Artikel 58: Maatschappij verleent pensioen slechts voor getrouwe diensten aan Republiek

57
Artikel 58
59

De Maatschappij verleent nimmer eenig Pensioen, dan voor zoo verr', na het gestrengst onderzoek, gebleken zij, zoo van de getrouwe diensten, aan de Republiek bewezen door hun, die daarop aanspraak maaken, als van derzelver volstrekt onvermogen, om, hetzij door ouderdom, of door eenig lichaamlijk gebrek den Lande langer van dienst te zijn, en van hunne eigen middelen te bestaan.

1.

Ontwikkeling artikel

1798

De Maatschappij verleent nimmer eenig Pensioen, dan voor zoo verr', na het gestrengst onderzoek, gebleken zij, zoo van de getrouwe diensten, aan de Republiek bewezen door hun, die daarop aanspraak maaken, als van derzelver volstrekt onvermogen, om, hetzij door ouderdom, of door eenig lichaamlijk gebrek den Lande langer van dienst te zijn, en van hunne eigen middelen te bestaan.

1801

Het Staats-Bewind draagt een algemeen Reglement aan het Wetgevend Lichaam voor, het welk door het Staats-Bewind in het verleenen van pensioenen in acht genomen zal worden.

1805

Insgelijks verleent hij de Pensioenen, volgens de bepalingen, daaromtrent door de Wet gemaakt.

1806

De Koning verleent Pensioenen, volgens de bepalingen daar omtrent door de Wet gemaakt.