Artikel 193: Koning houdt toezicht over de voor openbare Godsdienst toegestane penningen

192
Artikel 193
194

De Koning zorgt dat de toegestane penningen die voor de openbare Godsdienst uit 's Lands kas worden betaald, tot geene andere einden besteed worden, dan waartoe dezelven bestemd zijn.

1.

Ontwikkeling artikel

1814

Onverminderd het regt en de gehoudenis van den Souvereinen Vorst, om zoodanig toezigt over alle de godsdienstige gezindheden uitteoefenen, als voor de belangen van den Staat dienstig zal bevonden worden, heeft Dezelve bovendien in het bijzonder het regt van inzage en beschikking omtrent de inrigtingen van die gezindheden, welke, volgens een der voorgaande artikelen, eenige betaling of toelage uit 's Lands kas genieten.

1815

De Koning zorgt dat de toegestane penningen die voor de openbare Godsdienst uit 's Lands kas worden betaald, tot geene andere einden besteed worden, dan waartoe dezelven bestemd zijn.

1840: art 193