Titel 4 - Bepalingen betreffende de secretaris-generaal van de Raad, hoge vertegenwoordiger voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid, en de plaatsvervangend secretaris-generaal van de Raad

Artikel 5

De ambtstermijnen van de secretaris-generaal van de Raad, hoge vertegenwoordiger voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid, en de plaatsvervangend secretaris-generaal van de Raad eindigen op de datum van inwerkingtreding van het Verdrag tot vaststelling van een Grondwet voor Europa. De Raad benoemt een secretaris-generaal overeenkomstig artikel III-344 lid 2, van de Grondwet i.