbrekend die Nederland op het INSPIRE-geoportaal 149 heeft instrument voor de elektronische uitwisseling van gepubliceerd, blijkt dat niet alle ruimtelijke informatie die gegevens tussen overheidsinstanties. Het informatienodig is voor de beoordeling en tenuitvoerlegging van de uitwisselingsbeleid van deze instanties kan variëren. Zo EU-milieuwetgeving beschikbaar of toegankelijk is kan de toegang tot gegevens gratis zijn of niet. De gemaakt. Het grootste deel van deze ontbrekende INSPIRE-richtlijn zet een geoportaal op dat aangeeft in ruimtelijke informatie bestaat uit de milieugegevens die welke mate ruimtelijke gegevens, d.w.z. gegevens met krachtens de geldende rapportageen betrekking tot specifieke locaties (zoals de gegevens van monitoringvoorschriften van de EU-milieuwetgeving luchtkwaliteitscontroles), in elke lidstaat worden verplicht beschikbaar moeten worden gesteld.
uitgewisseld. Een van de voordelen van de richtlijn is dat
ze de rapportageverplichtingen van overheidsinstanties Voorgestelde maatregelen
faciliteert. • Identificeren en documenteren van alle ruimtelijke
Voor elke lidstaat zijn de toegankelijkheid van gegevenssets die nodig zijn voor de tenuitvoerlegging milieugegevens (op basis van wat de INSPIRE-richtlijn van de milieuwetgeving en toegankelijk maken van beoogt), evenals het gegevensuitwisselingsbeleid ("open minstens de "ruwe" gegevens en documentatie voor
data") systematisch beoordeeld 143 . andere overheidsinstanties en het publiek door middel van de in de INSPIRE-richtlijn voorziene digitale
Er is in Nederland een actief wettelijk kader voor diensten.
verspreiding opgezet dat als operationeel kan worden
beschouwd 144 . Een van de gerapporteerde obstakels was
EU is. Zie Europese Commissie, 2016. The 2016 Justice Scoreboard , blz. 35.
139 Europese Unie, Richtlijn 2003/4/EG inzake de toegang van het publiek tot milieu-informatie
140 Europese Unie, INSPIRE-richtlijn 2007/2/EG
141 Europese Commissie, 2016. INSPIRE-richtlijn
142 Europese Unie, EU eGovernment Action Plan 2016-2020 Accelerating secretariaat van het Verdrag van Aarhus. the digital transformation of government COM(2016) 179 final 145 UNECE, 2013. Aarhus Convention National Implementation Reports
143 Op verzoek van de Commissie hebben de meeste lidstaten een Netherlands
INSPIRE-actieplan verstrekt waarin problemen met de 146 http://www.infomil.nl/ tenuitvoerlegging worden aangepakt. Deze plannen worden 147 Europese Commissie, INSPIRE-rapporten momenteel door de Commissie beoordeeld. 148 INSPIRE-indicatortrends
144 Verwijzing naar het rapport dat Nederland in 2013 indiende bij het 149 Inspire Resources Summary Report